• Buro Jansen & Janssen is een onderzoeksburo dat politie, justitie, inlichtingendiensten, de overheid in Nederland en Europa kritisch volgt. Een grond-rechten kollektief dat al 30 jaar publiceert over uitbreiding van repressieve wetgeving, publiek-private samenwerking, bevoegdheden, overheids-optreden en andere staatsaangelegenheden.
    Buro Jansen & Janssen Postbus 10591, 1001EN Amsterdam, 020-6123202, 06-34339533, signal +31684065516, info@burojansen.nl (pgp)
    Steun Buro Jansen & Janssen. Word donateur, NL43 ASNB 0856 9868 52 of NL56 INGB 0000 6039 04 ten name van Stichting Res Publica, Postbus 11556, 1001 GN Amsterdam.

  • Categorieën

  • Afspraken met het bevoegd gezag

    Het Algemeen Dagblad berichtte op 27 april 2007 het volgende: ‘DORDRECHT – Een intern feestje van de politie Zuid-Holland Zuid is afgelopen weekeinde volledig uit de hand gelopen. Volgens bronnen binnen het korps zou een jonge agent zich ernstig hebben misdragen. De politieman ging totaal door het lint en zou verschillende collega’s hebben aangevallen en een politiebus hebben vernield. Wat precies de aanleiding was, is nog niet duidelijk.

    Het incident zou hebben plaatsgevonden tijdens een zogeheten ’bindingsavond’: een bijeenkomst van politiemensen om elkaar beter te leren kennen. Gisteren maakte de korpsleiding bekend dat een 23-jarige agent van het district Dordrecht/Zwijndrechtse Waard buiten functie is gesteld, vanwege ’ernstig plichtsverzuim’ en ’mogelijk ontoelaatbaar gedrag’. De politie wil de precieze achtergronden van de schorsing niet bekendmaken. Ze wil evenmin officieel bevestigen of ontkennen dat het incident heeft plaatsgevonden. Wel laat het korps weten dat er een disciplinair onderzoekt komt.’

    De Stentor berichtte op 14 februari 2016: ‘RAALTE – Het grote feest van motorclub Satudarah in de Leeren Lampe in Raalte is zonder incidenten verlopen. De verwachting van zowel burgemeester Martijn Dadema als politiechef Gert Telman is hiermee uitgekomen. Zo’n 850 leden van motorclub Satudarah bezochten het rustig verlopen besloten clubfeest. Burgemeester Martijn Dadema toont zich deze zondagmorgen blij met het verloop. ,,We hadden ook geen moeilijkheden verwacht, gezien de afspraken die we erover hadden gemaakt. We hadden daar het volste vertrouwen in. Natuurlijk ben ik wel blij dat dit ook is uitgekomen.”
    Ook politiechef Gert Telman is tevreden. ,,Ik had vooraf al gezegd dat het rustig zou blijven. Het was vooral het feit dat de Leeren Lampe ons van tevoren niet op de hoogte had gesteld van het feest. Maar dat hebben we met de uitbater besproken en dat zal niet nog een keer voorkomen.”

    Aangezien Satudarah wordt beschouwd als een ‘outlaw motorcycle club’worden activiteiten van de club zoveel mogelijk gevolgd door politie en justitie. Gemeente en politie hebben overleg gevoerd met de uitbater van de Leeren Lampe en de organisatie van het feest om het jaarfeest ordentelijk te laten verlopen.’

    De politie ging er tevoren al vanuit dat het feest in Raalte probleemloos zou verlopen. De burgemeester en de politie geven aan dat er gewoon afspraken gemaakt kunnen worden met Satudarah. En, veelbetekenend, Molukkers komen hun afspraken altijd na. Waarom de motorrijders zonder jas met colors door de vrieskou naar de feestbestemming moesten reizen, is dus onduidelijk.

    Twee dingen worden wel duidelijk: Met motorclubs als Satudarah kun je gewoon afspraken maken. En, met politiemeneren op een feestje kon het nog weleens behoorlijk uit de handen lopen.

    De vraag is nu dus: Waarom is de politie altijd zo negatief over die motorclubs? En waarom papagaaien die burgemeesters dat na?

     

    Branche-organisaties

    Op 5 oktober 2011 krabten motorliefhebbers zich enigszins achter de oren. Wat bleek namelijk? De nieuwe secretaris van de afdeling Gemotoriseerde Tweewielers van de RAI was een totale onbekende in motorrijdersland. Tweewieler.nl zei hierover: ‘Tot vorig jaar was Warmerdam overigens wel actief voor de ANWB – als innovatie consulent – en ook in de politiek (D66) en als beleidsmedewerker en adviseur voor het ministerie van LNV (Landbouw, Natuurbeheer en Visserij) is haar naam bekend. Met Gemma Warmerdam kiest de RAI dus voor een secretaris die de weg in Haagse kringen goed kent. Inmiddels is ze, zo meldt men in Amsterdam, volop aan het lessen op de motor.’

    U denkt nu natuurlijk: ‘Gemma Warmerdam?’ Waar gaat dit over? Zeker de vele bikers die hier komen lezen, zullen zich dat afvragen. Blijf nog even op deze pagina en u weet het.

    Vandaag kwam Gemma Warmerdam, die onbekende van de RAI dus, in het nieuws door enige fraaie uitspraken bij BNR.nl. ‘Het onderscheid moet duidelijk worden tussen 99 procent van de motorrijders die gewoon gezellig samen rondrijdt en de 1 procent die elkaar en de rest van de samenleving het leven zuur maakt.’ Het lijkt sprekend op de uitspraken gedaan na de relletjes in het Amerikaanse stadje Hollister in? 60 of 70 jaar geleden? Warmerdam reageert met deze uitspraken op het feit dat de Rotterdamse hoofdcommissaris van politie Frank Paauw vorige week sprak over motorclubs toen hij het had over de Hells Angels en de Mongols naar aanleiding van een vechtpartijtje in een Van der Valk-hotel.

    ‘Dit terwijl twee jaar geleden werd afgesproken om die term in die context niet meer in de mond te nemen. Ze zegt dat het langdurig negatief publiceren over motorclubs uiteindelijk leidt tot een daling van de omzet van motorverkopers.’, voegt Gemma er nog aan toe. Afgesproken? Met wie? En met welke wettelijke basis kun je afspreken bepaalde clubs een crimineel stempel op te leggen?

    BNR.nl gaat verder: ‘Ook leidde de discussie twee jaar geleden tot afgelasting van motorevenementen. Om te voorkomen dat dit nu weer gebeurt, roept Warmerdam politie, overheidsfunctionarissen en media op zorgvuldiger met de term ‘motorclubs’ om te gaan. Ook voorzitter Patrice Assendelft van de Koninklijke Nederlandse Motorrijders Vereniging, KNMV, doet dat. Hij wijst erop dat er al herhaaldelijk overleg is geweest met politie, het ministerie van Justitie en de gemeenten. “Het gaat dan een tijdje goed, en vervolgens zie je het toch weer gebeuren.” Motorrijders hebben er volgens Assendelft echt last van dat ze over een kam worden geschoren met criminele bikers.’

    Blijkbaar hebben politie, het ministerie van Justitie en de gemeenten samen met de KNMV en de RAI afgesproken dat een aantal motorclubs ‘bendes’ zijn en geen clubs. De voorzitter van de KNMV zegt zelfs ‘criminele clubs’. Eenzijdig, zonder enige rechterlijke tussenkomst of bemoeienis. ‘Want’, zo stelt Warmerdam, ‘die motorbendes maken elkaar en de samenleving het leven zuur!’ Dat is een hele statement, zo zonder een bijbehorende rechterlijke uitspraak.

    Wat zegt nu Gemma Warmerdam over zichzelf? Op LinkedIn vinden wij het volgende: ‘Vanaf 1994 heb ik gewerkt bij invloedrijke politieke, ambtelijke en consumenten organisaties in Den Haag. Sinds 2011 werk ik voor de branche organisatie RAI Verenging in Amsterdam. Gestart als beleidsmedewerker landbouw in de Tweede Kamer, vervolgens politiek adviseur van een minister van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij en daarna bij de ANWB als belangenbehartiger en corporate innovatie- en strategieconsultant. Ik heb bewust gekozen om ervaring op te doen met de ‘witte vlek’ van politiek & beleid georiënteerde professionals namelijk marketing, creatie en innovatie. Door deze combinatie ben ik nu een veelzijdig strategisch adviseur en belangenbehartiger die ook kan meedenken met de leden in de branche vereniging. Ik heb ruime ervaring in belangenbehartiging, innovatie begeleiding, projectmanagement, visie-, strategie- en beleidsontwikkeling en woordvoering. Ik heb veel ervaring met complexe politieke en bestuurlijke issues.’

    Gemma Warmerdam is dus actief lid van de politieke partij D66, zij was politiek adviseur van twee ministers, en zij omschrijft zichzelf als strategieconsultant, belangenbehartiger, strategisch adviseur, en zeker niet als iemand die ook maar iets te maken heeft met motorrijders. Gemma gaat nog even verder op LinkedIn:

    ‘Belangenbehartiging, deelnemen aan het publieke debat, delen van kennis van wet en regelgeving, lobby in Nederland en Brussel, collectieve promotie coördineren en ontwikkeling van strategie- en beleidsvorming, zijn de activiteiten die ik voor de leden uitvoer en organiseer. Daarnaast onderhoud ik directe relaties met branche- en belangenorganisaties, politiek, overheden, consumentenorganisaties etc.’

    Is het nu iets duidelijker geworden? Een lobbyiste met zeer goede contacten in Den Haag, die afspraken maakte over het benoemen van motorclubs als ‘motorbendes’ zonder een enkele rechterlijke uitspraak. Motorverkopers zien hun omzet ook dalen door die ‘motorbendes’, zegt Warmerdam. Is daar onderzoek naar gedaan? En dalen die verkopen omdat er echt iets aan de hand is, of omdat de kranten op aandringen van de Warmerdam-lobby, schrijven dat er iets aan de hand is. En waarom worden politiemotorclubs niet genoemd? Dupont toonde al eerder aan dat in ieder geval in de Verenigde Staten deze politieclubs betrokken zijn bij talrijke moorden, schietpartijen en mishandelingen in het motorclubmilieu.

    In eerdere artikelen van Dupont bleek dat branche-organisaties door de politie worden aangezet maatregelen te nemen tegen motorclubs. Branche-organisaties van beveiligingsbedrijven moeten bikers weren, anders kunnen zij een keurmerk mislopen van de politie. Horeca-organisaties moeten hun leden aanzetten tot een colourverbod. Dupont toonde aan dat bestuursleden van dit soort branche-organisaties ook banden hebben met politieke organisaties of daarin zelfs actief zijn. Gemeenten wordt aangespoord actie te ondernemen tegen clubhuizen, ook wanneer er nimmer incidenten zijn geweest. Op deze manier kan het natuurlijk niet anders dan dat het publiek langzamerhand echt gaat geloven dat er iets aan de hand is. Er wordt dus bewust maatschappelijke onrust gecreëerd, iets dat kan worden gebruikt om een verbod van motorclubs te bewerkstelligen.

    Dus Gemma Warmerdam? Leuk geprobeerd, maar ga eerst je motorrijbewijs maar eens halen.

     

    Particuliere samenwerking tussen Nederlandse politie en mensenrechtenschendende landen om motorclubs te bestrijden

     

    In september 2016 organiseert de International Police Association IPA-Nederland weer een Nederlandstalig seminar in Schloss Gimborn in Deutschland. (http://www.ipa-nederland.nl/ipa-nederland/ibz-gimborn/) Het seminar is groots opgezet en zal deze keer gaan over de Outlaw Motorcycle Gangs (OMG’s).

    De Nederlandse afdeling van IPA, die het seminar organiseert verwoord het zo:

    ‘De samenleving is in de laatste jaren veelvuldig geconfronteerd met criminaliteit en ordeverstoringen begaan door (leden van) Outlaw Motorcycle Gangs. De overheid is gaandeweg doordrongen van de ernst van de misdragingen. Dit heeft onder meer geleid tot een zero-tolerance beleid in de aanpak van deze vorm van criminaliteit. Door het optreden van politie, justitie en bestuur is inmiddels een duidelijker beeld ontstaan over criminele motorgroepen, hun werkwijzen en hun activiteiten.

    In dit seminar wordt nader ingegaan op het verschijnsel Outlaw Motorcycle Gangs. Gestart wordt met een analyse en een overzicht van de situatie in Nederland en in de buurlanden. Thema’s als de ontstaansgeschiedenis van de motor groepen, hun samenstelling, en hun subcultuur zullen worden verkend. In het vervolg van het seminar zullen een aantal case-studies worden behandeld door inleiders vanuit de politie en het bestuur. Ook is voorzien in een case-study uit Duitsland. Het seminar beperkt zich niet tot louter beschrijvingen. Nadrukkelijk zal worden ingegaan op vragen over de aanpak van het fenomeen en welke instrumenten de overheid daarbij ter beschikking staan en welke mogelijk ontbreken. De opbouw van een informatiepositie binnen en rond de OMG vormt het laatste onderdeel van het seminar. Beoogd wordt om de leeropbrengst van dit seminar vast te leggen in een gezamenlijk artikel dat ter publicatie zal worden aangeboden aan een politievakblad. ‘

    Het is een bekende taktiek van de (internationaal opererende) politieagenten. Een probleemstelling als vaststaand feit presenteren en daar dan ‘oplossingen’ bij aandragen. Zowel in de gepubliceerde politierapportages in Nederland alsook in het Handboek Outlawbikers dat is bestemd voor politieagenten is er sprake van het langdurig bespreken van de situatie in het buitenland. Zo ook hier. De IPA gaat nog een stapje verder, want voor de Nederlandse politieagenten die deelnemen aan het seminar wordt een zogenaamde ‘case-study’ gebruikt uit Duitsland. Komt dat omdat in Nederland geen goede voorbeelden zijn van criminaliteit en ordeverstoringen door OMG’s? Aan te nemen is dat de betreffende case-study niet zal gaan over motorclubs die deelnemen aan een Kika-run of het inzamelen van geld of speelgoed voor kinderen in het ziekenhuis. Er wordt dus bewust een negatief beeld geschapen.

    Maar wat is die IPA nu eigenlijk? Een bezoek aan de website van de IPA verteld ons dat deze organisatie een particuliere organisatie is voor politiepersoneel. In vele landen zijn afdelingen, zo ook in Nederland. Wat zegt nu IPA Nederland over zichzelf?

    ‘De IPA is de grootste politievereniging ter wereld met in 2014 ruim 420.000 leden in 63 landen. Alle politiemensen uit democratische rechtsorden kunnen lid worden. Godsdienst, politieke overtuiging, rang, ras, geslacht spelen hierbij geen rol. De IPA vormt een bron van waardevolle contacten over de gehele wereld. De vereniging is gebaseerd op idealisme en vrijwilligheid en biedt hulp in normale- en noodsituaties. De IPA staat voor internationale vriendschap zonder onderscheid. De Nederlandse sectie heeft ruim 6300 leden.’

    Dat de IPA niet heel erg secuur is bewijst wel het bericht over het aantal Nederlandse leden. Op een andere pagina van dezelfde website staat namelijk: ‘De IPA heeft momenteel wereldwijd meer dan 413.158 leden in meer dan 63 landen. Ons land heeft ruim 7500 leden.’

    Een nogal fors verschil in het aantal leden.

    Maar goed wij stappen naar het bericht op de website over de deelnemende landen. ‘Alle politiemensen uit democratische rechtsorden kunnen lid worden.’, bericht de site. En dat is mooi. Even verder vertelt de website ons welke landen lid zijn van de IPA. Naast een aantal redelijk onverdachte landen zien wij ook: Argentinië, Armenië, Brazilië, Kazakhstan, Kenia, Mexico, Mozambique, Pakistan, Peru, Sri Lanka, Swaziland, Turkije en Oekraïne.

    Om de lezer duidelijk te maken of deze landen wel democratisch zijn en de mensenrechten worden geëerbiedigd, vlogen wij even over het internet en vonden enige markante rapportages en uitspraken:

    Over de mensenrechten in Argentinië zei Brigitte Adriaensen van de Radboud Universiteit op 14 maart 2016: ‘Mensenrechten gaan hard achteruit onder beleid van Mauricio Macri (de nieuwe president)’.

    “Mensenrechten dagelijks geschonden in Armenië” volgens de website van de School voor Journalistiek op 11-12-2012.

    ‘Brazilië schendt mensenrechten bij voorbereiding WK en Spelen’ in Ravage (27-5-2013).

    ‘Marteling nog steeds wijdverbreid in Kazachstan’. Amnesty International op 11-7-2013.

    ‘Mensenrechtenactivisten worden regelmatig lastig gevallen door de politie en zonder een rechtmatig proces vastgehouden, gechanteerd en blootgesteld aan geweld’. Peace Brigades in een artikel uit 2008 www.peacebrigades.nl

    ‘Vandaag de dag is Mexico een gevaarlijk land voor verdedigers van de mensenrechten. Door het verrichten van hun werk krijgen ze regelmatig te maken met onwettige arrestatie, opsluiting onder valse voorwendselen, fysieke aanvallen, intimidatie en zelfs moord. In sommige gevallen zijn de Mexicaanse autoriteiten verantwoordelijk voor het vervolgen van mensenrechtenverdedigers en in andere gevallen zijn het onbekenden, waarbij de regionale en de federale autoriteiten door politieke onwil verzaken om op te treden tegen de daders.’ www.peacebrigades.nl

    ‘Mozambique: Duizenden vast onder slechte omstandigheden’. Amnesty International 23-11-2012.

    ‘Mensenrechten: ‘We maken kleine stapjes, maar de agenda is nog niet af’,volgens Jeannette Seppen, de Nederlandse ambassadrice in Pakistan vorig jaar op de website van het Ministerie van Buitenlandse Zaken.

    ‘Mensenrechten zijn ondergeschikt aan de economische belangen van bedrijven en Peruaanse staat.’ Mondiaal Nieuws op 1 oktober 2014.

    ‘Mensenrechten in Sri Lanka verslechterd’ De Telegraaf 20 mei 2013.

    Swaziland: aanvallen op vakbondsactivisten worden opgevoerd. De laatste absolute monarchie van Afrika heeft zijn aanvallen op vakbonden en activisten geintensiveerd. Politieke partijen in Swaziland zijn verboden en oppositieleider Mario Maseku (PUDEMO) en jeugdleider Maxwell Dlamini zijn slachtoffer van willekuerige detentie. Mensenrechtenadvocaat Thulani Maseko en journalist Bheki Makhubu zijn veroordeeld tot 2 jaar cel omdat ze aan de kaak hadden gesteld dat de rechtspraak niet onafhankelijk is.’ In een artikel van vakbond FNV op Mondiaal FNV Noord 29-3-2015.

    ‘EU gealarmeerd over schendingen mensenrechten in Turkije’ (Nu.nl op 10 november 2015).

    ‘VN signaleert schendingen mensenrechten in Oekraïne’.(nu.nl op 15 april 2014)

    In een aantal van de genoemde landen is ook het Nederlandse Ministerie van Buitenlandse Zaken actief om de mensenrechten te bevorderen door kleinschalige projecten te financieren. Een andere indicatie dat het met de mensenrechten en de ‘democratische rechtsorde’ in deze landen niet bepaald meevalt.

    Duidelijk is dat wanneer overheden betrokken zijn bij mensenrechtenschendingen de politie en het leger daaraan deelnemen. Dat de contacten verder gaan dan alleen het noemen van een aantal landen op internet bewijst wel het bezoek dat een Turkse delegatie bracht op 19 februari van dit jaar en die werd ontvangen door IPA-bestuursleden Taal en Korsel. De foto die hiervan werd gemaakt en op Facebook werd geplaatst, werd meteen ‘geliked’ door PvdA-er Wim Cornelis.

    De volgende vraag is natuurlijk wie er in het bestuur van IPA Nederland zitten. Enkele opmerkelijke vondsten: Vice-voorzitter Wim Cornelis is oud-burgemeester van Gouda voor de PvdA en is Ridder in de Orde van Oranje Nassau. In 2010 raakte hij ernstig in opspraak na het bouwen van een huis in het buitenland en verliet een jaar later zijn burgemeesterspost. Penningmeester Bert van der Wal is oud-politieman en ook al Ridder in de Orde van Oranje Nassau. Bestuurslid Beleid Wim Olieman is manager Bureauplanning van de Apeldoornse Politieacademie. Om er maar een paar te noemen.

    De seminarleiding is in handen van Patrick Reinerink, Albert Roskam en Michiel Holtackers. Patrick Reinerink is politieagent in actieve dienst in Vriezenveen, Albert Roskam werkt bij politie Twente en Michiel Holtackers zit namens het CDA in de Tweede Kamer en was werkzaam als docent op de Politie Academie.

    Op het seminar worden lezingen gegeven door een uitgelezen gezelschap: professor Cyril Fijnaut van de Universiteit van Tilburg, Henk Waarsing, in actieve dienst bij politie-eenheid Oost-Nederland, Rianne Verwijs die in dienst is als projectleider OMG bij het LIEC, Lian van Sinten die werkt als eenheidscoördinator OMG in de politieregio Oost-Brabant en George Kroese die werkt als strategisch analist taakaccent OMG bij de politie-eenheid Limburg.

    We zetten even een aantal zaken op een rijtje voor u. Een particuliere organisatie waarvan 7500 Nederlandse politiemensen en oud-politiemensen lid zijn die gezeteld is in meer dan 14 landen waar de democratische rechtsorde een lachertje is, die zelfstandig met een probleemstelling komt over Nederlandse motorrijdende burgers die zij vervolgens willen gaan oplossen, waarbij Nederlandse politiemensen en politie-officieren met vertrouwensfuncties namens de Nederlandse politie en een Nederlands parlementariër van het CDA hun verregaande medewerking mogen geven. In het bestuur van deze organisatie die dus blijkbaar vindt dat de ‘democratische rechtsorde’ in de bovengenoemde landen wel in orde is, zitten gepensioneerde politie-officieren, docenten en managers van Nederlandse politieacademies, een gesjeesde PvdA-politicus en van belangenverstrengeling beschuldigde burgemeester en maar liefst twee koninklijk onderscheiden Ridders in de Orde van Oranje Nassau. Op foto’s van IPA-bijeenkomsten is te zien hoe de straatarme politieambtenaren in dienstkleding moeten rondlopen om hun eigen kleding niet te verslijten. Overigens geeft IPA Nederland specifiek aan dat leden van de AIVD (Algemene Inlichtingen- en Veiligheids Dienst) ook lid mogen worden.

    Het seminar kost 200 euro per persoon, maar het IPA vindt het zo belangrijk dat Nederlandse deelnemers (alleen politiemensen) gratis mogen deelnemen. Krijgen ze hiervoor subsidie van de Nederlandse overheid? Lijkt dit op beïnvloeding of niet? Heeft de IPA-Nederland voorrechten in Nederland? Krijgen zij gratis zaaltjes, materiaal, gratis de beschikking over in dienst zijnd politiepersoneel? Op welke wijze worden zij nog meer gefaciliteerd?

    Het IPA wil graag onderlinge banden tussen politieagenten in verschillende landen aanhalen en informeel informatie uitwisselen. Komt er nu informatie die wordt verzameld door verdachte staandehoudingen in Nederland via een niet-aangemelde politiedatabank over ‘Outlawbikers’ terecht in landen waar eigenlijk helemaal geen mensenrechten zijn? En welke ander informatie van de politie komt op deze manier in het verdachte buitenland terecht? Komt er ook informatie terecht bij de Nederlandse politie op deze manier?

    Dupont berichtte enkele dagen geleden in zijn blog over de ‘appende’ politieagenten bij een grensovergang na de terroristische aanslagen in België. Blijkbaar besteedt de politie liever aandacht aan motorrijders en motorclubs waarvan er tot op heden geen enkele verboden is.

    Verbaast het de lezer dat de IPA ook zijn eigen motorclub heeft? Dit is de IPA MC. Hier de reactie van de politiemotorbende Blue Knights MC Nederland op hun website: ‘In 1989 waaide het enthousiasme voor politiemotorclubs over naar Europa, nadat enkele collega’s via de International Police Association (IPA) contact hadden opgenomen met collega’s uit de U.S.A.’

    Een rechtstreekse aanval op onze vrijheid

    Vorig jaar December deed een rechter de volgende uitspraak: ‘Verkeerscontroles hebben een ander doel dan het doen van opsporingsactiviteiten.’ We mogen er van uitgaan dat de Nederlandse politie zich houdt aan een rechterlijke uitspraak. Of toch niet?

    Leden van motorclubs weten dat de politie zogenaamde ‘Algemene Verkeerscontroles’ houdt zodra een politieagent ziet dat er leden van een motorclub rijden op de motor of in de auto. Deze bikers worden staande gehouden zonder dat er sprake is van strafbare feiten. Wat wil de politie nu precies met dat staande houden bereiken? Wat zijn de gegevens die zij verzamelen en waarom?

    Politieagenten zijn in het bezit van een speciaal handboek met richtlijnen over motorclubs. Dit is het ‘Handboek Nederlandse 1%-motorclubs (ongedateerd). Wij hebben via een WOB-verzoek geprobeerd in bezit te komen van dit handboek. Dit is maar ten dele gelukt. Alleen delen van het handboek zijn opgestuurd. Wij kwamen echter toch in het bezit van het volledige handboek. Het is samengesteld door Politie Nederland in samenwerking met Europol. In dit handboek wordt specifiek opgeroepen om leden van motorclubs te controleren:

    Al op bladzijde 4 van het handboek staat wat de doelstellingen zijn: ‘Het doel van dit handboek is tweeledig: het bieden van een basisrichtlijn voor politieambtenaren (surveillanten en/of rechercheurs) die niet direct betrokken zijn bij MC-zaken, maar wel werken in een omgeving waar MC’s aanwezig zijn. Het document biedt hen basiskennis over de organisatie en activiteiten van MC’s en brengt ze op de hoogte van de bestaande kanalen voor het uitwisselen van informatie over dit fenomeen; het creëren van bewustzijn omtrent 1%-motorclubs en hun leden onder al het handhavingspersoneel en het beiden van een bredere kijk op de werkwijze van deze groepen en de reikwijdte van hun activiteiten.’

    Op bladzijde 14 staat ‘Het is belangrijk dat politieambtenaren weten hoe ze een motor kunnen identificeren en hem kunnen checken in de verschillende databases.’ Welke databases? Wij komen daar later nog op terug.

    Op bladzijde 15 staat: ‘Belangrijk. Als je een MC-lid met een motor controleert, is het belangrijk aandacht aan deze controle te besteden en alle informatie over het voertuig te noteren, evenals de persoonsgegevens van de gebruiker. Stuur die gegevens vervolgens naar de op dit gebied gespecialiseerde eenheid, zodat deze verder actie kan ondernemen.’

    Op bladzijde 19 staan onder het kopje ‘MC-specifiek beleid’ richtlijnen voor alle politieagenten: ken je pappenheimers: kijk op intranet naar de foto’s van de (bekende) leden van de MC’s binnen je district; weet wie de belangrijkste leden zijn en waar de clubhuizen/hangplekken zich bevinden! Meld contact met MC-leden altijd bij de meldkamer en geef locatie, tijdstip en kenteken door; spreek waar mogelijk de hoogste in rang aan van de groep die je tegenkomt, al dan niet via de woordvoerder. Vraag hier duidelijk naar; laat je niet verleiden tot ‘vriendelijke foto’s/ filmmateriaal van jezelf met leden van de MC’s; probeer bij het signaleren van (leden van) MC’s zoveel mogelijk informatie te verzamelen en te registreren. Denk daarbij aan je ( lokale) inwinplan. Let daarbij op: personalia, uiterlijke kenmerken, patches op de colours, aanwezige personen/voertuigen, kenmerken/kenteken van voertuig, mogelijk sociaal CV (hobby’s, verblijfplaatsen en dergelijke), probeer waar mogelijk (on)opvallend video- of fotomateriaal te verzamelen, let op mogelijke voertuigen ter plaatse, het is bekend dat er in veel gevallen supportauto’s zijn die mogelijk wapens e.d. vervoeren.’

    Samenvattend stellen wij vast dat enerzijds de politieagenten basiskennis over motorclubs wordt bijgebracht en anderzijds wordt opgeroepen informatie te verzamelen en door te geven via ‘de bestaande kanalen voor het uitwisselen van informatie over dit fenomeen’. Voor dat doorgeven van informatie zijn er dus ‘bestaande kanalen’. Er is dus een databank en het verzamelen van informatie is geïnstitutionaliseerd, want er zijn ‘bestaande kanalen’ om die informatie door te geven.

    De politieagenten die niet direct betrokken zijn bij MC-zaken worden aangezet informatie te verzamelen en daarvoor dus controles te houden. Om ze dat te laten doen, wordt door het handboek ‘bewustzijn gecreëerd’. Hoe worden de politieagenten bewust gemaakt van die bikers? Op verschillende bladzijden komen wij uitspraken tegen die de politieagent bewust moeten maken. Zo staat er bijvoorbeeld op bladzijde 19 dat ‘er in veel gevallen supportauto’s zijn die mogelijk wapens e.d. vervoeren’. Erg gevaarlijk dus eigenlijk voor de controlerende agent. Op bladzijde 20 zien wij: ‘Kortom, de MC’s kunnen met recht betiteld worden als organisaties waar criminelen lid van zijn.’ Er wordt dus doelbewust door een officieel handboek stemming gemaakt tegen motorclubs en hun leden. Want, ook leden van voetbalclubs kunnen crimineel zijn, of leden van de VVD (zoals wij in een eerder blog al aantoonden).

    De agent wordt dus niet alleen ‘bewust’ gemaakt, maar ook bang. Criminelen die zich misschien wel laten volgen door auto’s met wapens e.d. erin. En dit allemaal om de agent, die verder niets te maken heeft met motorclubs, duidelijk te maken hoe belangrijk het is dat hij hoe dan ook informatie verzamelt en doorgeeft. Bovendien wordt de agent aangespoord ook op andere manieren informatie tot zich te nemen en door te geven. Fotograferen, stiekem filmen.

    Hoe is nu dit handboek tot stand gekomen? Het boekje heeft 24 bladzijden. Op veel van die bladzijden staat informatie afkomstig uit het buitenland. Het boekje spreekt verschillende malen van ‘de literatuur’ over motorclubs. Wij kijken dus maar eens naar de bronnen die zijn gebruikt voor het handboek. Aan het eind van het handboek worden negentien bronnen genoemd waaruit de informatie in het handboek is gedestilleerd. Twee van die bronnen zijn publicaties van Europol, twee andere zijn afkomstig van de KLPD, er zijn twee Nederlandse boeken (waarvan één van oud-politieman John van den Heuvel), één verslag van de Nederlandse parlementaire enquete geschreven door prof. Fijnaut waarin ook wordt gesproken over motorclubs, één Duitse en negen Amerikaanse boeken. Van de negentien bronnen zijn er dus maar liefst twaalf afkomstig uit het buitenland. Vooral de Amerikaanse ‘literatuur’ zijn gewoon boeken die in de boekhandel verkocht worden. Bovendien zijn een aantal van die bronnen vrij gedateerd, één bron is zelfs uit 1966, en hebben sommigen een zeker ‘Arendsoog-gehalte’.

    ‘Een organisatie moet elke verwerking van persoonsgegevens melden, bijvoorbeeld wanneer de organisatie persoonlijke gegevens opvraagt, gebruikt of verspreidt. De meldingen van de verwerking van persoonlijke gegevens zijn openbaar, dit is geregeld in de Wet bescherming persoonsgegevens (WBP).’(www.rijksoverheid.nl) Deze melding moet worden gedaan bij de Autoriteit Persoonsgegevens. Dit is wat de Rijksoverheid op zijn eigen site zegt over het bestaan van databanken. Databanken moeten niet alleen worden aangemeld, degenen waarover in die databank informatie wordt vastgelegd moeten ook op de hoogte worden gesteld en zij moeten in staat worden gesteld om die informatie te rectificeren. Wie garandeert dat de informatie over leden van motorclubs in de databank correct is? Dus de databank is niet alleen niet aangemeld, de personen in die databank worden ook niet op de hoogte gesteld.

    Samenvattend:

    1. Politiemensen lopen rond met een bikerhandboek waarin stemming wordt gemaakt over misdaad en wapens, zodat een politieagent flink nerveus kan worden bij het zien van leden van motorclubs.
    2. Agenten die niet zijn betrokken bij bikers of MC’s worden aangezet om toch informatie te verzamelen over bikers voor een niet-aangemelde databank.
    3. De bronnen van het bikerhandboek zijn deels gedateerd, hebben alleen betrekking op het buitenland of hebben een ‘Arendsoog-gehalte’.
    4. Het handboek zelf gaat voor een gedeelte over motorclubs in het buitenland. Ook de informatie van Europol is afkomstig uit het buitenland en gaat niet over de situatie in Nederland.
    5. Verkeerswetgeving wordt gebruikt voor doeleinden die niets te maken hebben met verkeersveiligheid. Er is daarover een rechterlijke uitspraak.

    De vraag is nu wat er wordt gedaan met alle informatie die door de politie zo nauwgezet wordt verzameld. Tot op heden is nooit gebleken dat die informatie wordt getoetst door de bikers zelf in kennis te stellen. Er is nog geen enkele motorclub verboden door een rechter. Waarom dus wel informatie verzamelen? Wat gebeurt er met de informatie?

    Uit tal van uitspraken van de politie zelf blijkt dat informatie wordt gedeeld met de FIOD, de belastingdienst, de gemeentelijke basisadministratie of zelfs de douane. Het is bijna onmogelijk voor leden van Nederlandse motorclubs om een visum te krijgen voor de Verenigde Staten. Hoe weet men daar wie er lid is van een MC? Informatie over MC-lidmaatschap wordt gedeeld met Interpol en Europol. In Nederland kunnen leden van MC’s heel moeilijk aan een pas komen om beveiligingswerk of portierswerk te verrichten. Leden van MC’s kunnen niet in dienst komen bij de overheid en wanneer zij er al werken levert dat problemen op en worden zij onophoudelijk onder druk gezet. Leden van motorclubs krijgen geen Verklaring omtrent gedrag (VOG). Wijkagenten gaan thuis langs bij leden van motorclubs om ze te laten weten dat de politie weet dat ze lid zijn van een MC. Politieagenten gaan langs bij werkgevers om ze te wijzen op het feit dat een personeelslid lid is van een MC. Agenten gaan langs bij instellingen waar leden van MC’s met een bijstandsuitkering vrijwilligerswerk verrichten om ze op de situatie te wijzen. Huiseigenaren die panden verhuren aan motorclubs worden gewezen op het gevaar van de motorclub in hun pand. Eigenaren van feestzalen worden onder druk gezet met informatie uit de politiedatabank. Agenten houden leden van motorclub staande, ‘omdat ze in de landelijke databank zitten’. Het wordt dus een cirkel.

    Er wordt door de politie informatie verzameld over organisaties die niet zijn verboden. De informatie wordt niet getoetst. De databank is niet aangemeld. De informatie wordt gebruikt voor doeleinden die helemaal niet relevant zijn voor enige opsporing. Duidelijk blijkt namelijk dat verkeerscontroles worden ingezet om informatie te verzamelen. Er is dus helemaal geen sprake van strafbare feiten of verdenking daarvan. Informatie wordt wel gebruikt om leden van motorclubs ernstig te hinderen. Niet te hinderen bij het plegen van strafbare feiten, maar te hinderen bij het gewoon deelnemen aan de maatschappij. Werk, vrije tijd, hobbies, vakantie, woonsituatie en familie worden door de politie betrokken bij het bestrijden en lastig vallen van mensen die niet de wet overtreden, maar dat misschien volgens de politie op een dag wel zouden kunnen doen. Daarvoor beroept de politie zich op bronnen uit het buitenland die gedateerd zijn en soms onbetrouwbaar en worden door de rechter verboden technieken gebruikt om gegevens vast te leggen in een niet-aangemelde databank.

    Saillant detail is dat motorbendes van politieagenten nergens worden genoemd in het handboek. Er is blijkbaar geen enkele noodzaak leden van Blue Knights MC, LEMC Marshalls of Lex Legio MC staande te houden voor registratie van kentekens, persoonlijke gegevens of voertuigkenmerken. Dat deze politiemotorbendes rondrijden met exact dezelfde kenmerken als de echte MC’s en het gedrag van de echte MC’s kopieëren heeft daarop blijkbaar geen effect. Voor hen geldt: ouwe jongens krentenbrood!

    Na de recente aanslagen in Frankrijk en België sprak premier Rutte van een rechtstreekse aanval op onze vrijheid.

    Welke vrijheid?

     

    (Voor de fans: http://1percent.nl/PDF/Handboek1percentMCsInNederland.pdf)

     

     

    Politieagenten als outlawbiker

    In 2014 verscheen in Nederland het rapport van de politie genaamd ‘Outlawbikers in Nederland’. De grote man van de bestrijding van motorclubs, commissaris Piem Miltenburg, zei in zijn voorwoord voor dit rapport het volgende: ‘Binnen Nederland worden we de laatste jaren geconfronteerd met een forse groei van outlaw motorcycle gangs (OMG’s). Een groei die, gelet op ontwikkelingen elders in Europa, niet uniek is, maar ons wel tot alertheid maant. Outlaw motorcycle gangs zijn immers geen normale motorclubs…’

    Het rapport gaat verder met wat ‘outlaw motorcycle gangs’zijn.

    Met het hanteren van de nieuwe term outlaw motorcycle gangs,is wel de oude 1%-afbakening aangehouden. De leden van de voormalige Dutch Council waren zogeheten fullcolour-clubs. Deze onderscheiden zich van andere clubs doordat hun fullcolour-leden hesjes dragen met drie backpatches, te weten het logo van de club, een toprocker (halve boog met tekst) met daarin de naam van de club, een bottomrocker met daarin het specifieke chapter (afdeling) of de regio. Ook internationaal gezien wordt de three piece backpatch als onderscheidend voor outlaw motorcycle gangs beschouwd.’

    Enerzijds wordt dus geconstateerd dat er een flinke groei is in de toename van het aantal clubs en hun leden, anderzijds wordt aangegeven hoe je ‘outlaw motorcycle gangs’ kunt herkennen. Dezen hebben namelijk een driedelige set colors op hun rug. En dat onderscheidt ze volgens dit politierapport van de andere , zeg maar gewone, motorclubs.

    Dupont ging de straat op in Nederland en keek eens rond. Hij vond drie motorclubs, naast de bekende clubs als Hells Angels en Satudarah, die aan dit criterium voldoen: Blue Knights MC, LEMC Marshalls en Lex Legio MC. Alle drie de clubs zijn al in eerdere artikelen beschreven. Duidelijk is dat deze clubs alleen toegankelijk zijn voor politiemensen, oud-politiemensen, gevangenispersoneel en mensen die bij het Ministerie van Veiligheid en Justitie werkzaam zijn.

    Hoewel in Nederland nog niet veel incidenten rond deze zogenaamde ‘copclubs’ bekend zijn, is dat in bijvoorbeeld de Verenigde Staten wel het geval. Het politierapport ‘Outlawbikers in Nederland’ grijpt uitvoerig terug op de ontstaansgeschiedenis en gebeurtenissen van motorclubs in het buitenland om de situatie in Nederland te verduidelijken. Wij gaan dus hetzelfde doen. Wij gaan hiervoor naar de Verenigde Staten.

    Een bekende blogger over motorclubs in de Verenigde Staten is ‘The aging rebel’ (www.agingrebel.com). Op 13 januari 2009 schreef deze het volgende op zijn blog:

    ‘City Heat Motorcycle Club wears a three-piece patch. It is one of the so called “Law Enforcement Motorcycle Clubs” that have repeatedly tried to use the police powers of their patch holders to intimidate other bikers and other clubs.

    For example, last August, Ron Smith, a Seattle police union official and a member of the Iron Pigs motorcycle gang shot a member of the Hells Angels Motorcycle Club named Joseph McGuire in the Loud American Roadhouse in Sturgis. The shooting occurred in the course of a fist fight that followed a verbal altercation.

    Apparently McGuire had the audacity to ask Smith why the Iron Pigs were allowed to wear their colors in the Roadhouse while the Hells Angels were not. The police were carrying concealed weapons and were released by local police immediately after the incident. Charges were filed against the cops but dropped. The victim, Smith, spent months in hospital and is facing charges of trying to kill the cop who shot him.

    Clubs like the Iron Pigs, the Wild Pigs, the Untouchables, the Renegades, the Blue Steel and the club central to the Minneapolis suit, the City Heat clearly intend to be outlaws with police privileges.’

    The Aging Rebel haalt hier niet alleen aan hoe leden van niet-copclubs zomaar door deze laatsten worden beschoten, maar ook zegt hij dat vaak motorclubleden hun colors niet mogen dragen in openbare gelegenheden als horeca. Dit laatste is een situatie die vergelijkbaar is met Nederland. Veel horeca weigert dragers van colors en het is ook opgenomen in sommige plaatselijke verordeningen voor binnensteden. De vraag is of de politiemotorbendes zich ook houden aan deze verordeningen en regels.

    Een copclub oftewel politiemotorbende als ‘City Heat’ wordt er ook van beschuldigd openlijk racistisch te zijn.

    In 2014 kwam een federaal rapport uit in de Verenigde Staten waarin werd geconstateerd dat er een snelle expansie was te zien ondanks bloedvergieten van politiemotorbendes. Een vooraanstaand onderzoeker stelde dat Iron Order MC problemen heeft met iedereen.

    Iron Order noemt zichzelf weliswaar geen copclub, maar een groot aantal van de leden van deze club is wel politieman of cipier in het gevangeniswezen. De laatste jaren is Iron Order MC betrokken geweest bij tal van dodelijke incidenten met andere motorclubs. Zo werd in 2014 een lid van de Black Pistons MC doodgeschoten door een lid van Iron Order. De Denver Post bericht op 2 januari 2016 hoe een lid van Iron Order MC een lid van de Mongols MC doodschiet op een motorevenement in Denver. Drie andere clubleden werden neergeschoten. Bekend is dat leden van politiemotorbendes legaal hun wapens mogen dragen, ook in hun hoedanigheid als motorbendelid.

    Terug naar Nederland zien we, net als bij de andere motorclubs, nog geen echte incidenten, maar wel zien we een snelle groei van politiemotorbendes als Lex Legio MC, LEMC Marshalls en Blue Knights MC. Gezien het martiale karakter van deze clubs en de agressieve macho ogende logo’s met doodshoofden en dolken of zwaarden is het misschien alleen nog afwachten totdat er wel iets gebeurt.

    Vooralsnog is niets bekend van maatregelen die door de overheid, of gemeenten, worden genomen tegen deze politiemotorbendes. Blijkbaar sust het gegeven dat de leden van deze clubs allen politiemensen zijn de overheden in slaap. Net als in de Verenigde Staten kan de schok van het wakker worden des te groter zijn.

     

     

    Riding Ralf tegen motorbendes

    De vers benoemde burgemeester van de Limburgse gemeente Heerlen heeft zichzelf al meteen flink op de kaart gezet bleek onlangs. De Telegraaf berichtte daar op 10 maart 2016 het volgende zeer verontrustende nieuws over: ‘De gemeente Heerlen heeft ternauwernood de vestiging van een van de beruchte motorbendes in de Limburgse stad weten te voorkomen. Burgemeester Ralf Krewinkel stak hier de afgelopen tijd een stokje voor, blijkt uit onderzoek van De Telegraaf. Of het om outlawclub Hells Angels, Satudarah of Bandidos gaat, wordt geheim gehouden. De gemeenteraad werd over de verboden komst van de motorbende niet ingelicht, zeggen raadsleden.’

    De gemeenteraad werd niet ingelicht. Wel een beetje vreemd. Is er een addertje onder het gras?

    ‘Ik had signalen gekregen dat leden van een motorclub ergens bij elkaar kwamen om zich te gaan vestigen, daarom heb ik na onderzoek meteen een zogeheten stop-gesprek met de beheerder van dat pand gevoerd”, bevestigt Krewinkel, sinds eind augustus vorig jaar burgervader in Heerlen. ,,Verdere details ga ik niet geven over deze kwestie. Wij monitoren op dit moment voortdurend of er nog steeds dergelijke berichten vanuit de stad komen die betrekking hebben op de motorclubs. Die wil ik in Heerlen namelijk niet hebben.’

    De burgemeester heeft dus ‘signalen’ gekregen. En meteen die signalen omgezet in actie.

    ‘Krewinkel benadrukt dat hij ,,vanuit Den Haag te weinig handvaten krijgt” om te kunnen optreden in dit soort kwesties. Het bezoek van minister Ard van der Steur in mei vorig jaar aan het diepe zuiden van ons land om deze problematiek te bespreken is volgens hem niet afdoende geweest. ,,Ik en ook mijn collega’s hier in Zuid-Limburg moeten meer wettelijke maatregelen hebben om de motorbendes keihard te kunnen aanpakken.’

    Ronduit geweldig zo’n doortastende burgervader te hebben. Maar waarom verzwijgt hij tegen de democratische gemeenteraad welke club er is tegengehouden? Is het wel waar wat de burgervader roept? Wie is eigenlijk de burgemeester van dit Limburgse dorp?

    Ralf Karel Hubert Krewinkel werd in 1974 geboren in een ander Limburgs dorpje, Kerkrade. In deze gemeente was hij jarenlang gemeenteraadslid en zelfs vijf jaar wethouder. Wethouder in Kerkrade? Dat is toch die gemeente waar burgemeester Jos Som zijn sceptertje zwaait? Die man waarvan wij ons afvragen hoeveel geld hij heeft verdient met de ontwikkeling van zijn prestigieuze stadscentrum? Een prestigeproject waar namen bij genoemd worden als Piet van Pol en Joep Jansen? De burgemeester die ook al bij tal van andere een beetje kromme zaken werd genoemd? Dupont schreef er regelmatig over. Daarvan moet Ralf Karel Hubert Krewinkel toch meer geweten hebben? Of was Jos Som destijds net zo zwijgzaam naar zijn wethouders als Krewinkel nu naar zijn gemeenteraad?

    Feit is dat de oude mentor van Krewinkel zijn sporen heeft verdient in de hevige strijd tegen de ‘motorbendes’. Hij werd naar eigen zeggen bedreigd door ‘motorjasjes’ na de sluiting van een horecapand dat in gebruik was als clubhuis van de Hells Angels. Ook hier wist Dupont een en ander danig te relativeren. De vraag is dus of er in Heerlen werkelijk iets aan de hand was. Of is.

    Want wat wil het geval? In Heerlen wordt al enige jaren achtereen een feest gevierd van een motorbende. Dat feest vindt plaats in Huis Eikhold. En er heeft nog nooit een haan naar gekraaid. Ook Ralf Karel Hubert Krewinkel niet. Zelfs hij niet. En dat is zeer opmerkelijk daar deze motorbende een danige reputatie heeft opgebouwd. Soms staan de leden langs de kant van de weg en houden mensen aan. ‘Betalen jij!’ Nog onlangs werd door de leden van de bende het Haagse Binnenhof omsingeld. De motorclubleden wilden namelijk meer loon van hun baas. En weet je wat? Het werkte. Ze kregen 5% meer loon en duizend euro. Dat gaat je niet snel lukken wanneer je alleen op je baas af stapt voor een hoger loontje.

    De motorbende in kwestie is MC Blue Knights. Ja, en lacht u er maar om, maar alle leden van deze motorbende zijn politiemeneren. Dat moet, anders mag je geen lid worden. Om zich van de sterveling te onderscheiden gaan deze heren gekleed in een motorjasje (Ojee, meneer Som!). Regels en onderscheidingstekenen van deze motorbende zijn rechtstreeks afkomstig (of gepikt) van motorclubs als Hells Angels. Die waren hét grote voorbeeld blijkbaar. Kreten als ‘broederschap’, ‘treasurer’, ‘president’,’secretary’, ‘vice-president’, zijn hiervan enige bewijzen. Naast natuurlijk een logo op de rug. De onwetende zou maar zo denken dat de heren ‘onepercenters’ zijn. Op een foto is te zien hoe één van de leden onder zijn motorjasje een setje handboeien aan zijn riem draagt. En dat is niet zo mooi.

    De Telegraaf gaat verder: ‘Naast Heerlen en Oirsbeek kwamen in Zuid-Limburg eerder Sittard-Geleen, Echt-Susteren en Kerkrade in het nieuws vanwege ontwikkelingen rondom motorbendes. In laatstgenoemde stad ontstond een hoop onrust toen de Hells Angels zich wilden vestigen in een voormalig horecapand, eigendom van de van vastgoedfraude verdachte huisjesmelker Joep J., aan de Markt. Burgemeester Jos Som besloot uiteindelijk om dit pand dicht te gooien.’

    Ja, Kerkrade noemden wij al. En over Sittard willen wij ook wel iets zeggen. Daar zit namelijk één van de hoofdkwartieren van de Blue Knights MC. In de Gulicksestraat wanneer u het niet gelooft. Al sinds 1998 en geen haan die er naar kraait. Hoe zit dat met die vergunningen?

    Maar moeten wij dit de kersverse burgemeester van een Limburgs dorpje kwalijk nemen? Per slot is hij een minderheid in zijn eigen college. In een gemeenteraad waar de SP maar liefst 11 zetels heeft en de PvdA maar 2, kan een PvdA-burgemeester maar beter voorzichtig zijn. Af en toe iets roepen tegen motorbendes kan hem daarbij helpen.

     

    Motorbendes met alleen maar politieagenten

    De politie heeft er maar mooi zijn handen vol mee. De motorclubs schieten blijkbaar als paddestoelen de grond uit. De politie heeft er ook een fraaie naam voor bedacht: ‘Outlaw Motorcycle Gangs’. En door die naam maar te blijven voeren gaan de media die naam ook gebruiken. En zo krijgt wie de naam heeft ook de daad. Dat geldt ook voor motorclubs die niet in verband gebracht kunnen worden met criminaliteit. Bovendien is er in Nederland nog geen enkele motorclub door een rechter verboden. Dus om ze dan toch crimineel te noemen. Discriminatie? Stemmingmakerij? Laster?

    Gelukkig geeft de politie nu zelf het goede voorbeeld in motorbendeland. Was er enkele jaren geleden al een motorbende alleen bestaande uit politiepersoneel met de naam Lex Legio MC, vandaag zijn er maar liefst zelfs drie. Lex Legio MC voert in zijn logo (colors voor ingewijden van de motorwereld) een doodshoofd. In een eerder artikel van Dupont (De raadsheer die om de hoek van het clubhuis woonde) zei raadsheer Marquart Scholtz over een doodshoofd op de colors van een motorclub dat in de Tweede Wereldoorlog ook al mensen rondliepen met een doodshoofd op hun jas. En dat was heel scherp van de raadsheer, die om de hoek woont van het clubhuis van Veterans MC. In de Tweede Wereldoorlog waren er namelijk inderdaad politiemensen die rondliepen met een doodshoofd op hun pak. Dat waren kwade lieden die rapportages vervalsten en zomaar mensen aanhielden in dienst van het bevoegd gezag.

    Lex Legio MC zegt op zijn eigen website dat de club is gevormd als een traditionele motorclub. Oeiiiii! Geen gele hesjes dus als ze gaan rijden? De president van de club gaat gebukt onder de stoerklinkende bijnaam ‘Fixxer’. De ‘regelaar’ zouden wij in het Nederlands zeggen. Dat doet ons denken aan ‘de pet’ uit de verhalen van Willem Holleeder. Die kon ook van alles regelen.

    Een andere recent ontstane motorclub waar alleen maar politiemensen lid van mogen worden is het in 2005 opgerichte Blue Knights MC. Ook zij hebben een website. Een website? Waarom? Er staan alleen onduidelijke foto’s op de site en de leden hebben alleen bijnamen. Bijnamen die iets minder stoer klinken dan bij hun collega’s van Lex Legio MC. ‘Koko’ heet hun president. ‘Stil jongens, Koko wil iets zeggen!’ De secretaris van de club heet ‘Castro’ en de treasurer ‘TT’. Het mooie van deze club van ongeveer 35 leden is niet alleen het politieledenbestand, maar vooral de leden die werkzaam zijn voor het Ministerie van Veiligheid en Justitie. Wanneer we zien dat bijvoorbeeld de ‘treasurer’ werkt als operationeel manager beveiliging bij dat ministerie en de ‘quartermaster’ daar eveneens werkt in de beveiliging en de president badmeester is bij datzelfde ministerie, begrijpen wij waarom gekozen is voor schuilnamen en onduidelijke foto’s. De club zegt een internationale motorclub te zijn met afdelingen over de hele wereld. Als dat waar is dan is dat de georganiseerde anti-misdaad. Maar alsof dat nog niet erg genoeg is, sinds 2015 is er nóg een motorclub van politiemensen ontstaan.

    ‘In Nederland zijn wij één van de weinige LEMC’s die het MC protocol volgen.’, zegt deze motorclub, Marshalls, op zijn eigen website. LEMC staat voor ‘Law Enforcement Motorcycle Club’. Zijn er dan meer van? Nee, LEMC Marshalls is de enige club die zich Law Enforcement MC noemt. Op de colors van de club staat opnieuw een doodshoofd. Wij merkten al op wat raadsheer Marquart Scholtz hiervan vindt. Politiemensen met een doodshoofd op hun jas. Als herkenningsteken? Of om mensen af te schrikken? Om de zaak nog te verergeren staat er een agressieve dolk dwars door het doodshoofd heengeprikt. Vermoedelijk lijdt Henk Marquart Scholtz nu aan ernstige slapeloosheid.

    Marshalls LEMC heeft nog een spreuk op zijn logo staan. ‘Integriteit, respect en vertrouwen’ staat er. Er staat alleen niet bij op wie die spreuk van toepassing is.

    Heel opmerkelijk is het dat deze politiemotorbendes zeggen dat zij geen 1%-clubs zijn, maar dat zij wel steeds refereren aan ‘traditionele motorclub’ en ‘het MC protocol volgen’. Welk protocol? Welke tradities? Alles wat tegenwoordig gebruikt wordt door motorclubs is afkomstig van de Hells Angels. Zij waren het die met colors op hun rug gingen rijden en daar regels voor opstelden. Zij kwamen met de naam van de club, de naam van de stad of regio en met het MC gaven zij aan een motorclub te zijn. Zij waren het die het ‘one man, one vote-systeem’ introduceerden en hun eigen officieren kozen. Op de voorkant van hun motorjassen was te lezen wat de functie was van het desbetreffende lid binnen zijn chapter of afdeling. ‘Treasurer’, ‘president’ of ‘secretary’. Precies de namen en de regels die de politiemotorbendes gebruiken. Alles waarmee ze rondrijden hebben ze gepikt.

    Ambtenaren worden al zeer lange tijd lastiggevallen door hun baas wanneer blijkt dat zij lid zijn van een motorclub. In sommige gevallen worden zij zelfs geschorst of ontslagen. Alleen maar omdat zij lid zijn van een motorclub. Nog los van de huisbezoekjes of de bezoekjes aan de baas door politieagenten. Politieagenten? Toch niet van zo’n politiemotorbende zeker? Want opmerkelijk is het wel. Deze politiemotorbendes nemen je alleen maar aan als lid wanneer je bij de politie zit of hebt gezeten. Bij andere clubs wordt je dan juist ontslagen of kan je alvast op zoek naar een goede advocaat. Zelfs de Veterans MC met hun verdienstelijke operationele inzet en hun medailles zijn niet veilig voor de politie die geen kans onbenut laat om ze aan te houden.

    De laatste jaren zijn bijna alle grotere motorevenementen verboden op advies van de politie. Te gevaarlijk! Jaaa, misschien komen er wel leden van verschillende motorclubs tegelijk die dan onderling ruzie gaan staan maken. Over het van elkaar pikken van insignes, logo’s en colors bijvoorbeeld. En doodshoofden. Daar zal nu misschien een einde aan gekomen zijn. Zo zie je maar weer: de politie is je vriend en die pet past ons allemaal. Pet? Nou ja, motorhelm.

    De politiedatabank van Outlaw VVD’ers

    Op 25 januari 2016 schreef Nu.nl: ‘VVD partij met meeste integriteitsschandalen’. Wij citeren het artikel niet, maar geven het voor het gemak helemaal weer:

    ‘Regeringspartij VVD voert ook dit jaar de lijst aan van integriteitsschandalen onder politici en bestuurders.

    Met veertien affaires staan de liberalen, net als in voorgaande jaren, bovenaan de jaarlijkse Politieke Integriteitsindex van weekblad Vrij Nederland. In 2014 waren er binnen de VVD elf schandalen.

    In 2015 gingen in totaal 64 bestuurders en politici de fout in. In 2014 waren dat er 47.

    Strafblad

    Het aantal VVD’ers met een strafblad is daarmee dit jaar opgelopen tot zestien. Daarnaast lopen er nog strafzaken tegen zes liberalen: Rolf Zincken (mishandeling), wethouder Carel van Gelder (hennepkweek), oud-wethouder Piet Ploeg (corruptie), Kathalijne de Kruif (deelname criminele organisatie), oud-senator Jos van Rey (corruptie) en oud-wethouder Tilman Schreurs (corruptie).

    De VVD riep vorig jaar een interne integriteitscommissie in het leven na de ophef rond het declaratiegedrag van Kamerlid Mark Verheijen. Hij erkende fouten te hebben gemaakt en stapte op. Onlangs werd hij nog vrijgesproken door het Openbaar Ministerie.

    De interne commissie kon echter niet verhinderen dat Kamerlid René Leegte (betaalde bijbaan) de fout inging en oud-Senator Loek Hermans (wanbeleid Meavita) de Eerste Kamer moest verlaten. En Europarlementariër Hans van Baalen zegde onlangs halsoverkop twee omstreden bijbanen in de autoindustrie op.

    Grootste partij

    VVD-leider en minister-president Mark Rutte zei vorig jaar in een reactie op alle schandalen dat de VVD voorop moet lopen als het gaat om integriteitsbeleid bij politieke partijen. Volgens de premier is het logisch dat de VVD als grootste partij onder een vergrootglas ligt.

    Vrij Nederland, die de lijst in samenwerking met de Vrije Universiteit samenstelde, stelt dat het niet vreemd is dat de VVD als grootste partij ook de meeste schandalen telt. Toen het CDA de grootste partij was, hadden de christendemocraten de meeste schandalen, schrijft het weekblad.

    Het CDA telt dit jaar overigens zeven affaires. De PvdA telt er zes en D66 had te maken met acht schandalen.’

    Denk eraan dat dit niet zomaar een journalistiek werkje is geweest. Het artikel is tot stand gekomen in samenwerking met de Vrije Universiteit. Wetenschappelijk dus. Wat evenzo bedenkelijk is, is het feit dat ook de andere grotere partijen graag meedoen met deze schandalen. Zij bleven enkel wat achter doordat de VVD veel groter is.

    Wij kunnen ons dus wel vinden in het waarheidsgehalte, althans wij bestrijden het niet. Wij hebben wel een opmerking: ‘Schandalen?’ Welke schandalen? Het gaat hier om misdaad. Mishandeling, corruptie, deelname criminele organisatie, hennepkweek. Het gaat dus niet over politieke integriteit, of om schandalen. Het gaat om misdaad.

    Op de site politie.nl lezen wij het volgende: ‘Ondermijnende criminaliteit, wat is dat nou eigenlijk? De exacte definitie is moeilijk in een zin samen te vatten, maar grofweg betekent het de vermenging van de onderwereld en de bovenwereld. Het is een maatschappelijk probleem. Praktijkvoorbeelden zijn er te over: De buurman die wiet verbouwt op zijn zolder waardoor brand kan ontstaan, mensenhandelaren die hun slachtoffers dwingen tot prostitutie, maar ook overlastgevende hangjongeren op een pleintje die ervoor zorgen dat omwonenden geen aangifte durven te doen. Ondermijnende criminaliteit raakt ons allemaal.’

    Het is dus niet alleen een schandaal wanneer een politicus of een mandataris een misdaad pleegt. Het is ook ondermijning volgens de eigen definitie van de politie. Een maatschappelijk probleem. Maar waarom dan als voorbeeld geven een buurman met wiet op zijn zolder, een mensenhandelaar of overlastgevende hangjongeren? Is dat ondermijning? Is dat het vermengen van de onderwereld met de bovenwereld? Die vermenging, en dus de echte ondermijning, is pas aan de orde wanneer de gegeven voorbeelden contact maken met de bovenwereld. En wat is nu die bovenwereld? Dat zijn de gezagsdragers, de vertegenwoordigers van de gevestigde orde, de grotere jongens. En dat zijn de mensen die we moeten hebben. Anders gaan we de ondermijning te lijf door een omaatje met een bijbaantje, een bijklussende bijstandsmoeder, een bejaarde met een paar plantjes op te sporen en aan te geven.

    Er is op 18 maart van dit jaar zelfs een Dag van de Ondermijning gehouden. Een dag waar vooraanstaande politiemensen, politici, bestuurders en burgemeesters kennis konden maken met dit nieuwe fenomeen. En nu wetenschappelijk is vastgesteld dat die ondermijning in een aantal gevallen afkomstig is van politieke bestuurders, waarom wordt er dan opgeroepen door de politie om te kijken naar je buurman of een stelletje hangjongeren?

    Al eerder schreef Dupont in zijn blogs over een creatieve officier van justitie, Lucas van Delft, die zelf anoniem meldingen deed. Wij vroegen ons toen al af in hoeveel andere gevallen justitie en politie achter dergelijke meldingen zaten of zitten. Dupont meldde ook dat er nogal wat aan de hand was met zogenaamde bedreigingen van burgemeesters door motorclubs. Genoemd werden opnieuw mensen als Lucas van Delft, burgemeesters Jos Som en Fons Jacobs. Dupont meldde ook diverse malen hoe burgemeesters werden genoemd in corruptiezaken. Nou, dat is ondermijning. Echte ondermijning. Die buurman met zijn zolderkamertje is meer een noodsprong van een hulpeloze en kansarme.

    Dupont schreef ook hoe de politie erg creatief omgaat met verkeerscontroles. Ze zien een persoon rijden die zij checken in hun databank en houden hem vervolgens aan voor ‘opvallend rijgedrag’. Daarna worden openstaande boetes gevonden, een zakje wiet (afkomstig van die buurman zijn zolderkamertje?), een wapen en na huiszoeking zelfs enkele messen. Dit terwijl een rechter een uitspraak heeft gedaan over deze handelwijze. Het mag niet. Maar het gebeurt toch! Wat we dus zien is dat onder het mom van ‘ondermijning’ de politie bijna alles kan maken. Er is helemaal geen controle meer.

    Wat wij ons nu afvragen. Er is vastgesteld dat de politie leden van motorclubs registreert, invoert in een databank en regelmatig aanhoudt in hun strijd tegen ‘ondermijning’. Een databank die, wij vermelden het nog maar even voor de zoveelste keer, illegaal is. Is er nu ook een aparte databank voor politici? Een databank voor Outlaw Politicians? Als tegenhanger van de Outlaw Motorcycle Gangs (OMG)? Worden op onzalige tijden leden van de VVD aangehouden die in die databank zitten, wegens ‘opvallend rijgedrag’? Of houdt de politie liever de bestuurders van dit land buiten schot? Nou, dat zou pas echt ondermijning zijn.

     

    Meld Misdaad niet Anoniem

    ‘Meld Misdaad Anoniem (M.) is het onafhankelijke meldpunt waar je anoniem informatie kunt geven over criminaliteit en misdaad. Jouw anonimiteit staat hierbij altijd centraal. Je meldt bij M. over bijvoorbeeld moord, mishandeling, overvallen, drugs, brandstichting, wapen- of mensenhandel. Zo lever je een bijdrage aan de veiligheid in jouw eigen omgeving.’ Dit is wat Meld Misdaad Anoniem zelf zegt op zijn eigen website over het anoniem melden.

    Enige weken geleden werd officier van justitie Lucas van Delft door de politie aangehouden voor het doen van valse meldingen over doodsbedreigingen aan zijn adres. Hij bleek deze bedreigingen zelf te hebben verzonnen. Wij berichtten hierover al eerder. Maar het anoniem melden van bedreigingen was niet het enige wat Lucas van Delft deed.

    Crimesite Camilleri berichtte op 24 februari 2016:

    De verdachte foute officier van justitie Lucas van Delft uit Breda heeft persoonlijk de prepaid telefoonkaart gekocht in de Media Markt. De aangeschafte kaart is gebruikt om de bedreiging tegen hem in scène te zetten . Volgens de Telegraaf is de foute Van Delft door de politie met camerabeelden geconfronteerd. Met de prepaid telefoonkaart probeerde Van Delft anoniem een valse melding te plaatsen bij meld misdaad anoniem. Een domme actie van een ervaren officier van justitie, want de politie kon via het IMEI nummer snel achter halen waar de kaart was gekocht. Via camerabeelden kwam Van Delft als de koper in zicht. Van Delft is inmiddels geschorst.

    Een domme actie van een ervaren officier van justitie? Waarom dom? Omdat hij blijkbaar wist dat meldingen bij Meld Misdaad Anoniem absoluut niet anoniem zijn. Dat was de reden dat hij via Mediamarkt een prepaidtelefoon kocht. Anoniem en betaald met contant geld om ook anoniem te kunnen blijven. Lucas van Delft wist als ervaren officier van justitie dus dat melden bij Meld Misdaad Anoniem niet anoniem was.

    Wij als lezers, weten nu ook iets. Namelijk dat het inderdaad niet anoniem is. En dat Meld Misdaad Anoniem in tegenstelling tot wat zij beweren wel degelijk gegevens over meldingen bewaart. En die gegevens worden alleen maar bewaart voor verder onderzoek. Wanneer het voor de politie belangrijk wordt gevonden om te achterhalen wat de identiteit is van de beller. Dat is dus in tegenspraak met wat Meld Misdaad Anoniem zelf beweert. De politie kwam terecht bij het verkoopadres van de prepaidtelefoon waarmee was gebeld, omdat zij het nummer wisten. Dat nummer was dus blijkbaar toch, tegen alle afspraken in, bewaart.

    M bewaart gegevens van anonieme bellers om deze mensen uit de anonimiteit te kunnen halen. Officieren van justitie weten dit en de politie weet het ook.

    Ook u bent nu op de hoogte!

    De creatieve officier van justitie

     

    Op 6 februari 2016 meldden wij hoe Officier van Justitie Lucas van Delft zijn eigen bedreigingen verzon en daarmee een uitgebreid pakket aan beveiligingsmaatregelen loskreeg van de politie. Wij meldden ook dat deze zelfde Officier van Justitie verantwoordelijk was voor een zaak tegen Johan van Laarhoven. Deze zaak was echter in Nederland niet rond te krijgen. Wij zeiden hierover het volgende: ‘Lucas van Delft was eerder belast met de zaak tegen Johan van Laarhoven, de grondlegger van coffeeshopketen The Grass Company. Van Laarhoven verdiende in Nederland zijn geld met coffeeshops, die hier zijn gedoogd en dus legaal zijn. Van Laarhoven was dus in Nederland juridisch niets te maken. In Thailand werd echter Van Laarhoven veroordeeld voor het witwassen van crimineel geld, toen hij zijn 20 miljoen euro winst overbracht naar dit land. Zijn vrouw kreeg daarbij 12 jaar cel. Omroep Brabant berichtte daarover na het vonnis: “Dit is vreselijk nieuws”, zegt Tim Vis van advocatenkantoor Spong. “Van Laarhoven werd door het dubieuze en rancuneuze handelen van het Nederlandse Openbaar Ministerie overgeleverd aan een rechter die niet voldoende in staat is gebleken het Nederlandse gedoogbeleid te beoordelen.”

    Dus de man die zijn eigen bedreigingen verzon was ook medeverantwoordelijk voor de veroordeling in Thailand van een landgenoot die in Nederland de wet niet overtrad. Blijkbaar was Van Delft goed op de hoogte van de wetgeving in andere landen. In hoeveel andere gevallen werden landgenoten in het buitenland veroordeeld voor iets wat in Nederland helemaal niet verboden is?’

    Johan van Laarhoven schreef vanuit zijn cel in Thailand de volgende brief. Het is een kreet om hulp van een man en een vrouw die vastzitten voor een misdrijf dat zij niet pleegden, maar toch veroordeeld werden dankzij de niet-aflatende pogingen tot veroordeling van een Nederlands officier van justitie met behulp van enige politie-agenten. De brief verscheen op de volgende link: http://justiceforjohan.nl/brieven-van-johan/mijn-naam-is-johan-van-laarhoven/

    Mijn naam is Johan van Laarhoven, in deze brief wil ik een overzicht geven van de verschrikkingen die mijn vrouw, mij en onze kinderen overkwamen omdat de Nederlandse Justitie -onder leiding van Officier van Justitie Lucas van Delft- het nodig vond ons in Thailand aan te geven als zijnde zware drugscriminelen. Mijn vrouw en ik zijn hierdoor op 10 november 2015 tot 18 en 103 jaar gevangenisstraf veroordeeld voor het witwassen van ons geld. Geld wat ik verdiende met de verkoop van cannabis in coffeeshops onder het Nederlandse gedoogbeleid. Hoe dit mogelijk is? Lees en huiver.

    Na ruim 30 jaar trouwe dienst besloten mijn vrouw en ik om het wat rustiger aan te doen en in Thailand te gaan wonen. Begin 2009 zijn we daadwerkelijk verhuisd. Omdat in diezelfde periode de Europese banken niet meer betrouwbaar leken besloten wij ons geld te beleggen in Thais onroerend goed. Al snel bleek dat het niet praktisch was om de coffeeshops vanuit Thailand aan te sturen. Toen heb ik besloten om, door middel van een management buy-out, de coffeeshops  te verkopen. Op 25 oktober 2011 is de deal bezegeld en spraken we af dat de betaling hiervoor in termijnen voldaan kon worden.

    Kort na deze verkoop vond justitie het nodig om een onderzoek te starten naar de bevoorrading van de shops, de zogeheten achterdeur. Er werden de meest waanzinnige beschuldigingen verzonnen.  Ik noem het waanzinnig omdat er nooit enig bewijs voor geleverd is. Het spel werd via de media, gemeenten en zelfs banken en leveranciers gespeeld. Banken trokken hypotheken terug en leveranciers kregen de raad om maar geen zaken meer te doen met de betreffende coffeeshops. Niets  ging justitie te ver om hun uiteindelijke doel te bereiken; de vernietiging van een belasting betalend bedrijf met zo’n honderd medewerkers.  En ik ? Ik werd afgeschilderd als de Pablo Escobar van de lage landen.

    Langzaam werd duidelijk dat de inspanningen niet het beoogde resultaat opleverden. Tijd voor een strategieswitch van Justitie. Ze gingen zich niet meer op de coffeeshops richten, maar op mij.  Er werden verzoeken aan Thailand verstuurd om mijn vrouw en mij te vervolgens voor zogenaamde drugszaken in Nederland.  Het lijkt erop dat Officieer Lucas van Delft goed begreep waar te knijpen in een land met zulke zware drugswetten en een vers geïnstalleerd militair regime. Het woord drugs zou wonderen verrichten. Op 14 juli 2014 stuurt een Nederlandse liaison officier in opdracht van Lucas van Delft een brief vol valse beschuldigingen naar de Thaise procureur-generaal. Met het verzoek om een onderzoek op te starten.  Vervolgens komen twee Nederlandse agenten naar Thailand om samen met de liaison op 21 juli 2014 een verklaring af te leggen vol verdachtmakingen waarvoor geen enkel bewijs overlegd kan worden. De Thai lijken die bewijzen niet eens nodig te hebben. Lucas van Delft had beloofde de Thaise overheid dat ze mijn geld na een veroordeling mogen houden. Ze hadden er dus alle belang bij de Nederlanders te geloven.

    Twee dagen later werd dan ook met veel machtsvertoon een inval in ons huis gedaan. Mijn vrouw en ik werden onder grote media-aandacht gearresteerd. Na onze arrestatie werden wij afgevoerd naar het beruchte Klong Prem gevangeniscomplex in Bangkok waar we nu al 1.5 jaar onder erbarmelijke omstandigheden vastzitten. Onze twee kinderen van toen 5 en 12 jaar, werden aan hun lot overgelaten.

    Op 25 september en 6 oktober stuurt de Thaise officier van justitie een brief naar Lucas van Delft. Hij vraagt daarin met spoed het bewijs in samenhang met de verklaringen van de agenten. Zonder dit bewijs zegt hij geen zaak te hebben. We hebben het hier over 9 dagen voor de zaak gesloten zou worden! Het lijkt bijna niet nodig om het te zeggen, maar ik doe het toch. Dat bewijs is nooit opgestuurd. Toch werden we aangeklaagd.

    In mei 2015 begint eindelijk de rechtszaak, die duurt tot eind september en bestaat uit maar 10 zittingsdagen. Acht dagen voor de Officier van Justitie, twee voor de verdediging. Veel van onze getuigen konden hierdoor niet gehoord worden. Het eerste teken dat er iets mis was.

    Het werd een rumoerige rechtszaak met steeds wisselende rechters en zonder stenograaf. De rechter sprak zelf in een dictafoon in wat hij in de verklaring wilde hebben. Geen goede manier om die altijd compleet te hebben toch? Na de verklaring luisterde een typiste naar de dictafoon, nam alles over op papier en liet het door een getuige ondertekenen.

    De Thaise Officier van Justitie kwam als eerste aan de beurt. Al zijn Thaise getuigen verklaarden hetzelfde. Deze mensen, wij dus, overtraden in Thailand geen enkele wet. Wat wij in Nederland dan misdaan zouden hebben wisten ze eigenlijk ook niet. Het enige wat ze wel deden was verwijzen naar de eerdere -bewijsloze- verklaringen van de drie Nederlandse agenten.

    Die agenten kwamen in juli getuigen. Voor de gelegenheid kwamen zij speciaal met vrienden businessclass overgevlogen en kregen een mooie kamer in een Hilton hotel. Hun verklaringen kwamen vreemd genoeg niet overeen met de verklaringen die ze een jaar eerder afgelegd hadden. Daarnaast bleek de kennis der Engelse taal selectief uit hun geheugen gewist. De aanwezigheid van  de pers en advocaat Sidney Smeets, een kantoorgenoot van Gerard Spong, maakte de heren duidelijk nerveus. Ze konden zich niet meer zo goed herinneren wat ze een jaar eerder gezegd hadden. Uiteindelijk konden zij niet anders dan schoorvoetend toegeven dat er in Nederland alleen maar een onderzoek liep wat al vier jaar duurde maar waar nog steeds niet voldoende bewijs voor was om naar de rechter te gaan. Vervolgens is er door van Delft een brief opgesteld aan de Thaise Officier van Justitie. Daarin schrijft hij over zijn verwachting de zaak in het eerste kwartaal voor de rechter te brengen. Het doel hiervan? De Thai weer vertrouwen geven in de Nederlandse zaak. De brief werd dan ook prompt aan de rechter overhandigd.

    Pas in september was eindelijk de verdediging aan de beurt om ons onschuld aan te tonen. Als eerste mocht ik zelf getuigen. Waarbij ik duidelijk heb uitgelegd dat in Nederland de verkoop van cannabis –in een vergunning houdende coffeeshop- gedoogd is. Dat deze verkooppunten net als elk ander bedrijf belasting afdragen. Het bewijs dat ik dat ook deed had ik netjes aan de rechtbank overhandigd.

    Hierna was het de beurt aan Tukta, zij verklaarde over onze relatie en waarom het onroerend goed op haar naam staat. Wat overduidelijk is, een buitenlander mag in Thailand namelijk geen onroerend goed bezitten.

    Als laatste kwamen Gerard Spong, Sidney Smeets en oud-rechter Frits Lauwaars  aan de beurt. Zij waren naar Thailand gekomen om de rechters uitleg te geven over het Nederlandse gedoogbeleid en hun te overtuigen van ons onschuld. Helaas leek het erop dat de rechters totaal geen belangstelling hadden voor hun verhaal. Ze keken verveeld, stelden geen enkele vraag en waren druk met berichtjes te versturen met hun telefoon.

    Wij vonden het gedrag van de rechters erg vreemd maar dachten dat dit kwam omdat zij allang begrepen hadden dat wij onschuldig waren. Een grote vergissing bleek zes weken later. Op tien november, de zwartste dag uit ons leven, verklaarde de rechtbank ons schuldig en veroordeelde mij tot 103 jaar celstraf en mijn vrouw tot 18 jaar.

    Hun motivatie? De Thaise anti-witwas wet zegt sinds 2013 dat mensen ook voor basisdelicten buiten Thailand gepleegd, veroordeeld kunnen worden. Dat ik in Nederland nooit veroordeeld ben maakte voor hen niet uit. Volgens de Thai kan de verkoop van cannabis in Nederland dan wel legaal zijn. In Thailand is het illegaal, een overtreding van artikel  5 van de anti-drugs wet die zegt dat bezit of verkoop van cannabis zonder vergunning illegaal is.  Daarom zijn wij door de rechtbank toch veroordeeld.

    Pure onzin natuurlijk, ik had in Nederland namelijk wel een vergunning en in Thailand heb ik nooit cannabis verkocht of in bezit gehad.  Wat ik Nederland gedaan heb is niet voor een Thaise rechter om daarover te oordelen. Dit maakt die veroordeling een belediging van de Nederlandse rechtsstaat en een grove schending van onze soevereiniteit. Verder gebruikt de rechtbank een wet uit 2013 hoewel ik mijn bedrijf al in 2011 verkocht heb. Volgens Thais en internationaal recht is het verboden om een wet met terugwerkende kracht te gebruiken. Ik ben gewoon voor de bus gegooid, met dank aan Lucas van Delft.’

    Wij hebben maar twee vragen:

    1. Wat gaat de Nederlandse overheid doen om dit recht te zetten?
    2. Hoeveel andere Nederlanders zijn er met deze constructie in het buitenland veroordeeld?
    Zieligheid als argument

    Omroep Brabant bericht zaterdag 6 februari 2016 dat officier van justitie Lucas van Delft zijn eigen bedreiging verzon. Onder een andere naam belde Van Delft op (naar Meld Misdaad Anoniem?) om aan te geven dat hij met de dood werd bedreigd. De politie kwam meteen na deze bedreigingsmelding met een zeer uitvoerig pakket aan beveiliging voor de officier. Wij zullen dit verschijnsel noemen ‘het Varma-effect’.

    Lucas van Delft was eerder belast met de zaak tegen Johan van Laarhoven, de grondlegger van coffeeshopketen The Grass Company. Van Laarhoven verdiende in Nederland zijn geld met coffeeshops, die hier zijn gedoogd en dus legaal zijn. Van Laarhoven was dus in Nederland juridisch niets te maken. In Thailand werd echter Van Laarhoven veroordeeld voor het witwassen van crimineel geld, toen hij zijn 20 miljoen euro winst overbracht naar dit land. Zijn vrouw kreeg daarbij 12 jaar cel. Omroep Brabant berichtte daarover na het vonnis: “Dit is vreselijk nieuws”, zegt Tim Vis van advocatenkantoor Spong. “Van Laarhoven werd door het dubieuze en rancuneuze handelen van het Nederlandse Openbaar Ministerie overgeleverd aan een rechter die niet voldoende in staat is gebleken het Nederlandse gedoogbeleid te beoordelen.”

    Dus de man die zijn eigen bedreigingen verzon was ook medeverantwoordelijk voor de veroordeling in Thailand van een landgenoot die in Nederland de wet niet overtrad. Blijkbaar was Van Delft goed op de hoogte van de wetgeving in andere landen. In hoeveel andere gevallen werden landgenoten in het buitenland veroordeeld voor iets wat in Nederland helemaal niet verboden is?

    Wat wij ons nu afvragen is dit: gebeurt het vaker dat politie of justitie zélf bellen naar Meld Misdaad Anoniem? Op deze manier kun je volkomen legaal bij mensen invallen doen, of ze aanhouden voor onderzoek, of een groot onderzoek starten. De talloze meldingen via de meldlijn over ‘buren met een wietplantage’ komen hiermee ook in een heel ander kunstlicht te staan.

    Maar wij gaan verder, want het zal toch niet dat? Op 9 juli 2015 berichtte Dupont in zijn rubriek ‘Burgemeester Jos Som in het nauw’ hoe het erg twijfelachtig is dat de burgemeester van Kerkrade werkelijk is bedreigd. Hij zegt daarover zelf tweemaal iets geheel anders en het is ook te betwijfelen dat de Hells Angels daarachter zitten. Bovendien werd zogenaamd zijn dochter ook nog bedreigd. Dupont geeft aan dat ook dat waarschijnlijk heel anders zit. Het leverde de burgemeester wel veel publiciteit op en hij wist de motorrijders neer te zetten als een stel nietsontziende boeven.

    In hetzelfde artikel over Jos Som geeft de burgemeester van Helmond aan dat hij verkeerd is voorgelicht door justitie over eerdere bedreigingen aan zijn adres. Heel vreemd dus allemaal. Burgemeesters moeten onderduiken nadat zij door justitie zijn getipt over zeer ernstige bedreigingen. Daarna blijkt dat die burgemeesters of erop los liegen of zelfs aangeven dat ze zich bedonderd voelen. Overigens zijn beide burgemeesters tevens onderwerp van speculaties over corruptie. In één geval (maar wie weet hoeveel andere gevallen er nog zijn?) blijkt zelfs dat een officier van justitie zelf stiekem opbelde naar een meldlijn om valselijk aan te geven dat hij werd bedreigd.

    Nu weer terug naar de eerbare Lucas van Delft. Deze officier van Justitie was ook belast met onderzoeken naar leden van motorclub Satudarah. Deze motorclub wordt in verband gebracht, u raadt het al, met ernstige misdrijven als bedreigingen. Net als de Hells Angels trouwens. En in beide gevallen is nu grote twijfel ontstaan. Wij berichtten ook al diverse malen hoe de ‘voortgangsrapportages’ over motorclubs door de politie vol stonden met valse informatie. De politie is dus nogal makkelijk met het zetten van ‘informatie’ in rapportages en justitie verzint zelf bedreigingen, terwijl meldingen op Meld Misdaad Anoniem ook door politie of justitie gedaan kunnen worden. Ja, zo krijg je iemand wel achter slot ende grendel.

    Dat de politie niet te vertrouwen is, bleek al eerder, zoals met de leugens in het proces-verbaal over de dood van Mitch Henriques vorig jaar. Nu blijken ook officieren van justitie en burgemeesters niet altijd op hun mooie ogen te vertrouwen. En hoe zit het dan met de onafhankelijke rechters, zo zult u natuurlijk graag willen weten. Uitgerekend over zo’n rechter berichtte Dupont in oktober 2015 in het artikel ‘De raadsheer die om de hoek van het clubhuis woonde’. Mr. Marquart Scholtz, de rechter in een zaak tegen motorclub Veterans MC, bleek om de hoek te wonen van het clubhuis van de club in Haren. Natuurlijk was zijn uitspraak niet in het voordeel van de club.

    Je hoeft in dit land de wet helemaal niet te overtreden om in de gevangenis te belanden.

     

     

     

    Is er niets illegaals? Dan passen wij de wet wel even aan en kunnen wij toch optreden!

     

    Een vervelend begin van het jaar voor de bestuurders van vrij Nederland. Ten eerste kwamen de media met verontrustend nieuws over de inzet van verkeerscontroles die worden misbruikt voor opsporing. De NOS meldde op 21 december 2015 met enige tegenzin: ‘De politie mag voortaan geen verkeerscontrole meer gebruiken om een verdachte aan te houden. Dat heeft het gerechtshof in Amsterdam bepaald. Het hof behandelde een zaak waarbij tijdens een zogeheten dynamische verkeerscontrole in een auto bijna een kilo wiet was gevonden. Bij deze vorm van controle volgen politieagenten in burger de auto van de verdachten. Vervolgens laten agenten in uniform de wagen stoppen onder het mom van een verkeerscontrole. In werkelijkheid wordt dan informatie over inzittenden en hun eventuele criminele achtergrond nagetrokken. Het hof vindt dat de politie zich schuldig heeft gemaakt aan ‘misbruik van recht’. Verkeerscontroles hebben een ander doel dan het doen van opsporingsactiviteiten, zo oordeelt het hof. Daardoor is het bewijs onrechtmatig verkregen en is de verdachte vrijgesproken.’

    De oplettende lezer zal vermoeden waar wij heen willen met deze uitspraak. Het is namelijk al enige jaren goed gebruik bij de politie om motorrijders die de colors van een motorclub op hun rug hebben aan te houden tijdens een ‘algemene verkeerscontrole’. Duidelijk werd dat deze controles alleen werden bedoelt om de identiteit en de motorkenmerken te controleren om opgenomen te worden in een niet door de politie aangemeldde, dus illegale, databank waarin alle leden van MC’s. Verkeerscontroles hebben een ander doel dan het doen van opsporingsactiviteiten, zo oordeelde het hof. Vragen beantwoorden als: ‘Waar gaat u heen?’, ‘Waar komt u vandaan?’, ‘Wat is uw functie binnen de motorclub?’ vallen natuurlijk ook niet onder een verkeerscontrole. Deze uitspraak betekent feitelijk dat de politieagent op zoek naar onverlaten niet zomaar meer een ‘algemene verkeerscontrole’ mag houden voor één enkel voertuig omdat daar toevallig een lid van een MC in of op rijdt. We zullen zien of er voor MC’s toch uitzonderingen gemaakt gaan worden. Dat zou namelijk een vorm van discriminatie zijn.

    Ander heel vervelend nieuws is het feit dat gemeenten die ‘in hun maag’ zitten met leden van MC’s die ambtenaar zijn daar niet veel aan kunnen doen. Crimesite bericht daarover op 22 januari 2015 het volgende: ‘Om iemand die in zijn vrije tijd lid is van een controversiële motorclub ontslag aan te kunnen zeggen moet bijvoorbeeld bewezen kunnen worden voor een rechter dat de reputatie van een overheidsinstantie in het geding is. Verder moet het gedrag van deze persoon aantoonbaar strijdig zijn met het gemeentelijk beleid. Het is moeilijk om zulke argumenten bij een kantonrechter waterdicht te bewijzen.’ Dit aldus het oordeel van twee arbeidsrechtspecialisten die door de gemeente Amsterdam zijn ingehuurd om te bekijken hoe twee leden van de Hells Angels kunnen worden ontslagen door de gemeente. De gemeente probeert al sinds 2013 van deze twee hardwerkende mensen af te komen. Zonder resultaat.

    Niet alleen de gemeente Amsterdam heeft leden van MC’s in dienst als ambtenaar, ook andere gemeenten hebben dit ‘probleem’. Het Ministerie van Defensie heeft ook diverse ‘bikers’ in dienst die niet zomaar ontslagen kunnen worden. En over reputatie gesproken: zonder de niet aflatende pogingen van de gemeenten om van die ambtenaren af te komen zou helemaal niemand op de hoogte zijn van hun bestaan. Die mensen blijken gewoon hun werk te doen, zij vallen nauwelijks op en er is verder ook niets aan te merken op betrokkenen. Erger nog is het feit dat het blijkbaar zo is dat er leden van MC’s zijn die de bestaande vooroordelen van werkloze parasiterende en criminele woestelingen eenvoudig weerleggen door zonder problemen een goede baan te hebben bij de overheid.

    Om dus toch nog even te kunnen natrappen tegen mensen die: A. gewoon een baan hebben, B. hard genoeg werken om om die reden niet ontslagen te kunnen worden, C. volgens arbeidsrechtdeskundigen niet ontslagen kunnen worden, heeft burgemeester Van der Laan van Amsterdam het volgende besloten: ‘In de gemeentelijke gedragscode zal nu worden opgenomen dat het lidmaatschap van een MC niet samengaat met werken bij de gemeente.’ Want hij zal het laatste woord hebben deze volksvertegenwoordiger.

    Uit beide twee voorbeelden blijkt weer eens dat de politie op onwettige basis mensen aanhoudt en controleert en dat overheidsinstanties die geen geldige juridische reden hebben om mensen te ontslaan gewoon de wet, of gedragsregels, aanpassen. Je bent dus als lid van een MC altijd wel de klos.

    In eerdere artikelen schreven wij al dat het juist de politie is, die dus controles misbruikt volgens de rechter, die rapportages schrijft (op basis van feiten onder andere bijeen gesprokkelt tijdens die ‘algemene verkeerscontroles’) en daarmee gemeenten aanzet tot maatregelen tegen motorclubs. Voorts blijkt nu dat er tegen de clubs niets is te ondernemen, omdat zij door geen enkele rechter tot verboden organisatie zijn verklaard en bovendien dat er tegen individuele leden die ambtenaar zijn ook niets is te ondernemen omdat zij geen strafblad hebben en zich niet slecht gedragen. Uit tal van krantenartikelen blijkt telkens opnieuw hoe bestuurders en politici door rechters worden veroordeeld wegens fraude en corruptie. Mogen er straks geen leden van de VVD of het CDA meer als ambtenaar werken?

    Onze vraag is nu: Wat is het probleem?

    De mol die eigenlijk een rat was

     

    Op 2 oktober 2015 werd in het Limburgse Weert de 28-jarige Mark M. gearresteerd. De man, die het breed liet hangen, was werkzaam bij de politie en werd beschuldigd van het lekken van informatie. In de dagen die volgden werd steeds meer bekend over de man. Werd hij eerst genoemd als 48-jarige agent, nu bleek het te gaan om een 28-jarige man. De man bleek niet alleen loslippig te zijn geweest, maar werd inmiddels beschuldigd van het doelbewust informatie verstrekken aan drugscriminelen en leden van enkele motorclubs. In het huis van M. werd 235.000 euro aan contant geld gevonden.

    M. bleek niet helemaal alleen te hebben gehandeld, in zijn kielzog werd een 45-jarige man gearresteerd. M. was werkzaam in het Brabantse Son bij de Dienst Infrastructuur van de politie. Dat M. werd aangenomen bij de politie is op zich een wonder, hij werd namelijk eerder door de AIVD ongeschikt bevonden voor een baan bij de politie. De politie echter sloeg dat advies in de wind en nam de voormalige persfotograaf toch aan.

    Zeer opmerkelijk, des te meer daar het oud-hoofd van de AIVD het tegenwoordige hoofd van de Nationale Politie is. Korpschef Gerard Bouman kondigde vorige week zijn vertrek aan zonder opgaaf van redenen enige dagen later gevolgd door zijn trouwe vriend en hoofd van de communicatie-afdeling Eric Stolwijk. Gerard Bouman kwam regelmatig in het nieuws in verband met onderzoeken naar en de aanpak van motorclubs. Tachtig procent van de leden van die motorclubs was volgens hem crimineel. Jawel. Met name in Brabant en Limburg zou het de spuigaten uitlopen.

    Mark M. had het de politie bepaald niet moeilijk gemaakt. In Weert bleek hij een bekende persoon die met zijn Oekraiense vrouw een importfirma runde voor bont. Ook reed Mark rond in een dure bolide en fronste menigeen zijn wenkbrouwen over zijn flamboyante levensstijl. De politie echter viel het niet op. Verblind als zij waren door de strijd tegen de motorbendes? Of is er nog meer mis bij de politie?

    Op 19 oktober 2015 bericht rtlnieuws.nl : ‘Het Openbaar Ministerie heeft in Eindhoven vanochtend een agent aangehouden. Hij zou zich niet hebben gehouden aan zijn ambtsgeheim. Ook zijn er twee burgers aangehouden, een daarvan is een medewerker van het RTL4-programma Ontvoerd.’

    De aangehouden burger die voor RTL-4 werkte is Peter van Vugt, een oude bekende. Van Vugt begon zijn carrière bij de politie Brabant Zuid-Oost, waar hij lid was van een arrestatieteam. Na zijn politietijd werd hij directeur van de Spyshop Eindhoven en verkocht hij opname-apparatuur en volgapparatuur. Dit soort gadgets is ook zeer in trek bij criminelen. Nog vorige maand werd een andere directeur van een Spyshop, de Spyshop Nieuwegein, doodgeschoten bij zijn voordeur. Volgens Crimesite.nl op 17 oktober 2015 had deze Ronald Bakker apparatuur verkocht aan enkele criminelen die mogelijk liquidaties aan het voorbereiden waren. Een gevaarlijk beroep dus, directeur van een Spyshop. Peter van Vugt was tevens eigenaar van het bedrijf Quick Look Investigations en werkte al jaren nauw samen met de eveneens uit Eindhoven afkomstige oud-politieman John van den Heuvel. Op Ibiza verzorgde Peter van Vugt de beveiliging van enkele vermogende Nederlanders die daar woonden. Van Vugt wordt volgens De Telegraaf verdacht van vuurwapenbezit en het uitlokken van het lekken van politiegegevens. Overigens heeft dat waarschijnlijk niets te maken met John van den Heuvel zelf of zijn programma.

    U ziet het nu zelf. Criminelen zitten overal, ook bij de politie.

     

     

     

    Verbal diarrhea

    Afgelopen week kregen wij weer verschillende artikelen in de media binnen. Uit de meeste artikelen blijkt hoezeer de politie in het duister tast over motorclubs en maar wat verzint. Zij hebben de klok horen luiden, maar weten niet waar de klepel hangt.

    Op 21 september, een maandag, begon de week met het nieuws dat de explosieve groei van criminele motorclubs was gestopt. Bijna alle media brachten het nieuws. Wij citeren staatsomroep NOS: ‘De jarenlange explosieve groei van criminele motorclubs is gestopt. Dat zeggen de Nationale Politie en de motorclubs zelf. De enorme aanwas was juist de reden voor een harde aanpak van de clubs.Verschillende overheden vreesden voor een bendeoorlog, omdat de territoriumdrift tussen motorclubs tot spanningen leidde. Pim Miltenburg, de politietopman die verantwoordelijk is voor de aanpak van de motorclubs, zegt dat de harde aanpak zijn vruchten heeft afgeworpen. “Burgemeesters hebben clubhuizen gesloten, er zijn veel onderzoeken geweest naar individuele leden van motorbendes, de Belastingdienst heeft meegewerkt om ze aan te pakken, de politie treedt op op de openbare weg. We zien daarom minder intimiderend gedrag van de motorbendes.’ ‘Miltenburg zegt dat er in 2015 een lichte groei was van de motorclubs. Dit jaar zouden er negen afdelingen zijn bij gekomen. Een speciale eenheid van de politie heeft op dit moment zeventien motorclubs in beeld die ze crimineel noemt, met in totaal 123 verschillende afdelingen. In 2011 waren er nog maar tien clubs met in totaal 31 ‘chapters’. De politie heeft zo’n 1800 leden in het vizier.’

    Vreemd. Eerst wordt de onwetende burger vertelt dat er een explosieve groei was en dat die inmiddels is gestopt en dan volgt een uitspraak van de man die daarover gaat, Piem Miltenburg, dat er in 2015 een lichte groei was van de motorclubs. Miltenburg, die zelfs binnen zijn eigen korps bekendstaat als een fanatieke hardliner, noemt daarbij een aantal van 1800 motorclubleden. Op 8 augustus 2015 noemt ex-BBE commandant en huidig recherchechef Rienk de Groot in bndestem.nl echter een aantal van 1200 motorclubleden. Nogal een verschil. Rienk de Groot verdiende zijn strepen tijdens de belegering van de Hofstadgroep in het Haagse Laakkwartier. Fijn dus om te weten dat hij zich nu bezig houdt met motorclubs. Dus wat is het nu? Lichte groei, explosieve groei, groei gestopt of aantallen fors teruggelopen? Wat in ieder geval wel weer duidelijk wordt is hoe de media geen enkele moeite doen om berichten en cijfers van de politie te verifiëren.

    Iets anders wat uit dit krantenartikel blijkt is de opmerking van Piem Miltenburg dat ‘juist de enorme aanwas de reden was voor een harde aanpak van de clubs’. Dat is wel zeer merkwaardig. Omdat de clubs groeiden, moesten politie, burgemeesters en belastingdienst in actie komen? En dan hebben we het dus over aantallen van ongeveer 1800 man. In totaal. Er moet wel waanzinnige paniek zijn bij de politie over de enorme toestroom bij watersportverenigingen, hockeyclubs, voetbalclubs en bridgegenootschappen.

    ‘We zien daardoor minder intimiderend gedrag van de motorbendes’, zegt Miltenburg nog en ook daar vinden wij iets van. Ten eerste is het zo dat er helemaal geen cijfers zijn van intimiderend gedrag van motorbendes. Welk intimiderend gedrag? Tegen wie? En vooral, door wie? Het kan toch niet zo zijn dat club ‘A’ intimiderend gedrag vertoont en club ‘B’ daardoor wordt lastiggevallen door de politie of zelfs in de statistieken terechtkomt? Verder is door talloze andere krantenartikelen bekend dat motorclubs niet welkom zijn in de horeca (op aandringen van de politie die schermt met onnauwkeurige rapportages en daarmee gemeenten en horecaondernemers onder druk zet) en dat clubs soms zelf besluiten om zonder colors te gaan stappen. Dat betekent dat die clubs misschien wel juist in aantal toenemen, maar onzichtbaar zijn geworden door de druk van de politie. Een ongewenst effect, daar wanneer dat inderdaad zo zou zijn, er veel minder zicht is op wie wat doet. De politie roept eerst dat motorclubleden zich schuldig maken aan zware misdaad, vervolgens zorgt de politie er voor dat de leden van die clubs zich minder vertonen met hun colors en dan roept de politie triomfantelijk dat de aantallen clubleden minder zijn geworden en hun beleid dus succesvol is. Rienk de Groot zegt daarover in bndestem: ‘De Groot zegt dat het aantal criminelen in de regio de afgelopen jaren ‘helemaal niet is toegenomen’: “Ze hebben alleen een hesje aangetrokken en zich bij een motorbende aangesloten. Het enige voordeel daarvan is wel dat ze voor ons nu duidelijk herkenbaar zijn.” Dat is dus precies het omgekeerde wat de politie beoogt.

    Wij merken nog op dat de groei van motorclubs verband lijkt te houden met negatieve berichtgeving in de pers. Tijdens de oorlog in Scandinavië tussen Hells Angels en Bandidos namen de aantallen leden enorm toe. Na een zeer negatieve pers in Australië en verregaande maatregelen van de autoriteiten namen ook daar de aantallen leden toe (zie ook op deze website de blog Holle vaten…).

    We zagen net al de naam van een nieuwe motorclubexpert bovendrijven; de sportman Rienk de Groot. Als recherchechef moet De Groot zich blijkbaar nog inlezen, als commandant van de Bijzondere Bijstands Eenheid (BBE) hoeft hij dat waarachtig niet. Toch een beetje vreemd dat De Groot wel als expert geraadpleegd werd nota bene op de Politieacademie. Wij lezen op politieacademie.nl/onderwijs/ov namelijk het volgende: ‘Een motorclub ontwikkelt zich tot een criminele organisatie. In deze sessie vertellen de hoofdrolspelers van gemeente, politie en het Openbaar Ministerie over de manier waarop in Enschede partners samenwerkten om dit probleem het hoofd te bieden. Daarvoor zijn de burgemeester van Enschede Peter den Oudsten, het plv. diensthoofd Landelijke Recherche Rienk de Groot en rechercheofficier mr. Evert Harderwijk van het Landelijk Parket (OM) uitgenodigd. “De belangrijkste vraag die op tafel lag was hoe we het toch voor elkaar hebben gekregen resultaten te boeken,” vertelt Harderwijk.’

    De politieacademie geeft dus les aan de hand van ‘gevallen uit de praktijk’, waarbij als expert mensen worden ingehuurd die de cijfers niet goed kennen. Toch wordt door het geven van uitgerekend lessen met als casus een motorclub een beeld gecreëerd bij politiemensen van gevaarlijke en misdadige motorclubs. Wanneer u nog twijfelt, hier het gevolg ervan. Op 112Groningen.nl van 26 september 2015 lezen wij over een grote oefening van de brandweer: ‘Denk aan verschillende scenario’s zoals een ongeval met gevaarlijke stoffen en een bijzonder waterongeval, maar ook brandbestrijding en een XTC lab. Ook was er een motorbende met een wietkwekerij.’

    Kwalijk, want er is nog nooit een motorclub als club betrokken geweest bij een wietkwekerij. Toch wordt een dergelijk feit geoefend door de brandweer. We zien dus hoe onnauwkeurige cijfers via niet ter zake kundige politiemensen terechtkomen in de leerstof of lesmateriaal voor weer andere politiemensen en zelfs de brandweer. Zorgvuldig een vijandsbeeld scheppen en daarna de zelf bedachte bedreiging uitschakelen. Het doet ons ergens aan denken.

     

     

     

     

    De politie en het mysterie van Justitie en Veiligheid

    Al eerder schreven wij hoe het er op lijkt dat de politie geheel op eigen gezag beleid uitstippelt en mensen en motorclubs vervolgt. Er worden eigenhandig fantasierijke rapportages uit de hoge hoed getovert, die vervolgens worden aangesmeerd aan gemeenten en de media. De schade die op deze manier ontstaat is enorm. Mensen raken hun baan kwijt, clubhuizen worden gesloten, dwangsommen worden opgelegd, leden van motorclubs komen in een sociaal isolement. Motorclub Veterans MC heeft begin deze maand een rechtszaak aangespannen tegen de politie wegens laster en smaad en hoopt in oktober op een uitspraak van de rechter.

    Inmiddels gaat de politie gewoon door met ‘waarheidsvinding’ en komt en passant ook nog met acties om meer loon af te dwingen. Ministeries worden geblokkeerd, politiebureaus worden gesloten voor het publiek, er wordt gedreigd met het niet opleggen van boetes waarbij chaos ontstaat omdat even later toch maar wordt afgezien van deze actie. Maar, wat blijkt nu, de politie is niet alleen in het eigen rechtertje spelen. Het Openbaar Ministerie deelt de interesses van zijn trouwe uitvoerders. Sterker nog, zij doen hetzelfde.

    Gisteravond sprak de bekende misdaadverslaggever Peter R. de Vries daarover bij Witteman. Volgens De Vries is de Nationale Politie een grote mislukking geworden en doet het OM alsof zij geen verantwoording hoeven af te leggen. Advocaat Spong voegde daar aan toe dat de bezem er door moest bij het OM. Wat was er aan de hand? Ging het weer over motorclubs?

    De aanleiding van het gekrakeel was de reportage van Brandpunt afgelopen zondag over Volkert van der Graaf. Van der Graaf vertelde voor de verborgen camera hoe hijzelf met zijn advocaat contact had opgenomen met een fotograaf om een foto te laten nemen op straat en die in De Telegraaf te laten plaatsen. De heksenjacht op hem zou daarmee hopelijk ophouden. Terwijl half Nederland probeerde in beeld te komen om een afkeurende reactie te geven op het gebeurde, omdat Volkert daarmee zijn vrijlatingsvoorwaarden zou hebben geschonden, kwam ook minister Ard van der Steur in beeld.

    Van der Steur is minister van Justitie en Veiligheid en hij werd als eind- en hoofdverantwoordelijke van het OM ter verantwoording geroepen door de Tweede Kamer. Maar, zo verklaarde hij, er was hem niets bekend van een deal tussen Volkert van der Graaf en De Telegraaf. Het OM wist er niets van. De volgende dag bleek echter dat het Openbaar Ministerie wel degelijk op de hoogte was van de fotosessie en dat zelfs bodyguards beschikbaar waren gesteld om de hele Amsterdamse gracht af te sluiten voor de fotosessie, zodat ongestoord kon worden gefotografeerd. Alleen de minister werd hiervan niet op de hoogte gesteld. De minister lichtte op die manier de Tweede Kamer verkeerd voor en zette daarmee zijn functie als minister op het spel.

    Zoals Peter R. de Vries en mr. Spong betoogden, was het hele verhaal het zoveelste bewijs van de eigengereidheid van het Openbaar Ministerie, eigenlijk zelfs van het hele Ministerie van Justitie en Veiligheid. Het OM overtrad buiten medeweten van de reclassering vrijlatingsvoorwaarden buiten de minister om en loog daarover tegen de minister toen er vragen werden gesteld. Tegen de voorganger van minister Van der Steur, Ivo Opstelten, werd ook gelogen over deals met criminelen, de zogenaamde bonnetjesaffaire. Er moesten door die affaire een minister en zijn staatssecretaris opstappen.

    We hebben dus een Tweede Kamer die om de tuin wordt geleid. Een minister die in zijn eigen ministerie weinig te zeggen heeft en waartegen door zijn eigen ambtenaren wordt gelogen. We hebben een OM dat op eigen houtje deals maakt met criminelen en daar vervolgens over liegt tegen de minister. We hebben een Openbaar Ministerie dat weigert in actie te komen tegen gemeenten die met hun begroting knoeien.We hebben ook een reorganisatie bij de politie die nu twee keer zo duur zal uitkomen dan begroot, terwijl die reorganisatie een mislukking lijkt te worden. We hebben politiechefs die publiekelijk, buiten het parlement of de minister om, benadrukken dat de wet veranderd moet worden om motorclubs die niet strafbaar zijn tóch strafbaar te kunnen stellen. We hebben een politieapparaat dat aantoonbare onzin verkoopt in voortgangsrapportages om daarmee beleid te rechtvaardigen tegen mensen die geen vlieg kwaad doen. We hebben machtige politievakbondsleiders die hun leden maatschappelijke ontwrichtingen laten uitvoeren om meer loon af te dwingen, terwijl diezelfde vakbondsman beschuldigd is van een vorm van corruptie.

    De vragen die niemand stelt zijn simpel. Is het Openbaar Ministerie nog wel uit op waarheidsvinding? Is het Openbaar Ministerie niet zijn eigen koers aan het varen buiten parlement en minister om? Is de politie er niet in geslaagd een stille staatsgreep te plegen? Wat is het woord van de politie en het Openbaar Ministerie waard?

    Oproep

    Onderzoek oneigenlijk gebruik machtsmiddelen van de overheid ten aanzien van motorclubs voor een uitgebreid artikel op onze blog.

    Steeds vaker worden mensen die relaties, zowel zakelijk als vriendschappelijk, hebben met motorclubs of leden van motorclubs, door de politie lastiggevallen. Dit gebeurd onder het mom van criminaliteitsbestrijding, maar tegen de betreffende clubs en/of leden wordt geen strafvervolging ingesteld. Dit machtsmisbruik is dus intimidatie van de overheid gericht op het isoleren van motorclubs en haar leden. Dit mist elke rechtsgrond, vandaar dit onderzoek. Wij willen verhalen verzamelen van mensen, organisaties, bedrijven (kan anoniem) die door de overheid onder druk zijn gezet om niet meer samen te werken met motorclubs of hun relaties met leden te verbreken.

    In ons artikel ‘Boeman Bouman en zijn patriotten van de politiestaat’ schreven wij al het volgende: ‘Al jaren gaan verhalen in de motorclubwereld dat de politie stiekem acties uitvoert om motorclubs of leden daarvan te benadelen. Zo worden horeca-ondernemers niet alleen bedreigd om MC’s buiten de deur te houden, ze worden ook bezocht om informatie over bezoekers los te peuteren. Ze worden bang gemaakt met de vraag of ze worden afgeperst, of rekeningen wel netjes worden betaald.

    Werkgevers van motorclubleden worden benaderd en bang gemaakt. Zakenpartners van motorclubleden die een eigen zaak hebben worden door de politie ‘gewaarschuwd’. Buren van clubhuizen worden benaderd en om informatie gevraagd of om aangifte te doen van welke vorm van overlast dan ook. Gemeentelijke overheden worden ‘ingelicht’ door de politie, die een unieke informatiepositie heeft, en vervolgens worden evenementen niet toegestaan of verboden terwijl ze al in een vergevorderd stadium verkeren, clubhuizen worden gesloten door informatie van de politie. De politie is opzichtig aanwezig bij bruiloften, familiefeesten waar ook motorclubleden bij aanwezig zijn en probeert soms verhuurders van feestzalen bang te maken hun zaal niet te verhuren, omdat er ook een paar leden van een motorclub komen.’

    Afgelopen week schreef Libanon-veteraan Joseph Raaijmakers van Veterans MC op de Facebookpagina ‘Mediavrijheid’ het volgende: “Het kan erger: een paar maanden geleden vertelde een klant van me dat hij bezoek had gehad van een rechercheur. Deze vertelde hem onomwonden dat hij zaken deed met een OMG en dat dit wel eens een negatieve invloed kan hebben op zijn vergunningen. Vergis je niet: ik werk in de IT en verzorgde de kantoorautomatisering voor deze klant. Geen spannende zaken dus. Sindsdien zijn er nog 3, voorheen trouwe klanten, verdwenen onder verdachte omstandigheden. Slechte smoezen, vreemde verhalen maar wel 4 klanten weg. Maar het kan erger: mijn verhuurder kreeg bezoek van de FIOD. Of hij wel wist dat er in zijn pand een OMG huisde en een OMG is synoniem aan criminaliteit, afpersing, witwassen, zoals iedereen weet, aldus de FIOD. Mijn verhuurder belde me en maakte een afspraak met me. Hij verzocht me vriendelijk doch dringend het pand te verlaten; een bedrijvencentrum waar ik inmiddels 20 klanten geworven had. Inmiddels heb ik dan ook, per 1 augustus, mijn kantoor ontruimd. Ik heb tenslotte ZZP-werk aangenomen, volle werkweken, voor de helft van mijn gangbare laagste tarief. Er zal toch brood op de plank moeten komen. Een 15 jaar trouwe klant blijft me trouw en gunt me zelfs het werk in de avonduren of weekenden voor hem te verrichten. Dat maakt samen dat ik kan overleven maar niet veel meer dan dat.”

    Het is dus concreet. Het probleem is om feiten boven water te krijgen. De benaderde partijen hebben vaak grote moeite om mee te werken aan het boven tafel krijgen van feiten. Welke rechercheur van welke dienst en welk dienstnummer, welke medewerker van de gemeente, of de FIOD enzovoort. Juist doordat deze instanties aan de deur zijn geweest, zijn mensen daarvoor bang geworden. Maar de enige manier om dit uiteindelijk aan de kaak te stellen is die feiten wel bekend te laten worden. Er kunnen dan procedures worden opgestart, WOB-verzoeken worden gedaan, klachten worden ingediend, politici bewust worden gemaakt of mogelijk zelfs aangifte worden gedaan.

    Wij willen deze praktijken bloot leggen. Wat zijn de feiten die nu bekend zijn over bezoekjes en waarschuwingen van instanties tegen leden van motorclubs? Wie zijn de mensen die zijn langs geweest? Wanneer was dat? Wie waren het precies, wat waren hun dienstnummers, autokentekens? Welke gemeenteambtenaren, welke dienst? Welke datum, hoe laat? Zijn er beveiligingsbeelden? Zijn er buren benaderd door instanties? Buren van leden van clubs of buren van clubhuizen. Zijn horecagelegenheden gewaarschuwd of onder druk gezet? Hoe precies, wie waren de ambtenaren die dat deden? Wat wilden de functionarissen precies? Wat was precies de waarschuwing? Werd er geprobeerd om mensen aan te zetten om klachten tegen leden of clubs in te dienen? Zijn er huurders of verhuurders benaderd? Zijn er werkgevers benaderd? Of werknemers? Zakenrelaties, klanten? Wat is er precies gezegd? Welke persoonlijke gegevens zijn er door die instanties in het gesprek doorgegeven? Zijn er leden van clubs, familieleden, buren vrienden, partners, relaties of ongeruste burgers die hierover willen praten? Neem dan contact op met Buro Jansen& Janssen via info@burojansen.nlof bel ons op via 020-6123202.

    Holle vaten….

    Dat hardliners vaak roepen tegen beter weten in, is eigenlijk allang bekend bij de politici. Meestal zijn die hardliners militairen die stoere taal uitslaan over oorlog voeren en de vijand verslaan. Er moeten meer soldaten komen, er moeten meer en betere wapens komen, bondgenoten moeten worden ingeschakeld, de definities voor vijand moeten worden verruimd, iedereen die kritiek heeft op de generaals is een terrorist en dus eigenlijk ook een vijand en er is bijna altijd sprake van een ‘body count’, of een ‘bilan’ om de resultaten zichtbaar en meetbaar te maken. Dat uiteindelijk de vijand toch ondanks alle moeite en resultaten wint, is daarna nog decennialang voer voor historici.

    Voorbeelden te over voor praktisch gewonnen oorlogen die toch nog uitliepen op een nederlaag. Vietnam was een bekende, maar ook oorlogen als de oorlog in Frans-Indochina, Algerije, Nederlands-Indië waren er voorbeelden van. Vandaag hebben we de ‘war on terror’en de ‘war on drugs’. Beide oorlogen worden gevoerd door hardliners die als wetenschapper weinig goedkeuring van hun professor zouden genieten. Hardliners zijn van alle tijden, maar slapende politici ook.

    Een burgerlijke variant van de militaire hardliners zijn de hardliners bij de politie. Zijn de militaire haviken vooral schadelijk voor een bevolking ver weg en natuurlijk de eigen soldaten, de politiële hardliners zijn vooral schadelijk voor de burgerij die aan hun zorgen is toevertrouwd. Of overgeleverd, om de gevoelens van sommigen eens uit te drukken. Pseudo-wetenschappelijke experimenten en rapporten, vervalste rapportages, grove misleiding van en door de media, intimidatie van bestuurders en de rechterlijke macht en een vorm van corruptie die macht geeft aan zwakkelingen en gecorrumpeerde bestuurders hun zakken laat vullen zijn enige van de resultaten die onbeoogd toch worden bereikt.

    Laten wij ter zake komen. In eerdere artikelen trokken wij al de ‘oorlog tegen motorclubs’ in twijfel. De situatie in Nederland is als bovenstaand omschreven: rapportages worden vervalst of lijden aan tunnelvisie, de media worden beïnvloed, bestuurders worden direct of indirect geïntimideerd, motorclubs en leden van motorclubs worden in hun rechten geschonden. De vraag is wat het oplevert. Wordt de misdaad effectief bestreden door de zeer verregaande maatregelen die worden getroffen? In Nederland is er niet alleen sprake van een gebrek aan media om eventueel ontlastend nieuws voor motorclubs te verspreiden, er zijn geen resultaten van het huidige beleid die kunnen worden gepresenteerd. Geen positieve resultaten en eigenlijk ook geen negatieve resultaten. Er is niet bekend of de misdaad lijdt onder de ‘oorlog tegen de motorclubs’ , of misschien juist profiteert van het verleggen van de focus naar de motorclubs.

    Hoe kunnen wij dus toch met feiten en cijfers komen? Omdat deze overheid, en de media, zich erg vaak baseren op nieuws uit het buitenland zullen wij dat ook doen. In Nederland wordt vaak gewezen op de motorbendeoorlog in Canada, of the bikeroorlog in Scandinavië, wij vertellen graag eens iets over de ‘oorlog tegen motorclubs’ in Australië. Wij zullen ons baseren op een artikel in The Conversation van 28 juli 2015 dat werd geschreven door assistent professor Terry Goldsworthy van de Bond University. In tegenstelling tot de ‘voortgangsrapportages’ van de Nederlandse politie, dus wel degelijk wetenschappelijk.

    Na twee jaar enorm zware maatregelen door de Australische overheid tegen motorclubs, bikies geheten, is er geen overeenstemming tussen politiemensen of de zware aanpak resulteert in succes. De politie is maar deels betrokken bij het justitiële proces. Hun succes meten zij aan het aantal arrestaties dat wordt verricht. Nu echter blijkt uit recente analyses dat de betrokkenheid van ‘bikers’ bij georganiseerde misdaad veel kleiner is dan gedacht.

    De resultaten, oftwel de ‘bodycount’ van de ‘oorlog tegen motorclubs’ zou dus eigenlijk moeten worden getoetst aan de volgende indicatoren:

    ~ succesvolle veroordelingen van motorclubleden voor ernstige en georganiseerde misdaadvergrijpen, waarbij deze misdaden een meerderheid vormen van het ten laste gelegde;

    ~ bewijs dat aantallen leden van clubs afnemen en dat recrutering stopt;

    ~ bewijs dat ‘association laws’ (omgang hebben met criminelen) de criminele elementen van motorclubs tegenhoud elkaar te ontmoeten om georganiseerde misdaad te faciliteren;

    ~ een bewezen positieve invloed op de georganiseerde misdaad-markten waarvan de politie claimt dat bikers hier dominant in zijn;

    ~ bewijzen dat de structuren van de clubs gebruikt werden voor gezamelijke criminele doelen.

    Geen enkel bewijs is echter te leveren dat ook maar één van de punten hierboven is bereikt. Hoewel in de Australische deelstaat Queensland de bikers niet veel meer worden gezien, zijn de clubs nu ondergronds. De ‘oorlog tegen de motorclubs’ kende een aantal high-profile mislukkingen in de rechtszaal. Sommige zaken gingen niet eens naar de rechtbank.

    De politie pochte over een enorme toename van arrestaties voor afpersing ten gevolge van de ‘oorlog tegen motorclubs’. Veel van deze zaken halen het niet in de rechtbank. Van grotere zorg is het dat sommige beklaagden de politie beschuldigen van afpersingspraktijken bij het ontlokken van bekentenissen. Wanneer dit bewezen kan worden, kunnen politiemensen daarvoor worden vervolgd.

    Misschien nog erger was het resultaat van veel openbare ordeverstoringen die ten grondslag lagen aan de ‘oorlog tegen motorclubs’. Veel van deze aanklachten bleven in de rechtszaal niet overeind, terwijl ook hier beschuldigingen werden geuit dat hogere politie-echelons tussenbeide kwamen in het normale proces.

    Tussen april 2008 en april 2014 werd ongeveer 20% van de aanklachten tegen bikers in Queensland geseponeerd. De politiemethode om arrestatie-aantallen te vergroten, zonder aandacht voor de haalbaarheid in de rechtbank, is één van de oorzaken hiervan.

    De zware maatregelen in Queensland waren deels bedoelt om het ledenaantal van de clubs te laten afnemen en dat is ook precies wat de politie claimt. Maar het lijkt er op dat aantallen leden op nationaal niveau juist zijn toegenomen. In 2012 waren er 4483 geregistreerde motorclubleden in Australië, vandaag zijn het er 6000. Een toename van 34% in drie jaar!

    Cijfers van de politie in Queensland geven aan dat er in 2013 920 bikers waren. In 2015 maakte de politie bekend dat zij onder de zware nieuwe wetgeving tegen motorclubs 2214 bendedeelnemers hadden gearresteerd. Dus óf veel van die leden waren helemaal geen lid, óf de aantallen zijn enorm toegenomen. In beide gevallen bewijst dat het falen van de ‘oorlog tegen de motorclubs’.

    Er is vrijwel geen moeite gedaan om criminele elementen uit de motorclubs los te weken of te verwijderen. Uit studie blijkt dat misdadig gedrag een bijprodukt is bij sommige bikers. Het is niet het doel van de clubs.

    Wanneer motorclubs hun rechten en vrijheden werkelijk willen behouden is het redelijk om van ze te verwachten dat ze accepteren dat er een soort regeling komt om misdadige elementen te verwijderen, zodat ze toch legale organisaties kunnen blijven. Aldus een wetenschappelijk onderzoeker, die met cijfers komt en onderzoeksresultaten.

    De hardliners in Nederland die zo graag wetten willen veranderen om motorclubs te kunnen verbieden, de media die zogenaamd waken over de persvrijheid maar ongenuanceerd en zonder onderzoek te hebben gedaan schrijven, zouden de Australische ‘oorlog tegen motorclubs’ als goede les kunnen beschouwen. Dichter bij huis heeft de rechter in Duitsland al het colourverbod teruggedraaid. Misschien is niet elke biker een crimineel en misschien is niet elke politieman te goeder trouw.

    Laat honderd bloemen bloeien!

    Op Wikipedia staat het volgende: Laat Honderd Bloemen Bloeien was de slogan van een kortstondige liberalisatiecampagne in de Volksrepubliek China van 1956 tot 1957, waarin de autoriteiten kritiek aanmoedigden met, naar eigen zeggen, als doel om misstanden in het bestuur te kunnen opsporen en aanpakken.

    De campagne was het initiatief van premier Zhou Enlai, maar een belangrijk deel van de partijleiding, waaronder Mao Zedong, was geschokt over de felheid van de kritiek die toen los kwam. De Communistische Partij van China ging toen snel over tot vervolging van de personen – intellectuelen, boeren en arbeiders – die deze kritiek hadden durven uiten. Het aantal slachtoffers liep in de honderdduizenden, zo niet miljoenen.

    Deze vervolging was zo fel, dat velen de overtuiging zijn toegedaan dat de hele “Honderd Bloemen Campagne” alleen maar een valstrik is geweest om critici uit de tent te lokken en vervolgens in de kraag te grijpen. Mao had deze tactiek namelijk al eens eerder gebruikt, tijdens zijn periode in Yan’an. Hij noemde dit ‘Lok de slangen uit hun holen’.

     

    Laat honderd bloemen bloeien. Het refereert dus eigenlijk naar iets moois. In de jaren tachtig en negentig van de vorige eeuw bloeiden ook honderd bloemen. Honderd bloemen? Nee, misschien wel duizend! Overal in de grote steden werden panden ontnomen aan speculanten, aan sloop, aan leegstand. De politie hakte er met de botte bijl op los, namens de machthebbers van het fatsoenlijke Nederland en er ontstond een tegenbeweging. Een tegenbeweging met politieke denkbeelden. Maar ook met zeer talrijke initiatieven. De ‘Honderd Bloemen’.

    In kraakpanden werden kunstateliers gevormd, waar jonge kunstenaars experimenteerden. Er werd muziek gemaakt. De kraakbeweging bracht schrijvers voort. Dichters. Er werd geëxperimenteerd met een geldloze maatschappij. Er kwamen kleine drukkerijtjes. Journalisten van vandaag schreven hun eerste stukken in een kraakpand. Met kaarslicht en achter een dichtgespijkerd raam. Onderzoekscollectieven sprongen tevoorschijn. Om de overheid te onderzoeken, of speculanten, of nazi’s, of de politie en inlichtingendiensten. Woongemeenschappen ontstonden. Dit waren de ‘Honderd Bloemen’ die bloeiden.

    Vandaag beginnen opnieuw honderd bloemknoppen aan een onzekere toekomst. Er zit onkruid tussen, maar wie bepaalt wat onkruid is? Geef water aan alles en zie zelf wat uiteindelijk de moeite waard is! De reden in de jaren tachtig en negentig dat zoveel initiatieven opbloeiden, was dat er gewoon veel ideeën waren. Vaak jonge mensen, optimisme, levenskracht. En natuurlijk een gemeenschappelijke tegenstander. Een overheid die moeite had met luisteren. Een overheid die graag waterkanonnen inzette. Niet om de honderden bloemen water te geven, maar om ze weg te spoelen.

    De dood van de Antilliaan Mitch Henriquez zorgt vandaag voor honderd bloemen. Andere bloemen dan indertijd in de kraakbeweging. Vandaag is de tijd van de sociale media. Op Facebook zijn pagina’s aangemaakt met namen als ‘Justice For Mitch Henriquez’, ‘Rechtvaardigheid voor Mitch Henriquez’, ‘A candle for Mitch Henriquez, for Unity’, ‘Gerechtigheid voor Mitch Henriquez’, ‘Justice for #MitchHenriquez’. Op deze pagina’s staan reacties van boze mensen, woedende mensen, verdrietige mensen, verontruste mensen, goedbedoelende mensen. Mensen die weten hoe je je gedachten onder woorden brengt. Maar ook mensen die grote tegenstellingen aan het licht brengen. Immers, hoe kan een analfabeet toch op Facebook terechtkomen?

    Naast die uitingen van medeleven op Facebook, zijn er ook fysieke bloemen gaan bloeien. Er worden gedichten gemaakt, een rapper heeft een lied geschreven, er wordt een stille tocht georganiseerd, er waren hevige rellen in de Haagse Schilderswijk, er wordt vergaderd, er is een speciale gemeenteraadsvergadering. Het betekent dat duizenden mensen bezig zijn met de dood van een landgenoot. En het houdt niet op. Er komen mensen bij, er komen Facebookpagina’s bij, er komen initiatieven bij. En er komt weerstand bij.

    Er zijn twee voorname redenen dat er weerstand bij komt. Weerstand tegen al die initiatieven. Dat komt omdat steeds vaker oude zaken terug worden gehaald. Oude zaken waarbij een burger stierf door toedoen van politieagenten. Oude zaken? Cold cases? Volgens de politie zijn het zaken die al geclasseerd zijn. Een rechter heeft de politieagenten vrij gesproken en dus ‘is het heel vervelend voor de destijds betrokken politieagenten om opnieuw te worden herinnerd aan die oude zaken’. Vervelend hè, wanneer iemand dood is. Iemand die je zoon was, of je dochter. Iemand die je man was, of je vriend. Vervelend hè, om daaraan te worden herinnerd. Ook wanneer je vrij bent gesproken. Wat een nare mensen hè, die nabestaanden. Misschien is het een idee om voortaan ook nabestaanden op te pakken. Je weet maar nooit.

    Namen die nu worden genoemd zijn Mike Stok, Rishi Chandrikasing, Ihsan Gurz, Michael Koomen. En er wordt al bijgezegd dat er nog veel meer zijn. Vervelend hè, dat die ouders en die vrienden, die familie en kinderen, daar nog steeds mee zitten. Vervelend hè, voor die politieagenten die zijn vrijgesproken. Vervelend dat dat nu allemaal weer naar boven wordt gebracht. Op die Facebookpagina’s worden profielen van mensen door Facebook geblokkeerd volgens sommigen, en de politie laat weten mensen te gaan vervolgen.

    Een tweede zaak is dat nu op de sociale media politieagenten worden bedreigd. Een Haagse wijkagent die zegt te lijken op één van de verdachten in de doodslagzaak van Mitch Henriquez, kwam deze week nog boos in het nieuws. ‘Ik wordt bedreigd!’, riep hij. ‘En ik heb helemaal niets gedaan!’ Het is een zaak van spontane ‘name and shame’. ‘Name and shame’, een beleid van de politie zelf om leden van motorclubs te noemen wanneer zij in beeld komen bij een misdrijf. Of het ‘etnisch profileren’, een ander beleid van de politie. De huilende wijkagent is slachtoffer van ‘name and shame’, van ‘beroepstechnisch profileren’. Ook hier heeft de politie aangekondigd te gaan onderzoeken of mensen kunnen worden vervolgd.

    De Facebookpagina ‘Justice for Mitch Henriquez’ schreef gisteren dit over die weerstand van de politie: ‘Nadat wij gisteren oude koeien uit de sloot hadden gehaald is de politie nu gekwetst door onze actie. Het feit dat wij [33.000 mensen] ons gekwetst voelen over de ‘moord van Mitch’ met iedere morgen nieuwe zorgen erbij doet hun helemaal niets. Geen een van die agenten hebben tot nu toe publiekelijk ‘excuses aangeboden’. Eerst gingen ze opzettelijk leugens verspreiden over de doodsoorzaak van Mitch samen met hun tovaritsj [het OM]. Wanneer dringt het tot jullie door dat leugens hebben korte benen. “En wat voor een impact dit soort berichtgeving op agenten en hun omgeving heeft.”Voelden jullie ook gekwetst toen Rishi werd vermoord? Voelden jullie ook gekwetst toen Ishan lag dood te gaan in de cel? Voelden jullie ook gekwetst toen Mitch dood-gewurgd werd?

    Totaal geen medeleven met de duizenden mensen die dag en nacht niet kunnen slapen, die traumas hebben overgehouden van die nekklem, die overdag bang en onzeker voelen wanneer ze een politie agent zien. De politie is niet voor iedereen. Dat is een mythe. Als jullie echt voor iedereen waren, dan hadden jullie op z’n minst een korte speech gehouden om de harten van de burgers gerust te stellen. Dat hebben jullie ook niet gedaan. Wij hebben niets nieuws geplaats. Wij hebben enkel het leed van een burger gedeeld. En als dat een ‘misdaad’ is, dan moeten we allemaal ophouden met leven want het leven bestaat eenmaal uit verhalen en getuigenissen die onderling worden gedeeld. Wees niet bang, wij gaan geen ‘kruistocht’ of ‘jihad’ tegen jullie voeren. Wij weten dat jullie dit lezen. Wij weten dat jullie het erg vinden. Voel de pijn die wij jarenlang hebben gevoeld. Niets kan tippen aan de intimidatie en chantage afkomstig van jullie kant jegens de burgers. Het wordt ook tijd dat jullie de burgers als mensen behandelen en niet als een kudde vee in stallen waarop jullie los kunnen gaan timmeren.’

    De boodschap is duidelijk. Tienduizenden mensen zijn boos, verdrietig of verontwaardigd. Nog vele bloemen zullen bloeien. En nog vele waterkanonnen zullen worden ingezet. Al die bloemen bloeien niet zomaar! Fijne zomer!

     

     

     

     

     

    Een beetje flauw, maar het is Dupont!

    Mooie praatjes!

    Grote bedrijven hebben meestal specialisten in dienst die slecht nieuws over dat bedrijf kunnen omzetten in minder schadelijk nieuws. Dat is op zich niet zo heel raar, want bedrijven hebben natuurlijk een commercieel doel en moeten verkopen. De politie doet het beter, want zij proberen heel erg slecht nieuws om te zetten in winst. Dat is op zich natuurlijk wel raar, want de politie is helemaal geen commerciële organisatie. Of zijn er toch commerciële bedoelingen die een rol spelen?

    ‘We voeren al vijftien weken actie voor een nieuwe CAO, maar de minister wil niet naar ons luisteren!’ Een veelgehoorde kreet deze dagen afkomstig van actievoerende politiemensen. En ja, de politie kan je niet verwijten dat ze niet alles uit de kast hebben gehaald om hun doel te bereiken. Zo hebben ze enige tijd geen bonnen uitgeschreven. De burgers blij? Nou, die burgers snappen nu veel beter dat het vooral de persoon van de verbaliserende agent is en zijn gemoedstoestand die zorgt voor die vervelende bon. Politiebureau’s dicht en geen aangiftes meer opnemen. Nou, die burger kon toch al nergens terecht, want ongeveer een derde van de aangiftes wordt niet opgenomen en daarvan verdwijnt ook weer een derde in de prullenbak. Kun je dus niet veel mensen mee onder druk zetten.

    Dus ging men het anders doen. Eerst ging men met dienstmaterieel het Binnenhof omsingelen. Maar ook dat hielp niet. Verdorie, zeg! Dreigementen volgden om voetbalwedstrijden, de Tour de France en Sail te hinderen. Maar een kort geding dreigde en dat zou ook toekomstige acties kunnen hinderen. Wat nu te doen?

    Een vervelend incidentje bood grote uitkomst. Een Antilliaanse vakantieganger in Den Haag wees in het zicht van enige politiemensen op zijn geslachtsdeel en zou trots gezegd hebben:’Ik heb een wapen hier!’ Of woorden van gelijke strekking, om in proces-verbaaltaal te blijven. Dat was natuurlijk tegen het zere been van die agenten, die echt alleen maar hun werk wilden doen, al was het maar met hun ietwat bescheiden waterpistooltjes. Het motto:’Ik ben de baas op straat!’, dat op de politieschool uitputtend werd onderwezen aan jonge landgenoten die in hun kindertijd het onderspit dielven op het schoolplein, was daarbij de grote leidraad.

    Goed, en het vervolg kent iedereen. De vakantieganger werd in een nekklem genomen, een getuige beweerde nog dat hij zag dat er klappen werden uitgedeeld met een knuppel op het hoofd en de benen van de man, de man raakte bewusteloos en de agenten? Die stelden officieus vast dat ‘er niet veel leven meer in zat’. Ze hielden hem heel professioneel eens omhoog en keken naar zijn neerhangende hoofd. Tsja! Medische hulp werd om onbekende redenen onthouden en de vakantieganger ging de overvalwagen in. Later werd nog even een proces-verbaal vervalst, maar goed wat doe je tegen zoveel mensen met een telefoon die ook dienst doet als camera?

    Dodelijk, dacht ik zelf. Onherstelbaar. En zo leek het ook even. Tot dit weekend bleek hoe de politie als een feniks verrees uit zijn eigen as. De acties rond de Tour de France werden afgelast en heel bescheiden gehouden. ‘Uit respect voor Mitch!’, klonk het een beetje broos. En toen kwamen er ook wat artikeltjes in bladen en kranten, soms door anonieme politiemensen, soms ook door de bonden. Want wat is nu het geval? De werkelijke schuld van de dood van Mitch is de minister! Echt waar. Die minister is er verantwoordelijk voor dat die schatten van politiemensen niet genoeg training krijgen en teveel hooi op hun vork krijgen.

    En weet u wat? Ik ben het er mee eens. De agenten die dit soort dingen roepen. De agenten die proberen deze zaak van een dode vakantieganger die een grapje maakte om te draaien in hun eigen voordeel. De agenten die proberen goed te praten dat hun collega’s geen hulp boden aan een persoon in doodsnood. De agenten die goed proberen te praten dat collega’s logen in een proces-verbaal. Die mensen hebben hulp nodig. Psychiatrische hulp.

    En weet u wat er ook moet veranderen? Die afgezaagde kreet: ‘We voeren al vijftien weken actie voor een nieuwe CAO, maar de minister wil niet naar ons luisteren!’ Ik hoop volgende maand iets geheel anders te horen. Zoiets als dit: ‘We voeren al twintig weken actie voor een nieuwe CAO, maar…..’ Hoewel, een beetje kinderachtig is dat wel. Immers, de politie is je vriend.

     

      nieuwere artikelen >>