• Buro Jansen & Janssen is een onderzoeksburo dat politie, justitie, inlichtingendiensten, de overheid in Nederland en Europa kritisch volgt. Een grond-rechten kollektief dat al 30 jaar publiceert over uitbreiding van repressieve wetgeving, publiek-private samenwerking, bevoegdheden, overheids-optreden en andere staatsaangelegenheden.
    Buro Jansen & Janssen Postbus 10591, 1001EN Amsterdam, 020-6123202, 06-34339533, signal +31684065516, info@burojansen.nl (pgp)
    Steun Buro Jansen & Janssen. Word donateur, NL43 ASNB 0856 9868 52 of NL56 INGB 0000 6039 04 ten name van Stichting Res Publica, Postbus 11556, 1001 GN Amsterdam.

  • Categorieën

  • Foutje…bedankt!

    De Telegraaf berichtte op 1 maart 2016 over een foutje door justitie in Limburg: ‘Het OM in Limburg heeft in het onderzoek naar motorclub Bandidos geblunderd door kopstuk Geert F. (42) onterecht te beschuldigen van overtreding van de schorsingsvoorwaarden na zijn vrijlating en daarom zijn directe arrestatie te vorderen. Hij blijkt nu te zijn verwisseld met een ander persoon, bevestigt een woordvoerster van het OM.’ De reactie van het Openbaar Ministerie spreekt boekdelen: ‘Persofficier van justitie Anneke Rogier geeft aan dat ,,de aanwijzing die wij hadden gekregen naderhand toch niet bleek te kloppen”. ,,Dat gebeurt wel vaker in onderzoeken en hoort bij ons vak.”

    Dat dat inderdaad vaker voorkomt in onderzoeken schreef Dupont al in zijn blog ‘Het zijn de blablabandidos’ op 7 augustus 2015: ‘Er zijn nog andere feiten die wijzen op een niet zo sterke zaak. Zo verklaarde daags na de wapenvondst, die in de Limburgse pers breed werd uitgemeten als een wapenvondst bij de Bandidos, Piem Miltenburg, hoofd operatiën van de bestrijding van motorbendes, dat het helemaal niet zeker was dat die wapens van de Bandidos waren. Dat moest onderzoek uitwijzen en dat kon nog wel maanden duren. Vervolgens kwam de advocaat van de club enige tijd geleden met het bericht dat die wapens zelfs niet in de dagvaarding stonden, omdat de politie er blijkbaar van uitging dat de wapens wel eens van een ander konden zijn.’

    Ondanks die twijfel over de gevonden vuurwapens bij de invallen bij de Bandidos stond de ‘vondst’ bijna daags daarna wel in de Voortgangsrapportage Outlaw Motorcycle Gangs (OMG) van juni 2015. Op bladzijde 4 van dit ‘rapport’:

    Vijf raketwerpers gevonden bij actie tegen motorbendes (27 mei 2015 www.nos.nl)

    Recente ontwikkelingen in Limburg laten onverminderd een relatie zien tussen OMG’s en criminaliteit, ondermijning en bedreiging van de openbare orde.

    Criminaliteit en ondermijning

    Tijdens een grootschalig onderzoek van politie en OM treffen de partners onder andere aan:

     raketwerpers;

     automatische wapens;

     handvuurwapens en munitie;

    Het is dus helemaal niet zeker, maar voor propagandadoeleinden komt het wel terecht in één van de toonaangevende rapportages van de politie over motorclubs. Rapportages die zijn bedoelt om beleid mee uit te stippelen en de politiek te overtuigen van een verbod op motorclubs.

    De politie liegt dus aantoonbaar in de officiële rapportages en vergist zich volkomen in de identificatie van een ‘lid’ van de motorclub Bandidos. Wat heeft het onderzoek dan nog voor waarde? Je zal maar lijken op iemand die een motor heeft!

     

    Politieagenten als outlawbiker

    In 2014 verscheen in Nederland het rapport van de politie genaamd ‘Outlawbikers in Nederland’. De grote man van de bestrijding van motorclubs, commissaris Piem Miltenburg, zei in zijn voorwoord voor dit rapport het volgende: ‘Binnen Nederland worden we de laatste jaren geconfronteerd met een forse groei van outlaw motorcycle gangs (OMG’s). Een groei die, gelet op ontwikkelingen elders in Europa, niet uniek is, maar ons wel tot alertheid maant. Outlaw motorcycle gangs zijn immers geen normale motorclubs…’

    Het rapport gaat verder met wat ‘outlaw motorcycle gangs’zijn.

    Met het hanteren van de nieuwe term outlaw motorcycle gangs,is wel de oude 1%-afbakening aangehouden. De leden van de voormalige Dutch Council waren zogeheten fullcolour-clubs. Deze onderscheiden zich van andere clubs doordat hun fullcolour-leden hesjes dragen met drie backpatches, te weten het logo van de club, een toprocker (halve boog met tekst) met daarin de naam van de club, een bottomrocker met daarin het specifieke chapter (afdeling) of de regio. Ook internationaal gezien wordt de three piece backpatch als onderscheidend voor outlaw motorcycle gangs beschouwd.’

    Enerzijds wordt dus geconstateerd dat er een flinke groei is in de toename van het aantal clubs en hun leden, anderzijds wordt aangegeven hoe je ‘outlaw motorcycle gangs’ kunt herkennen. Dezen hebben namelijk een driedelige set colors op hun rug. En dat onderscheidt ze volgens dit politierapport van de andere , zeg maar gewone, motorclubs.

    Dupont ging de straat op in Nederland en keek eens rond. Hij vond drie motorclubs, naast de bekende clubs als Hells Angels en Satudarah, die aan dit criterium voldoen: Blue Knights MC, LEMC Marshalls en Lex Legio MC. Alle drie de clubs zijn al in eerdere artikelen beschreven. Duidelijk is dat deze clubs alleen toegankelijk zijn voor politiemensen, oud-politiemensen, gevangenispersoneel en mensen die bij het Ministerie van Veiligheid en Justitie werkzaam zijn.

    Hoewel in Nederland nog niet veel incidenten rond deze zogenaamde ‘copclubs’ bekend zijn, is dat in bijvoorbeeld de Verenigde Staten wel het geval. Het politierapport ‘Outlawbikers in Nederland’ grijpt uitvoerig terug op de ontstaansgeschiedenis en gebeurtenissen van motorclubs in het buitenland om de situatie in Nederland te verduidelijken. Wij gaan dus hetzelfde doen. Wij gaan hiervoor naar de Verenigde Staten.

    Een bekende blogger over motorclubs in de Verenigde Staten is ‘The aging rebel’ (www.agingrebel.com). Op 13 januari 2009 schreef deze het volgende op zijn blog:

    ‘City Heat Motorcycle Club wears a three-piece patch. It is one of the so called “Law Enforcement Motorcycle Clubs” that have repeatedly tried to use the police powers of their patch holders to intimidate other bikers and other clubs.

    For example, last August, Ron Smith, a Seattle police union official and a member of the Iron Pigs motorcycle gang shot a member of the Hells Angels Motorcycle Club named Joseph McGuire in the Loud American Roadhouse in Sturgis. The shooting occurred in the course of a fist fight that followed a verbal altercation.

    Apparently McGuire had the audacity to ask Smith why the Iron Pigs were allowed to wear their colors in the Roadhouse while the Hells Angels were not. The police were carrying concealed weapons and were released by local police immediately after the incident. Charges were filed against the cops but dropped. The victim, Smith, spent months in hospital and is facing charges of trying to kill the cop who shot him.

    Clubs like the Iron Pigs, the Wild Pigs, the Untouchables, the Renegades, the Blue Steel and the club central to the Minneapolis suit, the City Heat clearly intend to be outlaws with police privileges.’

    The Aging Rebel haalt hier niet alleen aan hoe leden van niet-copclubs zomaar door deze laatsten worden beschoten, maar ook zegt hij dat vaak motorclubleden hun colors niet mogen dragen in openbare gelegenheden als horeca. Dit laatste is een situatie die vergelijkbaar is met Nederland. Veel horeca weigert dragers van colors en het is ook opgenomen in sommige plaatselijke verordeningen voor binnensteden. De vraag is of de politiemotorbendes zich ook houden aan deze verordeningen en regels.

    Een copclub oftewel politiemotorbende als ‘City Heat’ wordt er ook van beschuldigd openlijk racistisch te zijn.

    In 2014 kwam een federaal rapport uit in de Verenigde Staten waarin werd geconstateerd dat er een snelle expansie was te zien ondanks bloedvergieten van politiemotorbendes. Een vooraanstaand onderzoeker stelde dat Iron Order MC problemen heeft met iedereen.

    Iron Order noemt zichzelf weliswaar geen copclub, maar een groot aantal van de leden van deze club is wel politieman of cipier in het gevangeniswezen. De laatste jaren is Iron Order MC betrokken geweest bij tal van dodelijke incidenten met andere motorclubs. Zo werd in 2014 een lid van de Black Pistons MC doodgeschoten door een lid van Iron Order. De Denver Post bericht op 2 januari 2016 hoe een lid van Iron Order MC een lid van de Mongols MC doodschiet op een motorevenement in Denver. Drie andere clubleden werden neergeschoten. Bekend is dat leden van politiemotorbendes legaal hun wapens mogen dragen, ook in hun hoedanigheid als motorbendelid.

    Terug naar Nederland zien we, net als bij de andere motorclubs, nog geen echte incidenten, maar wel zien we een snelle groei van politiemotorbendes als Lex Legio MC, LEMC Marshalls en Blue Knights MC. Gezien het martiale karakter van deze clubs en de agressieve macho ogende logo’s met doodshoofden en dolken of zwaarden is het misschien alleen nog afwachten totdat er wel iets gebeurt.

    Vooralsnog is niets bekend van maatregelen die door de overheid, of gemeenten, worden genomen tegen deze politiemotorbendes. Blijkbaar sust het gegeven dat de leden van deze clubs allen politiemensen zijn de overheden in slaap. Net als in de Verenigde Staten kan de schok van het wakker worden des te groter zijn.

     

     

    Verbal diarrhea

    Afgelopen week kregen wij weer verschillende artikelen in de media binnen. Uit de meeste artikelen blijkt hoezeer de politie in het duister tast over motorclubs en maar wat verzint. Zij hebben de klok horen luiden, maar weten niet waar de klepel hangt.

    Op 21 september, een maandag, begon de week met het nieuws dat de explosieve groei van criminele motorclubs was gestopt. Bijna alle media brachten het nieuws. Wij citeren staatsomroep NOS: ‘De jarenlange explosieve groei van criminele motorclubs is gestopt. Dat zeggen de Nationale Politie en de motorclubs zelf. De enorme aanwas was juist de reden voor een harde aanpak van de clubs.Verschillende overheden vreesden voor een bendeoorlog, omdat de territoriumdrift tussen motorclubs tot spanningen leidde. Pim Miltenburg, de politietopman die verantwoordelijk is voor de aanpak van de motorclubs, zegt dat de harde aanpak zijn vruchten heeft afgeworpen. “Burgemeesters hebben clubhuizen gesloten, er zijn veel onderzoeken geweest naar individuele leden van motorbendes, de Belastingdienst heeft meegewerkt om ze aan te pakken, de politie treedt op op de openbare weg. We zien daarom minder intimiderend gedrag van de motorbendes.’ ‘Miltenburg zegt dat er in 2015 een lichte groei was van de motorclubs. Dit jaar zouden er negen afdelingen zijn bij gekomen. Een speciale eenheid van de politie heeft op dit moment zeventien motorclubs in beeld die ze crimineel noemt, met in totaal 123 verschillende afdelingen. In 2011 waren er nog maar tien clubs met in totaal 31 ‘chapters’. De politie heeft zo’n 1800 leden in het vizier.’

    Vreemd. Eerst wordt de onwetende burger vertelt dat er een explosieve groei was en dat die inmiddels is gestopt en dan volgt een uitspraak van de man die daarover gaat, Piem Miltenburg, dat er in 2015 een lichte groei was van de motorclubs. Miltenburg, die zelfs binnen zijn eigen korps bekendstaat als een fanatieke hardliner, noemt daarbij een aantal van 1800 motorclubleden. Op 8 augustus 2015 noemt ex-BBE commandant en huidig recherchechef Rienk de Groot in bndestem.nl echter een aantal van 1200 motorclubleden. Nogal een verschil. Rienk de Groot verdiende zijn strepen tijdens de belegering van de Hofstadgroep in het Haagse Laakkwartier. Fijn dus om te weten dat hij zich nu bezig houdt met motorclubs. Dus wat is het nu? Lichte groei, explosieve groei, groei gestopt of aantallen fors teruggelopen? Wat in ieder geval wel weer duidelijk wordt is hoe de media geen enkele moeite doen om berichten en cijfers van de politie te verifiëren.

    Iets anders wat uit dit krantenartikel blijkt is de opmerking van Piem Miltenburg dat ‘juist de enorme aanwas de reden was voor een harde aanpak van de clubs’. Dat is wel zeer merkwaardig. Omdat de clubs groeiden, moesten politie, burgemeesters en belastingdienst in actie komen? En dan hebben we het dus over aantallen van ongeveer 1800 man. In totaal. Er moet wel waanzinnige paniek zijn bij de politie over de enorme toestroom bij watersportverenigingen, hockeyclubs, voetbalclubs en bridgegenootschappen.

    ‘We zien daardoor minder intimiderend gedrag van de motorbendes’, zegt Miltenburg nog en ook daar vinden wij iets van. Ten eerste is het zo dat er helemaal geen cijfers zijn van intimiderend gedrag van motorbendes. Welk intimiderend gedrag? Tegen wie? En vooral, door wie? Het kan toch niet zo zijn dat club ‘A’ intimiderend gedrag vertoont en club ‘B’ daardoor wordt lastiggevallen door de politie of zelfs in de statistieken terechtkomt? Verder is door talloze andere krantenartikelen bekend dat motorclubs niet welkom zijn in de horeca (op aandringen van de politie die schermt met onnauwkeurige rapportages en daarmee gemeenten en horecaondernemers onder druk zet) en dat clubs soms zelf besluiten om zonder colors te gaan stappen. Dat betekent dat die clubs misschien wel juist in aantal toenemen, maar onzichtbaar zijn geworden door de druk van de politie. Een ongewenst effect, daar wanneer dat inderdaad zo zou zijn, er veel minder zicht is op wie wat doet. De politie roept eerst dat motorclubleden zich schuldig maken aan zware misdaad, vervolgens zorgt de politie er voor dat de leden van die clubs zich minder vertonen met hun colors en dan roept de politie triomfantelijk dat de aantallen clubleden minder zijn geworden en hun beleid dus succesvol is. Rienk de Groot zegt daarover in bndestem: ‘De Groot zegt dat het aantal criminelen in de regio de afgelopen jaren ‘helemaal niet is toegenomen’: “Ze hebben alleen een hesje aangetrokken en zich bij een motorbende aangesloten. Het enige voordeel daarvan is wel dat ze voor ons nu duidelijk herkenbaar zijn.” Dat is dus precies het omgekeerde wat de politie beoogt.

    Wij merken nog op dat de groei van motorclubs verband lijkt te houden met negatieve berichtgeving in de pers. Tijdens de oorlog in Scandinavië tussen Hells Angels en Bandidos namen de aantallen leden enorm toe. Na een zeer negatieve pers in Australië en verregaande maatregelen van de autoriteiten namen ook daar de aantallen leden toe (zie ook op deze website de blog Holle vaten…).

    We zagen net al de naam van een nieuwe motorclubexpert bovendrijven; de sportman Rienk de Groot. Als recherchechef moet De Groot zich blijkbaar nog inlezen, als commandant van de Bijzondere Bijstands Eenheid (BBE) hoeft hij dat waarachtig niet. Toch een beetje vreemd dat De Groot wel als expert geraadpleegd werd nota bene op de Politieacademie. Wij lezen op politieacademie.nl/onderwijs/ov namelijk het volgende: ‘Een motorclub ontwikkelt zich tot een criminele organisatie. In deze sessie vertellen de hoofdrolspelers van gemeente, politie en het Openbaar Ministerie over de manier waarop in Enschede partners samenwerkten om dit probleem het hoofd te bieden. Daarvoor zijn de burgemeester van Enschede Peter den Oudsten, het plv. diensthoofd Landelijke Recherche Rienk de Groot en rechercheofficier mr. Evert Harderwijk van het Landelijk Parket (OM) uitgenodigd. “De belangrijkste vraag die op tafel lag was hoe we het toch voor elkaar hebben gekregen resultaten te boeken,” vertelt Harderwijk.’

    De politieacademie geeft dus les aan de hand van ‘gevallen uit de praktijk’, waarbij als expert mensen worden ingehuurd die de cijfers niet goed kennen. Toch wordt door het geven van uitgerekend lessen met als casus een motorclub een beeld gecreëerd bij politiemensen van gevaarlijke en misdadige motorclubs. Wanneer u nog twijfelt, hier het gevolg ervan. Op 112Groningen.nl van 26 september 2015 lezen wij over een grote oefening van de brandweer: ‘Denk aan verschillende scenario’s zoals een ongeval met gevaarlijke stoffen en een bijzonder waterongeval, maar ook brandbestrijding en een XTC lab. Ook was er een motorbende met een wietkwekerij.’

    Kwalijk, want er is nog nooit een motorclub als club betrokken geweest bij een wietkwekerij. Toch wordt een dergelijk feit geoefend door de brandweer. We zien dus hoe onnauwkeurige cijfers via niet ter zake kundige politiemensen terechtkomen in de leerstof of lesmateriaal voor weer andere politiemensen en zelfs de brandweer. Zorgvuldig een vijandsbeeld scheppen en daarna de zelf bedachte bedreiging uitschakelen. Het doet ons ergens aan denken.

     

     

     

     

    De politie en het mysterie van Justitie en Veiligheid

    Al eerder schreven wij hoe het er op lijkt dat de politie geheel op eigen gezag beleid uitstippelt en mensen en motorclubs vervolgt. Er worden eigenhandig fantasierijke rapportages uit de hoge hoed getovert, die vervolgens worden aangesmeerd aan gemeenten en de media. De schade die op deze manier ontstaat is enorm. Mensen raken hun baan kwijt, clubhuizen worden gesloten, dwangsommen worden opgelegd, leden van motorclubs komen in een sociaal isolement. Motorclub Veterans MC heeft begin deze maand een rechtszaak aangespannen tegen de politie wegens laster en smaad en hoopt in oktober op een uitspraak van de rechter.

    Inmiddels gaat de politie gewoon door met ‘waarheidsvinding’ en komt en passant ook nog met acties om meer loon af te dwingen. Ministeries worden geblokkeerd, politiebureaus worden gesloten voor het publiek, er wordt gedreigd met het niet opleggen van boetes waarbij chaos ontstaat omdat even later toch maar wordt afgezien van deze actie. Maar, wat blijkt nu, de politie is niet alleen in het eigen rechtertje spelen. Het Openbaar Ministerie deelt de interesses van zijn trouwe uitvoerders. Sterker nog, zij doen hetzelfde.

    Gisteravond sprak de bekende misdaadverslaggever Peter R. de Vries daarover bij Witteman. Volgens De Vries is de Nationale Politie een grote mislukking geworden en doet het OM alsof zij geen verantwoording hoeven af te leggen. Advocaat Spong voegde daar aan toe dat de bezem er door moest bij het OM. Wat was er aan de hand? Ging het weer over motorclubs?

    De aanleiding van het gekrakeel was de reportage van Brandpunt afgelopen zondag over Volkert van der Graaf. Van der Graaf vertelde voor de verborgen camera hoe hijzelf met zijn advocaat contact had opgenomen met een fotograaf om een foto te laten nemen op straat en die in De Telegraaf te laten plaatsen. De heksenjacht op hem zou daarmee hopelijk ophouden. Terwijl half Nederland probeerde in beeld te komen om een afkeurende reactie te geven op het gebeurde, omdat Volkert daarmee zijn vrijlatingsvoorwaarden zou hebben geschonden, kwam ook minister Ard van der Steur in beeld.

    Van der Steur is minister van Justitie en Veiligheid en hij werd als eind- en hoofdverantwoordelijke van het OM ter verantwoording geroepen door de Tweede Kamer. Maar, zo verklaarde hij, er was hem niets bekend van een deal tussen Volkert van der Graaf en De Telegraaf. Het OM wist er niets van. De volgende dag bleek echter dat het Openbaar Ministerie wel degelijk op de hoogte was van de fotosessie en dat zelfs bodyguards beschikbaar waren gesteld om de hele Amsterdamse gracht af te sluiten voor de fotosessie, zodat ongestoord kon worden gefotografeerd. Alleen de minister werd hiervan niet op de hoogte gesteld. De minister lichtte op die manier de Tweede Kamer verkeerd voor en zette daarmee zijn functie als minister op het spel.

    Zoals Peter R. de Vries en mr. Spong betoogden, was het hele verhaal het zoveelste bewijs van de eigengereidheid van het Openbaar Ministerie, eigenlijk zelfs van het hele Ministerie van Justitie en Veiligheid. Het OM overtrad buiten medeweten van de reclassering vrijlatingsvoorwaarden buiten de minister om en loog daarover tegen de minister toen er vragen werden gesteld. Tegen de voorganger van minister Van der Steur, Ivo Opstelten, werd ook gelogen over deals met criminelen, de zogenaamde bonnetjesaffaire. Er moesten door die affaire een minister en zijn staatssecretaris opstappen.

    We hebben dus een Tweede Kamer die om de tuin wordt geleid. Een minister die in zijn eigen ministerie weinig te zeggen heeft en waartegen door zijn eigen ambtenaren wordt gelogen. We hebben een OM dat op eigen houtje deals maakt met criminelen en daar vervolgens over liegt tegen de minister. We hebben een Openbaar Ministerie dat weigert in actie te komen tegen gemeenten die met hun begroting knoeien.We hebben ook een reorganisatie bij de politie die nu twee keer zo duur zal uitkomen dan begroot, terwijl die reorganisatie een mislukking lijkt te worden. We hebben politiechefs die publiekelijk, buiten het parlement of de minister om, benadrukken dat de wet veranderd moet worden om motorclubs die niet strafbaar zijn tóch strafbaar te kunnen stellen. We hebben een politieapparaat dat aantoonbare onzin verkoopt in voortgangsrapportages om daarmee beleid te rechtvaardigen tegen mensen die geen vlieg kwaad doen. We hebben machtige politievakbondsleiders die hun leden maatschappelijke ontwrichtingen laten uitvoeren om meer loon af te dwingen, terwijl diezelfde vakbondsman beschuldigd is van een vorm van corruptie.

    De vragen die niemand stelt zijn simpel. Is het Openbaar Ministerie nog wel uit op waarheidsvinding? Is het Openbaar Ministerie niet zijn eigen koers aan het varen buiten parlement en minister om? Is de politie er niet in geslaagd een stille staatsgreep te plegen? Wat is het woord van de politie en het Openbaar Ministerie waard?

    Nederland wordt wakker!

    Soms heb je weleens dat je ‘s ochtends op staat en dat je meteen weer zin hebt om terug je bed in te springen. Het is dan slecht weer, je hebt een kater, of de krant van wakker Nederland staat weer eens vol met onzin zodat je nog liever even bij slapend Nederland hoort. Vandaag is, denk ik, zo’n dag. De onheilspellende plof waarmee het goedkope papier met zijn giftige inkt de deurmat raakte, maakte al duidelijk dat de krant het niet droog had gehouden vanmorgen. Een voorteken? Het sloffende geluid van mijn in pantoffels gestoken voeten verplaatste zich naar de voordeur.

    Aan mijn grote eettafel gezeten slurpte ik mijn koffie, terwijl ik ongeïnteresseerd de krant doorbladerde. Zomernieuws. Komkommertijd. Maar even later zag ik het staan. Echt nieuws. Maar wel heel erg oud. ‘Politie vreest link bikers en hooligans’, kopte De Telegraaf, gevolgd door de volgende tekst: ‘De politie en voetbalbond KNVB vrezen de mogelijke banden tussen beruchte motorclubs zoals Hells Angels, No Surrender en Satudarah en de harde kernen van supportersclubs in het betaalde voetbal. Dat schrijft Trouw. Harde bewijzen dat de supportersclubs zijn geïnfiltreerd door de bikers zijn er niet, maar de politie is volgens hoofd operatiën en verantwoordelijke voor de aanpak van criminele motorbendes Pim Miltenburg alert. De harde kernen van supportersclubs zijn aantrekkelijk voor outlawmotorclubs omdat zij voor de nodige massa kunnen zorgen in de onderlinge strijd van de motorclubs.’

    Ik las het artikel opnieuw en opnieuw, totdat eindelijk doordrong wat er stond: helemaal niets! Piem Miltenburg, hoofd operatieën en verantwoordelijk voor de aanpak van criminele motorbendes, is zeer alert voor links tussen motorbendes en hooligans. Maar harde bewijzen zijn er niet. Notoire hardliner Miltenburg heeft dus helemaal niets te melden, maar doet het lekker toch. De voetbalhooligans behoren tot Neerlands meest afgeluisterde en in de gaten gehouden burgers, de leden van de ‘motorbendes’ misschien nog wel meer. Toch zijn er ondanks deze zeer vergaande observaties geen bewijzen dat die twee groepen samenwerken. ‘De harde kernen van supportersclubs zijn aantrekkelijk voor outlawmotorclubs omdat zij voor de nodige massa kunnen zorgen in de onderlinge strijd van de motorclubs.’, gaat De Telegraaf verder. Massa? Het gaat dus om grote groepen mensen. En nog kan de politie geen bewijs vinden. Grote groepen mensen, massa’s, die met elkaar bellen, praten, elkaar opzoeken. En toch is er geen enkel bewijs.

    In het artikel staat dat de politie niet alleen is in het grote vrezen. Nee, ook de KNVB vreest met grote vrezen. Dat deed me meteen denken aan eerdere berichten. Een paar weken terug gaf Laetitia Griffith van de Beveiligingsbranche aan dat de politie en de beveiligingsbranche meer gingen samenwerken om infiltratie door ‘motorbendes’ te voorkomen. Het artikel dat ik daarover schreef, maakte zonder meer duidelijk dat dat onzin was door de al zeer strenge passenplicht voor beveiligers. Een week later stond in de krant dat ook het Midden- en Klein Bedrijf vreest met de politie over infiltratie van ‘motorbendes’. Ook hier kon ik de dreiging gemakkelijk weerleggen. Terugbladerende in oude kranten las ik dat ook gemeenten, en burgemeesters dus, vreesden met de politie. En het Ministerie van Defensie vreesde die ‘motorbendes’ ook al. ‘Wat zal die Taliban dat grappig vinden’, dacht ik toen nog, ‘iedereen is bang in dit land’.

    Ik vrees ook. Stel dat die woeste ‘motorbendes’ ook de gemeenteraden hebben geïnfiltreerd. Daarom zijn er zoveel burgemeesters en wethouders corrupt. En stel dat ze de Tweede Kamer hebben geïnfiltreerd. Je mag als kamerlid al een strafblad hebben, dus dat ligt op de loer. Daarom verdienen die gasten natuurlijk zo veel, terwijl ze nooit hun mond opendoen. En er lag nog veel meer nieuws in het verschiet: ‘Bejaardenhuizen onder druk van ‘motorbendes’?’, ‘Politie geïnfiltreerd door gemene ‘motorbendes’!’, ‘Motorbendes’ gaan dit jaar ook met vakantie!’. ‘Ooooooohhhh, wâ errug!’, hoorde ik in gedachten de stylist van het zuiden roepen. ‘Alle donders, het land is in gevaar, alles gaat naar de kloten!’, riep ik terwijl ik woedend mijn krant door de kamer smeet. Ik moet terug in dienst, het vaderland moet gered worden. Gelukkig heeft Piem Miltenburg al eerder geroepen dat er wetten veranderd moeten worden. Er is dus nog hoop.

    Maar toen viel mijn oog op dat korte zinnetje: ‘Dat schrijft Trouw’. Ach, natuurlijk. Door de vakantietijd was John van den Heuvel op vakantie, of op de vlucht. Er was dus geen misdaadnieuws. Daarom werd het maar overgeschreven uit Trouw. Ik stond op van mijn eettafel en liep naar de telefoon. Mijn abonnement op De Telegraaf heb ik opgezegd. Ik krijg nu morgen voor het eerst Trouw in de bus. En ik ben daarna toch nog maar even naar bed gegaan.

    Boeman Bouman en zijn patriotten van de politiestaat

    Een prachtig verhaal over een politieman en hoe het gaat met vrijheid wanneer je eventjes niet goed oplet.

    De politieman is commissaris Bouman. Dat is er niet zomaar één. Commissaris Bouman is de grote baas van de Nederlandse politie. De allerhoogste chef. Vlak onder de minister van Justitie en Veiligheid. In een rechtsstaat is het zo geregeld dat de minister, als vertegenwoordiger des volks, de verantwoording heeft over het politieapparaat. Hij is dus de baas en hij is verantwoording schuldig aan het parlement. We zullen dus uitleggen wat een rechtsstaat eigenlijk is. Wikipedia zegt het volgende hierover:

    ‘Een rechtsstaat is een staat waarvan de macht gereguleerd en beperkt wordt door het recht. De rechtsstaatgedachte is ontwikkeld tegen de praktijk van absolute vorsten. De rechtsstaatgedachte wil willekeur voorkomen en rechtszekerheid en rechtsgelijkheid bevorderen. In een rechtsstaat worden burgers tegen de macht van de staat beschermd door wetten. Onafhankelijke rechters kunnen bij een conflict oordelen en worden geacht de wetten te volgen. Een rechter kan bij overtredingen sancties opleggen die wettelijk geregeld zijn. Als de rechters in een staat niet onafhankelijk zijn, mag die staat geen rechtsstaat genoemd worden.’

    De minister is de baas en de politie niet. De politie heeft voor goed functioneren natuurlijk zijn eigen hierarchie en een eigen baas. Maar die baas staat onder de minister en ook onder de wet. Er zijn wetten die de basis zijn voor het functioneren van de staat. Wanneer het omgekeerd zou zijn is er sprake van een politiestaat. Wikipedia zegt over de politiestaat het volgende:

    ‘Onder een politiestaat verstaat men een staat waar de sociale, economische en politieke macht door de leiders gehandhaafd wordt met behulp van (geheime) politie. Deze politie heeft in dit soort staten meer bevoegdheden dan gebruikelijk is in een liberale democratie. Politiestaten in de strikte betekenis van het woord worden meestal gekenmerkt door totalitarisme en een sterke sociale controle.

    Onder druk van een interne of externe bedreiging van de staatsveiligheid, al dan niet openlijk of bedekt gepromoot door media en overheden, bestaat het gevaar dat wetten doorgevoerd worden die burgerrechten inperken en stapsgewijs in de richting van een politiestaat leiden. Dikwijls wordt deze ‘bedreiging van de staatsveiligheid’ in scène gezet door degene die zich vervolgens als dictator ontpopt. Voorbeeld is nazi-Duitsland. Adolf Hitler kwam via verkiezingen op democratische wijze aan de macht. Vervolgens wist hij na de Rijksdagbrand, die hoogstwaarschijnlijk door de nazi’s zelf is voorbereid, grote bevoegdheden naar zich toe te trekken (uitroepen van de noodtoestand, etc) om ‘de orde te handhaven’. Met deze, in theorie tijdelijke, ‘ordehandhavingswetten’ schakelde hij in snel tempo alle politieke tegenstanders uit, werd de noodtoestand permanent, en werd het hele land aan zijn wil ondergeschikt gemaakt. Een recent voorbeeld van inperking van burgerrechten gebeurde na de aanslagen op 1 september 2011 in de VS. Ook hier werden sommige burgerrechten (in theorie tijdelijk) ingeperkt zoals het absolute recht op privacy. De regering Bush gaf aan dat dit in het kader was van de strijd tegen terrorisme en tegen drugs.’

    Is Nederland nu het één of het ander? Is Nederland een rechtsstaat, zoals de mensen denken, of is Nederland een politiestaat?

    Wij geven wat voorbeelden om de lezer aan het denken te zetten. In De Telegraaf van 4 maart 2015 zegt commissaris Bouman: ‘Er is een wetswijziging nodig om ervoor te zorgen dat agenten die noodgedwongen hun dienstwapen hebben moeten gebruiken, niet meer in hetzelfde juridische hokje terechtkomen als een burger of een crimineel.’ Dat zegt Bouman dus ruimschoots voor de dood van Mitch Henriques en de schietende agent uit Kerkrade.

    Het blijft daar niet bij. Op 17 juli 2015 bericht 1limburg.nl het volgende: ‘De politieagent uit Kerkrade die vrijdag veroordeeld werd tot twee jaar cel krijgt massaal steun van zijn collega’s. Ze zijn het oneens met de uitspraak. Ook de nationale politie heeft geen goed woord over voor het vonnis. In een persbericht stelt de organisatie ‘verbijsterd’ te zijn door de veroordeling van de agent. “Ik ben vreselijk teleurgesteld in het vonnis van de rechtbank”, reageert korpschef Gerard Bouman van de nationale politie. Hij heeft contact gehad met Gery Veldhuis, de chef van de eenheid Limburg. “Ik heb hem aangegeven dat deze collega alle steun van onze organisatie kan verwachten die hij nodig heeft”, zegt Bouman. “Wat mij betreft staat vast dat we dit vonnis gaan aanvechten tot aan de allerhoogste instantie.” ‘

    Korpschef Bouman, die ondergeschikte van de minister en daarmee dus onderworpen aan de rechtsstaat komt met twee zaken. Belangrijke zaken. Ten eerste wil hij de wet veranderen om schietende agenten niet zo snel te laten vervolgen. Ten tweede geeft hij aan de schietende en door de onafhankelijke rechter veroordeelde agent te steunen. De rechter veroordeelt de man dus en daarmee heeft die agent een strafblad. Hij is nu dus crimineel. Volgens de rechter. Maar niet volgens meneer Bouman. Wat ook al te denken geeft is de ‘massale steun’ van collega’s voor de veroordeelde agent. Die denken dus blijkbaar net over schieten als korpschef Bouman. Zeer opmerkelijk. En verontrustend.

    Maar wij gaan verder. De directe chef van de politieagent uit Kerkrade heeft aangegeven de politieagent niet te schorsen. Afgewacht wordt het hoger beroep. Ook de korpsbeheerder van het politiekorps in Kerkrade onderneemt geen actie tegen de veroordeelde schutter. Wie is nu deze korpsbeheerder? De korpsbeheerder is burgemeester Jos Som. Zeg maar de grote man achter de strijd tegen ‘motorbendes’. De ‘papa’ ook van Suze Som die volgens hem ernstig is bedreigd door Hells Angels. De man ook die het vakantiehuiske van Piet van Pol bezocht in Frankrijk. Piet van Pol de van corruptie verdachte vastgoedontwikkelaar die banden heeft met VolkerWessels en de veroordeelde Roermondse ex-VVD’er Jos van Rey.

    Wij gaan nu ietsje terug en komen terecht bij de Spaanse politieman luitenant-kolonel Antonio Molino Tejero die op 23 februari 1981 het Spaanse parlement binnendrong met zijn kornuiten, in de lucht schoot en riep: ‘Todos al suelo, y conho!’ Meneer Molino Tejero wist het beter dan de rechters en de parlementariërs.

    Waarom doet dat ons denken aan politievakbondsleider Gerrit van de Kamp? De wet moet veranderd worden om motorbendes te kunnen verbieden, zo vond deze man, die er zijn hand niet voor omdraait zijn mannetjes het Binnenhof te laten omsingelen. Met politiematerieel en wapens. Dezelfde Gerrit van de Kamp die zijn vriendin opdrong aan de Nationale Politie voor een goedbetaalde baan en zijn steun voor de vorming van de Nationale Politie opzegde toen zijn vriendin werd ontslagen.

    De hoogste politiebaas wil de wet veranderen en uit openlijk kritiek op een beslissing van een onafhankelijke rechter en de baas van de grootste politievakbond steunt hem door ook wetten te willen laten veranderen. ‘De politie is de baas op straat!’, hoorde je vroeger vaak roepen door agenten. Op straat of in de staat? Vanuit de politieorganisatie zelf horen wij nog geen tegengeluiden.

    In het Wikipedia-artikel over de politiestaat staat ook het volgende: ‘Onder druk van een interne of externe bedreiging van de staatsveiligheid, al dan niet openlijk of bedekt gepromoot door media en overheden, bestaat het gevaar dat wetten doorgevoerd worden die burgerrechten inperken en stapsgewijs in de richting van een politiestaat leiden.’

    Ook hier zien wij gelijkenissen met Nederland. Er wordt een vijandbeeld gecreeërd. Als externe bedreiging zou je kunnen zien de jihadstrijders in Irak en Syrië, die na terugkomst een interne bedreiging gaan vormen. Als interne bedreiging kun je ook de ‘motorbendes’ zien. Het is dan ook niet zozeer de rechtsstaat zelf die zich daarover zorgen maakt, maar het is de politie zelf die stemming maakt. Het is de politie die via de media en hun adviserende taak naar overheden toe bepaalt dat ‘motorbendes’ een groot gevaar zijn.

    Om deze strategie van maatschappelijke onrust een gezicht te geven, worden leden van motorclubs met naam en club genoemd door de politie aan de media. Het zogenaamde ‘name and shame’- beleid. De politie heeft dus een aantal mensen bij de media die daarvoor openstaan om het maar zachtjes uit te drukken. Deze mensen die openstaan zijn vaak zelfbenoemde ‘misdaadspecialisten’, zoals Robert Bas van de NOS die riep dat je welhaast crimineel moet zijn om het lidmaatschap van een motorclub te kunnen betalen en dat een Harley Davidson 60.000 á 70.000 euro kost. Of een Gerlof Leistra van Elsevier die niet alleen politie-informatie naar buiten brengt maar ook de politie ondersteunt in de wens tot het veranderen van wetten. Zo schrijft Leistra over de schietende politieman uit Kerkrade in Elsevier: ‘De verontwaardiging is terecht groot. Het valt niet goed uit te leggen dat een agent die tijdens de uitoefening van zijn soms levensgevaarlijke beroep een ernstige inschattingsfout maakt, dezelfde behandeling krijgt als de eerste de beste crimineel. Meer begrip was op zijn plaats geweest.’

    Heeft het effect, die artikelen in de pers? Volgens D66’er Gerard Schouw wel degelijk. Op 2 juli zegt hij: ‘Gerard Schouw van D66 heeft donderdag met een waarschuwing afscheid genomen van de Tweede Kamer. Hij was een kwart eeuw lang te vinden op het Binnenhof, onder meer als lid van de Eerste en later van de Tweede Kamer. ,,De overstap naar de Tweede Kamer was best wennen. In plaats van een stroom wetsvoorstellen dicteert de kop in de krant en het oog van de camera het ritme van de dag”, schreef hij in zijn afscheidsbrief. ,,Het is geen groot geheim dat de aandacht voor actuele politieke incidenten en de lange termijn onderwerpen zo af en toe wat uit balans raakt. Dat is een reëel risico voor de democratische werking van onze huidige parlementaire democratie. Daardoor gaan dingen mis. Meebewegen of juist tegenwicht bieden, dat is de vraag waar de Kamer wel wat vaker bij stil mag staan”, aldus Schouw.’

    Het heeft dus wel degelijk effect. De kop in de krant dicteert het ritme van de dag in de Tweede Kamer. Volgens iemand die het kan weten na 25 jaar politiek. En de koppen uit die krant zijn afkomstig van de politie. Dezelfde politie die wetten wil veranderen en mensen en clubs aanwijst als vijand. En daar dus de media voor misbruikt. Met ‘name and shame’. Maar ook met ‘voortgangsrapportages’. Wij hebben al gezien in eerdere blogs van Dupont op ‘Justitie en Veiligheid’ dat de politie niet schroomt valse informatie in die rapportages te stoppen. De raketwerpers van de Bandidos MC bijvoorbeeld. Wij zeiden al dat die niet van de Bandidos waren. Commissaris Piem Miltenburg, net als Gerard Bouman een geduchte hardliner, zei al dat het niet helemaal zeker was. Maar een dag later stond het wel als vaststaand feit in de voortgangsrapportage van juni. De advocaat van de Bandidos kwam vorige week in het nieuws met hetzelfde verhaal. De wapens werden niet eens in de dagvaarding vermeld, maar wel werden de Bandidos nog even vastgehouden voor nader onderzoek. Zo komen die wapens nog eens goed van pas.

    De advocaat van de Bandidos MC onthulde nog een andere taktiek. Zo stuurden Limburgse burgemeesters brieven naar horeca-gelegenheden om te waarschuwen dat de vergunningen zouden worden ingetrokken van horecazaken die Bandidos toelieten in hun zaak. Dat is heel opmerkelijk. Welk wetsartikel wordt daarbij gebruikt?

    Al jaren gaan verhalen in de motorclubwereld dat de politie stiekeme acties uitvoert om motorclubs of leden daarvan te benadelen. Zo worden horeca-ondernemers niet alleen bedreigd om MC’s buiten de deur te houden, ze worden ook bezocht om informatie over bezoekers los te peuteren. Ze worden bang gemaakt met de vraag of ze worden afgeperst, of rekeningen wel netjes worden betaald. Werkgevers van motorclubleden worden benaderd en bang gemaakt. Zakenpartners van motorclubleden die een eigen zaak hebben worden door de politie ‘gewaarschuwd’. Buren van clubhuizen worden benaderd en om informatie gevraagd of om aangifte te doen van welke vorm van overlast dan ook. Gemeentelijke overheden worden ‘ingelicht’ door de politie, die een unieke informatiepositie heeft, en vervolgens worden evenementen niet toegestaan of verboden terwijl ze al in een vergevorderd stadium verkeren, clubhuizen worden gesloten door informatie van de politie. De politie is opzichtig aanwezig bij bruiloften, familiefeesten waar ook motorclubleden bij aanwezig zijn en probeert soms verhuurders van feestzalen bang te maken hun zaal niet te verhuren, omdat er ook een paar leden van een motorclub komen.

    De vraag is hoe deze politie-acties zich verhouden tot de wet. De wet, basis van de rechtsstaat. Een wet die ondergeschikt is alleen in een politiestaat.

    Vaak is te horen hoe bestuurders of politiemensen in de media verklaren dat motorclubs leden die zich misdragen of de wet overtreden uit de club moeten gooien. Motorclubs doen dat al lang. Maar uit bovenstaande blijkt dat het bij de politie andersom is. De politieman die de wet overtreedt met, potentieel, dodelijk geweld, wordt niet zomaar ontslagen. Neen, men gaat er alles aan doen hem binnenboord te houden en betaalt soms zelfs zijn boetes.

    Zijn leden van motorclubs de laatste Robin Hoods? Zijn zij een soort vrijheidsstrijders? Nee, dat zijn zij niet. Maar meneren als commissaris Bouman of commissaris Miltenburg zijn het zeker ook niet. Wanneer wij onze vrijheid in stand willen houden, wanneer wij niet willen dat wij door onze eigen landgenoten worden bezet, wanneer wij niet willen dat ons land een politiestaat wordt, of blijft, dan zullen wij veel kritischer moeten zijn naar degenen toe die onze vrijheden afnemen. Elke dag een stukje. Elke dag een beetje. Elke dag iets. Want wanneer het te laat is, is het te laat.

    Het goede voorbeeld (1)

    Verschillende instanties zijn betrokken bij de bestrijding van motorclubs. Wie zijn de mensen bij deze instanties en is er op die mensen niets aan te merken? Het lijkt er niet op dat deze mensen een schone lei hebben.

    Allereerst is er het Landelijk Strategisch Overleg OMG’s. De voorzitter van dit orgaan is de oud-burgemeester van Enschede, nu burgemeester van Groningen, Peter den Oudsten. Den Oudsten wordt genoemd als één van de beste bestuurders na Aboutaleb van Rotterdam. Je kunt in dit land gemakkelijk tot de besten behoren, wanneer de politie je een beetje behulpzaam is. Zo reed Den Oudsten in augustus 2008 door een rood verkeerslicht. De website binnenlandsbestuur.nl bericht hierover op 20 maart 2009: ‘Uit logboekgegevens van de verkeerspaal blijkt dat de burgemeester door rood licht reed. Den Oudsten heeft altijd beweerd dat hij groen licht zag, waarna een omhoogkomende paal de onderkant van zijn auto ramde. De politie stelde vast dat het rode licht niet brandde toen de burgemeester langs de paal reed en gaf hem geen proces-verbaal. Den Oudsten neemt nu de logboekgegevens voor kennisgeving aan, aldus zijn woordvoerder.’ Het gaat hier dus niet zozeer om het door het rode licht rijden, maar om het feit dat de politie de burgemeester op zijn woord geloofde. Krijgt de burgemeester nu wel een proces-verbaal nu de logboekgegevens het tegendeel bewijzen? Zonder aanziens des persoons geldt dus alleen voor gewone burgers en niet voor burgemeesters?

    Verder hebben we de Taskforce Motorbendes Brabant-Zeeland. Portefeuillehouder is burgemeester Jacques Niederer, de burgemeester van Roosendaal. Roosendaal kwam onder zijn leiding al in het nieuws toen bekend werd dat de gemeente een twaalftal werklozen met behoud van uitkering bij de nieuwe vestiging van Burger King wilde laten werken. Benieuwd wat de plaatselijke vestiging van McDonalds daarvan vond. Maar toegegeven, bij Burger King is de koffie beter. Als burgemeester kwam Niederer, oud-politieman, in 2013 in opspraak over zijn declaratiegedrag. Hij werd toen beschuldigd van het onder druk zetten van enige raadsleden om een onderzoek naar zijn declaratiegedrag te stoppen. Niederer ontkende dit, maar bleef als burgemeester van Roosendaal gewoon in Weert wonen.

    Een grote aanjager in de strijd tegen de motorclubs is de burgemeester van Kerkrade, Jos Som. Deze Som is al vele malen genoemd in minder frisse zaken (lees ook De brave burgervader en de motorbendes) en de gang van zaken rond het café van zijn dochter Suze op de Markt in Kerkrade lijkt ook minder fris. Zoals bekend kreeg Suze het aan de stok met haar buren, een afdeling van de Hells Angels, en werd het pand waarin die buren zaten toen door haar vader gesloten. Van Som wordt gezegd dat hij een flinke borrel lust. In de Roda-JC krant zei Som: ‘Ik maak zelf uit wat ik doe!’, toen hij tien jaar geleden werd teruggefloten door toenmalig minister Remkes.

    Een andere Limburgse bestuurder is Onno Hoes, de burgemeester van Maastricht. Hoes kwam diverse malen zeer negatief in het nieuws met jonge schandknapen. De laatste keer dat dat gebeurde liet Hoes op zijn telefoon vertrouwelijke documenten zien aan de jonge schandknaap, die hij helemaal niet kende maar zojuist had ontmoet via Internet. Voor de Maastrichtse gemeenteraad was de maat vol, men voelde zich opnieuw in diskrediet gebracht, en Hoes kondigde aan te zullen vertrekken. Deze bestuurder die het zo overduidelijk ontbrak aan mensenkennis en discretie was al eerder vertrokken om onduidelijke redenen als voorzitter van het CIDI, een belangrijke joods/Israelische belangengroep. Op Wikipedia is te lezen dat Hoes zich, net als sommige politie-ambtenaren, weinig gelegen liet liggen aan de wet. Wikipedia: ‘Hij sprak zich in de media negatief uit over de wietpas en probeerde om, ondanks een gerechtelijke uitspraak, coffeeshops te verbieden om softdrugs te verkopen aan buitenlanders. Nadat coffeeshops doorgingen met de verkoop van softdrugs aan buitenlanders liet hij door de politie enkele panden binnenvallen.’ We zien hier dus een bestuurder die een gerechtelijke uitspraak naast zich neer legt om zijn eigen wil door te drijven en daarvoor zelfs aan zijn autoriteit toevertrouwde politie-agenten inzet. We denken hier aan burgemeester Jos Som, die riep: ‘Ik maak zelf uit wat ik doe!’ Zo gaat dat blijkbaar in Limburg. De politie verzette zich niet, toen zij door Hoes ingezet werd voor een zaak die de rechter juist had verboden.

    Commissaris Piem Miltenburg, hoofd operatieën en verantwoordelijk voor de bestrijding van de ‘motorbendes’, is al uitgebreid besproken in eerdere columns. De binnen de politie-organisatie als hardliner bekendstaande Miltenburg doet telkens uitspraken alsof hij rechter is en geen politieman. Hij wil motorclubs verbieden, motorclubs zijn volgens hem crimineel, ze zijn een dekmantel voor de georganiseerde misdaad, ze zijn erop gericht misdaden te plegen. Al deze uitspraken komen in de pers terecht, zonder ooit aan een rechter te zijn getoetst. Sterker nog, toen het wel aan de rechter werd getoetst, oordeelde deze heel anders. (De zaak om de Hells Angels te laten verbieden, die mislukte). Miltenburg plaatst zich hiermee op de stoel van de rechter en zorgt opzettelijk voor grote maatschappelijke onrust, terwijl hij heel goed weet dat wat hij zegt niet door een rechter is bevestigd. Onder de leiding van Miltenburg is ook de nieuwe politietaktiek ‘name and shame’ in gebruik gekomen. Telkens wanneer een lid van een motorclub betrokken is bij iets strafbaars, wordt hij als zodanig genoemd door de media. In de praktijk komt het erop neer, dat ook vage kennissen en verre contacten van motorclubs genoemd worden als gerelateerd en relevant voor een motorclub

    Voorzitter van de politievakbond ACP Gerrit van de Kamp kwam in het nieuws toen hij riep dat de wet veranderd moest worden om motorclubs te kunnen verbieden. Al uitgebreid werd hier geschetst hoe Gerrit van de Kamp met zijn vakbond ACP actief was om de overheid onder druk te zetten om een loonsverhoging af te dwingen. Zo werd gedreigd voetbalwedstrijden niet meer te begeleiden (waarom roept Gerrit trouwens niet dat die ook verboden moeten worden?), er werd gedreigd met het niet deelnemen aan grote publieksevenementen als Sail en de Tour de France, er werd met harde acties gedreigd en het Binnenhof werd omsingeld door gewapende en geüniformeerde agenten. De politiebond ACP kwam ook in het nieuws toen zij een reactie gaven op het nieuws dat Arubaan Mitch Henriquez was omgekomen door toedoen van vijf politie-agenten: ‘We willen aangeven dat onze eerste zorg nu gaat naar de betrokken collega’s.’ Van enig mededogen bleek geen sprake. Verder twittert de ACP nog dit: ‘Helder signaal van politie Den Haag. Handen af van onze mensen.’ Dat vindt de ACP dus ietsje belangrijker dan de dood van een toerist. De ACP heeft ongeveer 25.000 leden, dat is bijna de helft van het totale politiepersoneel. Gerrit van de Kamp kwam ook in het nieuws in verband met het regelen van een baan voor zijn vriendin Marloes Smit. Op 7 februari 2015 schreef het NRC daarover: ‘Die dubbelrol leidde tot grote problemen. Zo meldde zich in juli 2013 een klokkenluider die stelde dat het ministerie van Veiligheid en Justitie de steun van de machtigste politievakbond kocht door Van de Kamp en zijn partner hun gang te laten gaan.’ Dat is nogal ernstig. Van de Kamp zette het ministerie onder druk om zijn vriendin een baan te geven, anders zou hij met zijn vakbond de nieuwe nationale Politie niet steunen. Dat zijn toch regelrechte mafiapraktijken. Wij vragen ons nu af hoeveel Gerrit van de Kamp verdient met zijn voorzitterschap en wat zijn declaratiegedrag is.

    Het LIEC-RIEC staat voor Landelijk Informatie en Expertise Centrum-Regionaal Informatie en Expertise Centrum. Deze organisatie houdt zich bezig met de bestrijding van gezagsondermijnende activiteiten en de georganiseerde misdaad. Politiechef Patricia Zorko, verbonden aan het RIEC namens de Landelijke Eenheid kwam vorig jaar in het nieuws voor haar declaratiegedrag. Van alle politiechefs declareerde zij het meest: 13.350 euro. Een enorm verschil met sommige andere collega’s die zelfs helemaal niets declareerden. Geld blijft toch een voorname drijfveer voor de politiemannen- en vrouwen. En krijgen zij niet goedschiks wat zij willen, dan worden harde acties aangekondigd en zelfs uitgevoerd waarvan de burgers het slachtoffer worden.

     

    Einde colourverbod Duitse motorclubs!

    Vandaag, 9 juli 2015, is er eindelijk in Duitsland een belangrijke rechtszaak in het voordeel van de motorclubs uitgevallen. Het is een lang verhaal, dat zeer ingewikkeld in elkaar steekt, maar het komt er op neer dat tot vandaag alle Duitse motorclubs die één of meer chapters (afdelingen) hebben die waren verboden door de overheid, een colourverbod hadden. Dat wil zeggen dat al die clubs in zijn totaliteit een verbod hadden om waar dan ook in Duitsland rond te lopen, te rijden, of zelfs in de auto te zitten met hun colours. Ook tatouages met de naam van de club, T-shirts, stickers of welke andere tekst dan ook die openbaar zichtbaar was, was verboden.

    Vandaag is het Bundesgerechtshof daar op teruggekomen. Het verbod is dus van de baan en alle clubs mogen weer gewoon hun colours dragen. De rechtszaak was aangespannen door de Duitse tak van de Bandidos MC. Om de zaak te ondersteunen hadden voor deze gelegenheid Bandidos MC en Hells Angels MC dezelfde advocaat. De verhalen in de Nederlandse pers over een dreigende bendeoorlog tussen deze twee motorclubs lijkt daarmee ook weer vergezocht en overdreven.

    Goed nieuws dus, want feitelijk geeft het Bundesgerechtshof hiermee ook aan dat de clubs geen verboden of criminele organisatie zijn. Jammer voor Jos Som uit Kerkrade, die iets anders vindt. Jammer ook voor Piem Miltenburg, die ook al die motorclubs het liefst vandaag nog verbood. Jammer ook voor Onno Hoes uit Maastricht, die het verschil niet weet tussen Satudarah en Bandidos.

    Blijft over dat Bandidos MC en Hells Angels MC veel geld hebben moeten uitgeven aan juridische kosten, daardoor gedwongen door een kortzichtige Duitse overheid. Met het colourverbod ging een lange weg van negatieve media-aandacht gepaard geïnspireerd door de overheid en de politie. Geen laster of smaad was te erg of de motorclubs waren er wel schuldig aan. Dat heeft veel woede en verdriet opgeleverd en velen raakten onherstelbaar beschadigd of verloren hun baan.

    Waarvan akte!

     

    Burgemeester Jos Som in het nauw!

    Gisteravond was een uitzending van EenVandaag te zien met in de hoofdrol de Kerkraadse burgemeester Jos Som. Hoofdrol, geen glansrol. Want het lijkt er sterk op dat de man niet meer helemaal weet waar hij het over heeft. Ten eerste valt het op dat de man praat alsof hij net uit het café komt. Misschien een borreltje voor de zenuwen gedronken bij zijn dochter, de eigenaresse van Café Suus? Erger nog zijn de onwaarheden die hij de ether in slingert.

    Zo verklaart Jos Som op EenVandaag: “Ik werd een dag van tevoren door de hoofdofficier gebeld, met de opmerking: ‘Ik raad je ten zeerste aan om voor het donker te vertrekken’. Dat heb ik gedaan.” Som wilde in eerste instantie niet zwichten voor de, zoals hij het noemt, ‘motorjasjes’. Maar de hoofdofficier hield voet bij stuk en Som besloot met zijn vrouw onder te duiken.

    Op 19 mei echter verklaarde meneer Som op 1Limburg.nl: ‘De aard van de bedreigingen en vanuit welke hoek ze komen, weet ik niet’. Er is hier dus helemaal geen sprake van ‘motorjasjes’. Bovendien blijkt uit de gang van zaken dat meneer Som in ieder geval niet rechtstreeks is bedreigd, maar dat de informatie kwam van het Openbaar Ministerie. En er is gebleken dat het Openbaar Ministerie in eerdere gevallen tegen burgemeesters loog over bedreigingen. Zo verklaart de burgemeester van Helmond in ed.nl op 27 juni 2015 dat hij vijf jaar geleden door Justitie verkeerd is voorgelicht over de bedreigingen aan zijn adres.

    Daarna vertelt meneer Som dat zijn dochter werd bedreigd door de Hells Angels. “Er komt een groot aantal mensen binnen, kleine vernielingen, zij doet aangifte. En vervolgens gaat de hele trein lopen”, zo vervolgt Som. “Ja, ik ben ook burgemeester, maar ik ben ook papa. En papa houdt in dat je ook zorg hebt voor je kinderen. En daar is mijn dochter heel nadrukkelijk ook bij betrokken”.

    In De Telegraaf van 7 juni 2014 staat het ietsje anders: ‘Afgelopen zondag weigerde de uitbaatster van café Suus, dochter van burgemeester Jos Som, 15 Hells Angels de toegang tot haar zaak. Vier vrouwelijke Hells Angels deden daarop aangifte van discriminatie.’ De vraag is nu of die dochter van de burgemeester is bedreigd, of dat zij alleen een groepje mensen heeft geweigerd. Dat is helemaal niet hetzelfde. Bovendien zijn er helemaal geen vrouwelijke Hells Angels. Dus gaat het waarschijnlijk helemaal niet om Hells Angels, maar hoogstens om supporters van de club. Zijn er aanhoudingen verricht? Wat is de schade? Wat is er precies gebeurd?

    (Uit nieuwe informatie die ons bereikt via de Facebookblog van Joseph Raaijmakers ging het om een groep supporters van de Hells Angels. Dat zijn geen leden, maar het is een soort fanclub. Dezen dragen een vestje met ‘Support 81’ op hun rug. Dezen zijn geweigerd bij Café Suus en één van die supporters heeft toen met een viltstift op de muur van het toilet ‘Support 81’ geschreven. Toen de Hells Angels dit hoorden hebben zij meteen hun excuses aangeboden en Suze Som een bloemetje overhandigd. De Hells Angels zelf zijn daar dus niet geweest en er zijn zeker geen vernielingen aangericht en ook zijn er geen bedreigingen geweest aan het adres van Suze Som.)

    De goede vader Som gaat verder met te vertellen dat zijn dochter door de motorbendes (wij nemen aan dat hij de Hells Angels bedoelt) is gebruikt als intimidatie-element. Er is echter heel veel voor te zeggen dat dat niet zo is. De Hells Angels hadden eindelijk een pand waar zij ongestoord konden samenkomen. Waarom zouden zij dan ruzie gaan maken bij de buren? De hele zaak begon te rollen vanaf dat moment. ‘Vervolgens gaat de trein rollen’, zegt meneer Som daarover. Toen begon het dus. Waarom zouden die Hells Angels hun eigen glazen ingooien?

    Nee, het lijkt er meer op dat meneer Som juist die Hells Angels gebruikt om zijn dochter en zijn eigen beleid uit de wind te houden. Namelijk voordat die Hells Angels naast Suze Som en haar Café Suus kwamen zitten, zat er een tapasrestaurant in het pand. ‘Navarro’, heette dat. En laat nou ook die dochter van meneer Som zich profileren met haar Café Suus als tapasrestaurant? Concurrentie? In ieder geval ging Navarro dicht. Wat weet meneer Som daarvan? Door zijn dochter te gebruiken als slachtoffer kon meneer Som het pand opnieuw sluiten toen de Hells Angels erin zaten. Wel toevallig. Al eerder schreven wij dat meneer Som heel wat heeft moeten knokken om dat nieuwe stadscentrum te laten bouwen. Hij werd zelfs gesignaleerd bij een van corruptie verdachte ondernemer in zijn vakantiehuis in Frankrijk. Die motorclub kwam dus roet in het eten strooien.

    Meneer Som heeft het ook over veel wapens die zijn aangetroffen bij een grote politieactie tegen de Bandidos MC. ‘Raketwerpers’, noemt Som zelfs. De dag na die invallen zei de leider van de bestrijding van de motorclubs, hardliner commissaris Piem Miltenburg, dat het wellicht maanden onderzoek zou vergen om vast te stellen wie de eigenaar van al die wapens was. Het was namelijk mogelijk bijvangst. Maar nu kan meneer Som vertellen dat het wapens van de Bandidos waren. Vermoedelijk is de advocaat van de Bandidos hier blij mee.

    Meneer Som wil ook drie motorclubs verbieden. Hij noemt dan Hells Angels, Bandidos en Satudarah. Die clubs houden zich bezig met tal van misdadige en ondermijnende activiteiten, volgens Som. ‘En wanneer je dat niet wilt dan trek je je jasje maar uit.’ Kan Som bewijzen wat hij daar roept? Want er is nog geen rechter in het land die dat wel kon. Opmerkelijk is dat Som ook Satudarah wil verbieden. Die zitten daar helemaal niet en spelen ook helemaal geen rol in Kerkrade. Wel opmerkelijk dat twee weken geleden ook vertrekkend burgemeester van Maastricht Onno Hoes Satudarah noemde in zijn laatste televisie-optreden voor zijn vertrek. Volgens Hoes kwam Satudarah met wel 70 man naar Kerkrade om aan de Hells Angels te laten zien dat zij niet bang waren. Hoes was in de war met de Bandidos die met ongeveer 20 man naar Kerkrade kwamen. Maar hij wil dus ook Satudarah om die reden verbieden? De man is in de war.

    Om nog even in Maastricht te blijven, daar was ook iets aan de hand met meneer Som. Of toch niet? Op Wikipedia lezen we over de activiteiten van meneer Som in Maastricht het volgende: ‘In november 2005 werd bekend dat Som eigenaar is van een studentenhuis in Maastricht, dat brandgevaarlijk was. Tot twee keer toe had hij geen gehoor gegeven aan de oproep van de gemeente om de gevaarlijke situatie op te lossen. Nadat de studenten een advocaat in de arm hadden genomen, werd het huis alsnog verbouwd’. Som luistert dus zelfs niet naar de gemeente Maastricht wanneer het gaat om geld verdienen. Laat die studenten maar lekker in een onveilig huis wonen.

    Nu we toch op Wikipedia zitten, lezen we even verder en komen nog veel meer dingen tegen. ‘In 2004 werd bekend dat de gemeente Kerkrade een lening van 15 miljoen euro aan voetbalclub Roda JC had verstrekt, terwijl burgemeester Som in een adviescommissie van de club zat. “Dat is mogelijk belangenverstrengeling,” oordeelde minister Remkes van Binnenlandse Zaken. “Ik maak zelf uit wat ik doe,” reageerde Som in de Roda JC-krant.

    In maart 2005 raakte Som in opspraak, omdat hij Ayaan Hirsi Ali verboden zou hebben om in Kerkrade een boomplantdag bij te wonen. De burgemeester ontkende deze lezing; hij zou wel de organisatie hebben kunnen overtuigen dat haar komst “op dit moment onverstandig is”. Minister Donner van Justitie stelde daarop dat Som er vanuit had mogen gaan dat de veiligheid van Hirsi Ali was gewaarborgd.

    In juni 2005 berichtten Limburgse kranten over hem dat hij bevoordeeld zou zijn bij de aankoop van zijn huis, zowel in Kerkrade als in zijn vorige gemeente Gulpen/Wittem. Later kwamen ook onrechtmatigheden bij het bouwen van een tuinhuisje naar boven. In oktober pleitte een extern onderzoek hem vrij, hoewel geconstateerd werd dat er procedurele fouten waren gemaakt.

    In januari 2013 kwam Jos Som onder vuur te liggen door een eerder bezoek aan de vakantiewoning van Piet van Pol. Piet van Pol is een vastgoedhandelaar die zelf in opspraak is geraakt door vermoedelijk steekpenningen te hebben geleverd aan onder meer de afgetreden wethouder Jos van Rey in Roermond. Som, verantwoordelijk als portefeuillehouder voor de realisatie van een nieuw centrum in Kerkrade, heeft op eigen initiatief de omstreden Piet van Pol betrokken als adviseur bij de realisatie van het centrum. Tegelijkertijd heeft Piet van Pol een aanzienlijk deel van de bestaande panden van het centrum in eigendom. Eind 2012 stemde de raad in om de panden duurder aan te kopen dan oorspronkelijk getaxeerd: het centrumproject duurde nu jaren en er zat anno 2012 nog steeds geen schop in de grond. Som en Van Pol beweerde in een gemeenschappeijke raadscommissievergadering dat de gemeente nu de kans had om het in eigen beheer uit te voeren. De raad stemde uiteindelijk, op één eenmansfractie na, in met het voorstel. Na de inval in de woningen, de vakantiewoning en het bedrijf van Van Pol in januari 2013 bleek dat Jos Som in 2002 een bezoek had gebracht aan de vakantiewoning van Van Pol. Ook bezocht Som in 2012 op uitnodiging van Van Pol in Roermond een carnavalszitting.’

    Nogal een waslijst. Niet alleen heeft meneer Som blijkbaar maling aan de gemeente Maastricht, zelfs de minister van Binnenlandse Zaken lapt hij aan zijn laars. Bovendien heeft meneer Som vreemde en ongewenste contacten met veroordeelde of verdachte zakenlieden en bestuurders. Ook ging er bij een aantal eigen procedures wel eens een wenkbrauw omhoog. Om het maar even heel diplomatiek uit te drukken.

    Wij blijven nu zitten met de nodige vragen. Is Piet van Pol de eigenaar van het pand van Café Suus? Wie heeft de vergunningen afgegeven voor de exploitatie van Café Suus? Waarom is Café Navarro weggegaan? Hoe is de financiering van Café Suus tot stand gekomen? Hypotheek of eigen geld, lening of voorschot van pappie? Wat was het conflict tussen Suze Som en de eigenaar van Navarro? Hoeveel verdiende meneer Som met de herbouw van het nieuwe stadscentrum? En wat wij ons ook afvragen is hoe EenVandaag zo eenvoudig, zonder eigen onderzoek en zonder weerwoord, met meneer Som als slachtoffer aan de haal gaat. Het is komkommertijd, hebben jullie geen tijd voor eigen onderzoek?

     

     

    Bandidos MC of bandieten B&W?

    Twee weken geleden was het dan eindelijk zover. Bijna twintig leden van de Bandidos MC werden ‘s ochtends vroeg gearresteerd en meegenomen naar het bureau. De Limburgse leider van de Bandidos Harrie Ramakers, bijgenaamd Harrie-Harrie, was één van hen. Met een kap voor zijn ogen en alleen gekleed in zijn onderbroek wordt hij afgevoerd door een vrouwelijke agente terwijl een gemaskerde man staat te kijken. Opmerkelijk zo’n foto, want hoe kon de pers op de hoogte zijn van zo’n geheime operatie? Het betekent vast dat er een dealtje is gemaakt door de politie en de redactie van die Limburgse krant. Dat is al afkeurenswaardig genoeg. Wat echter nog onwelriekender is, is dat de hele foto in scene is gezet om Harrie-Harrie eens goed voor schut te zetten. De politie als rechter. Hoe heeft dit tot stand kunnen komen? Wie is die fotograaf en door wie is hij ingeseind? Wat heeft de redactie van zijn krant moeten beloven als tegenprestatie? Is die redactie dan nog onafhankelijk? Doet die krant wel eens vaker iets terug? Voor een burgemeester bijvoorbeeld die niet helemaal clean is? Of een projectontwikkelaar?

    Maar goed. Exit Harrie-Harrie, zijn zoon Jeremy, Marco Hegger en nog een aantal leden van Bandidos MC. Tijdens de huiszoekingen werden ook nog terloops enige drugslaboratoria gevonden, een wapenvoorraad waaronder maar liefst vijf raketwerpers, gestolen auto’s en drugs. Hoewel normaal een dergelijke vangst wordt vertoond aan de gezamenlijke pers en wordt vereeuwigd door de fotograaf van het plaatselijke sufferdje, inclusief een breed lachende politiechef, gebeurde dat nu niet. De grote man van het politie-onderzoek, Piem Miltenburg, verklaarde na afloop van de vondsten dat er mogelijk nog maandenlang speuren nodig was om te achterhalen van wie die wapens precies waren. Dat betekent dus dat het niet zeker is dat die wapens, drugs en gestolen auto’s van de Bandidos MC waren. Het is zelfs mogelijk dat de politie dat nu ook al denkt. De pers echter papegaait de politie na en natuurlijk elkaar en dus is het nog geen enkele luie Limburgse journalist opgevallen. Op Facebook vertelde een bevriende vechtsporter van de Bandidos dat die wapens inderdaad niet van de Bandidos waren, maar waren aangetroffen op het kamp van Geleen. Het woonwagenkamp welteverstaan.

    Stel nu eens dat. De politie heeft vermoedens dat enige kampers betrokken zijn bij stoute dingen. Huiszoekingen doen kan niet, want daar is niet echt aanleiding toe. Bovendien zou dat de zaak maar stukmaken. Een dilemma. Tot er plotseling een Bandido verschijnt op zijn luidruchtige motorfiets. En laat die Bandidos nou net betrokken zijn geweest bij breed in de pers uitgemeten vechtpartijen en andere activiteiten. Nu is er misschien wel een reden om eens invallen te doen. Er wordt net gedaan of de Bandidos zo groot zijn en machtig dat al die gevonden spullen van hen zijn en iedereen wint. Piem Miltenburg wint, want hij is nu een geduchte crimefighter, Jos Som wint want hij kan nu aantonen dat de aanwezigheid van die gemene motorrijders heel gevaarlijk is, Onno Hoes wint ook want hij wordt nu van bestuurder die van niemand meer een hand krijgt en paniekvoetbalt plotseling iemand die toch weer wat krediet krijgt. Fantastisch toch? Maar zijn er ook verliezers? Ja, ik vind van wel.

    Verliezers zijn de kranten, de onderzoeksjournalisten in Limburg die zaten slapen en hun redacties. Vuil spel of nalatigheid? In ieder geval werden door hen niet de juiste vragen gesteld die konden leiden tot een juiste voorlichting van het volk. Want daar koop je tenslotte de krant voor, niet waar? Verliezers zijn ook die krantenlezers en Journaalkijkers. Er wordt veel paniek gezaaid, de mensen worden voor niets bang gemaakt, het OM wordt op het verkeerde been gezet en daarmee worden rechten geschonden, verdachten worden al zonder veroordeling schuldig verklaard. En de Bandidos MC? Zij werden slachtoffer, opgeofferd voor de zaak van een stel bestuurders die vooral dachten aan zichzelf.