• Buro Jansen & Janssen is een onderzoeksburo dat politie, justitie, inlichtingendiensten, de overheid in Nederland en Europa kritisch volgt. Een grond-rechten kollektief dat al 30 jaar publiceert over uitbreiding van repressieve wetgeving, publiek-private samenwerking, bevoegdheden, overheids-optreden en andere staatsaangelegenheden.
    Buro Jansen & Janssen Postbus 10591, 1001EN Amsterdam, 020-6123202, 06-34339533, signal +31684065516, info@burojansen.nl (pgp)
    Steun Buro Jansen & Janssen. Word donateur, NL43 ASNB 0856 9868 52 of NL56 INGB 0000 6039 04 ten name van Stichting Res Publica, Postbus 11556, 1001 GN Amsterdam.

  • Categorieën

  • De rechtstaat in Nederland: ‘We moeten keuzes maken’.

    “We moeten iedere dag keuzes maken”, zegt Rob van den Broeke, districtschef bij de recherche woensdag 28 november 2018 bij de NOS https://nos.nl/artikel/2261237-politie-stopt-dit-jaar-16-000-zaken-vanwege-personeelstekort.html In het artikel zegt de NOS ‘De politie heeft dit jaar duizenden onderzoeken stopgezet, omdat er niet genoeg rechercheurs beschikbaar zijn. Het gaat om aangiftes en registraties van misdrijven waarvan er een gerede kans is dat de politie ze kan oplossen, omdat er aanknopingspunten zijn, zoals sporen. Tot november gaat het om meer dan 16.000 zaken, blijkt uit cijfers die de NOS heeft opgevraagd.’

    16.000 zaken die de politie laat liggen? Aan hoeveel zaken werkt de politie? ‘De politie heeft op dit moment ruim 40.000 zaken wél in behandeling. Daarnaast liggen er nog bijna 23.000 nieuwe zaken op de plank. Dat zijn bijvoorbeeld winkelovervallen of geweldsincidenten, waarvoor nu nog geen capaciteit is. Die zaken liggen te wachten op beschikbare rechercheurs. Het komt ook voor dat andere zaken prioriteit krijgen. Hoe deze cijfers in eerdere jaren lagen kan de politie op dit moment niet zeggen.’, volgens de NOS. Dat betekent dat bijna een derde van het totaal aantal zaken dat de politie onder zijn hoede krijgt wordt gestaakt. De NOD zegt dat de politie zaken laat vallen die minder belangrijk zijn. ‘De politie spreekt van “eenvoudiger zaken”, zoals een mishandeling zonder letsel, winkeldiefstal of een inbraak in een woning waar niemand thuis was.’

    Een derde van het totaal aantal zaken waarvan ‘er een gerede kans is dat de politie ze kan oplossen, omdat er aanknopingspunten zijn, zoals sporen.’ Hoe was dit vorig jaar? De Dagelijkse Standaard (DDS) deed onderzoek en schreef op 22 juli 2017 dit artikel: https://www.dagelijksestandaard.nl/2017/07/politie-laat-criminelen-massaal-vrijuit-gaan-half-miljoen-aangiftes-gaan-ongezien-de-prullenbak-in/ In dit artikel zegt DDS: ‘Maar liefst 511.000 van de 930.000 geregistreerde misdrijven werden vorig jaar door de politie niet vervolgd. Daarmee wordt dus ruim 55% van alle aangiftes tegen misdaden in Nederland gevolgd door een zogenaamd sepot: de politie doet er niets mee, en de crimineel in kwestie gaat vrijuit.’ DDS: ‘Op een totaal van 930.000 geregistreerde misdrijven is daarmee 55 procent van de zaken ongemoeid gebleven. Vooral aangiftes via internet worden niet in behandeling genomen.’

    Op 22 oktober 2017 schreef Almere Nieuws ook een artikel over keuzes die de politieman maakt: http://www.almere-nieuws.nl/nieuws/19039/politie-almere-blijft-aangiftes-weigeren-vvd-opent-meldpunt/ Het blijkt dat de politie van Almere al jarenlang weigert aangiftes van burgers op te nemen: ‘Al jaren blijkt dat de politie in Almere weigert om aangiftes op te nemen, nu heeft de VVD in Almere een meldpunt geopend waar inwoners hun verhaal kunnen delen over hun ervaring met de politie omtrent de weigering van hun poging om aangifte te doen.’

    In ons artikel ‘Horecaverbod in Delft (4) Nukkige motorrijders staat dit: ‘Vervolgens is de reactie van de politie (in dezelfde mutatie) dat de horeca-ondernemer deze klanten moet en gaat wegsturen. Waarom zegt de politie dat deze klanten die zich niet misdragen en alleen een motorjack aan hebben weggestuurd moeten worden? De politie zegt verder dat overlast van motorclubs niet wordt getolereerd en dat het landelijk beleid is.’ De politie in Delft gaat zelfs zover dat zij dit zeggen in het artikel ‘Horecaverbod in Delft (5) Dit soort volk’: ‘In de mail staat nog ‘adviseerde een ieder om hen niet te bedienen, omdat zij de huisregels overtreden met hun kleding, de ondernemer zijn vergunning kan kwijt raken, de politie dat adviseert, of wat voor reden dan ook. De ondernemer kan direct 112 bellen waarop de politie verder handelt.’ De politie adviseert dus om maar een smoes te bedenken om motorrijders te verjagen en anders kan gewoon 112 gebeld worden.

    De politie in Delft heeft geen enkele last van werkdruk, neemt alle aangiftes van burgers op en heeft voldoende tijd om alle aangiftes te behandelen en alle zaken op te lossen. Of maken zij ook keuzes? We zagen al in ‘Horecaverbod in Delft (4) dat dit landelijk beleid is. Landelijk beleid. Belangrijke zaken die de politie kán oplossen omdat er sporen zijn worden bij tienduizenden gestaakt, geseponeerd of er wordt zelfs geweigerd de aangifte op te nemen. Maar 112 bellen omdat een motorrijder niet weg wil gaan omdat hij niets verkeerd heeft gedaan is normaal volgens de politie van Delft.

    Wie bepaalt dat landelijk beleid? Wie maakt eigenlijk de keuzes bij de politie? Is er een commissaris die na het lunchen boert dat motorrijders lastig gevallen moeten worden, ook wanneer dat ten koste gaat van belangrijke zaken die kunnen worden opgelost? Of is het een inspecteur van politie die besluit dat een melding over een lid van een motorclub die door de stad toert vervolgd moet worden?

    In 2014 meende een groep veteranen, verenigd in Veterans MC, te weten wie dit landelijk beleid opzette. Zij deden aangifte tegen minister Opstelten wegens smaad. ‘Een aangifte van motorclub Veterans tegen minister Opstelten is door het Openbaar Ministerie (OM) geseponeerd. De minister werd door de Veterans beschuldigd van belediging, smaad en laster. De politie schaart de club, met allemaal (oud-)militairen die in het buitenland hebben gediend, in het rijtje van Satudarah, Hells Angels en Bandidos. Ook minister Opstelten laat zich zo uit over de club. Daar was de motorclub boos over. Volgens hen schildert de minister leden onterecht af als zware criminelen, drugsdealers of moordenaars en hij beschadigt zo de naam van de club en haar leden. Volgens de club is er nog nooit iemand van de leden opgepakt of veroordeeld.’, volgens Crimesite op maandag 14 juli 2014 (https://www.crimesite.nl/klacht-veterans-over-opstelten-afgewezen/)

    De aangifte werd geseponeerd. Ja, er worden door de politie en het Openbaar Ministerie tienduizenden aangiftes geseponeerd, geweigerd op te nemen of gestaakt. Dat zagen we al. En ga je uitgerekend aangifte doen tegen de minister die aan het hoofd staat van het Openbaar Ministerie wat denk je dan zelf?

    In hetzelfde jaar 2014 speelde een andere zaak waarin minister Opstelten een bepaalde rol speelde. Volgens advocaat Knoops althans in het Algemeen Dagblad van 12 november 2018 is er wel degelijk sprake van beïnvloeding door meneer Opstelten geweest. In een heel andere zaak, maar toch. ‘Oud-minister Ivo Opstelten ontkent bij hoog en bij laag dat hij in 2014 heeft geprobeerd het Openbaar Ministerie te beïnvloeden om Geert Wilders te vervolgen voor zijn ‘minder Marokkanen’-uitspraak.’ In hetzelfde artikel zegt het AD: ‘RTL Nieuws bracht vanmorgen het bericht dat Opstelten destijds als minister van Veiligheid en Justitie invloed uitoefende op deze beslissing. Bronnen melden echter aan het nieuwsmedium dat hij voorafgaand aan het besluit van het OM duidelijk maakte dat wat hem betreft deze zaak tot strafvervolging moest leiden.’ https://www.ad.nl/politiek/opstelten-ontkent-beinvloeding-om-in-wilders-zaak~ab4a5bba/

    Ivo Opstelten wendt dus zijn invloed als minister aan om het Openbaar Ministerie onder druk te zetten om Geert Wilders te vervolgen. Hij ontkent dit. Enkele jaren geleden werd er door de Veterans MC aangifte gedaan tegen hem wegens smaad en laster. Die aangifte werd geseponeerd door datzelfde Openbaar Ministerie dat volgens Knoops werd beïnvloed door Opstelten. En niet alleen door advocaat Knoops, maar ook volgens het AD: ‘Bronnen melden echter aan het nieuwsmedium dat hij voorafgaand aan het besluit van het OM duidelijk maakte dat wat hem betreft deze zaak tot strafvervolging moest leiden.’

    Dus alles nog eens op een rijtje: De politie heeft geen capaciteit en seponeert, weigert aangiftes op te nemen en staakt onderzoeken bij de tienduizenden. Een motorrijder die een horecazaak niet wil verlaten omdat zijn jas uitmoet rechtvaardigd het bellen van 112 en is altijd een zaak. Een minister van Veiligheid en Justitie ontkent dat hij het Openbaar Ministerie trachtte te beïnvloeden in 2014, maar volgens het Algemeen Dagblad meldden bronnen dat hij dit wel deed. Een minister dus die niet de waarheid spreekt, maar wel het Openbaar Ministerie aanzet om tot vervolging over te gaan.

    Een paar vragen: Wie bij de politie bepaalt welke zaken worden geseponeerd, gestaakt of geweigerd? Wie bij de politie heeft de bevoegdheid onderzoeken naar misdaden te staken wanneer er sporen zijn om de zaak op te lossen? Is het landelijk beleid tegen motorclubs afkomstig van Ivo Opstelten? Heeft Ivo Opstelten het Openbaar Ministerie onder druk gezet tot vervolging over te gaan? Heeft hij daarmee politiemensen aangezet die kleine keuze te maken om een misdaadonderzoek stop te zetten om over te gaan tot het achternazitten van een motorrijder die zijn jas niet uit wil doen?

     

     

     

     

    Politie kan niets

    Misdaadverslaggever John van den Heuvel kan niet meer op het Leidseplein verschijnen, omdat zijn twintig beveiligers hem daar niet adequaat kunnen beveiligen. Daarom wordt zijn optreden bij RTL Boulevard live geschakeld vanaf de redactie van de Telegraaf, waar wel voldoende beveiliging mogelijk is.

    (bron: Telegraaf)

    Op 52 seconden: Premier Rutte zal er alles aan doen. Opvallend is dat hij het heeft over ‘klootzakken’. Eerder noemde hij stenengooiers in Blerick en terroristen die door middel van de sleepwet zouden moeten worden gepakt al klootzakken. Neonazi’s en agressieve racisten die burgers aanvallen die vreedzaam willen betogen noemt hij ‘aso’s’. Hij vindt dat achterhaald moet worden wie die ‘klootzakken’ zijn.

    Op 1 minuut 8: Onze burgemeesters, officieren van justitie, hoofden van politie, lokaal en regionaal zijn de best denkbare mensen, volgens de premier. De top die we in Nederland hebben, hij twijfelt daar niet over. Waarom eigenlijk niet? Er wordt geen malle moer opgelost, en hoewel de criminaliteit afneemt, willen politie en justitie steeds meer geld terwijl niemand weet waaraan dat op gaat. Verder gaat de politie rustig verder met martelen en etnisch profileren. Dus als dat de top is, is het niet best gesteld met het land.

    (bron: RTL)

    Op 1 minuut 2: Van den Heuvel wordt al bijna een jaar op deze manier beveiligd.

    Op 1 minuut 18: John heeft kennelijk zelf naar buiten gebracht dat hij nu ook al niet meer op het Leidseplein kan komen.

    Op 1 minuut 28: Een hart onder de riem van de minister van justitie. ‘Ja Sjon, kiezen op elkaar, de top van Nederland werkt er keihard aan.’ Zoiets.

    Op 1 minuut47: De aanslagen op Panorama en de Telegraaf worden gememoreerd. Voor dat eerste werden drie mannen aangehouden waarvan twee leden van motorclub Caloh Wagoh. Een club die op de website zegt onderdeel te zijn van de Crips, een criminele organisatie uit Los Angeles. De politie wist dat er iets stond te gebeuren, maar een deel van het onderzoek is ‘afgeschermd’ dus we weten niet hoe ze dat wisten. Of wat het motief was. Voor de brandaanslag op het gebouw van de Telegraaf, de krant van John van den Heuvel, is geen verdachte opgepakt.

    Op 1 minuut 58: Burgemeester Halsema heeft beveiligingsinformatie die anders is dan een jaar geleden.

    Op 4 minuut 5: Peter R de Vries vertelt uit eigen ervaring dat politie nooit wil zeggen waar de dreiging vandaag komt en wat die inhoudt.

    Op 5 minuut 25: John zelf voegt er aan toe dat je misschien dingen zegt die je in gevaar brengen, wanneer je niets weet over aard en herkomst van de bedreigingen.

    Op 6 minuten: John is teleurgesteld. Jarenlang houdt hij rekening met wat de politie wel of juist niet naar buiten wil brengen, en nu is hij al bijna een jaar in zijn bewegingsvrijheid beperkt, omdat de politie geen steek verder komt met zijn bedreigers.

    Op 7 minuut 20: Onlangs is het dreigingsniveau van John nog gestegen.

    Op 8 minuut 26: Premier Rutte zegt dat de Amsterdamse driehoek zeer weloverwogen besluit over het dreigingsniveau. Maar wat weet de driehoek over de dreiging? Weet de burgemeester wel van wie de dreiging uitgaat? En hoe er is gedreigd?

    Op 8 minuut 47: Beau stelt de kritische vraag: wanneer gebeurt er eens wat?

    Op 9 minuut 25: Rutte kan niet zeggen waarom de zaak rond de bedreiging van John van den Heuvel al 11 maanden duurt, of wat er eigenlijk aan de hand is.

    Op 9 minuut 42: Beau vraagt voorzichtig wat de premier nu van plan is.

    Op 10 minuut 18: John komt de politie iets te hulp. Misschien wil hij niet al te kritisch overkomen, hij wil nog langer werken als misdaadverslaggever.

    In de afgelopen jaren zijn er nogal wat misdaadzaken geweest die sensationeel of spectaculair waren. De politie liet niets los over wat er werkelijk aan de hand was ‘in belang van het onderzoek’, maar kon in de publiciteit de legende van de ‘ondermijning’ uitventen. Dat gebeurde bij het leggen van handgranaten en beschieten van coffeeshops en andere middenstand. Maar ook bijvoorbeeld bij de bedreigde burgemeester van Haarlem. De politie heeft als enige kennis van wat er aan de hand is en vertelt alleen wat hun van pas komt. En bedreigde burgemeesters hebben ze juist nodig om de ‘ondermijningsaanpak’ er in het hele land door te drukken.

    Waarschijnlijk heeft de premier met zijn vuist op tafel geslagen, want de ochtend na deze Boulevard-uitzending zijn op 40 plaatsen invallen gedaan bij leden van Caloh Wagoh, waarmee een langlopend onderzoek is ‘geklapt’. We zullen zien wat het oplevert. Of de bron van de bedreigingen ooit bekend wordt en of John binnenkort weer ontspannen over het Leidseplein wandelt…

    (bron Telegraaf)

    Kogels, handgranaten en een raket: politie lost niets op

    Alles went. Dat de politie misdaden niet oplost is een gegeven, dus moeten de burgers en de overheid accepteren en improviseren. Dinsdag 8 mei 2018 werd om 4:00 in Delft een zonnestudio en een coffeeshop beschoten.

    (bron: Hart van Nederland/Regio15.nl) In de gevels van de panden waren diverse kogelinslagen te zien. Er lagen 25 kogelhulzen op straat. Burgemeester Marja van Bijsterveld liet de twee ondernemingen dezelfde dag nog sluiten “om de veiligheid in de straat te waarborgen”. Je zou denken dat de veiligheid het best wordt gediend als de dader(s) en gebruikt vuurwapen worden opgespoord en de toedracht en het motief wordt uitgezocht. Maar dat is nog niet gebeurd, dus volgt eerst een maatregel die de slachtoffers verdere schade toebrengt: tijdelijke sluiting. Of de straat daar veiliger door is geworden weten we niet. Regio15.nl legt een verband met de beschieting van Club One in Rijswijk op 20 maart (30 hulzen, voorlopig gesloten).

    In de nacht van donderdag 15 op vrijdag 16 maart werd in Oss coffeeshop de Jungle beschoten.

    (bron: Omroep Brabant) De burgemeester sluit de coffeeshop. De exploitanten vragen aan de rechter om schorsing van dit besluit omdat de politie tevoren was gewaarschuwd, maar die waarschuwing niet serieus had genomen. Dit verzoek wordt afgewezen omdat nu uit politie-informatie blijkt dat de dreiging er nog is. Coffeeshop de Jungle is de enige coffeeshop in de wijde omgeving, maar voorlopig dicht. Net als in Delft is er geen verdachte aangehouden.

    Op 23 januari 2018 neemt Koninklijke Horeca Nederland het op voor de bedreigde ondernemers:

    (bron Hart van Nederland) Club Abe was al eens beschoten en kreeg een handgranaat aan de deurknop. En werd door de burgemeester gesloten. Je zou denken dat de politie alles op alles zet om de daders te pakken te krijgen, zodat het slachtoffer, de belaagde ondernemer, veilig verder kan. Maar de dader wordt niet gevonden. Wel wordt de club gedwongen te stoppen met VIP-tafels, want volgens de politie trekken die het verkeerde publiek. Bezwaar hiertegen is zonder succes, waarbij de onopgeloste beschieting en handgranaat ongetwijfeld niet in het voordeel van club Abe hebben gewerkt.

    Op 7 september 2016 wordt in Amsterdam coffeeshop DNA, die net weer open was na een sluiting naar aanleiding van een eerdere beschieting, met een automatisch wapen beschoten.

    (bron: AT5) Op zich een beschieting als alle andere, met als belangrijkste verschil dat in deze zaak voor het eerst ooit, en ook voor het laatst, een verdachte wordt aangehouden.

    (bron: AT5) Wat de arrestant precies verklaart is onbekend, maar de volgende dag past de burgemeester de regels voor sluiting-van-coffeeshops-na-beschieting aan. Overigens werd de verdachte na twee weken vrijgelaten.

    Politie en OM zien coffeeshops als ‘facilitators’ van ondermijnende criminaliteit. Doordat de ‘achterdeur’ van de coffeeshop illegaal is, wordt daar dag in, dag uit, geld ‘zwartgewassen’.

    Coffeeshops moeten voortdurend overleggen met de gemeente en de politie om te kunnen blijven bestaan. Het aantal shops neemt al jarenlang af, waardoor de omzet stijgt. Wat weer de interesse opwekt van rovers en afpersers.

    In het mediabeleid van OM en politie: ‘Hennep=Ondermijning’, komt het wel goed uit dat cannabis in verband wordt gebracht met vuurwapengeweld, maar mogelijk heeft de politie werkelijk geen idee waar ze moeten zoeken. De focus lijkt te liggen op het uitgaansgedrag van bepaalde mensen die de politie interessant vindt, maar die niets te maken hebben met deze aanslagen, en die ook niet worden aangehouden ter zake van een strafbaar feit. Laten we vooral niet vergeten dat rondvliegende kogels en handgranaten dodelijk zijn en slachtoffers kunnen maken. En dat al deze zaken moeten worden opgelost.

    Nog een paar onopgeloste aanslagen uit het verleden: In 2010 kreeg Helmond op aandringen van burgemeester Jacobs een tweede coffeeshop. Eerst reed er een auto naar binnen, later worden twee handgranaten naar binnen gegooid.

    (bron: Omroep Brabant) De daders worden nooit gevonden, maar deze aanslag is mede-aanleiding voor de oprichting van de Taskforce B5, tegenwoordig Taskforce BZ, die zich zonder zich iets aan te trekken van rechtsstatelijke beginselen als burgerrechten en grondrechten heeft gestort op de ‘Ondermijnende Criminaliteit’ in Brabant en Zeeland. Overigens is nu nog steeds niet bekend wat er precies speelde rond Carpe Diem en de publicitair breed uitgemeten beveiliging van burgemeester Fons Jacobs.

    Op 2 april 2007 schieten onbekenden met een raketwerper op de rechtbank ‘de bunker’ in Amsterdam Osdorp. Willem Holleeder zou daar voor het hekje staan.

    (bron: NHnieuws) De rechtbank beschoten met een raketwerper! Als dat geen ondermijning is. Maar ondermijning was nog niet in de mode in 2007 en deze gebeurtenis wordt een beetje weggemoffeld. Nooit is iemand gearresteerd in verband met deze aanslag, maar toch neemt de dreiging zodanig af dat de ijzeren muur weer kan worden verwijderd. Als je niet weet wie het heeft gedaan, hoe kan je dan weten of de dreiging is afgenomen?

     

    Name and shame

    In enkele artikelen http://justitieenveiligheid.nl/ en http://justitieenveiligheid.nl/een-eerlijke-rechtsgang/ meldden wij al dat het Openbaar Ministerie niet uitblinkt in een zorgvuldige en eerlijke rechtsgang naar verdachten toe. Enkele voormalige Hells Angels kregen niet de beschikking over betrouwbaar materiaal om in detentie hun rechtszaak voor te bereiden. Bovendien hield het O.M. informatie over een royement van de betrokken Haarlemmers achter voor de media om de hele club Hells Angels in een kwaad daglicht te kunnen stellen.

    En nu zijn we waar vier jaar geleden een rechtbankjournalist met zijn vuist op tafel sloeg. In het artikel http://www.denieuwereporter.nl/2014/06/journalisten-negeer-berichten-van-de-politie/ van 3 juni 2014 schreef Chris Klomp hoe de politie onterecht en volslagen irrelevant een ‘name and shame’-beleid toepast op leden van bikerclubs. Klomp haalt daarbij aan een Tweet van de politie zelve. ‘Als antwoord op @polgroningen name en shame is geen taak voor politie en OM.’ Het antwoord dat Klomp kreeg van de politie in Groningen: @chrisklomp Dan denken we daar verschillend over. Dit beleid hanteren we overigens al geruime tijd. Is niet nieuw! @polgroningen @chrisklomp Mocht achteraf blijken dat ‘verdachte’ geen lid van MC is, volgt er nooit rectificatie. Slechte zaak. #datterzijde

    In enkele reacties op de Tweet blijkt dat de informatie die de politie gebruikt om ‘name and shame’ toe te passen niet altijd klopt. Dus de politie kiest zelf voor het noemen van man en paard wanneer het gaat om leden van een motorclub, ook wanneer een verdachte niet is veroordeeld en wanneer het lidmaatschap niet relevant is voor de feiten. Bovendien blijkt dat de informatie niet altijd klopt. De politie vindt dat zij toch moeten doorgaan.

    Weet nu de politie wat er gebeurt met iemand bij het ‘namen and shamen’? Wat is de impact van dit door de politie uitgedachte beleid? We gaan even naar een uitspraak van een politieman die naast vakbondsvoorzitter ook afgestudeerd psycholoog is. In een artikel van Omroep Brabant van 17 januari 2016 zegt hij boos namelijk dit: ‘Politievakbond ANVP vindt dat het Openbaar Ministerie moet oppassen met het benoemen van agenten die mogelijk betrokken zijn bij strafbare feiten. Volgens de vakbond gaat dit ten koste van het imago van de politie. Dat zei ANPV-voorzitter Geert Priem zondagochtend tegen Omroep Brabant. Tijdens het gesprek vertelde hij dat het OM op voorhand politiemensen in de verdachtenhoek zou zetten, terwijl de juristen niet zouden kijken naar de context van de zaken waarbij de politie betrokken is.’ Meneer Priem heeft het hier over de juristen van het Openbaar Ministerie. Dat zijn min of meer de opdrachtgevers van de politie.

    Omroep Brabant: ‘Priem is van mening dat het Openbaar Ministerie nu ‘een sfeertje creëert’, waarbij er misschien een slecht imago ontstaat van de politie. “Ik denk dat dit aanwakkert van hoe er naar de politie wordt gekeken.”

    Geert Priem weet als eerste hoe erg het kan zijn wanneer mensen in de media worden genoemd, helemaal op voorhand, in verband met mogelijk strafbare feiten. Priem is namelijk psycholoog die zich intensief heeft bezig gehouden met PTSS-slachtoffers bij de politie. Hij is ook voorzitter geweest van de ANPV, een politievakbond, die ook te maken kreeg met het behartigen van de belangen van beschadigde politie-agenten. Daarnaast is Priem ook zelve politieman en weet hij dus hoe het moet zijn om ergens publiekelijk van te worden beschuldigd.

    In het kort dus. De politie en het Openbaar Ministerie passen zonder tussenkomst van een rechter en voordat een verdachte is veroordeeld het name-and-shame beleid toe. Dit doen zij bij leden van motorclubs. Ook wanneer de feiten niet relevant zijn en de feiten misschien zelfs niet kloppen. Deze informatie wordt doorgegeven door het O.M. en de politie aan de media met het doel motorclubs te beschadigen. De politie weet maar al te zeer hoe schadelijk en zelfs pijnlijk het ‘namen and shamen’ kan zijn. Ze gaan er toch mee door.

    Er zijn hiervoor termen: Eigen rechter spelen. Laster en smaad. Niet-aangemelde databanken. Beïnvloeding van de onafhankelijke rechtspraak.

    Wij vragen ons nu ook weer een paar dingen af. Stel je wordt aangehouden door de politie na een overtreding. Speelt het dan mee dat je in de databank zit als lid van een motorclub? Wordt je dan eerder aangehouden? Speelt zo’n vermelding in de databank een rol in de hoogte van de boete die wordt uitgedeeld in het kader van de Wet Mulder? (De politie mag hier optreden als rechter). Stel dat een zaak voor de rechter komt, zegt de officier van justitie dan tegen de rechter dat die meneer die 10 kilometer te hard reed lid is van een motorclub? En wat zegt die rechter dan? Het is dus handiger dit soort dingen in de krant te zetten. De rechter leest het dan misschien in de krant en hoeft het niet van de officier te horen.

    Wij gaan nog terugkomen op enkele heren die in dit artikel genoemd worden. Dat kan niet anders.

    Een merkwaardige gang van zaken

    Deze week verschillende nieuwsberichten over de Hells Angels in Haarlem. Wij zagen al in het artikel http://justitieenveiligheid.nl/een-eerlijke-rechtsgang/ dat de rechtszaak tegen de nog vastzittende Hells Angels van afdeling Haarlem wordt uitgesteld omdat het Openbaar Ministerie de drie niet in de gelegenheid heeft gesteld hun rechtszaak voor te bereiden. Er waren alleen slecht functionerende laptops met een verlopen of beperkt abonnement verstrekt.

    Deze week zien we iets anders. Was er al eerder sprake van krantenberichten waarin werd gesproken over ex-Hells Angels, deze week verscheen in de Nu.nl van 20 april 2018 het bericht dat de drie verdachte Hells Angels uit Haarlem al vorig jaar juni uit de club zijn gezet met een bad standing. Nu.nl: ‘De voormalige president van de Hells Angels in Haarlem, Lysander de R., ‘sergeant of arms’ (zorgt voor discipline binnen club) Riccardo van der H. en boekhouder Frank L. werden in juni vorig jaar in ‘bad standing’ de club uitgezet. Dat betekent dat zij geen kleding of logo’s van de Hells Angels meer mogen dragen en dat zij hun aan de club gelieerde tatoeages moeten verwijderen.’

    Het is voor het eerst dat dit in de media verschijnt. Nu zitten we met een vraag. De Hells Angels geven, net als andere motorclubs, geen clubgerelateerde informatie, en zeker niet over leden, aan de pers. De pers komt dus nu pas met dit bericht. Omdat de pers vrijwel alles in verband met motorclubs aangereikt krijgt van de politie of het Openbaar Ministerie, ligt het voor de hand dat de pers niet eerder bericht kreeg dat het Haarlemse trio al sinds juni 2017 géén lid meer is van de Hells Angels.

    Uit het bewuste krantenartikel blijkt dat het Openbaar Ministerie betwijfelt over de reden waarom deze mannen uit de club zijn gezet. Nu.nl: ‘Reden voor het gedwongen vertrek zijn verdenkingen tegen de mannen en de overtuiging binnen de club dat zij bij de illegale feiten betrokken zijn. Daarnaast wordt het ze kwalijk genomen dat ze dit uit naam van de Hells Angels hebben gedaan, terwijl de club zelf zegt hier niks mee te maken te hebben. Het Openbaar Ministerie twijfelt aan dit verhaal.’

    Het O.M. geeft dus toe dat zij op de hoogte zijn van het vertrek van de drie. Een ander feit is dat deze drie nog steeds vastzitten in een gevangenis. De afwezigheid van steunbetuigingen van de club, de berichten van de club aan de drie leden dat ze de club zijn uitgezet, gaan allemaal via de gevangeniscensuur. Het Openbaar Ministerie wist dus al via de gevangenis dat deze drie mannen een probleem hadden met de club en waren verwijderd. Dit is natuurlijk inside-informatie. Alleen het O.M. wist hiervan. Toch gaf het O.M. dit niet door aan de media. De media gingen dus gewoon door met berichtgeving over een rechtszaak tegen Hells Angels, in plaats van ex-Hells Angels. Bovendien lijkt het erop alsof de club zich van deze drie mannen distantieert juist om deze rechtszaak en deze verdenkingen. De club geeft hiermee aan geen prijs te stellen op individuen die zich zo gedragen. Daarvan wist het O.M., maar toch wordt dit niet doorgegeven en kan de club door de media worden zwart gemaakt.

    Deze week ook ander hoogst merkwaardig nieuws. Iedereen in motorland zal het zijn opgevallen dat er bijna geen motorevenementen meer plaatsvinden. De reden die voor aflastingen, intrekken van vergunningen en verboden wordt gegeven is bijna altijd dezelfde: gevaar voor openbare veiligheid, ruzie onder motorclubs onderling, dreigende situatie enzovoort. Wat schrijft de pers nu over de Choppershow in Hoogwoud die elk jaar wordt georganiseerd door Rogues MC?

    De eigenaar van de sportzaal waar de Choppershow elk jaar met Pasen wordt gehouden wilde in verband met bedreigingen de show niet meer organiseren. De gemeente oefende druk op hem uit om niet te zwichten voor terreur. Het Haarlems Dagblad op 19 april 2018: ‘Kalverboer zegt dat de editie van vorig jaar alleen doorging omdat het gemeentebestuur grote druk op hem uitoefende om niet te wijken voor terreur.’

    Dit is de omgekeerde wereld! Nooit gebeurde er iets bij een motorevenement en toch werden bijna alle evenementen verboden in verband met de openbare veiligheid. Maar nu er wel een keer iets is gebeurt, wordt er grote druk uitgeoefend op de organisator om juist het evenement te laten doorgaan. Is het toeval dat de drie ex-Hells Angels worden verdacht van de dreigementen, beschietingen en brandstichtingen? Het Haarlems Dagblad: ‘Het Haarlemse chapter van de Hells Angels wordt daar door het openbaar ministerie verantwoordelijk voor geacht.’

    Waarom worden al die motorevenementen verboden? Waarom nu juist niet? Waarom geeft het O.M. niet netjes door aan de pers dat we te maken hebben met ex-Hells Angels? Blijkbaar heeft het één met het ander te maken en wil het O.M. graag koste wat kost de Hells Angels beschadigen.

     

     

    Politiedoden 2017

    11 januari 2018 maakte het Openbaar Ministerie bekend dat de politie in 2017 bij 23 schietincidenten 20 burgers heeft verwond en dat er 4 dodelijke slachtoffers zijn geweest. Op 15 januari wordt het bericht gerectificeerd: Er zijn niet 4 maar 3 dodelijke slachtoffers. Dit wordt niet toegelicht. Is er iemand uit de dood opgestaan? Heeft de Rijksrecherche, die schietincidenten van de politie onderzoekt wanneer er doden of gewonden vallen, haar oordeel over een van de sterfgevallen herzien? We weten het niet.

    In de media wordt gemeld dat er minder schietincidenten zijn dan het jaar ervoor. Schietincidenten met letsel dan, want hoe vaak er door de politie is geschoten krijgen we niet te horen. Het is nog een heel werk om er achter te komen waar en hoe de dodelijke 3 of 4 slachtoffers aan hun eind kwamen. Ook gaat dit alleen nog over schietincidenten; Er zijn ook andere overlijdensgevallen geweest.

    Op 16 januari overlijdt de 30-jarige Bertus de Man uit Nijkerk na te zijn aangehouden in Amersfoort. Hij was weggereden bij een verkeerscontrole en achtervolgd. Vervolgens is hij klemgereden. Op beelden is te zien hoe zeker zes politievoertuigen bij zijn arrestatie betrokken zijn. Hij verzette zich tegen arrestatie, heet het. We kunnen zien dat ongeveer acht agenten hem vasthouden als hij uit zijn auto in een politiebusje wordt gebracht. Na aankomst in een cellencomplex in Houten wordt de man onwel. Hij overlijdt in een ziekenhuis. Aan cocaïnevergiftiging concludeert de Rijksrecherche. Zijn familie denkt dat geweld door de politie tot zijn dood heeft geleid. Er zou een ambulance onderweg zijn geweest naar de plaats van arrestatie, wat er op wijst dat er toen al medisch iets niet goed zou zijn geweest. De agenten die waren betrokken bij de aanhouding zijn hun boekje niet te buiten gegaan, concludeert de Rijksrecherche na onderzoek.

    Op 17 januari wordt, ook in Amersfoort, een 68-jarige dakloze man aangehouden wegens openbare dronkenschap. Op het bureau verzet hij zich tegen insluiting. Als hij zijn cel uit wil lopen krijgt hij ‘een duw terug zijn cel in‘, komt ten val en verwondt daarbij zijn hoofd. Op 25 januari overlijdt hij aan deze verwonding. De duwende agent wordt niet vervolgd. De strafzaak is geseponeerd wegens ‘rechtmatige geweldsaanwending politieambtenaar’.

    Op 22 januari wordt, als bewaarders de lunch komen brengen, in een politiecel in Amsterdam een man van ‘Zuid-Europese afkomst’ dood aangetroffen. Hij is twee dagen eerder aangehouden op verdenking van fraude. Het nieuwsbericht vermeldt zelfdoding als doodsoorzaak, maar details over de omstandigheden ontbreken. De Rijksrecherche zou volgens het bericht het overlijden onderzoeken, maar er zijn geen aanwijzingen dat dat is gebeurd.

    In de nacht van 30 op 31 mei gaat in de Boumankliniek aan de Prins Constantijnweg in Rotterdam, een kliniek voor mensen met verslavings- of (ernstige) psychiatrische problemen, een 40-jarige Rotterdammer door het lint. Het personeel weet de man onder controle te brengen, en hoewel hij rustig is besluit de gearriveerde politie de man toch ook te boeien. Kort hierop wordt de man onwel, na reanimatie wordt de man naar het ziekenhuis gebracht waar hij overlijdt.

    In de avond van 3 augustus rijdt Joop Kleijn uit Berkel-Enschot op een motorscooter zonder kenteken door Tilburg. Politiemensen die dat zien willen hem aanspreken en geven een stopteken. De man gaat er vandoor. De politie zet de achtervolging in. In Heukelom ziet de man de weg versperd door een politievoertuig. Hij keert om en rijdt met hoge snelheid weg. In een onoverzichtelijke flauwe bocht botst hij frontaal op een politiewagen, die als versterking is opgeroepen. Hij wordt het maisveld in geslingerd. Hij raakt hierbij zo ernstig gewond dat hij ter plekke overlijdt. De Rijksrecherche oordeelt dat betrokken politiemensen niet verwijtbaar hebben gehandeld.

    Op 1 september om 4:30 schiet de politie in Purmerend Raymon van der Tien dood. Hij verkeert in een psychose. Hij heeft een stofzuigerslang bij zich en schreeuwt tegen de politie. Drie politieagenten lossen veel schoten, eerst vijf schoten, dan nog een aantal. Er wordt iets geroepen als: ’sta, of ik ga schieten, blijf liggen’. Een getuige heeft het over een dozijn schoten die zouden zijn gelost. Hoe vaak Raymon is geraakt is onbekend. In de eerste berichten wordt gesuggereerd dat er over en weer zou zijn geschoten, maar dat was niet het geval. Van der Tien is het eerste dodelijke slachtoffer van een politiekogel in 2017 voor zover we weten.

    Op 11 oktober schiet de Amsterdamse politie in Roosteren de 30 jarige fransman Jaouad A. uit Brest dood, als hij na een wilde auto-achtervolging te voet vlucht. Onbekend is hoe vaak hij is geraakt en waar. In de rug? Of liep hij op de politie af? Eerder tijdens de achtervolging wordt een tas met onderdelen van een automatisch wapen uit de auto gegooid, maar verder is hij of de andere inzittende niet bewapend. Hij zou betrokken zijn bij een poging iemand uit de gevangenis van Roermond te bevrijden.

    (bron: Telegraaf)

    In de vroege ochtend van 16 december schiet de politie in IJmuiden een 49 jarige verwarde man neer. De man had zichzelf al ernstig verwond met een mes en had gevaarlijke vloeistoffen gedronken. Zijn familie lukte het niet hem te kalmeren en daarom werd de politie gebeld. Toen die arriveerde bedreigde de man hen met zijn mes. Er zijn drie schoten gehoord. De man overleed later die dag in het ziekenhuis, de doodsoorzaak is nog niet bekend.

    Deze sterfgevallen hadden niet gehoeven. In geen van deze gevallen liep de politie echt gevaar. Als de politie professioneler was geweest hadden deze mensen nog geleefd. Verder ontbreken er mogelijk mensen van deze lijst omdat het Openbaar Ministerie alleen zeer summier aangeeft wat waar is gebeurd. De vierde dode door een politiekogel kon ik bijvoorbeeld niet vinden. Voor de conclusie dat de politie minder schiet, wat je zou kunnen denken omdat er minder schietincidenten met doden of gewonden waren in 2017 dan in 2016, is geen grond omdat we niet weten bij hoeveel incidenten er hoeveel kogels zijn afgevuurd.

    Maar wat er tussen 11 en 15 januari 2018 bij het Openbaar Ministerie is gebeurd, dat er een persoon minder door de politie zou zijn doodgeschoten in 2017, blijft nog een raadsel.

    Openbaar Ministerie heeft zich schuldig gemaakt aan schending ambtsgeheim; géén vervolging officieren van justitie

    De rechter heeft de uitspraak gedaan dat het Openbaar Ministerie zich schuldig heeft gemaakt aan schending van het ambtsgeheim omdat zij beelden van een verdachtenverhoor aan de zender SBS6 heeft gegeven. Deze beelden zijn uitgezonden in een documentaire genaamd “De dubbele moord in Amsterdam-Noord.”

    Twee officieren van justitie besloten na intern overleg medewerking te verlenen aan de documentaire. Het OM gaf vervolgens toestemming de opnames van de verhoren van de twee veroordeelde daders ter beschikking te stellen aan SBS6.

    De documentaire werd in 2014 uitgezonden en daarin is te zien hoe de twee mannen, ten tijde van het verhoor nog verdachten, worden verhoord door twee rechercheurs van de politie. Het verhoor is gefilmd vanuit drie cameraposities. De gezichten zijn onherkenbaar gemaakt, de stemmen zijn vervormd en de beelden zijn ondertiteld.

    Een van de twee veroordeelde mannen deed naar aanleiding van de documentaire aangifte tegen het Openbaar Ministerie omdat hij meende dat de officieren van justitie hun ambtsgeheim hadden geschonden door de beelden van zijn verhoor ter beschikking te stellen aan SBS6.

    Daarin geeft de rechtbank hem nu gelijk. Het verstrekken van de audiovisueel geregistreerde beelden van het politieverhoor ten behoeve van de documentaire weegt niet zwaarder dan het ambtsgeheim van de officieren van justitie. Die afweging is in dit specifieke geval niet correct gemaakt, zo oordeelt de rechtbank.

    “Ze hadden vervolgd moeten worden om duidelijk te maken dat dit een ernstig misdrijf is en dat dit absoluut niet kan.”

    De twee officieren van justitie worden echter NIET vervolgd voor het schenden van hun ambtsgeheim.

    Gerard Spong, advocaat van de veroordeelde man, zegt over de zaak: “Ik heb dit nog nooit eerder gemaakt en ik ben er ook van geschrokken (…) Ze [de twee officieren van justitie] hadden vervolgd moeten worden om duidelijk te maken dat dit een ernstig misdrijf is en dat dit absoluut niet kan.

    Op het schenden van het ambtsgeheim kan tot een jaar celstraf gegeven worden.

    De uitspraak is voor het OM aanleiding om de mediacontracten die worden gebruikt voor mediaproducties over het werk van de politie en het OM aan te passen, zo laat zij weten aan het onderzoeksprogramma De Monitor van de KRO-NCRV. Het gaat met name om het deel over verstrekking van beeld- en geluidsmateriaal aan programmamakers.

    Waarom worden de twee officieren van justitie niet vervolgd nu blijkt dat zij het ambtsgeheim geschonden hebben? Het wordt weer terzijde geschoven als ware het slechts baldadigheid. De mensen die het recht dienen te handhaven en te doen zegevieren ontlopen telkens zelf vervolging wanneer zij misdrijven begaan. Warempel ongelofelijk.

    Bron: De Monitor

    artikel is verschenen op Blauwe Logica