• Buro Jansen & Janssen is een onderzoeksburo dat politie, justitie, inlichtingendiensten, de overheid in Nederland en Europa kritisch volgt. Een grond-rechten kollektief dat al 30 jaar publiceert over uitbreiding van repressieve wetgeving, publiek-private samenwerking, bevoegdheden, overheids-optreden en andere staatsaangelegenheden.
    Buro Jansen & Janssen Postbus 10591, 1001EN Amsterdam, 020-6123202, 06-34339533, signal +31684065516, info@burojansen.nl (pgp)
    Steun Buro Jansen & Janssen. Word donateur, NL43 ASNB 0856 9868 52 of NL56 INGB 0000 6039 04 ten name van Stichting Res Publica, Postbus 11556, 1001 GN Amsterdam.

  • Categorieën

  • Wijze lessen

    Op vrijdag 12 juli 2019 werd in Den Haag een bijzondere expositie geopend. ‘Zwart Wit Grijs’ heet de expositie. ‘Binnen de Nederlandse politie is steeds meer ruimte en aandacht voor historisch besef.’, zegt een artikel op Traces of War (https://www.tracesofwar.nl/news/8293/Expositie-%E2%80%98Zwart-Wit-Grijs–in-Den-Haag-toont-dilemmas-politie-in-oorlogstijd.htm)

    Dit historische besef bleek al tijdens de Dodenherdenking dit jaar, toen in de Nieuwe Kerk in Amsterdam korpschef Akerboom een korte toespraak hield. Hij zei daarbij het volgende: ‘In de Nieuwe Kerk kon ik vandaag namens de politie een getuigenis uitspreken over de rol van politiemensen tijdens de bezetting: ‘niet veroordelen maar ook niet zwijgen’. “Tijdens de bezetting bood de politie niet de bescherming die ze had moeten bieden. Ik herdenk de collega’s die toen wel naar voren stapten. Samuel Esmeijer, een Rotterdamse agent in opleiding. Hij sneuvelde toen hij medeverzetslieden wilde bevrijden uit de gevangenis. Ik herdenk Jan van den Oever, inspecteur van politie in Amsterdam. De eerste en lange tijd enige, die weigerde Joden op te halen voor deportatie. Jan Wiarda was de eerste korpschef die sprak over het zwarte oorlogsverleden van de politie. Hij leerde ons niet te veroordelen. Maar ook om niet te zwijgen.” Dupont berichtte al hierover op 13 mei 2019.

    Blijkbaar ging de belachelijkheid van zijn beweringen toen volledig verloren. Akerboom kon maar 3 politiemensen bedenken en opnoemen die in de oorlog niet fout waren geweest. Zover dus het ‘historisch besef’ van de politie.

    De expositie werd geopend door de Haagse politiecommandant Paul Musscher, die de gelegenheid te baat nam enkele mooie uitspraken te doen. ‘‘Bedenk dat hetgeen gisteren bedreigd werd, heden en morgen opnieuw in gevaar kan verkeren. Bescherm het en wees waakzaam’. En: ‘In het bezette land werden de organisaties van vrije burgers door den vijand ontbonden, de wetten ontkracht, de kerken bedreigd. De pers gemuilkorfd en de vrije beoefening van wetenschap en kunst verboden.’,aldus Traces of War opnieuw.

    Wij moeten bij zijn wijze woorden onwillekeurig denken aan: Motorclubs die werden verboden, wetten die door toedoen en op aandringen van de politie werden veranderd, en aan het eenzijdig berichten in de media over zaken door de politie en het O.M. aangedragen en bij wetenschap natuurlijk aan het WODC dat eindconclusies moest aanpassen na druk van het Ministerie van Veiligheid en Justitie. Maar een kniesoor die daarop let. De toespraak van Musscher ging zonder kritiek voorbij, de expositie is namelijk alleen voor intern gebruik.

    De vraag is wie is Paul Musscher en waar kennen we hem ook weer van? Paul Musscher kwam in 2014 uitgebreid in het nieuws toen hij wat verklaringen aflegde over zijn zienswijzen. Hij had dat beter niet kunnen doen, want de kritieken waren niet mild. ‘Berber komt van het woord barbaar en dat is inderdaad cultureel ingebakken dat ze wat wilder zijn, wat makkelijker op straat leven, en wat ruiger zijn. Je zou kunnen zeggen dat het genetisch meegekomen is.’De uitspraken komen van Indymedia op 27-11-2014 (https://www.indymedia.nl/node/25644)

    Indymedia voegt er nog aan toe dat meneer Musscher bepaald niet van kritiek gediend was en op allerlei manieren probeerde van lastige criticasters af te komen. Zo werden zelfs informanten ingezet om anti-racismeactivisten te bestrijden die aanstoot hadden genomen aan zijn uitspraken. Indymedia: Naast racisme is van Musscher ook niet vies van intimidatietechnieken. Onlangs is gebleken dat de Regionale Inlichtingen Dienst (lokale AIVD tak en collega’s van de politie) onderzoek doet naar en informanten probeert te rekruteren binnen cirkels die demonstraties tegen racistisch politiegeweld in Den Haag hebben georganiseerd. Nadat dit naar buiten kwam heeft van Musscher ook nog eens zonder legitieme reden persoonlijk aangifte gedaan tegen één van deze organizers voor “belediging, laster en smaad”, en is er een strafrechtelijk onderzoek gestart dat wordt onderzocht door zijn eigen korps.

    Na de gewelddadige dood van de Arubaanse Mitch Henriquez werd er op internet een petitie gestart voor het aftreden van politiechef Musscher. (https://secure.avaaz.org/nl/community_petitions/De_minister_van_Veiligheid_en_Justitie_mr_GA_van_der_Steur_Ontslag_politiechef_eenheid_Den_Haag_dhr_Paul_van_Musscher/) Tal van bekende Nederlanders ondertekenden de petitie. Ook andere racistische incidenten waarbij door de politie grof, en dodelijk, geweld werd gebruikt werden genoemd. Het mocht niet baten, meneer Musscher zit nog steeds op zijn post.

    Wel kwam meneer Musscher in het nieuws door zijn krokodillentranen. Het Algemeen Dagblad berichtte op 8-7-2015: ‘De chef van de Haagse politie, Paul van Musscher, hield het woensdag niet meer droog bij de gemeenteraadsvergadering over de dood van Mitch Henriquez. Met tranen in zijn ogen onderbrak hij zijn uitleg.’ ‘Na een stilte zei de politiechef: ,,Ik begrijp de emoties die dit oproept. Ook bij mij, zoals u ziet. Ik begrijp ook dat mensen uiting willen geven aan hun emoties.’

    Na de veroordeling van de politiemensen die verantwoordelijk waren voor de dood van Mitch Henriquez was korpschef Musscher aanmerkelijk milder met zijn emoties: ‘De uitspraak van het hof in de zaak van Mitch Henriquez heeft een grote impact op het Haagse korps. Dat heeft politiechef Paul van Musscher woensdag gezegd. Agent DH02 werd vrijgesproken, maar het hof veroordeelde DH01 tot een voorwaardelijke gevangenisstraf. ‘Die veroordeling is een hard gelag voor de betreffende collega.’, aldus Omroep West op 19 juni 2019.

    Dus ja, een fraaie expositie over keuzes die je moet maken en lessen die je daaruit moet trekken. Het lijkt er niet op dat er veel van de oorlog is geleerd.

     

    Het vuil van Minerva

    Al jaren komen er met grote regelmaat berichten in de kranten over ernstige incidenten bij studentenverenigingen. Mishandelingen, aanrandingen, aangiftes. De burgemeester van Groningen, Peter den Oudsten, zei op 9 januari 2019 in Trouw: ‘Vindicat is niet verheven boven een motorbende, maakt de burgemeester van Groningen duidelijk.’ De burgemeester zei dat naar aanleiding van het opzettelijk toebrengen van letsel bij een ontgroening van studentenvereniging Vindicat. Het was het zoveelste ernstige incident bij Vindicat.

    Ook bij andere studentenverenigingen is het raak. Al jaren verschijnen er krantenartikelen. Een van de meest bekende, of zo u wil beruchte, studentenverenigingen is de Leidse studentenvereniging Minerva.

    Op de websitie van studentenvereniging Minerva staat precies beschreven wanneer de vereniging is opgericht. ‘De Leidse Studenten Vereniging Minerva kent een lange en rijke geschiedenis. In 1575 werd de Universiteit Leiden opgericht. Leiden heeft daarmee de oudste Universiteit van Nederland. Daarnaast heeft Leiden ook de oudste ontmoetingsplaats voor studenten. In 1814 werd de Sociëteit ‘Minerva’ opgericht. Sindsdien heeft de Vereniging vele veranderingen gezien. L.S.V. Minerva is tegenwoordig, met ruim 1900 leden, een van de grootste studentenverenigingen van Leiden en Nederland.’

     

    EEN LANGE LIJST STRAFBARE FEITEN

    Op 9 maart 2006 bericht Mare uitgebreid over een aantal verbijsterende voorvallen bij Minerva in Leiden. ‘In zes maanden hebben zich bij de studentenvereniging Minerva vier gewelddadige incidenten voorgedaan, waarbij leden ernstig zijn mishandeld. Ook is een intern onderzoek gestart naar een mogelijke aanranding van een 18-jarige scholiere.’ Mare gaat uitgebreid in op de gebeurtenissen. ‘In de nacht van 4 januari heeft een bestuurslid – ‘tevens huisgenoot van de vorige dader’ – ‘excessief geweld’ gebruikt. Normaal mag het bestuur tijdens ‘het zaalleven’ met de platte hand ‘corrigerende tikken’ uitdelen, maar in dit geval kreeg een jongen vuistslagen en trappen. Het slachtoffer liep drie gekneusde ribben op. Het bestuurslid is een week op non-actief gesteld. Bij de politie werd geen aangifte gedaan.’ ‘Toch is ook bij het laatste incident een oud-bestuurslid betrokken. Tijdens een scholierenfeest zou een 18-jarige scholiere door hem en een ander lid zijn meegenomen naar de wijnkelder van de sociëteit en daar zijn aangerand. De persoon die het meisje voor het feest had uitgenodigd ging haar samen met de voorzitter zoeken en trof haar volgens de leden ‘totaal overstuur’ aan. Er is geen aangifte gedaan bij de politie, maar de zaak wordt wel door de interne rechtspraak onderzocht.’

    Duidelijk blijkt dat er meestal geen aangifte plaatsvind. Minerva heeft namelijk zijn eigen rechtspraak. ‘Het College van rechtspraak is een onafhankelijk orgaan dat de zaken grondig onderzoekt en zware straffen oplegt.”, aldus Mare. Minerva staat hiermee boven de wet. Ernstige incidenten worden vaak door de vereniging zelf beoordeeld. Dit zegt ook een onafhankelijk onderzoek door een advocatenkantoor. ‘Op basis van het onderzoek heeft het advocatenkantoor een lijst met aanbevelingen verstuurd naar het bestuur van het corps. De mail en de aanbevelingen zijn in handen van de krant.’, volgens Nu.nl op 10 september 2018. ‘Op basis van het onderzoek heeft het advocatenkantoor een lijst met aanbevelingen verstuurd naar het bestuur van het corps. De mail en de aanbevelingen zijn in handen van de krant.’ ‘De aanbevelingen bestaan uit 31 wijzigingsvoorstellen. Dit moet ervoor zorgen dat het corps dezelfde normen en waarden naleeft en dat de interne regels “kritisch moeten worden herzien”. Deze cultuuromslag zou een einde moeten maken aan grensoverschrijdende incidenten.’

    De conclusie is dat er strafbare zaken plaatsvinden bij Minerva als mishandelingen, aanrandingen, verplicht drank- en drugsgebruik: ‘Studentenvereniging Minerva moet de interne ‘Corpswet’ aanpassen om een einde te maken aan grensoverschrijdende incidenten met drank, drugs, geweld en seks. Het bestuur kondigt om die reden een ‘cultuurprogramma’ aan om de cultuur binnen de vereniging te verbeteren.’ Maar in plaats van aangifte, zodat de politie de strafbare feiten kan onderzoeken en de rechter zich hierover kan uitspreken, worden deze strafbare feiten alleen beoordeeld door de eigen rechtspraak van Minerva. Er wordt dus verzuimd aangifte te doen van strafbare feiten, waarbij ook slachtoffers zijn gevallen.

    OMERTA

    Binnen Minerva heerst zelfs een verbod om zaken naar buiten te brengen. ‘Als corpslid uit de school klappen tegenover niet-leden of de media kan je op een flinke boete komen te staan. Er worden zelfs zwijgcontracten over opgesteld. In het geval van het Groningse Vindicat hangt je een som van 25.000 euro boven het hoofd als je iets vertelt over bijvoorbeeld je ontgroening.’, volgens NOS op 29 september 2016.

    ‘Ook na de groentijd kwamen fysieke aanvaringen voor, vertelt Lex. “Ik herinner me een corpslid die op een normale borrelavond zwaar in elkaar is geslagen door twee dronken corpsleden.” Aangifte is niet gedaan. “Nee”, zegt Lex, “daar heeft het corps een intern rechtssysteem voor.” ‘, aldus NOS. ‘Lex’ is een schuilnaam voor een oud lid van Minerva.

    OPENBARE ORDE

    De inwoners en bezoekers van Nederlandse grote steden hebben het al vaak gezien. Elk jaar opnieuw, na het begin van het studiejaar, worden nieuwe studenten ontgroend. Op straat, op pleinen, in publieke gelegenheden, in parken, worden studenten vernederd. Geknield, kruipend en in de houding staand kan het publiek zich aan de toekomstige leiders van het land vergapen.

    Mare op 9 maart 2006: ‘In de nacht van 28 september stormden twee Minervanen (met twee broers van een lid) uit de sociëteitsdiscotheek HiFi en vielen een appartement in de Breestraat binnen. Daar werden de bewoner en een andere Minervaan ernstig mishandeld. Er werd ook een meisje geslagen.’

    ‘Een rustige straat met oude panden en een wijds uitzicht over het water; aan de Nieuwe Rijn in Leiden is het doorgaans goed toeven. Deze idylle wordt echter al jaren ruw verstoord door de bewoners van nummer 97. In Minervahuis ‘Huize Safari’ zouden negen brallende lullo’s de omwonenden terroriseren.’, aldus Quote op 27 september 2005. De activiteiten van Minerva-leden hebben dus meteen invloed op het publieke domein. En wel gedurende langere tijd. En in Leiden zijn ze wel iets gewend.

    NAZI’S

    Een ander incident dat veel ophef veroorzaakte was de ontdekking van een kamer die was ingericht als nazi-pronkkamer. ‘In de nok van de kamer hangt een rol prikkeldraad, aan de muur hangt een geïmproviseerd hakenkruis, er is een treinspoor geschilderd en op een muur is ‘Arbeit macht frei’ gekladderd. Je zou anders verwachten als je de buitenkant van het pand beziet. Het grachtenpand van drie verdiepingen ligt in het centrum van de studentenstad Leiden, in een rustige zijstraat van het chique Rapenburg.’, bericht de Volkskrant op 13 november 2015. Opnieuw is het alleen het interne rechtsorgaan dat de zaak afdoet. ‘Dat de leden niet zijn geschorst, komt omdat schorsing verloopt via het interne rechtspraakorgaan.’, volgens de Volkskrant.

    Dat de verstoring van die openbare orde ook daadwerkelijk wordt gevreesd, bewijst wel het artikel in de Volkskrant van 27 juni 2014. ‘Exploitanten van strandtenten in Wassenaar kwamen in het geweer tegen het plan van de lustrumcommissie om hier de zogenoemde Buitendag te organiseren. Ze vreesden dat met de komst van duizenden (oud-) corpsleden het vertier van de overige badgasten in het gedrang zou komen.’ Leden van Minerva én oud-leden van Minerva worden gevreesd door de horeca.

     

    DODEN EN ZWAARGEWONDEN

    Incidenten bij Minerva leidden soms tot zwaargewonden en zelfs doden. Op 4 oktober 2016 schrijft de publicist Micha Kat een artikel over ontgroeningen en noemt daarbij een hele lijst van voorvallen. (http://niburu.co/index.php?option=com_content&view=article&id=11155:dode-bij-minerva-tijdens-ontgroening-joris-demmink&catid=9:binnenland&Itemid=22) Bij een van die voorvallen overleed zelfs een jaargenoot van Joris Demmink in Leiden.

    Ook in Utrecht viel eens een dode: ‘De student, jonkheer David Rutgers van Rozenburg, kreeg een roetkap opgezet die per abuis niet behandeld was met het gebruikelijke steenkoolroet, maar met petroleumroet, waardoor hij stikte. De lankmoedige wijze waarop deze affaire door justitie werd behandeld en de relatief lichte straffen voor de bestuursleden van Tres stond in scherp contrast met de felle reactie van justitie op ludieke acties van Provo en leidde tot beschuldigingen van klassenjustitie. Omdat de rechters en de officier reünisten van studentencorpora waren sprak men van “klassenjustitie”. De loopbanen van de veroordeelde studenten hebben later niet onder de veroordeling geleden.’

    Dit laatste incident was in 1965. Toen dus al. Ook in Groningen viel een dode bij een ontgroening: ‘De ‘dooie na de consumptie van een fles jenever’ waar Van ‘t Hek het over heeft verwijst naar een affaire in -alweer-Groningen uit 1997 toen foet Reinout Pfeiffer het leven liet toen hij werd gedwongen een hele fles jenever in een keer leeg te drinken. Deze affaire was met name explosief omdat de vader van Reinout een prominent lid was van de toga-mafia en een Minerva-man, net als Joris Demmink, Ivo Opstelten en de halve kabinetten onder Rutte -pa Pfeiffer werkt(e) als notaris voor de elite bral- en plunder-kantoren Nauta Dutilh en Loyens & Loeff.’, volgens Micha Kat.

    Pogingen tot moord of doodslag komen ook voor: ‘Een stuk schimmiger is de ‘hockeybal-affaire’ waarbij een dronken ouderjaars de schedel van een foet gebruikte als golf-tee en in plaats van de bal het hoofd van de foet raakte. Deze poging tot moord werd vrijwel volledig doodgezwegen en was slechts bekend in de kringen van de studentencorpora waartoe ook de auteur van dit stuk behoort. Youp van ‘t Hek noemt de affaire in 1999 in een column in NRC Handelsblad: Ach ja, de rijkeluishooligans. Het ene jaar is het een roetkap, het andere jaar raakt er eentje zwaar gewond omdat een dronken corpsbal bij een foet een hockeybal van zijn kop moet slaan, dan gaat het weer om een dooie na de consumptie van een hele fles jenever. Niet eens bekend is bij welk corps deze affaire zich heeft afgespeeld! Waarschijnlijk is de dader later president geworden van een gerecht of hoofdofficier van justitie.’ aldus weer het artikel van Micha Kat.

     

    TOEKOMSTIGE LEIDERS

    Uit het artikel van Micha Kat bleek het al. ‘De daders van de incidenten worden president van een gerecht of hoofdofficier van justitie.’ Is dit ook inderdaad zo? In het artikel ‘Een helse vereniging’ publiceerden wij al een lange lijst van oud-leden van Minerva: http://justitieenveiligheid.nl/een-helse-vereniging/. Het lijkt erop dat bijna alle ministers van Justitie afkomstig zijn van Minerva. Op 11 maart 2015 bericht NOS: ‘Veel ministers van Justitie waren opgeleid in Leiden en oud-lid van studentenvereniging Minerva. VVD-ministers van Justitie worden al decennialang gerekruteerd uit de kringen van het Leidse studentencorps. Opstelten en bijvoorbeeld zijn voorgangers Korthals Altes en Korthals waren lid van Minerva.’ Na Opstelten kwam Ard van der Steur, die ook Minerva-lid was. De tegenwoordige minister van Justitie Grapperhaus was geen lid van Minerva, maar zijn zoon Max was daarentegen bestuurslid van de beruchte vereniging. Hij was zelfs voorzitter.

    Naar aanleiding van een rechtszaak door boze buren aangespannen, zegt Max Grapperhaus in Quote op 27 september 2005: ‘Preases Collegii van Minerva, Max Grapperhaus: ‘Ik heb begrepen dat een incident dat twee jaar geleden heeft plaatsgevonden helaas is geëscaleerd in een rechtszaak.’ Natuurlijk heeft Grapperhaus de heren even aan de tand gevoeld, maar hij acht Minerva verder geen partij in het conflict. ‘De bewoners zijn lid bij Minerva, maar het huis is geen eigendom van Minerva.’

    Voorzitter Grapperhaus, zoon van minister Grapperhaus, heeft dus zelf even de heren aan de tand gevoeld en kwam tot de conclusie dat Minerva geen partij is in het conflict.

    The Post on Line bericht op 20 maart 2016: ‘Minister Ard van der Steur (Veiligheid en Justitie) liet, toen hij nog universitair docent was, studenten klusjes uitvoeren in en rond zijn woning in Warmond. Dat gebeurde in het kader van hun ontgroening bij studentenvereniging Minerva, waarbij Van der Steur zelf ook lid is geweest. De studenten kregen hier niet voor betaald. Volgens NRC Next verrichtten tientallen studenten tot 2009 werkzaamheden in het kasteel waar Van der Steur een appartement huurt.’ Dit is echter niet toegestaan. ‘Volgens de gedragscode van de Universiteit Leiden moeten docenten hun contacten met studenten “zakelijk” houden en mag er “geen vermenging van persoonlijke en zakelijke relaties” zijn, schrijft NRC Next. “Als je studenten die je in de collegebanken kunt krijgen voor je laat klussen, breng je de professionele distantie in gevaar”, reageert een deskundige op het gebied van omgangsvormen binnen onderwijsinstellingen., aldus TPO.

    Duidelijk is hiermee dat ook oud-leden van Minerva nog bemoeienis hebben met Minerva en activiteiten die niet zijn toegestaan. Ook door iemand die later minister van Justitie zou zijn.

    MINISTERIE OP STELTEN

    NRC op 10 maart 2015: ‘Onduidelijkheid over een deal met een drugshandelaar heeft gisteravond geleid tot het opstappen van minister Opstelten en staatssecretaris Teeven.’ In het verlengde van deze zaak is ook de beruchte bonnetjeszaak, waarbij een bonnetje zogenaamd niet kon worden gevonden. Op 20 mei 2016 bericht Welingelichte Kringen: ‘De ambtelijke top van het ministerie van Veiligheid en Justitie wist waar het ’bonnetje’ van de Teevendeal gevonden kon worden, maar deed tijdenlang niets met die kennis. Dat onthult De Telegraaf, die inzage heeft in het tweede rapport Oosting, dat volgende week verschijnt. Onderwijl bleef het departement beweren dat niet meer te achterhalen was hoeveel miljoenen er nou echt naar drugsbaron Cees H. werden overgemaakt. Pieter Cloo, de allerhoogste ambtenaar van het departement en een vertrouweling van Opstelten en Teeven, werd bij herhaling op de vindplaats gewezen. De voormalig secretaris-generaal liet zijn departement echter communiceren dat het bonnetje onvindbaar was. Het ligt voor de hand dat Cloo, als vriend van Opstelten, handelde in opdracht of met medeweten van de minister. Maar dat staat niet vast.’ Blijkbaar is het lidmaatschap van Minerva niet meteen een opmaat naar eerlijk en democratisch handelen.

    Dit zijn de mannen, vrouwen zijn blijkbaar minder welkom, die de hoogste posten bekleden in Nederland. Zij mishandelen, vernederen, randen aan, verstoren de openbare orde, gebruiken drugs en excessieve hoeveelheden drank en hebben een eigen rechtssysteem en een zwijgplicht naar buiten. Op het Ministerie van Justitie en Veiligheid zijn al jaren problemen aan de orde van de dag. Hoge justitieambtenaren slapen met andere hoge justitieambtenaren, de Tweede Kamer wordt onjuist voorgelicht en men probeert rechtszaken te beïnvloeden. Officieren van justitie worden zogenaamd bedreigd zonder dat er enig bewijs is, officieren van justitie bedreigen zichzelf en geven motorclubs de schuld, we kennen de affaire-Van Laarhoven en de talloze doofpotaffaires zoals de Enschedese Vuurwerkramp.

    Staan Minerva en zijn leden na de verboden motorclubs in de rechtszaal? Of blijven zij beschermelingen van telkens weer andere ‘onderonsjes’?

     

     

    Een helse vereniging

    ‘Aspirant-leden moesten tijdens ontgroeningen naakt door ondergekotste wc’s kruipen en andere vernederingen ondergaan.’ ‘De vereniging „is verdeeld” in verschillende groepen waar soms een „grimmige cultuur heerst”.

    Ik weet dat ik nu de aandacht heb van de lezer. Ik citeer dus nog even verder, want is het niet heerlijk griezelen? ‘Er wordt een pornofilm aangezet en wie opgewonden raakt, krijgt een tik op zijn geslachtsdeel.’ ‘Er worden wel voorbeelden van te voorkomen excessen genoemd, zoals het ‘bilnaad-adje’, waarbij iemand alcohol moet drinken die door de bilnaad van een ander lid wordt geschonken. „Met „de vlakke hand slaan” door bestuursleden moet geen regel zijn, maar alleen nog als het „echt noodzakelijk” is.’ ‘De „carrousel” blijkt een rondgang van nieuwe leden bij verbanden en subverenigingen, waar ze worden besmeurd met vuil. Ook worden nieuwe leden met een brandslang natgespoten. Bij sommige ontgroeningen gebeurt dat zelfs een kwartier lang, en zijn de aspirant-leden naakt.’

    Ja, die motorclubs maken er een bende van! Of niet? Het is daarom maar goed dat ze verboden zijn! Alleen zijn de bovengenoemde citaten afkomstig uit NRC van 15 oktober 2019 en gaan zij over de Leidse Studentenvereniging Minerva. Er wordt gesproken over drankmisbruik, aanranding (vingers in anussen van anderen steken), cocaïnegebruik, mishandeling. Er is een groot onderzoek ingesteld en er zijn inmiddels aanbevelingen gedaan. Leest u dat hier: https://www.nrc.nl/nieuws/2018/10/15/bij-minerva-halen-de-tijden-de-mores-in-a2566907

    ‘In september 2012 werd één van de huizen van Minerva op last van de Leidse burgemeester Henri Lenferink voor een periode van twee weken gesloten vanwege een incident: de sociëteit moest worden ontruimd nadat er brand was uitgebroken door in het pand afgestoken vuurwerk’, aldus het Reformatorisch Dagblad op 21 september 2012. ‘In zes maanden hebben zich bij de studentenvereniging Minerva vier gewelddadige incidenten voorgedaan, waarbij leden ernstig zijn mishandeld. Ook is een intern onderzoek gestart naar een mogelijke aanranding van een 18-jarige scholiere.’, aldus sleutelstad.nl 9 maart 2006.

    Ik kan nu heel lang uitweiden over andere studentenverenigingen, zoals de Groningse studentenvereniging Vindicat, waar ernstige mishandelingen plaatsvonden. Beter is het misschien om te vermelden wie er eigenlijk lid zijn, of waren, van deze studentenbende.

    Volgens Wikipedia zijn de volgende bekende Nederlanders lid: Koningin BeatrixKoningin JulianaKoning Willem-AlexanderPrins ConstantijnPrins FlorisPrinses MargrietPieter van VollenhovenAlexander der NederlandenPrinses AiméePrinses Astrid van BelgiëSultan Hamengkoeboewono IX van JogjakartaWillem van Oranje-Nassau (1840-1879)

    Overige leden: Gijs van AardennePierre Louis d’Aulnis de BourouillYoeri AlbrechtHans van BaalenJoris BackerPieter Herman Bakker SchutFloris BakelsRobbert BaruchAchraf BoualiHuibert BoumeesterAnnelien BredenoordNina BrinkTheo BrinkelLaurens-Jan BrinkhorstAnkie Broekers-KnolPhilippe BroodCarolijn BrouwerConrad Busken HuetCharlene de Carvalho-HeinekenRudolph Pabus CleveringaDolf CohenPieter Cort van der LindenHerman CosterPieter Helbert DamstéJoris DemminkKees DutilhCees Droogleever FortuynHeleen DupuisCees van EendenburgIrene EijsCees FasseurJaap FischerAnne FliermanAdriaan FokkerHans FrankenMolly GeertsemaGerben-Jan GerbrandyIda GerhardtFloris GertsCees GoekoopOscar HammersteinKarel HardemanFrançois HaverschmidtErik Hazelhoff RoelfzemaJérôme HeldringJan HoekemaWopke HoekstraNoor HolsboerJaap de Hoop SchefferMariska HulscherAdriaan JaeggiErnst de JongeMarien de JongeTine JoustraJan KalffWanda de KanterAnnelien Kappeyne van de CoppelloEelco van KleffensRudolf de KorteChris KredietKees KousemakerA.W. KistFloor KistChris van der KlaauwMarius KlumperbeekManuel KneepkensKlikspaanRudolf de KorteBenk KorthalsFrits Korthals AltesJef LastKees van LedeRuurd LeegstraLisanne LejeuneCornald MaasGeorge MaduroMichiel MeursPauline MeursEdgar Michiels van VerduynenWalter MiddelbergFrank MoermanMichiel MolVictor MullerAlexander MünninghoffHans NieuwenhuisNelleke NoordervlietHendrik OfferhausIvo OpsteltenAlexander PechtoldMariko PetersHerman PhilipseSuzanne PlesmanJaap Polak (jurist)Huib du PonMarnix van RijOnno te RijdtAlexander Rinnooy KanAnnie Romein-VerschoorJon van RoodToon de RuiterHerman SchaperJ.M.W. ScheltemaRutger SchimmelpenninckJaap SchoutenMelanie Schultz van HaegenKees SchuytYpe StelmaArd van der SteurMax van der StoelBram van der StokOlaf StugerCarel StruyckenMorris TabaksblatJoost TaverneOckje TellegenErica TerpstraEmile den TexHerman Tjeenk WillinkJacobine VeenhovenOnno van VeldhuizenMaxime VerhagenPaul Verhoeven (regisseur)Alexander Ver HuellWillemijn VerloopPaul van VlietCharles van der VoortGijs de VriesNicolien van Vroonhoven-KokHenk WamstekerHans van WalsemFranc WeerwindBas van WervenNout WellinkHerman Bernard Wiardi BeckmanJan-Kees WiebengaFlip WinckelPieter WinsemiusEckart WintzenGuido van WoerkomMichiel ZonnevylleGuus ZoutendijkRuben van Zwieten.

    Naast enkele mensen die niet beter weten, is dit de keur van het Nederlandse maatschappelijke leven. Zag u ook de namen al staan van enkele ministers van Justitie? Ik zelf zag de naam van Ard van der Steur al staan. En, o ja, Joris Demmink. Kent u hem? En Ivo Opstelten? Die man die Wilders koste wat kost wilde laten vervolgen? En die de motor was achter de vervolging en het verbod op motorclubs?

    Wat moet je hier nu aan toevoegen? Bij motorclubs gebeuren dit soort dingen niet. Maar ja, die worden meestal later ook geen minister of staatshoofd.

    Bergrijpt u het nu? Wij wel. Maar dat is geen reden om niet meer te schrijven over vervelende korpsballetjes die denken dat ze toch nog goed terecht gekomen zijn. Wordt vervolgd dus!

     

     

     

     

     

     

     

    Enkele helse weken

    Het zou natuurlijk niet mooi zijn om complottheorieën los te laten op deze overheid. Niet voor de overheid, maar voor onszelf. We zijn dus alles netjes op een rijtje gaan zetten. En dan vallen er toch een paar dingen op.

    Deze week werd No Surrender MC verboden door de rechter in Assen. De week daarvoor werd in Utrecht al Hells Angels MC verboden door een andere rechter. Vorig jaar verbood de rechter Bandidos MC, Satudarah MC en Catervarius. Deze laatste is een motorclub waar bijna niemand ooit van gehoord had. De rechter wel.

    Nou valt op dat deze 5 motorclubs intern, organisatorisch dus, totaal verschillend gestructureerd zijn. Ook de ten laste leggingen van de clubs verschillen. Bandidos en No Surrender bestaan nog maar enkele jaren in Nederland. Satudarah al vele jaren en de Hells Angels lijken de bikersubcultuur in Nederland uitgevonden te hebben. Ondanks de enorme verschillen in huishouding bij deze 5 motorclubs werden ze allemaal door een rechter verboden. Alsof de klok erop gelijk was gezet.

    In Nederland worden maar heel zelden verenigingen of organisaties verboden. In 2012 werd de Vereniging Martijn verboden door de rechter in Assen. In 1998 was de extreem-rechtse politieke partij CP’86 al verboden door een rechter in Amsterdam. Er is in Nederland veel discussie, maar het lijkt erop dat het recht van vereniging voor veel mensen een groot goed is en de overheid daar niet snel aankomt.

    Dat binnen korte tijd 5 motorclubs, intern totaal van elkaar verschillend, worden verboden is daarom opmerkelijk. Er moet iets aan de hand zijn. Maar wat er precies aan de hand is, is eigenlijk onduidelijk. Er wordt veel gesproken over de openbare orde, maar de laatste jaren zijn deze motorclubs niet veel in het openbaar gesignaleerd. Van de door journalisten en politie voorspelde ‘bikeroorlog’, of ‘oorlog tussen motorbendes’ is het ook nooit gekomen. In een klein land als Nederland was het toch voor de hand liggend geweest dat iedereen weet waar iedereen woont. Maar bezoekjes zijn achterwege gebleven. De weinige incidenten die plaatsvonden in Limburg bij leden van de Bandidos en die door de politie aan de Hells Angels werden toegeschreven, werden door de Bandidos zelf afgedaan als problemen die zij hadden met derden, dus uitdrukkelijk niet met de Hells Angels.

    Waren er bij clubs als No Surrender, Bandidos en Satudarah ook op het individuele vlak arrestaties en veroordelingen voor een aantal strafbare feiten, bij de Hells Angels leken de problemen zich te beperken tot hoofdzakelijk de afdeling in Haarlem. De andere afdelingen, sommige bronnen spreken toch over een totaal van maar liefst 300 man!, leken zich onzichtbaar voor de media en de politie door het land te bewegen. Volgens advocaat Knoops hebben de meeste Hells Angels gewoon een baan.

    Wat is dan de overeenkomst tussen al deze motorclubs? Nou, simpel, ze zijn nu allemaal verboden.

    Op 9 mei 2014 zei toenmalig minister Opstelten van Veiligheid en Justitie in NRC het volgende: ‘De huidige wetgeving biedt voldoende ruimte om motorclubs in Nederland hard aan te pakken. Dat heeft minister van Veiligheid en Justitie Ivo Opstelten gezegd.’ “Als overheid kunnen wij dit niet en willen wij dit niet tolereren. De doelstelling is dat we deze gangs aanpakken en de wet biedt ons die mogelijkheid.”, aldus de minister.

    De Telegraaf bericht op 8 juni 2019 dat Geert Wilders werd vervolgd voor zijn uitspraken over ‘minder Marokkanen’ door aandringen van dezelfde minister Opstelten. Een nieuwe getuige dook op die een aantal zaken verklaarde. ‘De getuige beweert in 2011 te hebben meegeluisterd met een gesprek tussen en Opstelten en toenmalig topambtenaar Joris Demmink. Daarin zou de ex-bewindspersoon hebben gezegd dat er moest worden gezocht naar een nieuwe aanleiding om de PVV’er te vervolgen, omdat ‘hij ons te veel voor de voeten loopt’, aldus De Telegraaf. Wilders werd pas jaren later, in 2014, aangeklaagd, voor zijn uitspraak over ‘minder, minder Marokkanen’.’

    Dit is kwalijk omdat er een scheiding is tussen politiek en bestuur. Een minister hoort zich niet te bemoeien met de onafhankelijke rechtspraak.

    Vreemd is dat kort voor de Hells Angels door de rechter werden verboden een aantal andere zaken speelde. Een hoog onderscheiden landmachtmilitair kreeg ontslag aangezegd omdat hij lid was van Veterans MC. Volgens de politie zou Veterans MC omgaan met de Hells Angels. Dat Veterans MC niets aan te rekenen viel, werd dus plotseling ongeldig omdat zij omgang zouden hebben met de Hells Angels. Maar die waren op dat moment nog helemaal niet verboden. In dezelfde week werd de ontslagbrief van een Hells Angel die al 24 jaar bij de brandweer werkte door kranten gepubliceerd. Brandweercommandant Schaap had de brief doorgespeeld aan de pers. Ook dit geval speelde in de week vóórdat de Hells Angels werden verboden.

    Was al voor het verbod door de rechter bekend wat hij zou gaan beslissen? Wat gebeurde er na het uitspreken van het verbod op de Hells Angels? Op 29 mei 2019 verklaarde minister Grapperhaus op Nieuws.nl: “Het Openbaar Ministerie heeft de afgelopen jaren hier flink op ingezet. Het is geweldig dat ze dit soort resultaten boeken.” Een nogal partijdige uitspraak.

    De dag van de uitspraak van de rechter over de Hells Angels verspreidde Defensie een bericht onder zijn medewerkers waarin werd opgeroepen leden van motorclubs die dienen bij Defensie te melden, te verraden, bij de leidinggevenden. Een speciaal telefoonnummer werd daarvoor bekend gemaakt. Wel erg snel na het verbod op de Hells Angels dat Defensie zijn verradersactie in de veren had gestoken.

    Dus waarom zijn die motorclubs nu door een rechter verboden? Doordat die clubs strafbare feiten begingen en een gevaar waren voor de openbare orde? Of omdat er een aantal zaken in gang was gezet door een minister? Een minister die dat vaker zou doen? In hoeveel andere zaken is dit ook gebeurt? In hoeveel strafzaken heeft minister Opstelten een dergelijke aansturende rol gespeeld?

     

     

     

     

    De rechtstaat in Nederland: ‘We moeten keuzes maken’.

    “We moeten iedere dag keuzes maken”, zegt Rob van den Broeke, districtschef bij de recherche woensdag 28 november 2018 bij de NOS https://nos.nl/artikel/2261237-politie-stopt-dit-jaar-16-000-zaken-vanwege-personeelstekort.html In het artikel zegt de NOS ‘De politie heeft dit jaar duizenden onderzoeken stopgezet, omdat er niet genoeg rechercheurs beschikbaar zijn. Het gaat om aangiftes en registraties van misdrijven waarvan er een gerede kans is dat de politie ze kan oplossen, omdat er aanknopingspunten zijn, zoals sporen. Tot november gaat het om meer dan 16.000 zaken, blijkt uit cijfers die de NOS heeft opgevraagd.’

    16.000 zaken die de politie laat liggen? Aan hoeveel zaken werkt de politie? ‘De politie heeft op dit moment ruim 40.000 zaken wél in behandeling. Daarnaast liggen er nog bijna 23.000 nieuwe zaken op de plank. Dat zijn bijvoorbeeld winkelovervallen of geweldsincidenten, waarvoor nu nog geen capaciteit is. Die zaken liggen te wachten op beschikbare rechercheurs. Het komt ook voor dat andere zaken prioriteit krijgen. Hoe deze cijfers in eerdere jaren lagen kan de politie op dit moment niet zeggen.’, volgens de NOS. Dat betekent dat bijna een derde van het totaal aantal zaken dat de politie onder zijn hoede krijgt wordt gestaakt. De NOD zegt dat de politie zaken laat vallen die minder belangrijk zijn. ‘De politie spreekt van “eenvoudiger zaken”, zoals een mishandeling zonder letsel, winkeldiefstal of een inbraak in een woning waar niemand thuis was.’

    Een derde van het totaal aantal zaken waarvan ‘er een gerede kans is dat de politie ze kan oplossen, omdat er aanknopingspunten zijn, zoals sporen.’ Hoe was dit vorig jaar? De Dagelijkse Standaard (DDS) deed onderzoek en schreef op 22 juli 2017 dit artikel: https://www.dagelijksestandaard.nl/2017/07/politie-laat-criminelen-massaal-vrijuit-gaan-half-miljoen-aangiftes-gaan-ongezien-de-prullenbak-in/ In dit artikel zegt DDS: ‘Maar liefst 511.000 van de 930.000 geregistreerde misdrijven werden vorig jaar door de politie niet vervolgd. Daarmee wordt dus ruim 55% van alle aangiftes tegen misdaden in Nederland gevolgd door een zogenaamd sepot: de politie doet er niets mee, en de crimineel in kwestie gaat vrijuit.’ DDS: ‘Op een totaal van 930.000 geregistreerde misdrijven is daarmee 55 procent van de zaken ongemoeid gebleven. Vooral aangiftes via internet worden niet in behandeling genomen.’

    Op 22 oktober 2017 schreef Almere Nieuws ook een artikel over keuzes die de politieman maakt: http://www.almere-nieuws.nl/nieuws/19039/politie-almere-blijft-aangiftes-weigeren-vvd-opent-meldpunt/ Het blijkt dat de politie van Almere al jarenlang weigert aangiftes van burgers op te nemen: ‘Al jaren blijkt dat de politie in Almere weigert om aangiftes op te nemen, nu heeft de VVD in Almere een meldpunt geopend waar inwoners hun verhaal kunnen delen over hun ervaring met de politie omtrent de weigering van hun poging om aangifte te doen.’

    In ons artikel ‘Horecaverbod in Delft (4) Nukkige motorrijders staat dit: ‘Vervolgens is de reactie van de politie (in dezelfde mutatie) dat de horeca-ondernemer deze klanten moet en gaat wegsturen. Waarom zegt de politie dat deze klanten die zich niet misdragen en alleen een motorjack aan hebben weggestuurd moeten worden? De politie zegt verder dat overlast van motorclubs niet wordt getolereerd en dat het landelijk beleid is.’ De politie in Delft gaat zelfs zover dat zij dit zeggen in het artikel ‘Horecaverbod in Delft (5) Dit soort volk’: ‘In de mail staat nog ‘adviseerde een ieder om hen niet te bedienen, omdat zij de huisregels overtreden met hun kleding, de ondernemer zijn vergunning kan kwijt raken, de politie dat adviseert, of wat voor reden dan ook. De ondernemer kan direct 112 bellen waarop de politie verder handelt.’ De politie adviseert dus om maar een smoes te bedenken om motorrijders te verjagen en anders kan gewoon 112 gebeld worden.

    De politie in Delft heeft geen enkele last van werkdruk, neemt alle aangiftes van burgers op en heeft voldoende tijd om alle aangiftes te behandelen en alle zaken op te lossen. Of maken zij ook keuzes? We zagen al in ‘Horecaverbod in Delft (4) dat dit landelijk beleid is. Landelijk beleid. Belangrijke zaken die de politie kán oplossen omdat er sporen zijn worden bij tienduizenden gestaakt, geseponeerd of er wordt zelfs geweigerd de aangifte op te nemen. Maar 112 bellen omdat een motorrijder niet weg wil gaan omdat hij niets verkeerd heeft gedaan is normaal volgens de politie van Delft.

    Wie bepaalt dat landelijk beleid? Wie maakt eigenlijk de keuzes bij de politie? Is er een commissaris die na het lunchen boert dat motorrijders lastig gevallen moeten worden, ook wanneer dat ten koste gaat van belangrijke zaken die kunnen worden opgelost? Of is het een inspecteur van politie die besluit dat een melding over een lid van een motorclub die door de stad toert vervolgd moet worden?

    In 2014 meende een groep veteranen, verenigd in Veterans MC, te weten wie dit landelijk beleid opzette. Zij deden aangifte tegen minister Opstelten wegens smaad. ‘Een aangifte van motorclub Veterans tegen minister Opstelten is door het Openbaar Ministerie (OM) geseponeerd. De minister werd door de Veterans beschuldigd van belediging, smaad en laster. De politie schaart de club, met allemaal (oud-)militairen die in het buitenland hebben gediend, in het rijtje van Satudarah, Hells Angels en Bandidos. Ook minister Opstelten laat zich zo uit over de club. Daar was de motorclub boos over. Volgens hen schildert de minister leden onterecht af als zware criminelen, drugsdealers of moordenaars en hij beschadigt zo de naam van de club en haar leden. Volgens de club is er nog nooit iemand van de leden opgepakt of veroordeeld.’, volgens Crimesite op maandag 14 juli 2014 (https://www.crimesite.nl/klacht-veterans-over-opstelten-afgewezen/)

    De aangifte werd geseponeerd. Ja, er worden door de politie en het Openbaar Ministerie tienduizenden aangiftes geseponeerd, geweigerd op te nemen of gestaakt. Dat zagen we al. En ga je uitgerekend aangifte doen tegen de minister die aan het hoofd staat van het Openbaar Ministerie wat denk je dan zelf?

    In hetzelfde jaar 2014 speelde een andere zaak waarin minister Opstelten een bepaalde rol speelde. Volgens advocaat Knoops althans in het Algemeen Dagblad van 12 november 2018 is er wel degelijk sprake van beïnvloeding door meneer Opstelten geweest. In een heel andere zaak, maar toch. ‘Oud-minister Ivo Opstelten ontkent bij hoog en bij laag dat hij in 2014 heeft geprobeerd het Openbaar Ministerie te beïnvloeden om Geert Wilders te vervolgen voor zijn ‘minder Marokkanen’-uitspraak.’ In hetzelfde artikel zegt het AD: ‘RTL Nieuws bracht vanmorgen het bericht dat Opstelten destijds als minister van Veiligheid en Justitie invloed uitoefende op deze beslissing. Bronnen melden echter aan het nieuwsmedium dat hij voorafgaand aan het besluit van het OM duidelijk maakte dat wat hem betreft deze zaak tot strafvervolging moest leiden.’ https://www.ad.nl/politiek/opstelten-ontkent-beinvloeding-om-in-wilders-zaak~ab4a5bba/

    Ivo Opstelten wendt dus zijn invloed als minister aan om het Openbaar Ministerie onder druk te zetten om Geert Wilders te vervolgen. Hij ontkent dit. Enkele jaren geleden werd er door de Veterans MC aangifte gedaan tegen hem wegens smaad en laster. Die aangifte werd geseponeerd door datzelfde Openbaar Ministerie dat volgens Knoops werd beïnvloed door Opstelten. En niet alleen door advocaat Knoops, maar ook volgens het AD: ‘Bronnen melden echter aan het nieuwsmedium dat hij voorafgaand aan het besluit van het OM duidelijk maakte dat wat hem betreft deze zaak tot strafvervolging moest leiden.’

    Dus alles nog eens op een rijtje: De politie heeft geen capaciteit en seponeert, weigert aangiftes op te nemen en staakt onderzoeken bij de tienduizenden. Een motorrijder die een horecazaak niet wil verlaten omdat zijn jas uitmoet rechtvaardigd het bellen van 112 en is altijd een zaak. Een minister van Veiligheid en Justitie ontkent dat hij het Openbaar Ministerie trachtte te beïnvloeden in 2014, maar volgens het Algemeen Dagblad meldden bronnen dat hij dit wel deed. Een minister dus die niet de waarheid spreekt, maar wel het Openbaar Ministerie aanzet om tot vervolging over te gaan.

    Een paar vragen: Wie bij de politie bepaalt welke zaken worden geseponeerd, gestaakt of geweigerd? Wie bij de politie heeft de bevoegdheid onderzoeken naar misdaden te staken wanneer er sporen zijn om de zaak op te lossen? Is het landelijk beleid tegen motorclubs afkomstig van Ivo Opstelten? Heeft Ivo Opstelten het Openbaar Ministerie onder druk gezet tot vervolging over te gaan? Heeft hij daarmee politiemensen aangezet die kleine keuze te maken om een misdaadonderzoek stop te zetten om over te gaan tot het achternazitten van een motorrijder die zijn jas niet uit wil doen?

     

     

     

     

    Marinus van der Lubbe en het nepnieuws

     

    Dat het op het Ministerie van Veiligheid en Justitie een rommeltje is, had u al begrepen. Na de heisa met de bonnetjes van Teeven, het aftreden van ministers en staatssecretarissen was er al een vermoeden van onzorgvuldigheid. Inmiddels heeft de nieuwe minister de naam van zijn ministerie aangepast. Het heet nu Ministerie van Justitie en Veiligheid. Is daarmee alles nu weer goed? Of hebben wij te veel aandacht besteed aan de misstanden waarvan wij hoorden zonder te kijken naar dingen die nog veel erger waren?

    Deze week werd bekend dat rapporten van het WODC, het Wetenschappelijk Onderzoeks- en Documentatie Centrum, regelmatig worden aangepast aan de politieke voorkeur van ambtenaren en bewindslieden. Op 6 december 2017 zegt Elseviers Weekblad hierover: ‘Topambtenaren op ministeries zouden zich herhaaldelijk bemoeien met onderzoeken van het instituut, dat als onafhankelijk dient te fungeren.’ ‘Het gaat van directe beïnvloeding van het ministerie op onderzoeksrapporten op vraagstelling en methoden, tot het redigeren van teksten en zelfs het achteraf herschrijven van conclusies.’ Weinig wetenschappelijk.

    Wat zegt het WODC over zichzelf? ‘Het WODC wil een toonaangevend wetenschappelijk onderzoeks- en kenniscentrum zijn voor het veld van JenV. Dat realiseert het door het uitvoeren van eigen onderzoek, het verzamelen van statistische informatie over Justitie en Veiligheid en het uitbesteden van onderzoek aan externe partijen (universiteiten en onderzoeksinstituten).’, zegt de organisatie op de eigen website (https://www.wodc.nl/) Let vooral op het woordje ‘wil’. Het WODC wil het wel, maar ja.

    ‘Het uitbesteden van onderzoek aan universiteiten en onderzoeksinstituten.’ De meerderheid van de lezers zal nimmer eerder hebben gehoord van het WODC. Nog minder zal bekend zijn wat voor soort onderzoeken het WODC doet. The Post Online op 6 december 2017: ‘Uit deze klacht uit 2014 blijkt dat ambtenaren conclusies over onder meer de legalisering van wiet herschrijven en dat er kritiek wordt geuit op de onderzoeksopzet van bepaalde onderzoeken over coffeeshops.’ Het ministerie laat een wetenschappelijk onderzoek uitvoeren naar het legaliseren van wiet, maar heeft al een eigen mening. Door het onderzoek van het WODC te manipuleren, wordt feitelijk de mening van het ministerie witgewassen.

    Wat voor soort andere onderzoeken voert het WODC nog meer uit? Op de eigen website zegt het WODC hierover: ‘National Risk Assessment; terrorismefinanciering, Voorlopige hechtenis van jeugdigen in uitvoering, Een onderzoek naar de juridische status van de Nationale Politie, Developing a social media response to radicalization, Criminele beïnvloeding van het openbaar bestuur’, zijn zomaar enkele titels van studies door het WODC. Er wordt dus door het Ministerie van Veiligheid en Justitie opdracht gegeven voor belangrijke onderzoeken in het kader van radicalisering van jongeren, misdaad en terrorisme. Onderzoeken waarvan de uitkomst de kern moet zijn van voorlichting aan de Tweede Kamer en het bepalen van beleid. En het blijkt dat sommige onderzoeken worden gemanipuleerd door de ambtenaren van het ministerie óf, en dat is nog krasser, door de minister zelf.

    Dat betekent dus dat de Tweede Kamer verkeerd wordt voorgelicht en verkeerd beleid kan worden gevoerd. We hebben al gezien in de driedelige serie ‘Carrière in de Jeugdzorg'(door Dupont op deze website) hoe jongeren kunnen worden opgesloten in jeugdinstellingen om behandeld te worden tegen radicalisering en hoe er veel geld wordt verdiend aan die behandelingen en er bovendien een ware baantjesjacht plaatsvindt rondom die jeugdzorginstellingen.

    Soms worden wetenschappers ook gebruikt door het Ministerie van Veiligheid en Justitie om misdaden wit te wassen. Zo overleed twee jaar geleden de Arubaanse toerist Mitch Henriquez aan de gevolgen van een aanhouding door de politie met een nekklem. Hoewel de officier van justitie aangaf dat hij zich niet kon voorstellen dat de agenten die meneer Henriquez aanhielden werkelijk geloofden dat het grapje van Henriquez over een wapen ernst was en zich dus ook niet bedreigd voelden, was de dood van Henriquez volgens hem niet te wijten aan de agenten. Algemeen Dagblad op 15 december 2017: ‘ Aanvankelijk werd gedacht dat Mitch Henriquez overleed na de nekklem door de agenten. Maar uit videobeelden van de arrestatie zou volgens deskundigen blijken dat die nekklem niet zo lang heeft geduurd, dat de Arubaan er aan kon overlijden. Stress en hartfalen zouden hem volgens het OM uiteindelijk fataal zijn geworden.’

    Opnieuw haalt Justitie er wetenschappers bij. En wat zeggen die wetenschappers? Nee, hoor, Mitch Henriquez overleed gewoon door hartfalen en stress. Hetzelfde Algemeen Dagblad zegt in hetzelfde artikel: ‘Professor Armand Girbes van het VU Medisch Centrum, professor Jan Bakker van de New York University, professor Diederik Gommers van het Erasmus MC en cardioloog-intensivist Rémon Baak van het Haga-ziekenhuis plaatsen hun vraagtekens bij de conclusies van forensisch deskundigen in de zaak-Henriquez. De drie hoogleraren zeggen dat er informatie ontbreekt, waardoor de precieze doodsoorzaak lastig te bepalen is. Acute stress kan volgens hen echter nooit de doodsoorzaak zijn. ,,Ik ben specialist in intensive care-geneeskunde, en ik ken die aandoening niet”, aldus Armand Girbes van het VU Medisch Centrum. ,,Om het netjes te zeggen: het is niet een gedefinieerde ziekte of syndroom. In gewoon Nederlands: het bestaat niet. En je kunt niet aan iets overlijden dat niet bestaat.” Rémon Baak beaamt dat. Hij was degene die Henriquez behandelde nadat hij werd binnengebracht in het ziekenhuis.’

    Voor de goede lezer: Eén van de artsen die Mitch Henriquez heeft behandeld in het ziekenhuis bestrijdt de ‘wetenschappelijke conclusies’ van de ‘experts’ die het Openbaar Ministerie inzet om de daders van de doodslag op Henriquez vrij te pleiten. Het mankeert er nog maar aan dat die arts straks als ware schuldige wordt veroordeeld.

    Op 15 april 2017 werd door Politie.nl een ander wetenschappelijk onderzoek op internet gepubliceerd. ‘Criminele carrière leden motorbendes onderzocht’, is de kop die hierboven staat. Om de vermeende criminele inslag van leden van motorclubs te onderzoeken hebben onderzoekers, wetenschappers, van de Universiteit Leiden opdracht gekregen een onderzoek uit te voeren. De conclusies liegen er natuurlijk niet om: ‘Leden van Outlaw Motorcycle Gangs (OMG) zijn crimineler dan leden van gewone motorclubs. Dit blijkt uit een onderzoek van de Universiteit Leiden. Doorgaans geven leiders van OMG’s aan dat hun clubs niet verschillen van andere motorverenigingen. Maar nu toont de wetenschap het tegendeel aan.’

    Maar hoe verliep dat ‘wetenschappelijk onderzoek’? ‘Hoogleraar criminologie Arjan Blokland van de universiteit en zijn onderzoekers en vergeleken in samenwerking met de politie, de criminele geschiedenis van 601 bij de politie bekende OMG-leden. Daar legden ze de historie van een vergelijkbare groep van 300 “gewone” motorrijders van dezelfde leeftijd naast.’, zegt de politie op zijn website Politie.nl.

    Er is dus onderzoek gedaan naar 601 bij de politie bekende OMG-leden. Dat zijn dus 601 OMG-leden die bij de politie bekend zijn. En, zoals iedereen weet, wanneer je bekend bent bij de politie…ja, dan ben je bekend bij de politie. Bekenden van de politie zijn doorgaans niet bij de politie bekend omdat de politie over ze heeft gelezen in de krant. Doorgaans is er dan iets gebeurt, waardoor de betrokkene werd opgenomen in de bestanden van de politie. ‘De politie heeft sinds de start van de integrale aanpak 562 verdachten gehoord in opsporingsonderzoeken welke geleid hebben tot 308 strafzaken die alle OMG-gerelateerd waren. De gehoorde verdachten waren allen lid van een OMG of supportclub.’zegt de politie in de Integrale landelijke voortgangsrapportage Outlaw Motorcycle Gangs (OMG’s) juni 2015. Er waren 562 verdachten, bekenden nu dus van de politie, die sinds de start van de integrale aanpak zijn onderzocht door de politie. Dat zijn dus die 601 leden die zijn onderzocht, begrijpt u?

    Er zijn bij de politie dus veel meer leden van OMG’s bekend dan die 601 die worden vergeleken met een ‘vergelijkbare groep van 300 gewone motorrijders’. Je neemt dus een groep verdachten en die leg je neer naast een groep mensen die niet verdacht zijn. Om het ‘wetenschappelijke’ karakter van dit onderzoek nog verder te benadrukken geven wij aan hoeveel leden van motorclubs de politie zelf inmiddels heeft geteld. In de Voortgangsrapportage Outlaw Motorcycle Gangs 2016 zegt de politie zelf: ‘Op 1 januari 2016 waren er een kleine 1700 leden in beeld. Begin 2017 blijkt dit aantal te zijn gestegen tot ruim 1900 leden.’

    Er zijn dus geen 601 leden van OMG’s bekend bij de politie, maar er zijn er al meer dan 1900. Maar voor het wetenschappelijk onderzoek naar de criminele antecedenten van leden van OMG’s zijn maar 601 leden onderzocht en vergeleken met 300 ‘gewone motorrijders’. 601 leden die tevens verdachte waren. De 1300 andere bij de politie bekende leden van OMG’s zijn niet vergeleken met de ‘300 gewone motorrijders’. Zo kom je wel aan alarmerende uitkomsten. Wetenschappelijk?

    Het Algemeen Dagblad van 15 december 2017 berichtte nog eens over hoe het Ministerie van Justitie en Veiligheid omgaat met leden van motorclubs. De Nationale Ombudsman onderzocht namelijk een klacht van Veterans MC en oordeelde dat de club niet crimineel is. ‘Het rapport dat vandaag verschijnt is een gevoelige tik op de vingers voor de minister van Justitie en Veiligheid.’ Jarenlang is tegen beter weten in de club in verband gebracht met criminaliteit. Leden van de club, soms actief dienende militairen, werden geschoffeerd door de Inspecteur der Krijgsmacht op een veteranendag in Hilvarenbeek (zie artikel Dupont ‘Met de machthebbers op het bordes van 1 november 2017), werden jarenlang geweerd onder bedreiging met politie-inzet van de Nationale Veteranendag in Den Haag, waarbij een andere ‘wetenschapper’, historicus Christ Klep ze eigen schuld verweet, ze werden lastig gevallen op hun werk door hun werkgever, de Koninklijke Marechaussee oordeelde na gedegen onderzoek al eerder dat de club niet crimineel was, maar de politie bestreed dit. En nu blijkt na onderzoek van de Nationale Ombudsman dat politie en justitie er bewust naast gezeten hebben.

    In 2004 publiceerde auteur John Cornwell het boek ‘Hitlers wetenschappers: Wetenschap, oorlog en het duivelse pact’. Hét centraal thema in Cornwells boek is de vraag naar de morele verantwoordelijkheid van de Duitse wetenschappers voor het misdadige regime van hun land. Minutieus onderzoekt hij de beweegredenen van de geleerden die tijdens de jaren 1930 besloten in het land te blijven. De kritiek op zijn vorig boek indachtig hoedt hij zich voor een uitgesproken stellingname. Toch meent Cornwell dat de wetenschappers zich direct of indirect schuldig hebben gemaakt aan de wandaden van het nazi-regime.(http://www.go2war2.nl/artikel/1181/Hitlers-wetenschappers.htm)

    Het kan dus maar zo dat in een verre toekomst onderzoek gaat uitwijzen hoe hard Nederlandse wetenschappers hebben geprotesteerd tegen het verkrachten van hun onderzoeksresultaten. Dan is het echter te laat.

    Draaideur Elite en klassenjustitie; minister van Justitie en Veiligheid Grapperhaus

    Over een Openbaar Ministerie dat selectief vervolgt, een minister die in het verleden duidelijk maakte waar zijn belangen liggen en een ministeriële naamsverandering die niets inhoudt.

    Het is bijna geruisloos gegaan, al kan dat natuurlijk niet, de naamsverandering van het ministerie van Veiligheid en Justitie in het ministerie van Justitie en Veiligheid. De nieuwe CDA minister Grapperhaus stelde dat de naamsverandering te maken had met het feit dat de overheid wil benadrukken dat Nederland een rechtstaat heeft. Let op het woordje heeft, er staat niet dat Nederland een rechtstaat is, al zal dat voor de overheid een beperkt onderscheid zijn. De naamsverandering kost naar alle waarschijnlijkheid miljoenen daar heeft de media het natuurlijk over. Boekhouden is nu eenmaal het favoriete onderwerp van de Nederlanders, alleen zou dit bij principiële zaken toch eigenlijk van ondergeschikt belang moeten zijn.

    Dit blog, justitie en veiligheid punt nl is begonnen vanuit het perspectief dat justitie voor veiligheid gaat. Buro Jansen & Janssen schreef bij de aanvang van het blog: “De omkering is bewust want ons gaat het eerst om gerechtigheid, justitie, want zonder rechtstaat is er geen veiligheid.” Simpel gezegd een pleidooi voor het onschuld adagium en tevens een pleidooi tegen klassenjustitie. Het ministerie lijkt die gedachte nu te volgen al blijkt dat echter schijn.

    Even een eenvoudige historie. In het verleden was er een ministerie van Justitie. Dit ministerie was verantwoordelijk voor het Openbaar Ministerie en de rechterlijke macht. Die verantwoordelijkheid was duidelijk gescheiden van het ministerie van Binnenlandse Zaken waar de politie onder viel. Naast de politie was en is dat ministerie nog verantwoordelijk voor de inlichtingendienst de AIVD, de gemeenten en provincies zowel hier als in het Caraïbisch gebied.

    Vijf jaar geleden in 2012 werden politie, Openbaar Ministerie en rechterlijke macht bij elkaar geveegd in het nieuw te vormen ministerie van Veiligheid en Justitie. Het law en order kabinet Rutte I van VVD en CDA, gesteund door de PVV wilde een duidelijk signaal afgeven. In dit land gaat het niet om gerechtigheid en waarheidsvinding maar om veiligheid. Wat dat dan precies inhield was onduidelijk want het ging in ieder geval niet over het oppakken van zaken, het oplossen van strafbare feiten en het serieus nemen van problemen van burgers. Exponenten van de law en order gedachte waren minister Opstelten, de man die in Rotterdam met harde hand regeerde, en zijn adjudant staatsecretaris Teeven, een nietsontziende crimefighter.

    Beiden struikelden over een deal met een crimineel waar allerlei onwaarheden over werden gemeld die uiteindelijk culmineerde in de val van het illustere duo. Opstelten is ondertussen VVD erelid en boeket bezorger van de regerende politieke partij en Teeven buschauffeur en volgens de media de enige gewone Nederland bij de VVD. Het nalatenschap van de twee is niet echt om naar huis te schrijven. De Nationale Politie is een zooitje en of het nu veiliger is in Nederland blijft onduidelijk. Cijfers en de politie lijken niet echt bij elkaar te passen al wordt er nog zo hard geroepen dat de criminaliteit daalt.

    De naamsverandering van het ministerie van Veiligheid en Justitie in het ministerie van Justitie en Veiligheid kan dan ook opgevat worden als een gebaar van de VVD om de periode Opstelten/Teeven maar snel te vergeten. Het ministerie wordt nu geleid door een CDA’er, Grapperhaus, met twee adjudanten van de VVD, Sander Dekker en Mark Harbers. Aan het beleid zal niet veel veranderen, CDA en VVD ontlopen elkaar niet veel als het om repressie gaat. Het tegengaan van klassenjustitie, etnische profileren en discriminatie, meer ruimte voor vrijheid van meningsuiting en het recht op manifestaties zullen niet op de prioriteitenlijst van het ministerie voorkomen.

    De voortekenen laten dit ook meteen zien. Het ministerie van Justitie en Veiligheid is oorverdovend stil als burgers hun stem willen laten horen tegen de openlijke vertoning van de racistische zwarte piet. Ook de vervolging van mensen die de snelweg blokkeerden om het protest tegen zwarte piet te voorkomen was ook niet meteen een optie voor het ministerie.

    Nu zijn het misschien de wittebroodsweken van de nieuw ministerie maar de onthulling van het NRC Handelsblad over een advies van de nieuwe minister aan autobedrijf Pon Holding om enkele arbeidsrechtelijke maatregelen te nemen tegen werknemers die werden verdacht van corruptie, roept allerlei vragen op. De werknemers werden verdacht van het fêteren van ambtenaren om opdrachten binnen te halen voor Pon.  Het advies van Grapperhaus is gebruikt door de advocaat Hendrik Jan Biemond (Allen & Overy) van de Pon Holding om aan te geven dat het bedrijf zelf orde op zaken kan stellen en dus niet vervolgd hoeft te worden.

    In het advies van Grapperhaus staat dat de werknemers “een formele berisping” krijgen die opgenomen moet worden in hun personeelsdossier. Ook stelt Grapperhaus dat werknemers een boete kunnen krijgen of een overplaatsing. Grapperhaus lijkt in zijn advies geen ontslag voor de werknemers voor te stellen en tevens niet te stellen dat Pon zelf verantwoordelijk is. Grapperhaus stelde het advies op als hoogleraar (Europees) arbeidsrecht aan de Universiteit van Maastricht, maar het zou evengoed kunnen dat hij het advies als partner en advocaat van Allen & Overy opstelde want de huidige minister had nogal verschillende petten op in het verleden. Ja, u leest het goed Allen & Overy leveren ook de advocaat voor Pon. Grapperhaus moet dus hebben geweten dat zijn advies in de juridische strijd met het OM gebruikt zou gaan worden.

    Pon Holding ontspringt de dans. Het Openbaar Ministerie legt het bedrijf nog wel een piepkleine boete op van 12 miljoen euro, 0,2% van de totale jaaromzet van het bedrijf, maar voor de rest ontspringt het bedrijf de dans van strafvervolging voor corruptie en omkoping. Dit zal mede dankzij de advocaat van Allen & Overy en de hoogleraar van de universiteit van Maastricht zijn geweest. Argument voor het sluiten van een deal door het Openbaar Ministerie zal vast zijn geweest, dat het een complexe zaak is en veel te lang zal gaan duren, maar waarom een stel lagere ambtenaren en een werknemer van Pon wel tot op het bot worden vervolgd blijft duister. Erg rechtstatelijk is het niet.

    En daar zit het probleem met de naamsverandering. De nieuwe CDA minister kan dan best zeggen dat Nederland een rechtstaat heeft, maar voor wie blijft onduidelijk. De hoogleraar, partner en advocaat van het kantoor dat een bedrijf vertegenwoordigt in een corruptie zaak weet een bedrijf te helpen in een zaak van corruptie en omkoping. Het bedrijf komt weg met een minuscule boete, zal deze dus niet voelen. Tegelijkertijd krijgen werknemers taakstraffen en worden uiteindelijk ontslagen en worden lage ambtenaren vervolgd. Ministers en hoge functionarissen bij de overheid blijven net als het bedrijf Pon Holding buiten schot.

    De naamsverandering van het ministerie van Justitie en Veiligheid is iets langer dan een maand oud, maar het woord justitie dat er in de tijd van Opstelten en Teeven aan bungelde kan nu al in de prullenmand worden gegooid. De nieuwe minister maakt meteen duidelijk wat voor rechtstaat hij voorstaat.

     

    Topadviseurs hielpen Pon ontsnappen aan de rechter, NRC 1 december 2017

    Grapperhaus: ‘Naamswijziging Veiligheid en Justitie benadrukt rechtsstaat’, Nu.nl 23 oktober 2017

    Politie nu echt in training met Amerikaanse zeearend-kuikens

    Over roofvogel-subsidie voor een pet-project van de Nationale politie en media die vol trots vogel-shotjes kopiëren zonder kritische vragen te stellen

    De Nederlandse politie heeft een onbekend aantal zeearend-kuikens gekocht en leidt 100 politiefunctionarissen op om met deze vogels ongewenste drones uit de lucht te halen. Dat was zonder twijfel het best verspreide politienieuws van 2016. U las hier eerder over. 18 april 2017 begon de eerste ‘birdhandling-class‘. Laten we de gebeurtenissen op een rijtje zetten.

    14 februari 2011: Hielko van Rijthoven, valkenier bij roofvogelmanege ‘de Roofvogelboerderij’ koopt een vrouwelijke steenarend. De vorige eigenaar wilde van haar af, mogelijk omdat ze te agressief was. Hij noemt de arend Cayenne. In april gaat hij met haar trainen met een kunstprooi. Dit staat op zijn blog.

    (bron: youtube)

    21 februari 2012: Cayenne staat op de website. Je kunt haar adopteren voor 250 euro per jaar.  Ze is dan 6 jaar oud.

    31 januari 2016: Cayenne wordt weer gefilmd. Ze grijpt twee keer een drone, een lichte DJI Phantom, uit de lucht. Politie.nl noemt het een wereldprimeur.

    (bron: NOS)

    Op 18 seconden: Michel Baeten van de Landelijke Eenheid Politie doet het woord. Het is dezelfde topchef Michel Baeten die 23 februari 2017 vertrekt nadat er bij de dienst DBB een ‘veiligheidslek’ is ontdekt in de beveiliging van Geert Wilders.

    1 minuut 16: Daar is Cayenne op de arm van de eigenaar van de Roofvogelboerderij – die ook vennoot is in het bedrijf Guard From Above – Ben de Keijzer.

    2 minuut 3: Baeten zegt dat de testen uitermate goed verlopen.

    Op deze dag meldt de NOS ook dat de politie en TNO onderzoeken of de rotors de poten van de vogel kunnen beschadigen, maar niet hoe ze dat onderzoeken. De partij van de dieren stelt kamervragen. De minister antwoordt dat ‘enkele’ vogels in training zijn, en dat die daarbij niet gewond zijn geraakt.

    Het beeld van arend Cayenne gaat vliegensvlug de wereld over, niet ongewoon bij nieuws over dieren. De NOS maakt op 3 februari 2016 een follow-up met beelden die ze nog niet hadden uitgezonden:

    (bron: NOS)

    Op 10 seconden: Sjoerd Hoogendoorn vertelt hoe hij met Ben de Keijzer het bedrijf is begonnen.

    Op 1 minuut 20: Probeert Cayenne hier nou een stukje vlees uit de drone te trekken?

    Associated Press plaatst dit filmpje dat beelden bevat die we in Nederland nog niet hadden gezien:

    (bron AP Archive)

    Op 9 seconden: Hielko bestuurt de drone. Het is duidelijk dat dit dezelfde tijd en plaats is waar de NOS opnamen van Cayenne vandaan komen.

    Op 1 minuut 18: Hielko geeft uitleg: Met een stukje vlees lok je de arend weg bij de drone.

    Op 1 minuut 37: De vogel is zeer goed te trainen, zegt Baeten.

    Op 1 minuut 54: deze onderschepping kenden we ook al van de NOS.

    Op 2 minuut 22: Baeten heeft het over trainen met ‘de vogels’, meervoud dus. Zijn er dan meer vogels dan alleen Cayenne die dit kunnen?

    Op 2 minuut 47: Ben de Keijzer komt aanlopen met een Amerikaanse zeearend, het beeldmerk van Guard From Above. Er is geen bewijs dat deze vogel een drone uit de lucht kan halen.

    Dit nieuws ging over de wereld en er was opvallend weinig discussie over. Nou ja, steeds was er de vraag of het wel gezond is voor de steenarend. Vanaf 27 februari 2016 is er wat discussie op het forum van Quora.com. Mensen die werken bij defensie, wapenindustrie, valkerij en in de drone-business, geven hun professionele mening. Kort samengevat: Een drone aanvallen met een roofvogel is een heel slecht idee. Training is zwaar en duurt lang. Een steenarend is wel groot en sterk, maar niet erg wendbaar. Welke valkenier is bereid zijn vogel aan zulk gevaar bloot te stellen? Of doet een valkenier dat alleen met een 10 jaar oude steenarend met een agressieprobleem? (Op de website is Cayenne op 7 november 2016 nog altijd 6 jaar oud, intussen is ze verdwenen.) De klauwen zullen heel goed beschermd moeten worden anders zal de vogel zich verwonden. Het zou beter zijn om de roofvogel van dichtbij een electromagnetische schok te laten uitdelen, dan de rotorbladen vast te laten pakken. Een uil zou, in tegenstelling tot een arend, ook ‘s nachts kunnen zien. Zolang het gaat om een kleine drone als de DJI Phantom, is een steenarend de meest geschikte roofvogel omdat die niet met uitsterven wordt bedreigd, omdat hij geen natuurlijke vijanden heeft en hij alle andere (roof)vogels aanvalt. Ook geeft hij makkelijker zijn prooi af dan een zeearend. Maar ook dan blijft het omslachtig en duur. Drones kunnen veel sneller opstijgen dan welke vogel ook, wat het heel makkelijk maakt om aan een roofvogel te ontkomen. De demonstratie van Guard From Above was theater: de Drone hing helemaal stil en zodra Cayenne hem vast had ging de motor uit. Anders was het nooit gelukt.

    Een bezoekende journalist die hier kennis van had, zou genoeg te vragen hebben en de politietop die een besluit moet nemen over dit experiment ook.

    Op 8 maart 2016 zendt de BBC opnamen uit van vliegbasis Valkenburg. De verslaggever heeft bovenstaande niet meegekregen:

    (bron: BBC)

    Op 0 seconden: ‘Her name is Hunter..’ Echt? De Roofvogelboerderij heeft helemaal geen vogel die Hunter heet. Deze lijkt meer op Cayenne.

    Op 30 seconden: Michel Baeten kent het instinct van deze vogel: Alleen drones zijn interessant als prooi.

    Op 1 minuut 13: Ben de Keijzer staat weer met de verkeerde vogel op zijn handschoen.

    Op 1 minuut 30: Het gaat over mogelijke verwondingen aan de poten, maar de poten van Cayenne (of Hunter) krijgen we niet te zien.

    Op 1 minuut 51: Hielko legt nog eens uit hoe je de arend met vlees kan afleiden.

    29 mei 2016 komt CBS-news:

    (bron: Guard From Above)

    Op 20 seconden: ‘Hunter the bald eagle..’ weer de naam Hunter en nu is hij ook een Amerikaanse zeearend of bald eagle. ‘The worlds first bird trained to take down drones…’ nee hoor, want dat is Cayenne.

    Op 34 seconden: Mark Wiebes, gestationeerd aan de Hague Security Delta, doet het woord.

    Op 47 seconden: Sjoerd Hoogendoorn weer: ‘They have proved to be the best bird of prey…’ Bedoelt hij nou de Amerikaanse zeearend? Waarom?

    Op 51 seconden zien we Hielko nog met een Amerikaanse zeearend…

    Op 58 seconden praat de verslaggever over ‘Hunter’ en we zien een vogel met een zogenaamde huif op zijn kop en staart buiten beeld. Zodat we kunnen denken dat kop en staart wit zijn.

    Op 1 minuut 8 wordt opnieuw gesuggereerd dat de vogel die de drone pakt een Amerikaanse zeearend is.

    Op 1 minuut 39: ‘Each bird trains every day for at least a year…’ Werkelijk? Het lijkt er meer op dat 1 vogel een trucje kan, en dat steeds opnieuw doet, soms onder een andere naam.

    Op 1 minuut 53: Hier weer de toezegging dat Nederlandse wetenschappers onderzoek doen daar mogelijke verwondingen door de rotors.

    Waarom speelt CBS het spelletje mee? We hebben kunnen zien dat Cayenne een drone uit de lucht kan halen. Twee keer bij de NOS, twee keer bij de BBC en twee keer bij CBS. Waarom zien we geen andere vogel die dat kan? Waarom moet de Amerikaanse zeearend steeds prominent in beeld, terwijl die nog nooit een drone heeft onderschept?

    Vrijdag 9 september gaf de politie een demonstratie van de gevorderde training in een oefendorp. Kort erna wordt bekendgemaakt: de Nationale politie gaat roofvogels operationeel inzetten tegen drones. Er zijn Amerikaanse zeearend-kuikens aangeschaft, (4 stuks volgens deze Italiaanse site, of zijn ze 4 maanden oud?) en er worden politiemensen opgeleid tot valkenier (100 volgens de Guardian en de Italianen). Waarom mogen wij de details niet weten? Politiedienstencentrum afdeling Korpsmedia en de NOS maken het videoverslag dat goeddeels overlapt, in elk geval ontbreekt iedere kritische kanttekening. Er duikt ook een langere versie op met ‘ruw materiaal’, waarmee nieuwsprogramma’s een item kunnen monteren:

    (bron: youtube)

    Op 0 seconden: Dit lijkt een jonge zeearend te zijn, de kop nog niet wit, snavel iets langer en geel tot voorbij het neusgat, meer wenkbrauwen. Of juist niet, in ieder geval zijn in deze video zeker twee verschillende arenden te zien.

    Op 1 minuut 48: De roofvogel wordt twee keer losgelaten.

    Op 2 minuten: De vijandige drone stort neer.

    Op 2 minuut 20: Dit is toch echt Cayenne. Haalt ze nou weer een stukje vlees uit de drone?

    Op 2 minuut 30: Hielko geeft haar de beloning.

    Op 3 minuut 7: Michel Baeten zegt dat hij bezig is met TNO om handschoenen ter bescherming van de klauwen te ontwikkelen. Helaas vertelt hij niet wat de resultaten waren van het ‘klauwen-verwondings-onderzoek’ dat TNO daarvoor mogelijk heeft gedaan.

    Maar er waren meer camera’s aanwezig. Hier zien we dingen die in de NOS/politie versie ontbreken.

    (bron: iQIYI)

    Op 20 seconden: Een aanslag! Iedereen rent weg. Dit zijn andere mensen. In ieder geval is Mark Wiebes van de Hague Security Delta er niet bij.

    Op 24 seconden: Cayenne kijkt verveeld naar de drone. Ze pakt de drone en vliegt om de hoek het shot uit.

    Op 39 seconden: Misschien zoekt ze een stukje vlees?

    Op 46 seconden: Hier slaat ze de drone naar de grond. Maar dan vanuit een ander camerastandpunt. Nee, toch niet. Dit is de tweede keer dat ze het verkeerd doet. Je moet denken dat het gif of de bacterie of het explosief nu dus op de president is gevallen.

    Op 50 seconden: Ze blijft niet bij de drone! Deze vogel heeft geen zin meer.

    Op 1 minuut 5: Ze trekt een stukje vlees uit de drone.

    Kunnen deze vogels ook drones op een veilige manier uitschakelen als er geen vlees aan is bevestigd? Waarom mogen we niet zien dat er vlees aan de drone wordt vastgemaakt? Geeft dit niet aan dat een jaar training nog niet genoeg is geweest? Waarom is besloten om door te gaan met roofvogels tegen drones? Waarom doen al die mensen mee in dit bedrog? Leeft Cayenne nog? Zo niet, is er dan in Nederland nog een vogel die op commando een drone uit de lucht haalt? Als daar uberhaupt ooit al sprake van is geweest?

    14 augustus 2016 zegt Dennis Janus van het Landelijk Parket op de Drones Innovatiedag op vliegbasis Twente dat ze uilen hadden moeten nemen omdat die ook ‘s nachts kunnen werken. Ook lezen we dat Guard From Above meer dan drie ton heeft gekregen voor het onderzoek dat heeft geleid tot de operationele inzet. Via Mark Wiebes van de Hague Security Delta? Via Michel Baeten van Operatien? En wie heeft het besluit genomen om hier nog meer belastinggeld aan uit te geven?

    18 april 2017: De eerste 20 daagse cursus politievalkenier is begonnen. Hoeveel politiemensen konden worden vrijgemaakt en doen mee? Of is het vooral ‘international law enforcement, miltary units en Private security companies’ die gewend zijn om lol te maken van overheidsgeld? Wil, na het vertrek van Baeten, nog iemand met dit project te maken hebben?

    Verdeel en heers

    De Telegraaf berichtte op 25 oktober 2016 groot nieuws: ‘De motorclubs Black Sheep en de Veterans zijn toch geen criminele organisaties, ook wel Outlaw Motorcycle Gangs (OMG’s) genoemd. Dat staat in een brief van het ministerie van Veiligheid en Justitie aan advocaat Michael Ruperti. Deze jurist strijdt namens de twee clubs al jaren tegen wat de motorclubs noemen ,,ongefundeerd plakken van criminele etiketten op hun organisatie”. ‘In de brief van het ministerie staat dat het Openbaar Ministerie onderzoek doet en heeft gedaan naar zware en (internationaal) georganiseerde misdaad door (leden van) OMG’s. ,,Deze resultaten hebben, voor zover het Openbaar Ministerie heeft kunnen nagaan, geen betrekking op (leden van) Veterans MC, noch op (leden van) de Black Sheep MC”, staat er te lezen.’

    In andere kranten wordt als gevolg van dit besluit van het Ministerie en Veiligheid gebrainstormt over mogelijke gevolgen voor leden van de twee motorclubs. Er wordt gesproken over schadeclaims door laster en smaad, maar ook over claims door ontslagen ivm het lidmaatschap van een motorclub. Ook wordt gezegd dat er opnieuw gekeken moet worden naar de deelname van leden van Veterans MC aan het Veteranendefile op Nationale Veteranendag in Den Haag.

    Er wordt dus voorzichtig gejuicht. Maar wij vragen ons af of dat niet heel voorbarig is. Er zijn namelijk heel wat maatregelen getroffen tegen motorclubs en hun leden. Worden die maatregelen teruggedraaid voor Black Sheep en Veterans?

    Het terrassenverbod in sommige steden bijvoorbeeld geldt voor alle leden van motorclubs die kenmerkende kleding dragen. Dat geldt tevens voor sommige horecazaken. We hebben de problemen in Sittard Geleen gezien bijvoorbeeld enige maanden geleden. Kunnen Veterans en Black Sheep daar nu wel binnen? Mogen zij dan hun clubcolors dragen? En wanneer dat niet zo is, wat is dan de reden? Want door de brief van het Ministerie van Veiligheid en Justitie worden deze twee clubs toch vrijgepleit?

    Maar wij hebben ook vragen over de zogenaamde voortgangsrapportages van de politie. In die rapportages werden tal van criminele feiten benoemd en aantallen en percentages bikers die daaraan schuldig zouden zijn. En hoewel de Koninklijke Marechaussee al eerder de Veterans MC vrijpleitte, ging de politie daar niet mee akkoord. Dus hoe zit dat nu? Zijn die voortgangsrapportages niet meer geldig? Dat betekent dat de politie dus niet de waarheid heeft verteld.

    Veterans en Black Sheep hebben met een advocaat geprobeerd hun recht te halen. Andere clubs doen dat niet. Clubs als Gringos MC, Demons MC, Spiders MC worden in de motorwereld nooit genoemd als gevaarlijke criminele clubs. Toch worden zij door de overheid gezien als 1%-clubs. Zij hebben geen advocaat in de arm genomen en worden nu dus ook niet vrijgepleit door het ministerie. Hoe zit dit nu? Zijn zij crimineel of niet? Clubs als Hells Angels worden vaak genoemd als prototypes van bikerclubs, maar alle pogingen van het Openbaar Ministerie om de Hells Angels te verbieden zijn op niets uitgelopen. En waarom? Omdat deze club volgens de onafhankelijke rechter niet kan worden gezien als criminele organisatie. Toch worden zij niet vrijgepleit door het Ministerie van Veiligheid en Justitie. Mogen leden van de Hells Angels nu wel of niet met clubcolors de stad in? Mogen zij nu wel of niet werken als ambtenaar?

    Een ontslagen lid van Satudarah die werkte bij de gevangenis in Vught is ontslagen zonder geldige reden. Blijkbaar is dus ook Satudarah MC nog steeds gewoon een motorclub. Waarom worden zij dan niet vrijgepleit? Straks mogen wellicht de Veterans weer deelnemen aan het Veteranendefile op Veteranendag. Bij andere clubs zitten ook forse aantallen veteranen. Mensen zonder strafblad die veteraan zijn en geen lid van een verboden of criminele organisatie. Waarom mogen die straks niet deelnemen aan datzelfde defile?

    Nog deze zomer werd door de burgemeester van Heerlen, Ralf Krewinkel, geweigerd een Nobelprijsmedaille uit te reiken aan een lid van Satudarah. Dat mag dus gewoon? Meneer Krewinkel kan dus maar gewoon zelf bepalen wie er een medaille verdient?

    Er is dus eigenlijk niets verbetert in de motorwereld.  Erger nog, misschien is het wel erger geworden. Er is nu door de overheid een tweedeling aangebracht. De ene 1%-club is oke en de andere niet. En met dat vrijpleiten van die twee clubs kunnen we gaan nadenken over het lot van de andere motorclubs in Nederland. Komt er zeer binnenkort een grote verbodsoperatie? Het lijkt raadzaam voor de andere clubs om eens goed op te letten en te kijken of ook voor hen een advocaat of juridisch advies een optie is.

    De landsknechten van de koning

    Gisteren (6-10-2016) berichtte NRC dat voormalig korpschef Bouman van de Nationale Politie de vijf politieagenten verantwoordelijk voor de dood van Mitch Henriquez meteen na het voorval heeft gegarandeerd dat zij niet zouden worden ontslagen. Bouman gaf ook andere garanties en voorrechten aan het vijftal dat verantwoordelijk was voor de dood van de arrestant: ‘Ook beloofde de toenmalige korpschef, die begin dit jaar vertrok, de verdachte agenten dat de gevolgen van hun buitenfunctiestelling zouden worden teruggedraaid.’ ‘ Die toezeggingen luiden: de vijf verdachte agenten „krijgen per direct” hun politiepas terug, daarmee krijgen ze „gewoon weer toegang tot het bureau” en „kunnen zij weer sporten in de fitnessruimte”. Ook de „financiële gevolgen van de buitenfunctie stelling worden teruggedraaid”. Toelages zijn vanaf toen weer doorbetaald.’, aldus NRC.

    Ongeacht dus een uitspraak van een onafhankelijke rechter, heeft de korpschef zijn oordeel én maatregelen al klaar. Waar een burger ogenblikkelijk zou worden vastgezet, krijgen verdachten die lid zijn van de politie de sleutel van het bureau. Waar burgerlijke verdachten in beperkingen zouden worden gezet, mogen politie-agenten samen gaan sporten in de ‘fitnessruimte van het politiebureau’ waar ze samen kunnen bespreken hoe ze hun verklaringen gelijk kunnen zetten. Hiermee geeft korpschef Bouman een aanzet tot het belemmeren van het recht.

    Korpschef Bouman werd door Dupont al eerder belicht. Op 22 juli 2016 schreef Dupont over Bouman: ‘Er is een wetswijziging nodig om ervoor te zorgen dat agenten die noodgedwongen hun dienstwapen hebben moeten gebruiken, niet meer in hetzelfde juridische hokje terechtkomen als een burger of een crimineel.’ Dat zegt Bouman dus ruimschoots voor de dood van Mitch Henriques en de schietende agent uit Kerkrade. Het blijft daar niet bij. Op 17 juli 2015 bericht 1limburg.nl het volgende: ‘De politieagent uit Kerkrade die vrijdag veroordeeld werd tot twee jaar cel krijgt massaal steun van zijn collega’s. Ze zijn het oneens met de uitspraak. Ook de nationale politie heeft geen goed woord over voor het vonnis. In een persbericht stelt de organisatie ‘verbijsterd’ te zijn door de veroordeling van de agent. “Ik ben vreselijk teleurgesteld in het vonnis van de rechtbank”, reageert korpschef Gerard Bouman van de nationale politie. Hij heeft contact gehad met Gery Veldhuis, de chef van de eenheid Limburg. “Ik heb hem aangegeven dat deze collega alle steun van onze organisatie kan verwachten die hij nodig heeft”, zegt Bouman. “Wat mij betreft staat vast dat we dit vonnis gaan aanvechten tot aan de allerhoogste instantie.” ‘

    Meneer Bouman geeft dus meermalen aan dat hij vindt dat inderdaad de politie de baas is op straat en dus ook in de staat. Maar staat meneer Bouman alleen in deze mening? Hetzelfde artikel van Dupont: ‘Maar wij gaan verder. De directe chef van de politieagent uit Kerkrade heeft aangegeven de politieagent niet te schorsen. Afgewacht wordt het hoger beroep. Ook de korpsbeheerder van het politiekorps in Kerkrade onderneemt geen actie tegen de veroordeelde schutter.’ En ‘‘De politieagent uit Kerkrade die vrijdag veroordeeld werd tot twee jaar cel krijgt massaal steun van zijn collega’s. Ze zijn het oneens met de uitspraak.’ Er heerst dus een opstandige geest bij de politie. Rechterlijke uitspraken? Nou, voor ons niet!!

    Dat dit alles nog lang niet voorbij is, bewijst wel het artikel van Dupont van enkele dagen geleden (3-10-2016): ‘De nieuwe week opent met meer vertroebeld beoordelingsvermogen. Vandaag komt Trouw (3-10-2016) met de kop ‘Agenten vinden het terecht dat ze etnisch profileren.’ Sterker nog: ‘Politieagenten vinden etnisch profileren een onmisbaar onderdeel van hun werk.’, volgens Trouw. Trouw gaat verder, ‘Het zijn bevindingen die gevoelig liggen: de politietop en minister Van der Steur ontkennen dat er bij het handelen van agenten op straat structureel sprake is van etnisch profileren – het disproportioneel selecteren en staande houden van mensen van allochtone komaf zonder goede rechtvaardiging.’ ‘Volgens die minister die mensen ontslaat op ondeugdelijke gronden is het niet waar. Volgens wetenschappelijke onderzoekers is het wel waar. ‘Dat blijkt uit de studie ‘Boeven vangen’ van het Programma Politie en Wetenschap, die vandaag verschijnt. De studie werd uitgevoerd door Wouter Landman van adviesbureau Twynstra Gudde en Lianne Kleijer-Kool van de Hogeschool Utrecht.’, volgens de voormalige verzetskrant.’

    Het is dus niet alleen maar opstandigheid tegen de rechter, maar ook het ontkennen van een wetenschappelijk rapport. Het bewijs is geleverd dat de politie etnisch profileert. Nee, hoor zeggen de agenten, die doorgaans met twee vingers hun proces-verbaal neerrammen, tegen wetenschappers.

    Ondertussen mogen wij niet vergeten zijn dat dezelfde politie-agenten vorig jaar het Binnenhof hebben omsingeld om meer salaris af te dwingen. Daarbij ongeautoriseerd gebruikmakend van politiewapens en -materieel. Ook wil de politie telkens meer bevoegdheden en meer bewapening. De cijfers van opgeloste criminaliteit worden echter niet groter en de aangiftebereidheid van de burgers ook zeker niet.

    De Amerikaanse politie heeft als motto ‘to protect and to serve’, beschermen en dienen. Daarvan is het Nederlandse woord ‘diender’ afgeleid. Dienen in de zin van de burger dienen. Beschermen in de zin van de burger beschermen. Verantwoordelijk gesteld worden voor de dood van een burger, dit ontkennen en bij voorbaat al een rechterlijke uitspraak tegenwerken hoort daar niet bij. Er is zelfs reden voor de burger zich niet beschermd en gediend te voelen. De burger mag zich terecht zorgen maken, wanneer hij in aanraking komt met de politie. Het kan hem zelfs zijn leven kosten of hem in een rolstoel doen belanden.(‘De piepende rolstoel’ van Dupont op 4 oktober 2016).

    De politie zelf gaat onverdroten voort met het zoeken naar vijanden. Jihadisten, motorclubs, hooligans, burgers tegen azc’s, er zijn vijanden te over. Om al die losse groepjes ‘wetsovertreders’ en ontevredenen samen te brengen in één nog gevaarlijker vijand heeft de politie ook de ‘ondermijning’ bedacht. Een soort complot tegen de rechtsstaat die de vrijheid van de gewapende en schietende politie-agent bedreigt.

     

    Aanvulling:

    Ex-korpschef Gerard Bouman vertrok begin dit jaar als hoogste politiebaas, maar hij blijft nog twee jaar in dienst bij de politie. In die periode gaat hij tijdelijke klussen doen, zoals adviseren over het Korps Politie Caribisch Nederland. Hij krijgt daarvoor meer dan de Balkenendenorm. Dat schrijft minister Ard van der Steur (Veiligheid) aan de Tweede Kamer. Bouman houdt grotendeels zijn salaris, maar raakt wel een aantal toelagen kwijt, zoals voor representatiekosten. Hij zal dit jaar 185.000 verdienen, in 2014 kreeg hij nog 212.000 euro.

    Boeman Bouman mag dus na zijn toezeggingen aan de verantwoordelijken voor de dood van Henriquez de politie op de Antillen adviseren. En krijgt daarvoor veel geld betaalt.

    Zoals de waard is, vertrouwt hij zijn gasten (2)

    De afgelopen week zijn er verschillende interessante krantenberichten geweest. Het vreemde is dat kranten het vaak met elkaar eens zijn. Ook de zogenaamde verzetskranten komen nauwelijks met opzienbarende feiten, ze praten vooral elkaar na of kopiëren die krant die nou net géén verzetskrant was. Zo zie je telkens dat Rusland bijna automatisch de schuld krijgt van een vliegramp, waar wel heel vreemd onderzoek naar verricht is. Of er al voordat het vliegtuig opsteeg besloten was dat de Russen het hadden gedaan.

    Maar dit terzijde. Vorige week besloot het Algemeen Dagblad (29-9-2016) de week met nieuws over motorclubs. ‘Ontslag Satudarah-ambtenaar was onterecht’, kopt de krant. De betrokken ambtenaar werkt al vele jaren als sociotherapeut in de Oostvaarderskliniek in Almere en was ook al 14 jaar lid van Satudarah. De combinatie van lidmaatschap van deze niet bij wet verboden motorclub en zijn functie heeft nooit enig probleem opgeleverd. Toch werd hij ontslagen door minister Ard van der Steur.

    De Centrale Raad van Beroep oordeelde dat dit ontslag onterecht was. ‘Binnen die afweging mag het recht op respect voor het privéleven van de ambtenaar en zijn recht op vreedzame vereniging en vergadering niet uit het oog worden verloren.’, volgens de Raad. De minister moet nu een nieuwe beslissing nemen.

    Dit besluit van de Raad kan ook effect hebben op enige andere ontslagen. Zo werd vorig jaar een cipier in Lelystad ontslagen wegens lidmaatschap van motorclub Black Sheep. Ook deze cipier was al jaren werkzaam bij de gevangenis en was ook al vele jaren lid van deze motorclub zonder dat dit ooit tot problemen leidde. In Vught werd nog dit jaar een Molukse cipier ontslagen bij de EBI, omdat hij bevriend was met leden van Satudarah. Wie de Molukse gemeenschap kent, weet dat het onmogelijk is om elkaar niet te kennen. Maar voor meneer Van der Steur was het voldoende om de man te ontslaan. In Groningen werd kort geleden een ambtenaar ontslagen die werkte met hooligans. Ook hij was lid van Satudarah.

    Blijkbaar is er af te dingen op het beoordelingsvermogen van justitieambtenaren. Mensen die jarenlang goed hun werk doen worden ontslagen, terwijl degenen die verantwoordelijk zijn voor dat ontslag zelf werken op een ministerie waar veel mis lijkt te zijn.

    De nieuwe week opent met meer vertroebeld beoordelingsvermogen. Vandaag komt Trouw (3-10-2016) met de kop ‘Agenten vinden het terecht dat ze etnisch profileren.’ Sterker nog: ‘Politieagenten vinden etnisch profileren een onmisbaar onderdeel van hun werk.’, volgens Trouw. Trouw gaat verder, ‘Het zijn bevindingen die gevoelig liggen: de politietop en minister Van der Steur ontkennen dat er bij het handelen van agenten op straat structureel sprake is van etnisch profileren – het disproportioneel selecteren en staande houden van mensen van allochtone komaf zonder goede rechtvaardiging.’

    Volgens die minister die mensen ontslaat op ondeugdelijke gronden is het niet waar. Volgens wetenschappelijke onderzoekers is het wel waar. ‘Dat blijkt uit de studie ‘Boeven vangen’ van het Programma Politie en Wetenschap, die vandaag verschijnt. De studie werd uitgevoerd door Wouter Landman van adviesbureau Twynstra Gudde en Lianne Kleijer-Kool van de Hogeschool Utrecht.’, volgens de voormalige verzetskrant.

    Trouw: ‘Agenten mogen op basis van eigen inschattingen op straat ingrijpen. Dit is hun ‘discretionaire ruimte’. Verkeersovertredingen vormen het gros van de gevallen waar agenten op eigen initiatief achteraan gaan. Agenten proberen ook los van wetsovertredingen of duidelijk verdachte gedragingen in te schatten of mensen een risico vormen. Een grijs gebied waarin stereotypen hulp bieden. Agenten worden in hun proactieve houding geprikkeld, schrijven de auteurs, door een maatschappelijk klimaat waarin controle en risicopreventie steeds belangrijker zijn.’

    Een gevaarlijke tendens. De doorgaans laagopgeleide agenten die de straat voor hun rekening nemen worden door hun eigen werkgever overspoelt met alarmerende berichten en rapporten over allochtonen en motorbendes. En zij krijgen vervolgens de macht om ‘op eigen inschattingen in te grijpen.’ Levensgevaarlijk. De lichtgetinte Arubaan Mitch Henriquez kan daarover meepraten. In figuurlijke zin dan, want door een foute inschatting in de ‘discretionaire ruimte’ kan hij het helemaal niet meer navertellen.

    De agenten en hun vertegenwoordigers die meer loon eisen, meer bevoegdheden en meer wapens of andere gadgets kunnen dus maar beter eerst eens worden bijgeschoold op hun maatschappelijk correcte beoordelingsvermogen.

    Je suis Mitch!

    Nu.nl schreef op 6 november 2015 hoe de Arubaan Mitch Henriquez volgens een onderzoek van de Rijksrecherche door handelen van de politie om het leven kwam. Nu.nl : ‘Daarin staat dat het geweld waarmee de hals van de 42-jarige Henriquez werd samengedrukt met een nekklem goed kan verklaren dat hij zuurstoftekort opliep en uiteindelijk overleed. In het rapport staat ook dat Henriquez door agenten hard op zijn neus is geslagen. Ook dit kan tot ademhalingsmoeilijkheden en zijn dood hebben geleid. Henriquez overleed na zijn arrestatie bij een muziekfestival in het Zuiderpark in Den Haag. Hij liep tijdens de hardhandige arrestatie onder meer een gebroken strottenhoofd op. De Rijksrecherche heeft het dossier deze week overgedragen aan het Openbaar Ministerie (OM).’

    De advocaat van Henriquez, Roethof, verklaarde in hetzelfde artikel hoe zijn cliënt eruitzag na de arrestatie: ‘Als je het leest: je schrikt ervan”, aldus Roethof. Ook blijkt volgens de jurist onder meer dat Henriquez overal bloeduitstortingen had. “Bloeduitstorting bij de slaap. Bloeduitstorting bij de neus. Zelfs bij het geslachtsdeel van meneer een bloeduitstorting. Overal”, somde hij op.’

    Dat was in november vorig jaar. Een nogal zwaarwegend rapport van de Rijksrecherche die doorgaans goed en serieus werk aflevert. De minister van Veiligheid en Justitie, Ard van der Steur, wilde over de zaak geen uitspraken doen: ‘Minister Ard van der Steur van Veiligheid en Justitie wil vooralsnog niet reageren op het onderzoek. “Het ligt nu bij het OM en het past mij niet om er in dit stadium mededelingen over te doen.” Van der Steur denkt nog na over het gebruik van de nekklem door de politie. “Ik wacht daarover nog een onderzoek af van de Inspectie Veiligheid en Justitie”, zei hij vrijdag na de ministerraad.’

    De minister die geen uitspraken wil doen? Dat is ook voor het eerst! Over motorclubs heeft Ard nogal vaak iets te melden. En over die Turks-Nederlandse relschoppertjes in Zaandam werd er vanuit de politiek ook nogal wat geoordeeld. ‘Tuig!’, riep meneer Rutte. Een week eerder had Rutte al ‘Pleur op!’ geroepen over Turkse demonstranten in Rotterdam. Maar over een dood door schuld kon natuurlijk niets worden medegedeeld. Maar goed, laten wij afwachten wat onafhankelijk onderzoek uitwijst.

    We zijn nu meer dan een jaar na de gebeurtenissen die hebben geleid tot de dood van Henriquez. Nu hebben twee wetenschappelijke onderzoekers een rapport opgesteld. De Volkskrant bericht over de zaak op 17 september 2016: ‘Bij de arrestatie hebben de agenten zich niet gehouden aan de vaste procedure die ze hebben aangeleerd voor aanhoudingen. Ze zijn er te snel mee begonnen, er was geen taakverdeling tussen de agenten, er was geen leiding, pepperspray werd verkeerd gebruikt en medische hulp kwam te laat, zo staat in het rapport. Het hardhandige geweldgebruik tegen Henriquez was ‘disproportioneel, onmatig en ondeskundig’, schrijft een van de twee onderzoekers.’

    Gaat Ard van der Steur nu wel iets over de zaak zeggen? Wij in ieder geval wel. Want, wat blijkt? Over een aantal zaken wordt in dit deskundigenrapport niet gerept. Namelijk over het proces-verbaal dat de politie heeft opgesteld naar aanleiding van de arrestatie. Op 30 juni 2015 berichtte NRC.nl: ‘De lezing van de politie is dat Henriquez riep dat hij een wapen had en zich hevig verzette tegen de arrestatie waarop meerdere agenten hem in bedwang moesten houden. Het OM liet later weten dat Henriquez geen wapen op zak had.”In eerste instantie meldde het OM dat Henriquez onderweg naar het politiebureau onwel was geworden, dit bericht werd later teruggenomen omdat videobeelden dit tegenspreken. Zo toont een video van een omstander dat een vijftal agenten op het lichaam van de 42-jarige Arubaan liggen en het lijkt dat ze zijn nek vastklemmen. De politie houdt iedereen op afstand die hem probeert te helpen.’

    Volgens NRC is de verklaring van de politie ook in strijd met de verklaringen van getuigen. ‘Getuigen vertellen een ander verhaal. Henriquez zou wat luidruchtige grapjes hebben gemaakt met zijn vrienden, waarop hij werd gewaarschuwd door de politie en doorliep.’

    De mensen dus die verantwoordelijk zijn volgens deskundigen, hebben aantoonbaar gelogen in een proces-verbaal over de reden van die aanhouding én over het verdere verloop van die aanhouding. Zo liegen de agenten in een officieel bewijsstuk eerst dat Henriquez pas onwel werd in de politiewagen. Op filmpjes is te zien dat ze hem omhoog houden voordat hij in de wagen wordt gekieperd en dat er opmerkingen worden gemaakt dat het niet goed met hem gaat. Levensreddende hulp wordt Mitch bewust onthouden door de politieagenten die hem zodanig zwaar mishandelden.

    Naast het onthutsende rapport van de twee wetenschappers, dat volgt op een onthutsend rapport een jaar geleden van de Rijksrecherche, blijven we dus nog met twee zaken zitten. De reden voor arrestatie en de leugens in het proces-verbaal. Gezien het feit dat de politie al liegt in het proces-verbaal is het niet zonder meer aanneembaar dat ze omtrent de arrestatie wel de waarheid spreken. Er zijn ook alleen maar de betrokken agenten, de daders, die zeggen dat Henriquez riep dat hij een wapen had. Heeft Henriquez dat dus wel geroepen? Getuigen zeggen dat hij alleen wat grapjes maakte. Er is ook helemaal geen wapen aangetroffen.

    Wat ook niet blijkt uit de rapporten van Rijksrecherche en deskundigen is het feit dat Mitch Henriquez Arubaan was en lichtgekleurd, terwijl de daders allen blank waren. Al eerder schreven wij hier over etnisch profileren. Mitch zag er netjes uit die dag, hij was luidruchtig, hij had een getinte huidskleur, hij wilde niet zomaar aan de kant gaan. Is dat genoeg voor een etnische profilering? Een crimineel heeft dure kleding. Een getinte man kan crimineel zijn. Oppassen dus!

    Of zou je ook kunnen zeggen dat Mitch gewoon op vakantie was, iets had gedronken, met zijn vrienden op een feest was en dus netjes gekleed. Vrolijk was en dus luidruchtig. Lichtgetint was omdat hij Arubaan was en gewoon op vakantie. En niet zomaar aan de kant wilde gaan voor een stelletje bruten. En natuurlijk terugvocht toen hij door vijf lafaards onterecht werd aangepakt? Wie zou niet vechten wanneer zijn keel werd dichtgeknepen? Wie zou niet vechten wanneer hij klappen kreeg van vijf bruten op zijn neus en op zijn keel? Wie zou niet terugvechten wanneer hij op zijn geslachtsdeel werd geslagen door politieagenten? Wie zou niet vechten voor zijn leven bij een zo zware mishandeling?

    Op sociale media wordt door veel mensen gezegd dat Mitch Henriquez het allemaal aan zichzelf te danken heeft. ‘Had hij maar niet moeten dreigen.’ Maar uit onderzoek blijkt dat alleen degenen die hem doodsloegen dat zeggen over de reden tot aanhouding. En die daders logen al eerder aantoonbaar. ‘Had hij zich maar niet moeten verzetten.’ Aantoonbaar is dat Henriquez in doodsnood verkeerde na talloze klappen op slaap, keel, neus en geslachtsdeel en het verkeerde gebruik van pepperspray en het verkeerd gebruiken van een nekklem. Dat de man zich dus in uiterste paniek en doodsnood verzette is logisch.

    De politie die er is om de burger te beschermen tegen onrecht is verantwoordelijk voor de dood van een burger. De politie heeft gelogen in een officieel ambtelijk stuk. De politie heeft een burger zonder aanleiding gearresteerd en heeft daarbij zeer grof en ongepast geweld gebruikt. De politie heeft welbewust absoluut noodzakelijke levensreddende medische hulp onthouden aan een in levensgevaar verkerende burger. Politieoptreden dat wij herkennen uit de periode 40-45. Het mankeert er nog maar aan dat Henriquez begraven werd in een afgelegen bos.

    Na de Tweede Wereldoorlog werden veel politieagenten ter verantwoording geroepen en veroordeeld. Waar wordt nu nog op gewacht? Het is al meer dan een jaar geleden. Morgen wordt door het Openbaar Ministerie een besluit genomen en horen de daders of ze worden vervolgd. Prettig weekend!

     

    Updeet: Vandaag heeft het OM in zijn grote wijsheid besloten dat twee van de vijf agenten worden vervolgd. Drie dus niet. De twee die zullen worden vervolgd zijn de nekklemmer en degene die heeft gestompt op de keel en het gezicht van Mitch. De politieagenten die hebben toegekeken toen Mitch zwaar werd mishandeld worden niet vervolgd. De politieagenten die het valse proces-verbaal hebben opgemaakt, worden ook niet vervolgd. De agenten die Mitch hebben vastgehouden zodat hij zich niet kon losrukken toen hij werd geslagen in gezicht, keel en geslachtsdelen worden niet vervolgd. De agenten die het niet nodig vonden een ambulance te waarschuwen voor Mitch toen ze zagen dat het heel erg slecht ging, worden niet vervolgd. Na één jaar onderzoek is dit het resultaat waar het OM mee komt.

    Jaren geleden liep ik eens in Amsterdam te stappen toen de politie aan iedereen een ansichtkaart uitdeelde waar zoiets op stond als: ‘Zie je dat iemand in elkaar wordt geslagen? Maak zoveel mogelijk herrie!’ Maar laat ik het anders zeggen: IK BEN MITCH!!!!!

    Rechtdoor

    Al ruim een jaar bericht Dupont hier over misstanden. Misstanden waarvan motorrijders het slachtoffer worden, maar ook veteranen of mensen die gewoon iets anders zijn. De site Justitie en Veiligheid laat ook talloze andere misstanden zien. In veel gevallen is het Ministerie van Veiligheid en Justitie, of de politie, de verantwoordelijke. Kijk eens naar het etnisch profileren bijvoorbeeld. Volgens de politie zelf is het absoluut niet zo. Onderzoekers en individuele politiemensen zeggen van wel. Ondertussen is onze overheid razend wanneer zij worden beticht van het etnisch profileren.

    Al meer dan een jaar roept Dupont dat de politie liegt, rapportages overdrijft of uit zijn duim zuigt. Horeca onder druk zet om ‘afspraken’ mee te maken. Al een jaar roept Dupont dat mensen hun baan verliezen, alleen omdat zij lid zijn van een motorclub. Clubhuizen van motorclubs worden gesloten zonder reden. Gemeentes geven toe dat een sluiting onterecht was, maar de clubhuizen gaan niet meer open. Gemeentes worden als verlengstuk gebruikt door een politiekorps dat liegt, vraagt om meer bevoegdheden en intussen zijn eigen werknemers de zakken laat vullen met declaraties en vriendjespolitiek. Of ze als particuliere trendsetters laat werken.

    Al meer dan een jaar roept Dupont hoe Nederland steeds meer een politiestaat wordt. Een politiestaat die corrupte burgemeesters en stadsbesturen ontziet. Een politiestaat die discrimineert en onderzoeken naar door de politie mishandelde of gedode burgers dwarsboomt.

    En er is niets verandert. Nog vorige maand meende een Limburgse burgemeester dat een veteraan zijn medaille niet verdient omdat hij lid is van Satudarah. Nog deze week werden er opnieuw clubhuizen gesloten. Nog vandaag worden er bikers geweerd van terrassen en horecazaken.

    Het moest er dus een keer van komen dat mensen het niet meer pikken. Uit goede bron hebben wij vernomen dat Henk Kuipers uit Emmen, de leider van de plaatselijke afdeling van No Surrender, een politieke partij is begonnen. ‘Rechtdoor’, is de naam van die partij die landelijk gaat opereren. Alleen Henk Kuipers heeft al 5000 Facebookvrienden, dus hoeveel stemmen zijn dat?

    Navraag leert dat tenminste één oud-politieman (Facebookpagina Geen Stigma vandaag) lid is van de nieuwe partij. Deze oud-politieman heeft gewerkt als rechercheur bij de politie Utrecht, daarna als sectiehoofd officier van justitie bij de Centrale Verwerking Openbaar Ministerie en laatstelijk als adviseur bedrijfsvoering integrale veiligheid en integriteit bij het functioneel parket. Wel iemand dus die beschikt over een inside-kijk.

    Moet dit systeem nog verbeterd worden of moet het weg? We zullen gaan zien wat de nieuwe politieke partij Rechtdoor gaat doen en vooral wat deze overheid gaat doen nu een aantal bikers de handschoen heeft opgenomen. Wij zijn benieuwd welke informatie nu op straat komt te liggen over manipulaties en leugens bij de mannen in astronautenpak. Wij zijn benieuwd wat de Tweede Kamer gaat doen met het nieuws dat de nieuwkomers gaan genereren. Waarschijnlijk gewoon doorslapen.

     

    Antwoorden Burgemeester en Minister scheppen meer onduidelijkheid

    Met lichte verbazing hebben wij kennis genomen van de antwoorden van de Haagse burgemeester van Aartsen en Minister van Veiligheid en Justitie Van der Steur op vragen van de Tweede Kamer en de Haagse gemeenteraad over de betrouwbaarheid van het in 2014 verschenen onderzoek van de Universiteit van Leiden naar etnisch profileren in Den Haag.

    De beantwoording van de in de Haagse gemeenteraad en Tweede Kamer gestelde vragen biedt nog steeds geen duidelijkheid over de precieze gang van zaken rond de totstandkoming van het Leidse onderzoek naar etnisch profileren. Uit de beantwoording blijkt bovendien dat het Haagse College van B&W en het Ministerie in feite onderkennen dat zij de Tweede Kamer en de Haagse gemeenteraad in 2013-2014 onvolledig en onjuist hebben geïnformeerd.

    Het College van B&W van Den Haag beschuldigt Buro Jansen & Janssen van “ongefundeerde en onjuiste veronderstellingen en niet onderbouwde en tendentieuze berichtgeving.” Wij zouden daarmee “een klimaat van verontwaardiging, onvrede en polarisatie” kweken. In dit artikel gaan wij puntsgewijs in op de antwoorden van het College en het Ministerie.

    Afspraken tussen de Haagse politie en de Universiteit van Leiden

    Volgens het College zijn er voorafgaand aan het onderzoek geen afspraken gemaakt om een mogelijk afbreukrisico te voorkomen wanneer het onderzoek zou wijzen op mogelijke discriminatie door de politie Haaglanden. Het College schrijft: “Vanuit diezelfde professionaliteit zijn bij de afweging over deze medewerking ook afbreukrisico’s in beschouwing genomen. Zo’n risico is dat individuele politiemensen zich kwetsbaar opstellen door mee te werken aan dit onderzoek. Om die reden is afgesproken dat de resultaten uit de masterscripties uitsluitend voor intern gebruik bedoeld zijn, en alleen geanonimiseerd als basis kunnen dienen voor wetenschappelijke artikelen.”(17 mei 2016)

    Het Ministerie stelt dat “in de afweging om de medewerking te verlenen zijn door de politieleiding en de Universiteit Leiden ook mogelijke afbreukrisico’s besproken. Die zien op het feit dat individuele politieambtenaren zich open en kwetsbaar op zouden stellen door mee te werken aan het onderzoek.” Tevens verklaart het ministerie dat “de Universiteit van Leiden en de politie het onwenselijk vonden indien het onderzoek zou wijzen op mogelijke discriminatie door de Haagse politie is niet juist.”( 24 mei 2016)

     

    De antwoorden van het College van B&W van Den Haag en het Ministerie van Veiligheid en Justitie zijn onjuist.

    Ten eerste is anonimisering van individuele agenten gebruikelijk bij wetenschappelijk onderzoek naar de politie, dit wordt door de politie altijd toegepast. Een medewerker van de politie Haaglanden bevestigt dit ook in een mededeling aan OKD (Overleg Korpsdirectie Haagse politie) van 14 november 2011: “Afbreukrisico kan zijn dat het de aandacht kan vestigen op (mogelijke) discriminatie door de politie. Om die reden zal vooraf goed doorgesproken moeten worden met het Criminologisch Instituut wat de insteek is van het onderzoek: mcv of discriminatie. Op basis daarvan kan dan ook besloten worden of dit onderzoek naast de gebruikelijke anonimisering van personen ook anonimisering van het korps vereist.” Naast “de gebruikelijke anonimisering van personen” staat in deze mededeling dat de korpsdirectie aandringt op anonimisering van het korps.”

    Ten tweede wordt in een email van dezelfde dag het onderwerp de anonimisering van het korps opnieuw genoemd en tevens verwezen naar de angst voor het noemen van discriminatie door de Haagse politie. “Maar in sommige gevallen wordt ook afgesproken dat het korps niet bij name genoemd wordt. Daarover moet van te voren een besluit worden genomen. Mag het korps wel genoemd worden, dan is het risico dat in de krant komt te staan: politie Den haag discrimineert, at dan niet meer of minder dan politie Amsterdam.”

    In het Overleg Korpsdirectie van de Haagse politie van 27 december 2011 wordt het “onderzoek interactie politie —jonge allochtone (vs. autochtone) burger “ behandeld. Bij het kopje risico staat in de notulen van het overleg: “Afbreukrisico kan zijn dat het de aandacht kan vestigen op (mogelijke) discriminatie door de politie. Dit risico is met prof. Van der Leun besproken. Zij begrijpt de onwenselijkheid hiervan en heeft aangegeven dat zij dit punt expliciet zal bespreken met de studenten en dat ze hierop zal letten bij de tussentijdse besprekingen van de (concept-)scripties. Het is niet de bedoeling van het onderzoek om een vergelijking te maken tussen politie Amsterdam-Amstelland en politie Haaglanden.”

    Tot slot komen de antwoorden van het College niet overeen met recente uitspraken van professor van der Leun van de Universiteit van Leiden in de media. In het NRC Handelsblad van 30 april 2016 wordt haar reactie gevraagd ten aanzien van het gebruik van het woord afbreukrisico: “Ze ontkent dat ze met de politie heeft gesproken over een mogelijk ‘afbreukrisico’. ‘In de gesprekken met de politie heb ik dat woord nooit gehoord’, zegt ze. De hoogleraar vermoedt dat de politie haar in interne correspondentie woorden in de mond heeft gelegd die zij nooit heeft uitgesproken,” aldus het NRC artikel.

    Op basis van de stukken van de korpsdirectie van de Haagse politie is Buro Jansen & Janssen tot de conclusie gekomen dat er afspraken zijn gemaakt over de onwenselijkheid wanneer het onderzoek zou wijzen op mogelijke discriminatie door de politie Haaglanden. Het maken van afspraken over anonimisering van individuele agenten is een standaard procedure. Het College en het Ministerie hebben de gemeenteraad en de Kamer op dit punt onjuist geïnformeerd.

     

    Scripties

    In de antwoorden van het College en het Ministerie wordt gesproken over veldwerk uit 2012 ten behoeve van twee (in 2013 afgeronde) scripties, en een verdiepende analyse door de Universiteit van Leiden. Het College stelt: “Om die reden is afgesproken dat de resultaten uit de masterscripties uitsluitend voor intern gebruik bedoeld zijn, en alleen geanonimiseerd als basis kunnen dienen voor wetenschappelijke artikelen. In de verdiepende studie van professor Van der Leun, die er op gericht is om de mate van etnische profilering vast te stellen, is op deze wijze gebruik gemaakt van de gegevens.”

     

    Toen het onderzoek naar etnisch profileren in Den Haag in november 2013 werd toegezegd, is nooit vermeld dat het onderzoek was gebaseerd op veldwerk uit 2012, dat werd uitgevoerd ten behoeve van twee (in augustus 2013 afgeronde) scripties, en is er nimmer gesproken over een ‘verdiepende studie’. Het Ministerie heeft hier op 4 november 2013 in de Tweede Kamer, en in haar kamerbrieven van 14 november 2013 en 10 januari 2014, niets over gemeld. Het College heeft hier op 7 november 2013 in de Haagse gemeenteraad, en in haar brief van 12 november 2013, niets over gemeld. Professor van der Leun hier op 4 december 2013 in de Haagse gemeenteraad niets over gemeld. Zij heeft pas op 4 juni 2014 aan de Haagse gemeenteraad (en in het rapport zelf) gemeld dat het veldwerk al in 2012 heeft plaatsgevonden. De Universiteit van Leiden heeft nooit (ook niet in het rapport) aangegeven dat er sprake was van twee scripties, en de term ‘verdiepende studie’ nooit gebruikt.

    Het College en het Ministerie hebben de gemeenteraad en de Tweede Kamer in 2013 en 2014 onjuist en onvolledig geïnformeerd door niet te melden dat het onderzoek is gebaseerd op in 2012 uitgevoerd veldwerk ten behoeve van twee scripties, die in augustus 2013 afgerond waren.

     

    Conclusies scripties

    De twee scripties waren in augustus 2013 reeds afgerond. Uit de antwoorden van het College wordt niet duidelijk of het bestaan van de scripties en de conclusies van deze scripties in november 2013 bij het Haags gemeentebestuur en het Ministerie bekend waren. Het College beantwoordt deze vraag niet. Het Ministerie geeft in haar beantwoording wel enige duidelijkheid: “Uit navraag bij de gemeente Den Haag blijkt dat in januari 2014 het verdiepende onderzoek van professor Van der Leun nog gaande was. Wel waren de resultaten van de masterscripties al bij de politie bekend. Het ministerie heeft in december 2013 een ambtelijke terugkoppeling gehad over deze masterscripties.”

    Buro Jansen & Janssen moet concluderen dat het bestaan van de scripties en de conclusies van deze scripties, in november 2013 bekend was bij de politie, en ieder geval in december 2013 bij het Haags gemeentebestuur en het Ministerie. De beantwoording door het College en het Ministerie schept geen duidelijkheid over de conclusies van de scripties.

     

    Verdiepende analyse

    Het College en het Ministerie introduceren in hun beantwoording de term ‘verdiepende analyse / verdiepende studie’, van het in 2012 uitgevoerde veldwerk. In 2013 en 2014 hebben het Haags gemeentebestuur, het Ministerie en de Universiteit van Leiden deze term nooit gebruikt. De universiteit hanteert als ondertitel van haar rapport “een verkennend onderzoek naar opvattingen en beslissingen op straat.”

    In de Kamervragen van dhr. Marcouch wordt gevraagd of het Leidse rapport is gebaseerd op ander onderzoek dan de twee masterscripties. Het Ministerie van Veiligheid en Justitie beantwoordt deze vraag niet, maar verwijst naar de beantwoording door het College en naar de methodologische verantwoording van het Leidse rapport.

    De beantwoording door het College en het Leidse rapport geven echter geen antwoord op deze vraag. Volgens het College zijn “in het vervolgonderzoek van de universiteit 60 situaties, waarin agenten handelden op basis van hun discretionaire beslissingsruimte, nader geanalyseerd” en zou dit de verdiepende analyse zijn. In het Leidse rapport wordt de term ‘verdiepende analyse’ niet gebruikt, worden de twee scripties niet genoemd en wordt niet vermeld dat het veldwerk aanvankelijk is verricht ten behoeve van deze twee scripties.

    Professor Van der Leun geeft in recente media uitlatingen evenmin nadere duidelijkheid. Op de vraag “U zegt niet meer te willen discussiëren over details, maar is het niet heel normaal dat wetenschappers kritiek krijgen op hun onderzoeksmethode en daarover met anderen in discussie gaan?” antwoordt Van der Leun: ‘In het rapport kan iedereen lezen hoe het onderzoek methodologisch in elkaar steekt en waarmee we rekening moesten houden” (Mare Online, 12 mei 2016). Door te verwijzen naar de methodologische verantwoording in het Leidse rapport blijft de onduidelijkheid bestaan. In het rapport wordt geen melding gemaakt van de twee scripties, de term ‘verdiepende analyse’ wordt niet gehanteerd, en er wordt niet duidelijk gemaakt hoe deze analyse zich verhoudt tot de analyse in de twee scripties.

    Het is onduidelijk in hoeverre verdiepende analyse in het Leidse rapport overeen komt met de analyse in de twee scripties. De scripties, en het veldwerk c.q. onderliggend onderzoeksmateriaal zijn, door de Universiteit van Leiden, de politie, de gemeente Den Haag en het Ministerie niet openbaar gemaakt.

     

    Het observatie onderzoek

    De Universiteit van Leiden schrijft in haar rapport van 2014 dat het observatie onderzoek op een ‘redelijk vrije manier’ heeft plaatsgevonden, waarbij er nauwelijks is gevraagd naar de overwegingen van politieagenten bij de keuze welke personen te controleren. In een via de WOB verkregen niet-gepubliceerde wetenschappelijke publicatie onderkennen de onderzoekers dat er geen systematisch observatie onderzoek is uitgevoerd.

    In de Kamervragen van Dhr. Marcouch wordt gevraagd naar de betekenis van het ontbreken van systematisch observatie onderzoek voor de waarde van het onderzoek. De Minister geeft echter geen antwoord op deze vraag. Ook het College gaat niet op deze vraag in, maar schrijft dat in het vervolgonderzoek door de Universiteit van Leiden “situaties waarin agenten handelen op basis van hun discretionaire beslissingsruimte” nader zijn geanalyseerd.

    De beantwoording door het College maakt de situatie nog onduidelijker. In het Leidse rapport staat expliciet vermeld dat de juridische context van de discretionaire beslissingsruimte niet is onderzocht. “Er moet worden benadrukt dat niet is onderzocht op grond van welke bevoegdheden agenten precies hebben gehandeld en dat situaties niet juridisch zijn getoetst.”

    Er bestaan vraagtekens over het observatie onderzoek, welke in de beantwoording door het College en het Ministerie niet worden weggenomen.

     

    Wie nam het initiatief tot het opschalen van de scripties tot een ‘nationaal onderzoek’

    Het initiatief voor het onderzoek ten behoeve van twee masterscripties criminologie werd in 2011 genomen door de Universiteit van Leiden. Dit onderzoek was primair bedoeld voor intern gebruik en er is afgesproken dat de gegevens na toestemming van de Haagse politie eventueel mogen worden gebruikt voor wetenschappelijke publicaties. In november 2013 werd echter besloten om het door de twee studenten uitgevoerde veldwerk te gebruiken voor een publiek toegankelijk onderzoek, nadat in de Haagse gemeenteraad en de Tweede Kamer was gevraagd om wetenschappelijk onderzoek naar etnisch profileren. In de beantwoording van de vragen blijft onduidelijk wie het initiatief heeft genomen tot het schrijven en publiceren van een rapport door de universiteit van Leiden.

    Het Ministerie en het College gaan in hun beantwoording niet op deze kwestie in. Deze vraag is echter erg degelijk relevant, omdat de twee masterscripties in augustus 2013 waren afgerond en de conclusies van de scripties in november 2013 ieder geval bij de politie Haaglanden bekend waren.

     

    Discriminatie is een ernstige zaak, discriminatie door de overheid helemaal. Ons uitgebreide onderzoek maakt duidelijk dat het Leidse onderzoek veel vragen oproept.

    Uit de beantwoording blijkt bovendien dat het Haagse gemeentebestuur en het Ministerie in feite onderkennen dat zij de Tweede Kamer en de Haagse gemeenteraad in 2013-2014 onvolledig en onjuist hebben geïnformeerd. De antwoorden van de bestuursorganen scheppen niet meer, maar eerder minder duidelijkheid.

     

     

     

    Politie kopieert versleutelde data

    19 april 2016 sloeg de politie weer een grote slag in de strijd tegen de ondergrondse krachten van het kwaad die een ondermijnende invloed zouden uitoefenen op de nietsvermoedende burgers in de bovenwereld. ‘Politie rolt groot communicatienetwerk voor criminelen op’ meldt RTL nieuws. Politie.nl: ‘Groot crimineel communicatienetwerk uit de lucht‘. En ook Hart van Nederland doet een duit in het zakje in versie 2 van het filmpje over de inval in een woonwagenkamp in Den Haag, eigenlijk voor een groot drugsonderzoek:

    (bron: Hart van Nederland)

    Op 0:07 defensie is weer van de partij om geheime ruimtes op te sporen, en die worden ook gevonden.

    Op 0:15 woordvoerder Thomas Aling zegt dat er ‘daar’ uitgebreid is gezocht en dat er in de woningen onder andere administratie en tienduizend – of tienduizenden, hij praat wat onduidelijk en deze inval heeft politie.nl niet bereikt, dus we kunnen het niet checken – aan cash is gevonden. Maar niets dat er op wijst dat deze spullen ook in de geheime ruimtes werden verstopt. Je zou denken van niet, want de kans om te bewijzen dat het zoeken naar geheime ruimtes iets oplevert, laat de politie niet zomaar lopen, dunkt me.

    Op 0:20 Aling gaat verder: een geldtelmachine, een sealmachine en gebruikte en nieuwe Blackberries. Alles goed en wel, maar hier wordt een inval gedaan in een groot drugsonderzoek, militairen en politiemensen doorzoeken woningen en vinden helemaal niets wat verboden is. Zoals drugs bijvoorbeeld.

    Op 0:34 Aling legt uit dat Blackberries worden gebruikt door ‘criminelen’ die daardoor ‘onder de radar’ blijven en niet kunnen worden afgeluisterd. En hij is blij dat in elk geval deze telefoons nu niet door criminelen kunnen worden gebruikt. Dat wil natuurlijk zeggen, tot justitie ze weer moet teruggeven. En als je inval helemaal geen verboden spullen oplevert, waarom ga je er van uit dat ze voor crimineel gebruik bedoeld zijn?

    De politie zegt al langer dat de communicatie via Blackberry is gehackt, maar dat klopt niet, zegt ook het bedrijf Blackberry. Het lukt alleen wanneer de gebruiker slordig is geweest met de wachtwoorden of de instellingen van het apparaat. Dat er dus hele servers zijn gekopieerd zal wel kloppen, maar dat de politie nu zicht heeft op de criminele communicatie is weer zo’n typische overdrijving die enerzijds de gewone burger het idee geeft dat de politie met iets zinnigs bezig is, en anderzijds de boevenbendes weer aan het twijfelen moet brengen.

    Dan de arrestatie van een ‘criminele facilitator’. Dat is iemand die zijn beroep uitoefent, waar dan volgens de politie criminelen baat bij hebben. In dit geval de eigenaar van het Nijmeegse bedrijf dat anonieme communicatie aanbood. Er is een wapen bij hem gevonden. Mogelijk had hij een vergunning, dat wordt in het midden gelaten. Ze gaan kijken of hij kan worden gepakt op witwassen; of hij geld heeft aangenomen, als betaling voor de telefoons, waarvan hij had moeten vermoeden dat het crimineel geld was. Of hij dus zijn klanten heeft gescreend op waar ze hun geld vandaan hebben. Want verkopen van Blackberries en anoniem communiceren is niet verboden.

    Verder suggereert de politie in het eigen persbericht  dat het netwerk helemaal niet uit de lucht is gehaald, alleen gekopieerd. De 19.000 gebruikers krijgen een bericht dat de politie gaat proberen hun data te lezen, tenzij betrokkenen verschoningsrecht hebben. Dat moeten ze dan even doorgeven.

    En nu heeft de politie dus met PGP versleutelde gegevens van 19.000 Blackberry-gebruikers, die niet leesbaar gemaakt kunnen worden. De Nijmeegse Blackberry-handel zal wel de bestuurlijke treiteraanpak over zich heen krijgen, zoals de Amsterdamse pizzeria die de verkeerde klanten had.

    Maar het raarste is natuurlijk dat in de tijd dat dit onderzoek liep, Whatsapp versleuteling heeft ingebouwd. 9,4 miljoen mensen in Nederland kunnen nu anoniem berichten sturen. Is Whatsapp nu ook een ‘criminele facilitator’? Had de politie dit hele circus niet beter kunnen afblazen?

    Roomser dan de Paus

     

    Afgelopen donderdag ging het helemaal mis in Rotterdam. Twee groepen mannen raakten in een Van der Valk-restaurant slaags met elkaar. Was het eten zo slecht? Of was de appelmoes op? Volgens media werd er zelfs geschoten. Een speciale terreureenheid was al snel ter plaatse en na arrestatie van enkele van de vechtersbazen bleek dat het ging om een vechtpartij tussen leden van de Hells Angels en de Mongols.

    Een zeer vervelend incident, waarbij het logisch is dat de politie de handen eens uit de mouwen van hun astronautenpakjes steekt. Logisch ook dat de media een verhaal zien. Maar er gebeurde nog veel meer. Tal van mensen zagen deze gebeurtenis als afleidingsmanoeuvre voor hun eigen tekortkomingen óf struikelden zowat over hun eigen benen om zich van de gebeurtenis te distantiëren.

    De minister van Veiligheid en Justitie, Ard van der Steur, kwam net uit het zoveelste debat waarin aan zijn competenties hevig werd getwijfeld. Om het mistige geheugen van de lezer op te frissen, leggen we dat nog even uit. De Turkse president Erdogan berichtte meteen na de aanslagen in Brussel dat één van de aanslagplegers enige tijd geleden was uitgezet naar Nederland en dat Nederland was gewaarschuwd voor hem. Kort daarna werd gemeld dat ook de Amerikanen Nederland hadden gewaarschuwd voor deze terrorist. En daar begon Ard van der Steur te stotteren.

    Informatie van de FBI bleek informatie van de Amerikaanse politie. Twee totaal verschillende partners, maar ach. Als minister hoef je dat verschil toch niet te weten. Feitelijk ging het daar ook niet om. Er was niets gedaan met die informatie en dus was Nederland eigenlijk ook medeschuldig aan het slagen van die aanslagen in Brussel. Nou, dat werd een stevig debatje of twee drie waarin gelukkig Ard van der Steur het voordeel van de twijfel kreeg. Hij hoeft nog geen afspraak te maken met het UWV.

    Ard kwam de Tweede Kamer nog niet uit of hij werd al aangesproken over het ‘zoveelste zeer ernstige incident met een motorbende’. Lang hoefde men niet te wachten op het antwoord van crimefighter Van der Steur. Hij zou ze heel hard gaan aanpakken. Ja, anders kwam hij toch nog terecht op het werklozenbankje naast Ivo Opstelten, want heel goede bewindslieden hadden ze de laatste tijd niet bij dat ministerie.

    Maar er gebeurde nog meer. RTV Rijnmond meldde op 7 april een uitspraak van een onbekend gebleven politiewoordvoerder: ‘”Dit is complete gekkigheid”, vertelt de woordvoerder. “Leden van motorclubs doen alsof ze allemaal heel gezellig zijn en geen criminele zaken uitspoken, maar wij weten wel beter. Het is allemaal één pot nat.”

    Ja, de anonieme politiewoordvoerder weet wel beter. Hij zegt eigenlijk dat de politie wel weet dat motorclubs wel degelijk criminele zaken uitspoken. En de aanleiding om dit te zeggen is een vecht- en schietpartij waarbij de toedracht nog helemaal moet worden onderzocht. Maar de politiewoordvoerder weet het al. Pure laster, immers was er dergelijke wetenschap dan konden die motorclubs makkelijk verboden worden. Dupont berichtte al eerder over dit soort uitspraken.

    Roland Ekkers, een niet anoniem gebleven woordvoerder van de Rotterdamse politie, verwoordde het ietsje anders. We weten niet of het gaat om een meisje, of om bijvoorbeeld drugs. Of woorden van gelijke strekking. Om zijn woorden kracht bij te zetten verzocht hij het hooggeëerd publiek meteen daarna om filmpjes en foto’s van het incident naar de politie op te sturen. ‘Drugs of een meisje?’ Pure kletspraat en ook nogal een beschuldiging om het over drugs te hebben wanneer je nog niet eens weet wat er precies is gebeurt.

    Maar het ergste komt nog. In een motorwereld waarin eigenlijk geen statements naar buiten worden gebracht, waarin je je mond niet opendoet voordat je precies weet wat er is gebeurt, waar je je niet bemoeit met de clubzaken van een andere club, waarin je elkaar respecteert, door dik en dun steunt, waarin je nooit je vrienden laat vallen, gebeurde er de dag na de vechtpartij dit:

    ‘De motorclubs Black Sheep en Veterans „nemen afstand van alle motorclubs of individuele leden” die zich bezighouden met geweld en criminaliteit. Ze reageren hiermee op de massale schiet- en vechtpartij tussen leden van de Mongols en de Hells Angels donderdagavond in en om het Van der Valkhotel in Rotterdam.

    „Ze verafschuwen de gebeurtenissen, waarbij ook nog eens onschuldige omstanders in gevaar zijn gebracht”, schrijft hun advocaat Michael Ruperti in een verklaring namens de twee motorclubs. Het is zeer uitzonderlijk dat motorclubs openlijk afstand nemen van andere clubs of hun leden.

    „De Black Sheep en Veterans zien zichzelf niet als een criminele motorbende”, zegt Ruperti. „Zij zijn zeker voor een strenge aanpak van motorclubs of hun leden die crimineel gedrag vertonen en het daarmee verpesten voor de goedwillende motorclubs.” De Black Sheep en Veterans benadrukken dat dit gedrag door eigen leden niet getolereerd zal worden en leidt tot een royement.’ (‘Reformatorisch Dagblad 8 april 2016).

    Kijk, en dát is kameraadschap. Dát is broederschap. Je vrienden raken betrokken in een vechtpartij en niemand weet nog hoe het zit, zelfs de politie niet, en je distantieert je al van ze. Dat is pas échte broederschap. Kakelen als een kip zonder kop, nadat je lekker met je motorpakje door de stad mocht ronken. Lekker herrie maken, máár….wij zijn geen criminelen. Wij doen helemaal geen slechte dingen. Wij zijn ontzettend oké. De verklaring van Black Sheep MC en Veterans MC kwam daags na de vechtpartij in Rotterdam. Dat insinueert op zijn minst dat er niet door alle chapters van die twee ‘motorclubs’ is overlegd met alle leden over de naar buiten gebrachte statement. Er is dus bij beide clubs sprake van een soort piramidesituatie. Enige leiders spreken voor de andere leden. Dat is al iets wat in strijd is met de traditie en opzet van motorclubs.

    De twee afstandnemers maken dus veel over zichzelf duidelijk. Ze hebben geen benul van hoe het er echt aan toe hoort te gaan binnen een motorclub en ze weten ook niet wat broederschap en respect is. Bij het eerste de beste vechtpartijtje piepen ze al. Ze nemen onmiddellijk de berichten in de door hen telkens van partijdigheid beschuldigde media serieus. Ja, nu wel. Het zijn dus ook geen onepercenters. Het zijn hobbyclubjes net als de Blue Knights MC en Lex Legio MC. Het zijn geen anarchisten on wheels. Het is geen levensstijl. Het zijn kleinburgers die bang zijn wat de buren denken.

    En zo werd veel duidelijk na donderdag. Wat voor een paar mensen een vechtpartij was waarbij werd geschoten, was voor een ander een godsgeschenk waardoor hij zijn baan nog even kon houden, een ander had eindelijk weer eens een verhaal in de bijna niet meer gelezen krant staan, weer een ander kon lekker namens zijn baas uithalen naar motorclubs en het braafste jongetje van de klas kon eindelijk zijn onschuld uitroepen in de hoop weer met de gewone burgers mee te mogen doen. Eind goed, al goed.

    O, en dat restaurant met de appelmoes? We weten nu allemaal dat Blijdorp niet alleen een diergaarde heeft maar ook een prachtig restaurant met een toekan voor de deur.

    Update: Zowel Veterans MC als Black Sheep MC hebben laten weten dat het naar buiten gebrachte persbericht verkeerd is geïnterpreteerd door een journalist. Zij nemen via hun advocaat wel afstand van bepaalde gebeurtenissen, maar niet van bepaalde clubs.

    Opmerking Dupont: Dat misverstand is niet achterhaald door een nieuw gezamenlijk persbericht. Het is ook volkomen zinloos om op deze manier jezelf proberen vrij te pleiten. De overheid heeft het voorzien op alle groepen mensen waarvan zij vinden dat ze ‘anders’ zijn. Of het nu gaat om krakers, hooligans, motorclubs of woonwagenbewoners. De nieuwe strijdwijze van de overheid heet ‘ondermijning’ en dat is een zoveelste poging om hard in te grijpen, terwijl het feitelijk gaat om iets dat heel vaag wordt omschreven. De gebeurtenissen in Rotterdam zullen zeker door deze overheid worden aangegrepen om verdere maatregelen te nemen. Het zijn dus feitelijk voor deze overheid welkome gebeurtenissen. Het is dus volslagen zinloos om er afstand van te nemen. Er zijn nog veel vragen in verband met ‘Rotterdam’ die nog niemand heeft gesteld. Bijvoorbeeld: Hoe kon de politie zo enorm snel ter plaatse zijn? Hoe kon de DSI zo snel ter plaatse zijn? Het aantrekken van al hun speciale uitrusting vergt al meer tijd dan het ter plaatse komen. Waarom waren uitgerekend op die dag de beveiligingscamera’s uitgeschakeld? Kan het zijn dat de politie heel goed wist wat er ging gebeuren en in de buurt heeft afgewacht? Ze hadden in dat geval dus al eerder kunnen ingrijpen. Kan het ook zijn dat de DSI wordt gebruikt op burgers om deze eenheid een realistische training te geven? Een week eerder was de DSI ook al betrokken bij een inval in een café met leden van No Surrender. Het feit dat uitgerekend de beveiligingscamera’s buiten werking waren is ook wel heel vreemd. Kan het zijn dat de zaal vooral vol zat met postende stillen die nu niet op herkenbare beelden willen figureren waaruit dan zou blijken dat ze niet hebben ingegrepen en ook dus van te voren wisten wat er ging gebeuren?

    Leugens maken de weg vrij voor een politiestaat

    Op 21 maart 2016 publiceerde de het Team Justitie en Binnenlandse Zaken van het Secretariaat-Generaal van de Benelux Unie het voortgangsrapport genaamd ‘Tackling Crime Together’. Het rapport kwam tot stand door samenwerking van politie en justitie in de Benelux en de Duitse deelstaat Nord Rheinland-Westphalen (NRW). De rapportage doet een aantal aanbevelingen om de geconstateerde misdadigheid van de Outlaw Motorcycle Gangs te bestrijden. Deze OMG’s worden overigens in dit rapport opnieuw anders genoemd. Nu zijn het OMCG’s (Outlaw Motor Cycle Gangs), waar het vroeger OMG’s waren (Outlaw Motorcycle Gangs).

    Wat veel ernstiger is dan onenigheid of verwarring over afkortingen om motorclubs aan te duiden is het feit dat de meeste maatregelen die worden aanbevolen in dit internationale verband gebaseerd zijn op aannames, leugens en al eerder weerlegde aantijgingen. Wij geven hiervan enige voorbeelden.

     

    Op bladzijde 7 lezen wij: ‘Politiekorpsen en justitiële instanties in de Benelux Unie maken melding van een toename van geweld en gebruik van vuurwapens en zelfs explosieven door OMCG・s. Leden van OMCG・s zijn maar al te vaak actief in de grootschalige productie van en handel in soft- en harddrugs, illegale prostitutie, afpersingen en gewelddadige vergeldingsacties. OMCG・s hebben een sterk ontwrichtend effect op het maatschappelijk en economisch verkeer in steden en gemeenten in de Europese Unie, alsook in de Benelux Unie en de Euregio Maas-Rijn.’

    Explosieven? Dat is voor het eerst dat wij horen van het gebruik van explosieven. Er zijn tegen enige leden van de Bandidos MC in Nederland wel aanslagen geweest, maar deze leden en de president van de club, de heer Harrie Ramakers, hebben verschillende malen benadrukt dat deze aanslagen niets te maken hebben met geweld tussen motorclubs onderling. Justitie in Nederland heeft het tegendeel nog niet bewezen.

    Dat leden van OMCG’s ‘maar al te vaak’ actief zijn is een uitspraak die niet wordt ondersteunt met feiten. Kom maar eens met welke clubs en welke feiten. ‘De OMCG’s hebben een sterk ontwrichtend effect’ is ook al weer zo’n uitspraak die niet wordt ondersteund met een enkel feit en een sterk suggestief karakter heeft.

    Op bladzijde 11 lezen wij meer aantijgingen: ‘OMCG・s zijn sterk betrokken bij de georganiseerde misdaad

    en verstoringen van de openbare orde. De Nederlandse multidisciplinaire aanpak van OMCG・s begon in

    2012. Hiermee werd gestart als reactie op de toenemende spanningen tussen verschillende OMCG’s en verstoringen van de openbare orde door geweld en intimidatie door de OMCG’s.’

    Betrokkenheid bij de georganiseerde misdaad moet eerst nog maar eens bewezen worden en bovendien zal dat dan niet gelden voor alle clubs die in dit rapport worden genoemd. Bovendien is er nergens bewijs dat clubs als club betrokken zijn bij misdaad of dat het de persoonlijke initiatieven betreft van afzonderlijke leden van clubs. Er is tot zover nog geen enkele club in Nederland die ooit is verboden door een rechter.

    Laat men eens enkele voorbeelden geven van verstoringen van de openbare orde, met name van ‘geweld en intimidatie’.

    Op bladzijde 12 lezen wij: ‘OMCG・s trachten cafés over te nemen door intimidatie of afpersing. Ze trachten ook cafés te dwingen om leden van OMCG’s in dienst te nemen als uitsmijters. Uitbaters van horecagelegenheden worden geïnformeerd over de risico・s en worden ook aangemoedigd om intimidatie en afpersing te melden aan de overheid.’

    Ook hier wordt er voor waar gepubliceerd wat de politie in Nederland al veel langer roept. Er zijn nog steeds geen concrete voorbeelden genoemd en bovendien staat opnieuw ter discussie of dit dan zou worden gedaan door clubs of alleen individuele leden van clubs. Bovendien wordt niet gepreciseerd welke clubs zich hieraan schuldig zouden moeten maken. Moeten alle clubs lijden onder de gedragingen van enkele leden van een andere club?

    Op bladzijde 21 lezen wij opnieuw een leugen die telkens opnieuw wordt herhaald: ‘In de problematiek met de HAMC in Kerkrade is er besloten dat de burgemeester wordt beveiligd. Zijn collega in Maasmechelen (België) moet dit in de krant lezen. Hij zoekt hieromtrent de publiciteit in België en vraagt zich af hoe het kan dat een collega van hem op nog geen 30 kilometer afstand bescherming krijgt omdat hij problemen heeft met OMCG・s, zonder dat hij hiervan op de hoogte wordt gebracht. Immers in zijn gemeente zijn chapters van rivaliserende OMCG・s gevestigd. Een van die OMCG・s is de HAMC.’

    Dupont heeft herhaaldelijk gewezen op het feit dat de burgemeester van Kerkrade niet is bedreigd door de HAMC (Hells Angels Motorcycle Club). In eerste instantie zei burgemeester Jos Som in een interview dat hij helemaal niet wist uit welke richting de bedreigingen kwamen, later zei hij dat de officier van justitie hem had gezegd onder te duiken. Bedreigingen waren dus in ieder geval niet rechtstreeks en Jos Som wist helemaal niet waar het vandaan kwam. Later kwam hij in een interview met het gegeven dat het ging om ‘motorjasjes’. Iets waarvan helemaal geen sprake was in eerdere interviews. Ook de bedreigingen aan het adres van zijn dochter, de eigenaresse van Café Suus, hebben niet plaatsgevonden.

    Wel worden bovenstaande ‘bedreigingen’ gebruikt om te benadrukken dat er internationaal moet worden samengewerkt, omdat de burgemeester van een Belgische gemeente die 30 kilometer verder weg ligt in zijn gemeente ook rivaliserende motorclubs heeft. Niet-gebeurde bedreigingen die plaatsgevonden zouden hebben door een motorclub omdat hun clubhuis werd gesloten worden in verband gebracht met een gemeente over de grens die toevallig ‘rivaliserende OMCG’s’ binnen zijn gemeentegrenzen heeft.

    Maatregelen die worden getroffen door het samenwerkingsverband van Duitse, Belgische, Luxemburgse en Nederlandse autoriteiten berusten helemaal niet op feiten, maar op leugens, valse aannames, geruchten en valse beschuldigingen. De deelname van de Duitse overheid aan deze gang van zaken verbaast niets. Zij hebben veel ervaring met het vals beschuldigen van bevolkingsgroepen en het vervolgen daarvan.

    Voor wie het hele rapport wil lezen: http://www.eu2016.nl/documenten/publicaties/2016/03/21/tackling-crime-together

    Politieagenten als outlawbiker

    In 2014 verscheen in Nederland het rapport van de politie genaamd ‘Outlawbikers in Nederland’. De grote man van de bestrijding van motorclubs, commissaris Piem Miltenburg, zei in zijn voorwoord voor dit rapport het volgende: ‘Binnen Nederland worden we de laatste jaren geconfronteerd met een forse groei van outlaw motorcycle gangs (OMG’s). Een groei die, gelet op ontwikkelingen elders in Europa, niet uniek is, maar ons wel tot alertheid maant. Outlaw motorcycle gangs zijn immers geen normale motorclubs…’

    Het rapport gaat verder met wat ‘outlaw motorcycle gangs’zijn.

    Met het hanteren van de nieuwe term outlaw motorcycle gangs,is wel de oude 1%-afbakening aangehouden. De leden van de voormalige Dutch Council waren zogeheten fullcolour-clubs. Deze onderscheiden zich van andere clubs doordat hun fullcolour-leden hesjes dragen met drie backpatches, te weten het logo van de club, een toprocker (halve boog met tekst) met daarin de naam van de club, een bottomrocker met daarin het specifieke chapter (afdeling) of de regio. Ook internationaal gezien wordt de three piece backpatch als onderscheidend voor outlaw motorcycle gangs beschouwd.’

    Enerzijds wordt dus geconstateerd dat er een flinke groei is in de toename van het aantal clubs en hun leden, anderzijds wordt aangegeven hoe je ‘outlaw motorcycle gangs’ kunt herkennen. Dezen hebben namelijk een driedelige set colors op hun rug. En dat onderscheidt ze volgens dit politierapport van de andere , zeg maar gewone, motorclubs.

    Dupont ging de straat op in Nederland en keek eens rond. Hij vond drie motorclubs, naast de bekende clubs als Hells Angels en Satudarah, die aan dit criterium voldoen: Blue Knights MC, LEMC Marshalls en Lex Legio MC. Alle drie de clubs zijn al in eerdere artikelen beschreven. Duidelijk is dat deze clubs alleen toegankelijk zijn voor politiemensen, oud-politiemensen, gevangenispersoneel en mensen die bij het Ministerie van Veiligheid en Justitie werkzaam zijn.

    Hoewel in Nederland nog niet veel incidenten rond deze zogenaamde ‘copclubs’ bekend zijn, is dat in bijvoorbeeld de Verenigde Staten wel het geval. Het politierapport ‘Outlawbikers in Nederland’ grijpt uitvoerig terug op de ontstaansgeschiedenis en gebeurtenissen van motorclubs in het buitenland om de situatie in Nederland te verduidelijken. Wij gaan dus hetzelfde doen. Wij gaan hiervoor naar de Verenigde Staten.

    Een bekende blogger over motorclubs in de Verenigde Staten is ‘The aging rebel’ (www.agingrebel.com). Op 13 januari 2009 schreef deze het volgende op zijn blog:

    ‘City Heat Motorcycle Club wears a three-piece patch. It is one of the so called “Law Enforcement Motorcycle Clubs” that have repeatedly tried to use the police powers of their patch holders to intimidate other bikers and other clubs.

    For example, last August, Ron Smith, a Seattle police union official and a member of the Iron Pigs motorcycle gang shot a member of the Hells Angels Motorcycle Club named Joseph McGuire in the Loud American Roadhouse in Sturgis. The shooting occurred in the course of a fist fight that followed a verbal altercation.

    Apparently McGuire had the audacity to ask Smith why the Iron Pigs were allowed to wear their colors in the Roadhouse while the Hells Angels were not. The police were carrying concealed weapons and were released by local police immediately after the incident. Charges were filed against the cops but dropped. The victim, Smith, spent months in hospital and is facing charges of trying to kill the cop who shot him.

    Clubs like the Iron Pigs, the Wild Pigs, the Untouchables, the Renegades, the Blue Steel and the club central to the Minneapolis suit, the City Heat clearly intend to be outlaws with police privileges.’

    The Aging Rebel haalt hier niet alleen aan hoe leden van niet-copclubs zomaar door deze laatsten worden beschoten, maar ook zegt hij dat vaak motorclubleden hun colors niet mogen dragen in openbare gelegenheden als horeca. Dit laatste is een situatie die vergelijkbaar is met Nederland. Veel horeca weigert dragers van colors en het is ook opgenomen in sommige plaatselijke verordeningen voor binnensteden. De vraag is of de politiemotorbendes zich ook houden aan deze verordeningen en regels.

    Een copclub oftewel politiemotorbende als ‘City Heat’ wordt er ook van beschuldigd openlijk racistisch te zijn.

    In 2014 kwam een federaal rapport uit in de Verenigde Staten waarin werd geconstateerd dat er een snelle expansie was te zien ondanks bloedvergieten van politiemotorbendes. Een vooraanstaand onderzoeker stelde dat Iron Order MC problemen heeft met iedereen.

    Iron Order noemt zichzelf weliswaar geen copclub, maar een groot aantal van de leden van deze club is wel politieman of cipier in het gevangeniswezen. De laatste jaren is Iron Order MC betrokken geweest bij tal van dodelijke incidenten met andere motorclubs. Zo werd in 2014 een lid van de Black Pistons MC doodgeschoten door een lid van Iron Order. De Denver Post bericht op 2 januari 2016 hoe een lid van Iron Order MC een lid van de Mongols MC doodschiet op een motorevenement in Denver. Drie andere clubleden werden neergeschoten. Bekend is dat leden van politiemotorbendes legaal hun wapens mogen dragen, ook in hun hoedanigheid als motorbendelid.

    Terug naar Nederland zien we, net als bij de andere motorclubs, nog geen echte incidenten, maar wel zien we een snelle groei van politiemotorbendes als Lex Legio MC, LEMC Marshalls en Blue Knights MC. Gezien het martiale karakter van deze clubs en de agressieve macho ogende logo’s met doodshoofden en dolken of zwaarden is het misschien alleen nog afwachten totdat er wel iets gebeurt.

    Vooralsnog is niets bekend van maatregelen die door de overheid, of gemeenten, worden genomen tegen deze politiemotorbendes. Blijkbaar sust het gegeven dat de leden van deze clubs allen politiemensen zijn de overheden in slaap. Net als in de Verenigde Staten kan de schok van het wakker worden des te groter zijn.

     

     

    Motorbendes met alleen maar politieagenten

    De politie heeft er maar mooi zijn handen vol mee. De motorclubs schieten blijkbaar als paddestoelen de grond uit. De politie heeft er ook een fraaie naam voor bedacht: ‘Outlaw Motorcycle Gangs’. En door die naam maar te blijven voeren gaan de media die naam ook gebruiken. En zo krijgt wie de naam heeft ook de daad. Dat geldt ook voor motorclubs die niet in verband gebracht kunnen worden met criminaliteit. Bovendien is er in Nederland nog geen enkele motorclub door een rechter verboden. Dus om ze dan toch crimineel te noemen. Discriminatie? Stemmingmakerij? Laster?

    Gelukkig geeft de politie nu zelf het goede voorbeeld in motorbendeland. Was er enkele jaren geleden al een motorbende alleen bestaande uit politiepersoneel met de naam Lex Legio MC, vandaag zijn er maar liefst zelfs drie. Lex Legio MC voert in zijn logo (colors voor ingewijden van de motorwereld) een doodshoofd. In een eerder artikel van Dupont (De raadsheer die om de hoek van het clubhuis woonde) zei raadsheer Marquart Scholtz over een doodshoofd op de colors van een motorclub dat in de Tweede Wereldoorlog ook al mensen rondliepen met een doodshoofd op hun jas. En dat was heel scherp van de raadsheer, die om de hoek woont van het clubhuis van Veterans MC. In de Tweede Wereldoorlog waren er namelijk inderdaad politiemensen die rondliepen met een doodshoofd op hun pak. Dat waren kwade lieden die rapportages vervalsten en zomaar mensen aanhielden in dienst van het bevoegd gezag.

    Lex Legio MC zegt op zijn eigen website dat de club is gevormd als een traditionele motorclub. Oeiiiii! Geen gele hesjes dus als ze gaan rijden? De president van de club gaat gebukt onder de stoerklinkende bijnaam ‘Fixxer’. De ‘regelaar’ zouden wij in het Nederlands zeggen. Dat doet ons denken aan ‘de pet’ uit de verhalen van Willem Holleeder. Die kon ook van alles regelen.

    Een andere recent ontstane motorclub waar alleen maar politiemensen lid van mogen worden is het in 2005 opgerichte Blue Knights MC. Ook zij hebben een website. Een website? Waarom? Er staan alleen onduidelijke foto’s op de site en de leden hebben alleen bijnamen. Bijnamen die iets minder stoer klinken dan bij hun collega’s van Lex Legio MC. ‘Koko’ heet hun president. ‘Stil jongens, Koko wil iets zeggen!’ De secretaris van de club heet ‘Castro’ en de treasurer ‘TT’. Het mooie van deze club van ongeveer 35 leden is niet alleen het politieledenbestand, maar vooral de leden die werkzaam zijn voor het Ministerie van Veiligheid en Justitie. Wanneer we zien dat bijvoorbeeld de ‘treasurer’ werkt als operationeel manager beveiliging bij dat ministerie en de ‘quartermaster’ daar eveneens werkt in de beveiliging en de president badmeester is bij datzelfde ministerie, begrijpen wij waarom gekozen is voor schuilnamen en onduidelijke foto’s. De club zegt een internationale motorclub te zijn met afdelingen over de hele wereld. Als dat waar is dan is dat de georganiseerde anti-misdaad. Maar alsof dat nog niet erg genoeg is, sinds 2015 is er nóg een motorclub van politiemensen ontstaan.

    ‘In Nederland zijn wij één van de weinige LEMC’s die het MC protocol volgen.’, zegt deze motorclub, Marshalls, op zijn eigen website. LEMC staat voor ‘Law Enforcement Motorcycle Club’. Zijn er dan meer van? Nee, LEMC Marshalls is de enige club die zich Law Enforcement MC noemt. Op de colors van de club staat opnieuw een doodshoofd. Wij merkten al op wat raadsheer Marquart Scholtz hiervan vindt. Politiemensen met een doodshoofd op hun jas. Als herkenningsteken? Of om mensen af te schrikken? Om de zaak nog te verergeren staat er een agressieve dolk dwars door het doodshoofd heengeprikt. Vermoedelijk lijdt Henk Marquart Scholtz nu aan ernstige slapeloosheid.

    Marshalls LEMC heeft nog een spreuk op zijn logo staan. ‘Integriteit, respect en vertrouwen’ staat er. Er staat alleen niet bij op wie die spreuk van toepassing is.

    Heel opmerkelijk is het dat deze politiemotorbendes zeggen dat zij geen 1%-clubs zijn, maar dat zij wel steeds refereren aan ‘traditionele motorclub’ en ‘het MC protocol volgen’. Welk protocol? Welke tradities? Alles wat tegenwoordig gebruikt wordt door motorclubs is afkomstig van de Hells Angels. Zij waren het die met colors op hun rug gingen rijden en daar regels voor opstelden. Zij kwamen met de naam van de club, de naam van de stad of regio en met het MC gaven zij aan een motorclub te zijn. Zij waren het die het ‘one man, one vote-systeem’ introduceerden en hun eigen officieren kozen. Op de voorkant van hun motorjassen was te lezen wat de functie was van het desbetreffende lid binnen zijn chapter of afdeling. ‘Treasurer’, ‘president’ of ‘secretary’. Precies de namen en de regels die de politiemotorbendes gebruiken. Alles waarmee ze rondrijden hebben ze gepikt.

    Ambtenaren worden al zeer lange tijd lastiggevallen door hun baas wanneer blijkt dat zij lid zijn van een motorclub. In sommige gevallen worden zij zelfs geschorst of ontslagen. Alleen maar omdat zij lid zijn van een motorclub. Nog los van de huisbezoekjes of de bezoekjes aan de baas door politieagenten. Politieagenten? Toch niet van zo’n politiemotorbende zeker? Want opmerkelijk is het wel. Deze politiemotorbendes nemen je alleen maar aan als lid wanneer je bij de politie zit of hebt gezeten. Bij andere clubs wordt je dan juist ontslagen of kan je alvast op zoek naar een goede advocaat. Zelfs de Veterans MC met hun verdienstelijke operationele inzet en hun medailles zijn niet veilig voor de politie die geen kans onbenut laat om ze aan te houden.

    De laatste jaren zijn bijna alle grotere motorevenementen verboden op advies van de politie. Te gevaarlijk! Jaaa, misschien komen er wel leden van verschillende motorclubs tegelijk die dan onderling ruzie gaan staan maken. Over het van elkaar pikken van insignes, logo’s en colors bijvoorbeeld. En doodshoofden. Daar zal nu misschien een einde aan gekomen zijn. Zo zie je maar weer: de politie is je vriend en die pet past ons allemaal. Pet? Nou ja, motorhelm.

    De creatieve officier van justitie

     

    Op 6 februari 2016 meldden wij hoe Officier van Justitie Lucas van Delft zijn eigen bedreigingen verzon en daarmee een uitgebreid pakket aan beveiligingsmaatregelen loskreeg van de politie. Wij meldden ook dat deze zelfde Officier van Justitie verantwoordelijk was voor een zaak tegen Johan van Laarhoven. Deze zaak was echter in Nederland niet rond te krijgen. Wij zeiden hierover het volgende: ‘Lucas van Delft was eerder belast met de zaak tegen Johan van Laarhoven, de grondlegger van coffeeshopketen The Grass Company. Van Laarhoven verdiende in Nederland zijn geld met coffeeshops, die hier zijn gedoogd en dus legaal zijn. Van Laarhoven was dus in Nederland juridisch niets te maken. In Thailand werd echter Van Laarhoven veroordeeld voor het witwassen van crimineel geld, toen hij zijn 20 miljoen euro winst overbracht naar dit land. Zijn vrouw kreeg daarbij 12 jaar cel. Omroep Brabant berichtte daarover na het vonnis: “Dit is vreselijk nieuws”, zegt Tim Vis van advocatenkantoor Spong. “Van Laarhoven werd door het dubieuze en rancuneuze handelen van het Nederlandse Openbaar Ministerie overgeleverd aan een rechter die niet voldoende in staat is gebleken het Nederlandse gedoogbeleid te beoordelen.”

    Dus de man die zijn eigen bedreigingen verzon was ook medeverantwoordelijk voor de veroordeling in Thailand van een landgenoot die in Nederland de wet niet overtrad. Blijkbaar was Van Delft goed op de hoogte van de wetgeving in andere landen. In hoeveel andere gevallen werden landgenoten in het buitenland veroordeeld voor iets wat in Nederland helemaal niet verboden is?’

    Johan van Laarhoven schreef vanuit zijn cel in Thailand de volgende brief. Het is een kreet om hulp van een man en een vrouw die vastzitten voor een misdrijf dat zij niet pleegden, maar toch veroordeeld werden dankzij de niet-aflatende pogingen tot veroordeling van een Nederlands officier van justitie met behulp van enige politie-agenten. De brief verscheen op de volgende link: http://justiceforjohan.nl/brieven-van-johan/mijn-naam-is-johan-van-laarhoven/

    Mijn naam is Johan van Laarhoven, in deze brief wil ik een overzicht geven van de verschrikkingen die mijn vrouw, mij en onze kinderen overkwamen omdat de Nederlandse Justitie -onder leiding van Officier van Justitie Lucas van Delft- het nodig vond ons in Thailand aan te geven als zijnde zware drugscriminelen. Mijn vrouw en ik zijn hierdoor op 10 november 2015 tot 18 en 103 jaar gevangenisstraf veroordeeld voor het witwassen van ons geld. Geld wat ik verdiende met de verkoop van cannabis in coffeeshops onder het Nederlandse gedoogbeleid. Hoe dit mogelijk is? Lees en huiver.

    Na ruim 30 jaar trouwe dienst besloten mijn vrouw en ik om het wat rustiger aan te doen en in Thailand te gaan wonen. Begin 2009 zijn we daadwerkelijk verhuisd. Omdat in diezelfde periode de Europese banken niet meer betrouwbaar leken besloten wij ons geld te beleggen in Thais onroerend goed. Al snel bleek dat het niet praktisch was om de coffeeshops vanuit Thailand aan te sturen. Toen heb ik besloten om, door middel van een management buy-out, de coffeeshops  te verkopen. Op 25 oktober 2011 is de deal bezegeld en spraken we af dat de betaling hiervoor in termijnen voldaan kon worden.

    Kort na deze verkoop vond justitie het nodig om een onderzoek te starten naar de bevoorrading van de shops, de zogeheten achterdeur. Er werden de meest waanzinnige beschuldigingen verzonnen.  Ik noem het waanzinnig omdat er nooit enig bewijs voor geleverd is. Het spel werd via de media, gemeenten en zelfs banken en leveranciers gespeeld. Banken trokken hypotheken terug en leveranciers kregen de raad om maar geen zaken meer te doen met de betreffende coffeeshops. Niets  ging justitie te ver om hun uiteindelijke doel te bereiken; de vernietiging van een belasting betalend bedrijf met zo’n honderd medewerkers.  En ik ? Ik werd afgeschilderd als de Pablo Escobar van de lage landen.

    Langzaam werd duidelijk dat de inspanningen niet het beoogde resultaat opleverden. Tijd voor een strategieswitch van Justitie. Ze gingen zich niet meer op de coffeeshops richten, maar op mij.  Er werden verzoeken aan Thailand verstuurd om mijn vrouw en mij te vervolgens voor zogenaamde drugszaken in Nederland.  Het lijkt erop dat Officieer Lucas van Delft goed begreep waar te knijpen in een land met zulke zware drugswetten en een vers geïnstalleerd militair regime. Het woord drugs zou wonderen verrichten. Op 14 juli 2014 stuurt een Nederlandse liaison officier in opdracht van Lucas van Delft een brief vol valse beschuldigingen naar de Thaise procureur-generaal. Met het verzoek om een onderzoek op te starten.  Vervolgens komen twee Nederlandse agenten naar Thailand om samen met de liaison op 21 juli 2014 een verklaring af te leggen vol verdachtmakingen waarvoor geen enkel bewijs overlegd kan worden. De Thai lijken die bewijzen niet eens nodig te hebben. Lucas van Delft had beloofde de Thaise overheid dat ze mijn geld na een veroordeling mogen houden. Ze hadden er dus alle belang bij de Nederlanders te geloven.

    Twee dagen later werd dan ook met veel machtsvertoon een inval in ons huis gedaan. Mijn vrouw en ik werden onder grote media-aandacht gearresteerd. Na onze arrestatie werden wij afgevoerd naar het beruchte Klong Prem gevangeniscomplex in Bangkok waar we nu al 1.5 jaar onder erbarmelijke omstandigheden vastzitten. Onze twee kinderen van toen 5 en 12 jaar, werden aan hun lot overgelaten.

    Op 25 september en 6 oktober stuurt de Thaise officier van justitie een brief naar Lucas van Delft. Hij vraagt daarin met spoed het bewijs in samenhang met de verklaringen van de agenten. Zonder dit bewijs zegt hij geen zaak te hebben. We hebben het hier over 9 dagen voor de zaak gesloten zou worden! Het lijkt bijna niet nodig om het te zeggen, maar ik doe het toch. Dat bewijs is nooit opgestuurd. Toch werden we aangeklaagd.

    In mei 2015 begint eindelijk de rechtszaak, die duurt tot eind september en bestaat uit maar 10 zittingsdagen. Acht dagen voor de Officier van Justitie, twee voor de verdediging. Veel van onze getuigen konden hierdoor niet gehoord worden. Het eerste teken dat er iets mis was.

    Het werd een rumoerige rechtszaak met steeds wisselende rechters en zonder stenograaf. De rechter sprak zelf in een dictafoon in wat hij in de verklaring wilde hebben. Geen goede manier om die altijd compleet te hebben toch? Na de verklaring luisterde een typiste naar de dictafoon, nam alles over op papier en liet het door een getuige ondertekenen.

    De Thaise Officier van Justitie kwam als eerste aan de beurt. Al zijn Thaise getuigen verklaarden hetzelfde. Deze mensen, wij dus, overtraden in Thailand geen enkele wet. Wat wij in Nederland dan misdaan zouden hebben wisten ze eigenlijk ook niet. Het enige wat ze wel deden was verwijzen naar de eerdere -bewijsloze- verklaringen van de drie Nederlandse agenten.

    Die agenten kwamen in juli getuigen. Voor de gelegenheid kwamen zij speciaal met vrienden businessclass overgevlogen en kregen een mooie kamer in een Hilton hotel. Hun verklaringen kwamen vreemd genoeg niet overeen met de verklaringen die ze een jaar eerder afgelegd hadden. Daarnaast bleek de kennis der Engelse taal selectief uit hun geheugen gewist. De aanwezigheid van  de pers en advocaat Sidney Smeets, een kantoorgenoot van Gerard Spong, maakte de heren duidelijk nerveus. Ze konden zich niet meer zo goed herinneren wat ze een jaar eerder gezegd hadden. Uiteindelijk konden zij niet anders dan schoorvoetend toegeven dat er in Nederland alleen maar een onderzoek liep wat al vier jaar duurde maar waar nog steeds niet voldoende bewijs voor was om naar de rechter te gaan. Vervolgens is er door van Delft een brief opgesteld aan de Thaise Officier van Justitie. Daarin schrijft hij over zijn verwachting de zaak in het eerste kwartaal voor de rechter te brengen. Het doel hiervan? De Thai weer vertrouwen geven in de Nederlandse zaak. De brief werd dan ook prompt aan de rechter overhandigd.

    Pas in september was eindelijk de verdediging aan de beurt om ons onschuld aan te tonen. Als eerste mocht ik zelf getuigen. Waarbij ik duidelijk heb uitgelegd dat in Nederland de verkoop van cannabis –in een vergunning houdende coffeeshop- gedoogd is. Dat deze verkooppunten net als elk ander bedrijf belasting afdragen. Het bewijs dat ik dat ook deed had ik netjes aan de rechtbank overhandigd.

    Hierna was het de beurt aan Tukta, zij verklaarde over onze relatie en waarom het onroerend goed op haar naam staat. Wat overduidelijk is, een buitenlander mag in Thailand namelijk geen onroerend goed bezitten.

    Als laatste kwamen Gerard Spong, Sidney Smeets en oud-rechter Frits Lauwaars  aan de beurt. Zij waren naar Thailand gekomen om de rechters uitleg te geven over het Nederlandse gedoogbeleid en hun te overtuigen van ons onschuld. Helaas leek het erop dat de rechters totaal geen belangstelling hadden voor hun verhaal. Ze keken verveeld, stelden geen enkele vraag en waren druk met berichtjes te versturen met hun telefoon.

    Wij vonden het gedrag van de rechters erg vreemd maar dachten dat dit kwam omdat zij allang begrepen hadden dat wij onschuldig waren. Een grote vergissing bleek zes weken later. Op tien november, de zwartste dag uit ons leven, verklaarde de rechtbank ons schuldig en veroordeelde mij tot 103 jaar celstraf en mijn vrouw tot 18 jaar.

    Hun motivatie? De Thaise anti-witwas wet zegt sinds 2013 dat mensen ook voor basisdelicten buiten Thailand gepleegd, veroordeeld kunnen worden. Dat ik in Nederland nooit veroordeeld ben maakte voor hen niet uit. Volgens de Thai kan de verkoop van cannabis in Nederland dan wel legaal zijn. In Thailand is het illegaal, een overtreding van artikel  5 van de anti-drugs wet die zegt dat bezit of verkoop van cannabis zonder vergunning illegaal is.  Daarom zijn wij door de rechtbank toch veroordeeld.

    Pure onzin natuurlijk, ik had in Nederland namelijk wel een vergunning en in Thailand heb ik nooit cannabis verkocht of in bezit gehad.  Wat ik Nederland gedaan heb is niet voor een Thaise rechter om daarover te oordelen. Dit maakt die veroordeling een belediging van de Nederlandse rechtsstaat en een grove schending van onze soevereiniteit. Verder gebruikt de rechtbank een wet uit 2013 hoewel ik mijn bedrijf al in 2011 verkocht heb. Volgens Thais en internationaal recht is het verboden om een wet met terugwerkende kracht te gebruiken. Ik ben gewoon voor de bus gegooid, met dank aan Lucas van Delft.’

    Wij hebben maar twee vragen:

    1. Wat gaat de Nederlandse overheid doen om dit recht te zetten?
    2. Hoeveel andere Nederlanders zijn er met deze constructie in het buitenland veroordeeld?
    De politie en het mysterie van Justitie en Veiligheid

    Al eerder schreven wij hoe het er op lijkt dat de politie geheel op eigen gezag beleid uitstippelt en mensen en motorclubs vervolgt. Er worden eigenhandig fantasierijke rapportages uit de hoge hoed getovert, die vervolgens worden aangesmeerd aan gemeenten en de media. De schade die op deze manier ontstaat is enorm. Mensen raken hun baan kwijt, clubhuizen worden gesloten, dwangsommen worden opgelegd, leden van motorclubs komen in een sociaal isolement. Motorclub Veterans MC heeft begin deze maand een rechtszaak aangespannen tegen de politie wegens laster en smaad en hoopt in oktober op een uitspraak van de rechter.

    Inmiddels gaat de politie gewoon door met ‘waarheidsvinding’ en komt en passant ook nog met acties om meer loon af te dwingen. Ministeries worden geblokkeerd, politiebureaus worden gesloten voor het publiek, er wordt gedreigd met het niet opleggen van boetes waarbij chaos ontstaat omdat even later toch maar wordt afgezien van deze actie. Maar, wat blijkt nu, de politie is niet alleen in het eigen rechtertje spelen. Het Openbaar Ministerie deelt de interesses van zijn trouwe uitvoerders. Sterker nog, zij doen hetzelfde.

    Gisteravond sprak de bekende misdaadverslaggever Peter R. de Vries daarover bij Witteman. Volgens De Vries is de Nationale Politie een grote mislukking geworden en doet het OM alsof zij geen verantwoording hoeven af te leggen. Advocaat Spong voegde daar aan toe dat de bezem er door moest bij het OM. Wat was er aan de hand? Ging het weer over motorclubs?

    De aanleiding van het gekrakeel was de reportage van Brandpunt afgelopen zondag over Volkert van der Graaf. Van der Graaf vertelde voor de verborgen camera hoe hijzelf met zijn advocaat contact had opgenomen met een fotograaf om een foto te laten nemen op straat en die in De Telegraaf te laten plaatsen. De heksenjacht op hem zou daarmee hopelijk ophouden. Terwijl half Nederland probeerde in beeld te komen om een afkeurende reactie te geven op het gebeurde, omdat Volkert daarmee zijn vrijlatingsvoorwaarden zou hebben geschonden, kwam ook minister Ard van der Steur in beeld.

    Van der Steur is minister van Justitie en Veiligheid en hij werd als eind- en hoofdverantwoordelijke van het OM ter verantwoording geroepen door de Tweede Kamer. Maar, zo verklaarde hij, er was hem niets bekend van een deal tussen Volkert van der Graaf en De Telegraaf. Het OM wist er niets van. De volgende dag bleek echter dat het Openbaar Ministerie wel degelijk op de hoogte was van de fotosessie en dat zelfs bodyguards beschikbaar waren gesteld om de hele Amsterdamse gracht af te sluiten voor de fotosessie, zodat ongestoord kon worden gefotografeerd. Alleen de minister werd hiervan niet op de hoogte gesteld. De minister lichtte op die manier de Tweede Kamer verkeerd voor en zette daarmee zijn functie als minister op het spel.

    Zoals Peter R. de Vries en mr. Spong betoogden, was het hele verhaal het zoveelste bewijs van de eigengereidheid van het Openbaar Ministerie, eigenlijk zelfs van het hele Ministerie van Justitie en Veiligheid. Het OM overtrad buiten medeweten van de reclassering vrijlatingsvoorwaarden buiten de minister om en loog daarover tegen de minister toen er vragen werden gesteld. Tegen de voorganger van minister Van der Steur, Ivo Opstelten, werd ook gelogen over deals met criminelen, de zogenaamde bonnetjesaffaire. Er moesten door die affaire een minister en zijn staatssecretaris opstappen.

    We hebben dus een Tweede Kamer die om de tuin wordt geleid. Een minister die in zijn eigen ministerie weinig te zeggen heeft en waartegen door zijn eigen ambtenaren wordt gelogen. We hebben een OM dat op eigen houtje deals maakt met criminelen en daar vervolgens over liegt tegen de minister. We hebben een Openbaar Ministerie dat weigert in actie te komen tegen gemeenten die met hun begroting knoeien.We hebben ook een reorganisatie bij de politie die nu twee keer zo duur zal uitkomen dan begroot, terwijl die reorganisatie een mislukking lijkt te worden. We hebben politiechefs die publiekelijk, buiten het parlement of de minister om, benadrukken dat de wet veranderd moet worden om motorclubs die niet strafbaar zijn tóch strafbaar te kunnen stellen. We hebben een politieapparaat dat aantoonbare onzin verkoopt in voortgangsrapportages om daarmee beleid te rechtvaardigen tegen mensen die geen vlieg kwaad doen. We hebben machtige politievakbondsleiders die hun leden maatschappelijke ontwrichtingen laten uitvoeren om meer loon af te dwingen, terwijl diezelfde vakbondsman beschuldigd is van een vorm van corruptie.

    De vragen die niemand stelt zijn simpel. Is het Openbaar Ministerie nog wel uit op waarheidsvinding? Is het Openbaar Ministerie niet zijn eigen koers aan het varen buiten parlement en minister om? Is de politie er niet in geslaagd een stille staatsgreep te plegen? Wat is het woord van de politie en het Openbaar Ministerie waard?

    De burgemeester in zijn hemd

    Burgemeester Jos Som kwam diverse malen in het nieuws de afgelopen tijd. Er is ook veel aan de hand in zijn stad. En het zijn niet alleen geruchten. Wij doelen hier op corruptie, omkoping en machtsmisbruik. Was meneer Som een flink aantal keren te horen als actievoerder tegen criminaliteit van motorbendes, het lijkt er sterk op dat de échte criminaliteit dichter bij meneer Som in de buurt zit dan de mensen wordt wijsgemaakt.

    Op 8 januari 2009 bericht integriteitoverheid.nl het ontslag van een Kerkraads ambtenaar: ‘De betrokken ambtenaar was werkzaam bij de gemeente Kerkrade als [functie bij sector]. In die functie was betrokkene belast met de ambtelijke voorbereiding van de koop en verkoop van gemeentelijk onroerend goed. In verband met de verkoop van een zestal gemeentelijke woningen heeft betrokkene enkele keren contact gehad met de heer [Z.]. Nadat de verkoop van deze woningen in 2003 was afgerond met de overdracht daarvan aan [Z.], heeft betrokkene van de heer [X.], eveneens gemeenteambtenaar van Kerkrade, een bedrag van ongeveer € 1.500,- aangenomen, waarvan hij wist dat het van [Z.] afkomstig was. Bij besluit van 11 mei 2005, na bezwaar gehandhaafd bij het bestreden besluit van 8 november 2005, heeft het college betrokkene met toepassing van artikel 8:13 CAR/UWO de disciplinaire straf van ongevraagd ontslag opgelegd, onder bepaling dat deze straf onmiddellijk ten uitvoer wordt gelegd.’

    Deze ambtenaar was dus niet alleen in die zaak van steekpenningen. Hij kreeg dat geld via een andere ambtenaar van de gemeente Kerkrade. Beide ambtenaren werkten op het gemeentehuis, waar ook burgemeester Som vaak vertoeft.

    Gemeente.nu bericht in 2011 dat opnieuw een ambtenaar van de gemeente Kerkrade verdacht werd van corruptie: ‘De ambtenaar was op non-actief gesteld door het vermoeden van corruptie en kiest nu zelf voor de uitgang. Opvallend is wel dat de medewerker is vrijgesproken van corruptie. Uit het onderzoek naar zijn handelen blijkt dit niet. Er is “geen van strafrechtelijk handelen”, stelt de gemeente. Wel heeft de ambtenaar de integriteitscode geschonden.’

    Ook deze ambtenaar was werkzaam met onroerend goed. En ook hij werkte op hetzelfde gemeentehuis als meneer Som.

    Crime-nieuws.nl bericht op 20 januari 2015 dat zelfs een rechercheur is aangehouden wegens corruptie: ‘Dinsdag is een 38-jarige politieagent uit Kerkrade aangehouden op verdenking van corruptie en schending van zijn geheimhoudingsplicht door het tegen betaling verschaffen van gegevens uit de politiesystemen aan derden.’

    Deze meneer werkte niet op het gemeentehuis, maar op het politiebureau. Dit politiebureau valt onder verantwoordelijkheid van burgemeester Som als korpsbeheerder.

    Enige weken geleden werd een andere politieagent uit Kerkrade veroordeeld door de rechter tot twee jaar gevangenisstraf wegens het neerschieten van de bijrijder van een auto, zonder dat er iemand in gevaar was. Ook deze politieagent valt onder de verantwoordelijkheid van burgemeester Som.

    NRC.nl bericht op 15 januari 2015 over een grote corruptiezaak, die nog groter blijkt: ‘De corruptiezaak rond oud-senator en wethouder Jos van Rey (VVD) is uitgebreider dan tot nu toe bekend. Dat blijkt uit de dagvaarding die vanmorgen is verspreid. Van Rey zou niet alleen projectontwikkelaar Piet van Pol bevoordeeld hebben, maar ook een bouwbedrijf en een beveiligingsbedrijf. Van Rey staat dinsdag terecht voor de rechtbank Rotterdam. Hij zou als wethouder in Roermond de drie bedrijven een voorkeursbehandeling hebben geven, vertrouwelijke gemeente-informatie hebben verstrekt en besluitvormingsprocedures hebben beïnvloed. Met name Van Pol zou daardoor voor honderden miljoenen euro’s projecten hebben kunnen bouwen. Van Rey staat ook terecht voor het aannemen van giften van Van Pol, bouwbedrijf Meulen Groep uit Weert en beveiligingsbedrijf Red Security uit Roermond ter waarde van 107.814 euro. Het gaat om vakantiereizen, uitstapjes en donaties aan Liba BV, een bedrijf op naam van zijn kinderen. Daarnaast zou Jos van Rey 175.000 euro hebben witgewassen, ronselde hij 34 volmachtstemmen en schond hij volgens justitie zijn ambtsgeheim door informatie te lekken uit de sollicitatieprocedure voor een nieuwe burgemeester. Als giften ziet het Openbaar Ministerie ook de door Van Pol betaalde bezoeken van Van Rey aan vastgoedbeurzen en voetbalwedstrijden met hotelverblijf en de vakanties van de wethouder in de villa van de projectontwikkelaar aan de Côte d’Azur. Volgens justitie verbleef Van Rey er tussen 2004 en 2012 in totaal 22 keer. Zelf meldde de wethouder eerder veertien bezoeken.’

    Interessant die meneer Van Rey. Zaken doen met meneer Van Pol, die als dank gul in zijn beurs tast. Meneer Van Pol was ook de grote man achter het nieuwe centrumproject op de Markt in Kerkrade. Die markt waar Suze Som dat aardige tapasrestaurant heeft en waar die Hells Angels zaten die nu zijn weggestuurd door meneer Som. Aardig detail is dat ook meneer Som werd gesignaleerd in dat vakantiehuis van meneer Van Pol in Zuid-Frankrijk. Meneer Pol schijnt dus zijn vrienden en medestanders goed te belonen. Heeft Van Pol ook meneer Som goed beloont? In ieder geval zijn de tegenstanders van meneer Van Pol in Kerkrade wel goed afgestraft. Hoe dan, vraagt u zich af?

    Een andere eigenaar van onroerend goed op de Markt in Kerkrade was meneer Joep Janssen. Hij werd opgepakt op beschuldiging van een hele waslijst aan aantijgingen en maar liefst 134 panden werden in beslag genomen. Onder andere. Tijdens deze Landlord-zaak echter werden de officieren van Justitie door de rechter de mantel uitgeveegd wegens liegen en bedriegen en kreeg meneer Janssen vrijspraak. Eén van die officieren was meneer Wim Smits, die nu voor het RIEC-LIEC werkt. Wij berichtten hier al eerder over. Over die Landlord-zaak bericht bijzonderstrafrecht.nl op 17 september 2013: ‘Het einddossier bevat de namen van 68 medeverdachten, waaronder notaris Van T. en makelaar S. uit Kerkrade. Justitie verwijt de notaris dat hij bij een aantal huizenverkopen aan Joep J. een valse notariële akte heeft opgemaakt.’

    Nee, onder de verantwoordelijkheid van meneer Som vallen ze deze keer niet. Maar ze wonen wel weer in Kerkrade.

    Wij weten natuurlijk niet of die meneer Som zelf ook geld in zijn zak steekt. Wel weten wij dat er over hem eerder al vragen werden gesteld door GroenLinks. Som was toen burgemeester van Gulpen. Een eerdere burgemeester van Kerkrade was meneer Mans. Op Enschederamp.nl staat een bericht van 4 december 2011 over deze Mans: ‘Echtpaar Mans reisde op kosten aannemer Knops en ondernemer Wesly twee keer naar Israël.’ Als dat zo is, dan is de selectieprocedure voor het burgemeesterschap voor verbetering vatbaar.

    Wij vragen ons nu toch het één en ander af. Waarom wil meneer Som eigenlijk die Hells Angels verbieden? Die motorjongens lijken veel integerder dan de mensen uit het Umfeld van meneer Som. Waarom mogen leden van motorclubs niet voor beveiligingsbedrijven werken? Ze komen niet in het nieuws in verband met steekpenningen, zoals Red Security uit Roermond. Waarom moest minister Ard van der Steur op Tweede Pinksterdag met spoed naar Limburg komen om over die ‘motorbendes’ te praten? Er is toch genoeg veel dichter bij huis? Meneer Som zei zelf in zijn televisieoptreden bij EenVandaag dat wanneer je er niets mee te maken wilt hebben je gewoon je jas moest uittrekken. Hij doelde daarmee op het vermeende misdadige karakter van de motorclubs. Wanneer trekt meneer Som zijn jas uit? Wanneer wij het zo lezen hier, is het uittrekken van een jas niet voldoende. Er moet nog veel meer uit. Meneer Som in zijn hemd gezet? Tsja, niet door ons. Wij krijgen van niemand geld.

     

     

     

     

     

     

     

    Laat honderd bloemen bloeien!

    Op Wikipedia staat het volgende: Laat Honderd Bloemen Bloeien was de slogan van een kortstondige liberalisatiecampagne in de Volksrepubliek China van 1956 tot 1957, waarin de autoriteiten kritiek aanmoedigden met, naar eigen zeggen, als doel om misstanden in het bestuur te kunnen opsporen en aanpakken.

    De campagne was het initiatief van premier Zhou Enlai, maar een belangrijk deel van de partijleiding, waaronder Mao Zedong, was geschokt over de felheid van de kritiek die toen los kwam. De Communistische Partij van China ging toen snel over tot vervolging van de personen – intellectuelen, boeren en arbeiders – die deze kritiek hadden durven uiten. Het aantal slachtoffers liep in de honderdduizenden, zo niet miljoenen.

    Deze vervolging was zo fel, dat velen de overtuiging zijn toegedaan dat de hele “Honderd Bloemen Campagne” alleen maar een valstrik is geweest om critici uit de tent te lokken en vervolgens in de kraag te grijpen. Mao had deze tactiek namelijk al eens eerder gebruikt, tijdens zijn periode in Yan’an. Hij noemde dit ‘Lok de slangen uit hun holen’.

     

    Laat honderd bloemen bloeien. Het refereert dus eigenlijk naar iets moois. In de jaren tachtig en negentig van de vorige eeuw bloeiden ook honderd bloemen. Honderd bloemen? Nee, misschien wel duizend! Overal in de grote steden werden panden ontnomen aan speculanten, aan sloop, aan leegstand. De politie hakte er met de botte bijl op los, namens de machthebbers van het fatsoenlijke Nederland en er ontstond een tegenbeweging. Een tegenbeweging met politieke denkbeelden. Maar ook met zeer talrijke initiatieven. De ‘Honderd Bloemen’.

    In kraakpanden werden kunstateliers gevormd, waar jonge kunstenaars experimenteerden. Er werd muziek gemaakt. De kraakbeweging bracht schrijvers voort. Dichters. Er werd geëxperimenteerd met een geldloze maatschappij. Er kwamen kleine drukkerijtjes. Journalisten van vandaag schreven hun eerste stukken in een kraakpand. Met kaarslicht en achter een dichtgespijkerd raam. Onderzoekscollectieven sprongen tevoorschijn. Om de overheid te onderzoeken, of speculanten, of nazi’s, of de politie en inlichtingendiensten. Woongemeenschappen ontstonden. Dit waren de ‘Honderd Bloemen’ die bloeiden.

    Vandaag beginnen opnieuw honderd bloemknoppen aan een onzekere toekomst. Er zit onkruid tussen, maar wie bepaalt wat onkruid is? Geef water aan alles en zie zelf wat uiteindelijk de moeite waard is! De reden in de jaren tachtig en negentig dat zoveel initiatieven opbloeiden, was dat er gewoon veel ideeën waren. Vaak jonge mensen, optimisme, levenskracht. En natuurlijk een gemeenschappelijke tegenstander. Een overheid die moeite had met luisteren. Een overheid die graag waterkanonnen inzette. Niet om de honderden bloemen water te geven, maar om ze weg te spoelen.

    De dood van de Antilliaan Mitch Henriquez zorgt vandaag voor honderd bloemen. Andere bloemen dan indertijd in de kraakbeweging. Vandaag is de tijd van de sociale media. Op Facebook zijn pagina’s aangemaakt met namen als ‘Justice For Mitch Henriquez’, ‘Rechtvaardigheid voor Mitch Henriquez’, ‘A candle for Mitch Henriquez, for Unity’, ‘Gerechtigheid voor Mitch Henriquez’, ‘Justice for #MitchHenriquez’. Op deze pagina’s staan reacties van boze mensen, woedende mensen, verdrietige mensen, verontruste mensen, goedbedoelende mensen. Mensen die weten hoe je je gedachten onder woorden brengt. Maar ook mensen die grote tegenstellingen aan het licht brengen. Immers, hoe kan een analfabeet toch op Facebook terechtkomen?

    Naast die uitingen van medeleven op Facebook, zijn er ook fysieke bloemen gaan bloeien. Er worden gedichten gemaakt, een rapper heeft een lied geschreven, er wordt een stille tocht georganiseerd, er waren hevige rellen in de Haagse Schilderswijk, er wordt vergaderd, er is een speciale gemeenteraadsvergadering. Het betekent dat duizenden mensen bezig zijn met de dood van een landgenoot. En het houdt niet op. Er komen mensen bij, er komen Facebookpagina’s bij, er komen initiatieven bij. En er komt weerstand bij.

    Er zijn twee voorname redenen dat er weerstand bij komt. Weerstand tegen al die initiatieven. Dat komt omdat steeds vaker oude zaken terug worden gehaald. Oude zaken waarbij een burger stierf door toedoen van politieagenten. Oude zaken? Cold cases? Volgens de politie zijn het zaken die al geclasseerd zijn. Een rechter heeft de politieagenten vrij gesproken en dus ‘is het heel vervelend voor de destijds betrokken politieagenten om opnieuw te worden herinnerd aan die oude zaken’. Vervelend hè, wanneer iemand dood is. Iemand die je zoon was, of je dochter. Iemand die je man was, of je vriend. Vervelend hè, om daaraan te worden herinnerd. Ook wanneer je vrij bent gesproken. Wat een nare mensen hè, die nabestaanden. Misschien is het een idee om voortaan ook nabestaanden op te pakken. Je weet maar nooit.

    Namen die nu worden genoemd zijn Mike Stok, Rishi Chandrikasing, Ihsan Gurz, Michael Koomen. En er wordt al bijgezegd dat er nog veel meer zijn. Vervelend hè, dat die ouders en die vrienden, die familie en kinderen, daar nog steeds mee zitten. Vervelend hè, voor die politieagenten die zijn vrijgesproken. Vervelend dat dat nu allemaal weer naar boven wordt gebracht. Op die Facebookpagina’s worden profielen van mensen door Facebook geblokkeerd volgens sommigen, en de politie laat weten mensen te gaan vervolgen.

    Een tweede zaak is dat nu op de sociale media politieagenten worden bedreigd. Een Haagse wijkagent die zegt te lijken op één van de verdachten in de doodslagzaak van Mitch Henriquez, kwam deze week nog boos in het nieuws. ‘Ik wordt bedreigd!’, riep hij. ‘En ik heb helemaal niets gedaan!’ Het is een zaak van spontane ‘name and shame’. ‘Name and shame’, een beleid van de politie zelf om leden van motorclubs te noemen wanneer zij in beeld komen bij een misdrijf. Of het ‘etnisch profileren’, een ander beleid van de politie. De huilende wijkagent is slachtoffer van ‘name and shame’, van ‘beroepstechnisch profileren’. Ook hier heeft de politie aangekondigd te gaan onderzoeken of mensen kunnen worden vervolgd.

    De Facebookpagina ‘Justice for Mitch Henriquez’ schreef gisteren dit over die weerstand van de politie: ‘Nadat wij gisteren oude koeien uit de sloot hadden gehaald is de politie nu gekwetst door onze actie. Het feit dat wij [33.000 mensen] ons gekwetst voelen over de ‘moord van Mitch’ met iedere morgen nieuwe zorgen erbij doet hun helemaal niets. Geen een van die agenten hebben tot nu toe publiekelijk ‘excuses aangeboden’. Eerst gingen ze opzettelijk leugens verspreiden over de doodsoorzaak van Mitch samen met hun tovaritsj [het OM]. Wanneer dringt het tot jullie door dat leugens hebben korte benen. “En wat voor een impact dit soort berichtgeving op agenten en hun omgeving heeft.”Voelden jullie ook gekwetst toen Rishi werd vermoord? Voelden jullie ook gekwetst toen Ishan lag dood te gaan in de cel? Voelden jullie ook gekwetst toen Mitch dood-gewurgd werd?

    Totaal geen medeleven met de duizenden mensen die dag en nacht niet kunnen slapen, die traumas hebben overgehouden van die nekklem, die overdag bang en onzeker voelen wanneer ze een politie agent zien. De politie is niet voor iedereen. Dat is een mythe. Als jullie echt voor iedereen waren, dan hadden jullie op z’n minst een korte speech gehouden om de harten van de burgers gerust te stellen. Dat hebben jullie ook niet gedaan. Wij hebben niets nieuws geplaats. Wij hebben enkel het leed van een burger gedeeld. En als dat een ‘misdaad’ is, dan moeten we allemaal ophouden met leven want het leven bestaat eenmaal uit verhalen en getuigenissen die onderling worden gedeeld. Wees niet bang, wij gaan geen ‘kruistocht’ of ‘jihad’ tegen jullie voeren. Wij weten dat jullie dit lezen. Wij weten dat jullie het erg vinden. Voel de pijn die wij jarenlang hebben gevoeld. Niets kan tippen aan de intimidatie en chantage afkomstig van jullie kant jegens de burgers. Het wordt ook tijd dat jullie de burgers als mensen behandelen en niet als een kudde vee in stallen waarop jullie los kunnen gaan timmeren.’

    De boodschap is duidelijk. Tienduizenden mensen zijn boos, verdrietig of verontwaardigd. Nog vele bloemen zullen bloeien. En nog vele waterkanonnen zullen worden ingezet. Al die bloemen bloeien niet zomaar! Fijne zomer!

     

     

     

     

     

    Die verdraaide sleutelplaatsen toch

    De politie zit lelijk in zijn maag met de huidige liquidatiegolf. Vooral als  een moeder voor de ogen van haar kinderen wordt vermoord of een toevallige voorbijganger wordt doodgeschoten, verwachten mensen dat de politie de daders opspoort en voor het gerecht brengt. Helaas is dat niet waar de politie in uitblinkt. Daarom presenteert de politie iets wat ze allang doen, nu als ‘keiharde aanpak’ van deze moordenaars. De minister kondigde het al aan in de kamer en de burgemeester schreef het aan de Amsterdamse gemeenteraad: We gaan de sleutelplaatsen, waar vaker verdachten komen, verstoren.

    Deze plaatsen, shishalounges, winkels, koffiehuizen, het kan van alles zijn, worden door een boeket van opsporingsambtenaren doorgelicht, net zo lang tot ze iets vinden. Dus niet omdat ze iets strafbaars hebben gedaan – want dan hadden ze strafrechtelijk kunnen worden aangepakt – maar omdat de mensen die de politie wil pakken daar komen. Doordat de verschillende opsporingsambtenaren verschillende bevoegdheden hebben, kunnen ze op elkaars bevoegdheden meeliften, daardoor kunnen ze meer dan de wetgever ooit gewild kan hebben. Mensen die deze sleutelplaatsen hebben bezocht rijden ‘toevallig’ in een politiecontrole. En wat levert dat op? Een pakje coke. Een vuurwapen soms zelfs. Een illegale woning. Als je een totale controle houdt, vind je altijd wel iets. Veel makkelijker dan bewijs rond krijgen en een goed strafdossier opstellen over verdachten die niet willen praten.

    Bij de minste aanleiding kan de sleutelplaats door de burgemeester worden ‘gesloten’. De ondernemer of bewoner die dit overkomt heeft geen moord gepleegd en is er ook niet bij betrokken. Maar wordt zwaar gedupeerd, en kan de schade eigenlijk nergens verhalen. Deze aanpak van de Amsterdamse politie bestaat al zeker sinds 2010 en hangt mogelijk samen met project 1012, waar ondernemers niet door de BIBOB-toets komen wegens niet te verifiëren geheime informatie.

    Maar is daardoor sinds 2010 de zware georganiseerde en misschien zelfs ondermijnende misdaad effectief bestreden? Een evaluatie ontbreekt. Nu er geen zicht is op arrestatie van de moordenaars, doet politie, justitie en gemeente alsof met het verstoren van sleutelplaatsen ze in actie zijn gekomen, terwijl ze in werkelijkheid alleen verder gaan met wat ze toch al wilden doen. Denkt de overheid nu werkelijk dat de plegers van de liquidaties zich zullen overgeven wanneer hun coffeeshop of favoriete pizzeria wordt gesloten? Is het middel van verstoren ooit geëvalueerd? Hoe komt het dat sleutelplaatsen steeds plekken zijn waar de politie weinig problemen hoeft te verwachten als hun machtsvertoon niets heeft opgeleverd? Een van de kranten meldde dat ook het leger bij de laatste verstoring was betrokken, wat was hun taak? Het lijkt dat de politie liever verstoort dan opspoort, maar effect is nog niet gebleken. En wat is eigenlijk de wettelijke basis voor het moedwillig hinderen en beschadigen van mensen die niet verdacht worden van een strafbaar feit?

    Die wet past ons allemaal!

    De grote breedgeschouderde man met het dikke hoofd zag er uit alsof hij het niet lang zou volhouden om achter een inbrekertje aan te hollen. Hij schudde mismoedig het hoofd toen hij verklaarde dat de Nederlandse wet veranderd moest worden om motorbendes te kunnen verbieden. De man was ACP-politievakbondsvoorzitter Gerrit van de Kamp. Motorbendes? Er zijn toch nog helemaal geen motorclubs verboden in Nederland, of schuldig bevonden aan strafbare feiten? Waarom dan niet de term ‘motorclub’ gebruiken? Maar goed we gaan verder met ons mooie verhaal.

    Gerrit had het erg druk gehad met zijn politievakbond. De politieagenten in Nederland wilden meer salaris hebben en de minister vond dat onverantwoord. ‘Wij zijn toch de baas op straat?’, dacht de vakbondsvoorzitter, die na jarenlang in het blauwe pak te hebben gelopen om het volk te dienen, van tegenspraak niet was gediend. Er werden dus tal van acties aangekondigd. Hoewel de rechter een aantal acties verbood, reden de mannen van Gerrit toch met hun dienstwagens, gekleed in hun door de staat verstrekte macho-overalletjes compleet met modieus petje naar het Haagse Binnenhof. Met dienstpistolen aan hun heup bungelend werd het Binnenhof omsingeld. Dat Binnenhof is eigenlijk het symbool van de Nederlandse democratie, maar omdat de politieagenten zelf vinden dat zij de baas zijn op straat werd daar om geschamperd. ‘Democratie? Eerst eens even meer loon!’ Naar goed Zuidamerikaans gebruik werd de hele boel afgezet en geblokkeerd. Maar goed dat een aantal Nederlandse agenten onlangs nog een opfriscursus had gevolgd in Suriname. ‘Wat Bouterse kan, kunnen wij ook!’, zullen de heren en vrouwtjes gedacht hebben. Hoewel de minister helemaal niet onder de indruk bleek, wat een wereldvreemde man toch, dachten de agenten, werden er ook hardere acties aangekondigd. Het tijdelijk sluiten bijvoorbeeld van politiebureau’s, zodat de mensen geen aangifte meer konden doen. Enige jaren geleden bracht de VARA een tv-programma waarop binnen een week meer dan 1000 mensen reageerden waarvan de politie had geweigerd de aangifte op te nemen, dus of die harde acties veel effect hebben?

    Maar goed, toen gingen de agenten dus voor zichzelf denken, hoewel men daar al op de politie-academie voor had gewaarschuwd. ‘Niet doen!’, had men daar onderwezen. ‘Houd je alleen bezig met haalbare doelen!’ En zo kon het dus geschieden dat Gerrit van de Kamp bedacht dat wanneer hij heel intelligent zou overkomen de minister heel erg misschien wel een duit extra in zijn loonzakje wilde storten. Gerrit bedacht dus een list. En zo gebeurde het dus dat Gerrit op een lichtbewolkte dag verklaarde dat hij een wetboek had gelezen waarin niet stond dat motorbendes verboden konden worden.

    ‘In Duitsland is het bijna onmogelijk om motorgangs te hebben!’, zei Gerrit ook nog. Hij had het zo druk gehad met het omsingelen van het Binnenhof en het lezen van het wetboek, dat hij niet wist dat Duitsland juist het land bij uitstek was voor motorclubs. Het land wemelt letterlijk van de clubs. Roadbreakers, Stahlpakt of Rednecks, in Nederland totaal onbekende clubs, rijden rond met vele honderden leden. Maar ja, kennis kan in de weg zitten, zal Gerrit hebben gedacht en je kunt altijd nog zeggen dat je wel degelijk onderscheid maakt tussen gangs en clubs wanneer dat zo uitkomt.

    Het werd dus tijd eens te kijken wie Gerrit precies is. Op leugens.nl was de volgende informatie te vinden over Gerrit van de Kamp: ‘De voorzitter van de grootste politievakbond ACP heeft zijn vriendin Marloes Smit aan een baan geholpen bij een onderzoek naar de Nationale Politie, onder verantwoording van het ministerie van Veiligheid en Justitie.

    Bij zijn eerste grote verhaal voor NRC Handelsblad na vertrek bij de Volkskrant legt Merijn Rengers koelbloedig bloot hoe het ministerie dat waakt over ons gedrag zelf laakbaar gedrag tot in de hoogste regionen tentoonspreidt.

    Het departement kocht de steun van de bond door de vriendin te laten werken aan Cultuurmonitor Nationale Politie. Pleitbezorger van dit grootschalige onderzoek naar politiecultuur was Gerrit van de Kamp zelf. Zijn vriendinnetje ging onderzoeken en er een proefschrift over schrijven.’

    Onheilspellend nieuws! De politiemeneer in het nette pak, waar hij bijna uitpuilt, heeft een vriendin. Hoewel de rest van het bericht ook wel wat beven overlaat. Meer loon eisen, het Binnenhof omsingelen, harde acties aankondigen, en dat allemaal voor een paar rotcenten, en dan ook nog eens flink aan vriendjespolitiek doen.

    Maar, zoals vaker, er is nog meer aan de politiehand. Zo zijn er namelijk niet alleen motorclubs van gewone mensen, maar er zijn zelfs motorclubs speciaal voor politieagentjes. De club heet Lex Legio MC en is internationaal. Een reactie op Crimesite Camilleri zei het volgende over deze club: ‘Lidmaatschap is voorbehouden aan mannen die de wet dienen of gediend hebben, arrestatie bevoegdheid hebben of ooit hebben gehad. Lex Legio MC is een democratische club, elk chapter is autonoom. Lex Legio MC word bestuurd door de leden en voor de leden. Niemand zal alleen heersen over Lex Legio MC. Hoewel elk chapter autonoom is ligt er een basis van regels die de fundering vormen van Lex Legio MC. Deze MC protocollen zorgen ervoor dat leden van Lex Legio MC zich gedragen zoals verwacht mag worden van een wetsdienaar. Wij hebben door de leden gekozen officieren die zich bezighouden met de dagelijkse gang van zaken. Hoewel wij vriendschappen met andere clubs waarderen bestaan wij voornamelijk voor onszelf. Door loyaliteit, eer en respect vinden wij de kracht en broederschap die wij soms missen in de hedendaagse overheidsorganen. Wij hanteren onze eigen normen en waarden, wij volgen ons eigen pad. Lex Legio MC is gevormd als een traditionele motorclub.’

    Dat is mooi, hè? ‘Wij hanteren onze eigen normen en waarden, wij volgen ons eigen pad.’ Ja, die politieagenten zijn nou eenmaal de baas op straat. Ze doen dus wat ze willen. Ze bezetten of omsingelen gewoon het Binnenhof om meer loon af te dwingen. En nu hebben ze ook nog eens een traditionele motorclub. Het idee van de organisatie en de inrichting van traditionele motorclubs is afgekeken van de Hells Angels, die vanuit Californië het model over de wereld verspreidden van broederschap en gedragscodes. Oprichter Sonny Barger werd ooit geconfronteerd door een politiechef tijdens een recruteringscampagne die was opgezet om jonge Amerikanen uit achterbuurten te werven voor de politie. ‘My gang is the largest!’, zei de politiechef tegen Barger. ‘We are not a gang, we are a club!’, antwoordde Barger. En zo is het maar net.

    Wanneer je uitgeluld bent, dan wel door stomheid geslagen of met de mond vol tanden staat, of met het schaamrood op je kaken, of door je eigen tunnelvisie rechtdoor rijdt in een bocht, kun je altijd nog de mensen op wie je jaloers bent verbieden. Gewoon even de wet aanpassen. ‘Die wet past ons allemaal!’

    Wat overblijft zijn vragen. Hoe zit dat bijvoorbeeld met de positie van Gerrit van de Kamp bij de ACP? Uiteindelijk heeft hij wel erg gebruik gemaakt van zijn functie. Of hoe zit dat met die acties van de politie en de politievakbond? Zijn dat legale acties? Het omsingelen van het Binnenhof lijkt meer op muiterij! Hoe zit dat verder met die Lex Legio MC? Hebben die een clubhuis in Leeuwarden? Hoe zitten ze met hun vergunningen? Brandveiligheid? Horecavergunning? Bestemmingsplan? Worden die agenten, die op de foto staan met opgestoken middelvingers, net als echte bikers, ook telkens gecontroleerd wanneer zij over de openbare weg rijden? Komen ook zij terecht in een niet-aangemelde databank? Worden zij vervolgens ook niet op de hoogte gesteld, schriftelijk!, van het feit dat zij zijn opgenomen in die databank? Worden hun gegevens ook opgeslagen in de Gemeentelijke Basisadministratie? Wordt ook alles even doorgespeeld naar de wijkagent? En niet te vergeten de belastingdienst? Zoals bij de echte bikers? We weten het niet, maar zullen het te weten komen. Lex Legio? Nulli Cedo!