• Buro Jansen & Janssen is een onderzoeksburo dat politie, justitie, inlichtingendiensten, de overheid in Nederland en Europa kritisch volgt. Een grond-rechten kollektief dat al 30 jaar publiceert over uitbreiding van repressieve wetgeving, publiek-private samenwerking, bevoegdheden, overheids-optreden en andere staatsaangelegenheden.
    Buro Jansen & Janssen Postbus 10591, 1001EN Amsterdam, 020-6123202, 06-34339533, signal +31684065516, info@burojansen.nl (pgp)
    Steun Buro Jansen & Janssen. Word donateur, NL43 ASNB 0856 9868 52 of NL56 INGB 0000 6039 04 ten name van Stichting Res Publica, Postbus 11556, 1001 GN Amsterdam.

  • Categorieën

  • Het feestje dat niet doorging!

    Het is 4 juni 2016. De oplettende lezer beseft dat dat vorig jaar was. De Limburger kopt: ‘Het feestje dat niet doorging.’ In de inleiding van het artikel vervolgt de krant: ‘Een militaire onderscheiding als eerbetoon voor getoonde inzet. De uitreiking ervan aan zeven oud- Libanongangers in Heerlen deze week ging echter niet door. De burgemeester zegde het feestje af omdat een van de veteranen lid is van Satudarah.’

    Ja, wij hebben het destijds al gezegd. De burgemeester is Ralf Krewinkel. De tovenaarsleerling van de Kerkraadse burgemeester Jos Som. Jos Som, de meneer die een clubhuis van de Hells Angels sloot omdat dat beter was voor de horecazaak van zijn dochter die daarnaast zit op de nieuw ingerichte Markt in Kerkrade. Een Markt die onderdeel was van een groot project waarbij wij de vraag stelden of meneer Som daar financieel beter van was geworden.

    Maar dit terzijde. Meneer Krewinkel annuleert een ceremonie waarbij zeven veteranen, waarvan enkelen een PTSS hebben opgelopen door hun uitzending, een medaille uitgereikt zouden krijgen. Meneer Krewinkel heeft namelijk ontdekt dat één van die veteranen lid is van motorclub Satudarah. Ja, en dan ben je in de ogen van niet-militair Krewinkel geen veteraan meer en heb je ook geen recht op een medaille. En krijg je lekker ook geen hand van meneer Krewinkel.

    Meneer Krewinkel heeft dit soort maatregelen niet zelf bedacht. Nee, natuurlijk niet. Al in Den Haag verbood de burgemeester een andere motorclub om mee te rijden in het veteranendéfilé tijdens de Nationale Veteranendag. Dat gebeurde nu al drie maal. Meneer Van Aartsen bepaalt in het kader van de openbare orde wie er welkom is in zijn stad. En dat waren de Veterans MC dus niet. Ook niet tijdens het veteranendefilé. De nooit-militair Van Aartsen roept wel op 4 en 5 mei dat we onze vrijheid te danken hebben aan de offers van zovele militairen. Maar ja, dat tuig in je stad ontvangen en dan ook nog op de motor is natuurlijk wat anders.

    En zo zal ook meneer de burgemeester van Heerlen hebben gedacht. Dupont heeft zich verdiept in de affaire en ontdekte een aantal zaken. Zo is het dat het gaat om de Nobelprijs voor de Vrede die is uitgereikt aan de soldaten die VN-missies hebben uitgevoerd. Deze nobele onderscheiding werd al bijna 30 jaar geleden toegekend aan die VN-ers. Alleen vond de Nederlandse overheid het veel te omslachtig om de bijbehorende draaginsignes uit te reiken aan de individuele soldaten die de onderscheiding hadden verdiend. Dat heeft dus 30 jaar lang niet plaatsgevonden.

    Maar er is inmiddels het één en ander veranderd in soldatenland. Het volk moet blijven geloven in de nuttigheid van al die militaire missies en de soldaten zelf moeten gemotiveerd blijven. Zonder een beetje motivatie zouden ze zich anders misschien gaan afvragen wat een stel analfabete woestijnbewoners te maken heeft met onze nationale veiligheid. Dus probeert onze overheid zich te presenteren als een overheid die oké is. Er is dus een gezellige Nationale Veteranendag gekomen en die oude Nobelprijs wordt alsnog uitgereikt. En zo is het begonnen.

    Het Ministerie van Defensie weet niet wie de eigen veteranen zijn, daarom krijgen alleen mensen die in actieve dienst zijn én mensen die geregistreerd zijn bij het Veteranen Instituut in Doorn een brief thuis met het verzoek een formulier in te vullen waarmee de zeer geachte veteraan zijn medaille kan laten uitreiken. Dat kan op het gemeentehuis in de woonplaats van de zeer geachte veteraan en dat gebeurt dan door de burgemeester. Het kan ook op enkele lokaties in het ganse land waarbij hoge militairen de medaille uitreiken met militair ceremonieel. De veteranen die niet zijn geregistreerd door Defensie moeten zelf maar zien dat Defensie ontdekt dat zij veteraan zijn. De veteraan is verplicht nette kleding aan te trekken bij deelname aan de ceremonies.

    En over registratie gesproken. Leden van motorclubs worden overal geregistreerd. Dit om ervoor te zorgen dat zij bij bepaalde banken geen hypotheek meer kunnen krijgen, of een lening, hun horecavergunning wordt ingetrokken, of hun beveiligingspas, hun zaak kan worden dichtgetimmerd of om de lokale media wat negatieve roddels over ze te laten schrijven. De lezer ziet het, niets dan voordelen. Door de registratie kan tevens worden gezien dat de oud-soldaat die in aanmerking komt voor de Nobelprijs voor de Vrede, eigenlijk een lid is van een niet-verboden motorclub. Nou, en dan krijg je geen medaille. Dat scheelt waarschijnlijk enorm in de kosten.

    Wij maken nu even een klein zijstapje. Op 25 oktober 2016, alweer vorig jaar dus, berichtte de NOS dat het Ministerie van Justitie heeft besloten dat motorclubs Veterans en Black Sheep niet crimineel zijn. Op 4 januari 2017 bericht de Leeuwarder Courant dat de politie Noord-Nederland de motorclub Black Sheep nog steeds beschouwt als een OMG (Outlaw Motorcycle Gang). Ondanks het feit dat het Ministerie van Justitie twee motorclubs vrijpleit, geeft de politie aan daarmee niet akkoord te gaan. Al eerder verklaarde de Koninklijke Marechaussee dat er bij de Veterans MC geen strafbare feiten werden gesignaleerd. Maar ook daar was de politie het niet mee eens.

    De lezer van deze blog weet dat de politie veel in het nieuws komt. Dupont heeft daarover vaak gesproken. Zaken die dan zoal besproken worden lopen van twitterberichten waarin politiechefs de minister het zwijgen opleggen, mishandeling met de dood tot gevolg, valsheid in geschrifte in processen-verbaal en voortgangsrapportages, het omsingelen van het Binnenhof voor een hoger loon met dienstmaterieel en dienstwapens, het constant zeuren over meer middelen en bevoegdheden, corruptie en omkoping, het gebruik van het dienstwapen met zeer ernstige gevolgen, het bekritiseren van de democratische instituten van ons land, het bekritiseren van de rechterlijke macht, het naast zich neerleggen van uitspraken van de rechterlijke macht. Kortom, het lijkt of we in het Argentinië van Jorge Zorreguieta zijn. Je moet er toch niet aan denken dat zulke onbesuisde rabauwen een motorclub oprichten?

    In verschillende artikelen op onze blog schreef Dupont hoe er verschillende politiemotorbendes zijn in Nederland. De Marshalls, Lex Legio en de Blue Knights. Deze motorbendes zijn alleen maar voor politiemensen en oud-politiemensen. Als je het hart maar op de juiste plek hebt, zeg maar. Het is nog niet gebleken dat dergelijke politiemotorbendes ook maar iets door de daartoe bevoegde autoriteiten in de weg is gelegd. Dat is niet heel erg verwonderlijk. Immers wanneer het bevoegd gezag maatregelen neemt tegen een motorclub, is dat vrijwel altijd op advies van….de politie. Ja, wat dacht u dan?

    Motorclubs die in Nederland actief zijn, worden in speciale politiehandboeken over motorclubs vaak vergeleken met gebeurtenissen en incidenten met motorclubs in het buitenland, dan wel het zeer verre buitenland. Vrijwel altijd zijn deze gebeurtenissen jarenlang geleden. Zo wordt veelvuldig gerefereerd aan een strijd tussen Hells Angels en Bandidos in Scandinavië. Vergeten wordt te vermelden dat dit allemaal al meer dan 20 jaar geleden is en deze clubs inmiddels samen feesten organiseren en heel goed met elkaar omgaan. Ook incidenten tussen motorclubs in de Verenigde Staten worden veelvuldig genoemd om de motorclubs in Nederland in een slecht daglicht te stellen. Niet vermeld wordt dat ook in de Verenigde Staten Hells Angels en Bandidos vrede hebben gesloten en elkaar zelfs helpen bij ongevallen en pech.

    Wat ook niet wordt vermeld in de mooi uitgevoerde en o zo handige bikerhandboeken van de Nederlandse oom agent, is dat er natuurlijk in het buitenland wel uitzonderingen zijn op het gedrag van motorclubs. Zo is met name motorbende Iron Order berucht en regelmatig betrokken bij schietpartijen die soms zelfs dodelijk zijn. Iron Order MC bestaat hoofdzakelijk uit politieagenten en gevangeniscipiers die gewapend rondrijden op hun motorfietsen. Dupont heeft hierover vorig jaar al uitvoerig bericht in diverse blogs.

    Is het daarmee tijd om de Nederlandse politiemotorbendes met andere ogen te bezien? Motorbendes waar alleen mensen lid van mogen worden die politieagent zijn? Of zijn geweest? Politiemensen die zo enorm vaak genoemd worden bij zoveel strafbare feiten en incidenten? Kan iemand de mogelijkheid uitsluiten dat politieagenten die binnenvallen bij leden van motorclubs, of belast zijn met het verbieden van de toegang tot het veteranendefilé in Den Haag, of de complete inboedel bij No Surrender-voorman Henk Kuipers hebben vernield zelf onderwerp zijn van een onderzoek naar strafbaar handelen? Of lid zijn van een politiemotorbende als Blue Knights, Marshalls of Lex Legio? De lezer nodigen wij uit de blogs van Dupont op deze site over deze politiemotorbendes nog eens na te lezen. Onze beweringen zijn tot stand gekomen na veel onderzoek en goed onderbouwd. In Duitsland heeft een politiekorps dat nauw samenwerkt met de Nederlandse politie vorig jaar zelfs speciaal een motorclub, Schnelles Helles, opgericht bestaande uit potige agenten om daarmee de Hells Angels te provoceren. Dus wat gebeurt er in Nederland? Heeft de politie hier ook invloed binnen bepaalde clubs? Of beperken zij zich tot hun eigen politiemotorbendes?

    In ieder geval kunnen we na deze zijsprong terugkeren naar Heerlen, de uitreiking van medailles en nooit-militair Ralf Krewinkel. Want wat is namelijk het geval? Op 26, 27 en 28 mei viert politiemotorbende Blue Knights MC zijn twintigste verjaardag. Volgens de eigen website van de club: http://blueknightsnl2.nl/ Het zal de lezer niet zijn ontgaan dat het grote feest plaatsvindt in Heerlen. In Villa Eikhold om precies te zijn. Ook daar schreef Dupont al eerder over. En wie was nou ook alweer die burgemeester van Heerlen? Ja, Riding Ralf Krewinkel, helemaal goed. De politiemeneren van de motorbende zijn welkom in zijn stad. Meer dan welkom zelfs. Misschien vindt meneer Krewinkel het zelfs een grote eer. Het is zelfs niet uitgesloten dat meneer Krewinkel zelf aanwezig zal zijn op het feest van de motorbende.

    Nu zou je kunnen zeggen dat er niets aan de hand is, want net als alle andere feesten van motorclubs zijn er tijdens feesten nooit incidenten. Feesten en bijeenkomsten van motorclubs worden alleen maar verboden door geschrokken burgemeesters wanneer de politie adviseert dat er misschien onenigheid komt doordat vijandelijke clubs heel erg misschien ook op dat feest afkomen. Bij zulke vage vermoedens moet natuurlijk het zekere voor het onzekere worden genomen en het feest, ondanks hoge al gemaakte kosten, worden afgezegd. Voor ieders veiligheid.

    Het is dan ook alleen maar om het zekere voor het onzekere te nemen dat wij Riding Ralf Krewinkel alvast waarschuwen. Wij hebben namelijk net een bezoek gebracht op enkele Facebookpagina’s als ‘The Force’ en ‘Discriminatie van motorclubs’ en daar wordt al opgeroepen om dat feestje van de Blue Knights in Heerlen te gaan bezoeken. En het kan natuurlijk nooit de bedoeling zijn dat vage aanwijzingen door lanterfanters op Facebook of in expres gedane uitlatingen op getapte telefoons resulteren in een erg vijandige of zelfs gevaarlijke situatie op een groot feest. En al helemaal niet in Heerlen, want stel je voor dat er gevochten gaat worden, dan zijn er daarna veteranen en die zijn ook al niet welkom. En narigheid zou ook helemaal onnodig die politiemotorbende in diskrediet brengen. Dus Riding Ralf, u weet het. Villa Eikhold, Blue Knights en de maand mei. U weet wel die maand waarin we de veteranen herdenken en eren. Al is dat laatste woord voor u misschien heel moeilijk.

     

    Particuliere samenwerking tussen Nederlandse politie en mensenrechtenschendende landen om motorclubs te bestrijden

     

    In september 2016 organiseert de International Police Association IPA-Nederland weer een Nederlandstalig seminar in Schloss Gimborn in Deutschland. (http://www.ipa-nederland.nl/ipa-nederland/ibz-gimborn/) Het seminar is groots opgezet en zal deze keer gaan over de Outlaw Motorcycle Gangs (OMG’s).

    De Nederlandse afdeling van IPA, die het seminar organiseert verwoord het zo:

    ‘De samenleving is in de laatste jaren veelvuldig geconfronteerd met criminaliteit en ordeverstoringen begaan door (leden van) Outlaw Motorcycle Gangs. De overheid is gaandeweg doordrongen van de ernst van de misdragingen. Dit heeft onder meer geleid tot een zero-tolerance beleid in de aanpak van deze vorm van criminaliteit. Door het optreden van politie, justitie en bestuur is inmiddels een duidelijker beeld ontstaan over criminele motorgroepen, hun werkwijzen en hun activiteiten.

    In dit seminar wordt nader ingegaan op het verschijnsel Outlaw Motorcycle Gangs. Gestart wordt met een analyse en een overzicht van de situatie in Nederland en in de buurlanden. Thema’s als de ontstaansgeschiedenis van de motor groepen, hun samenstelling, en hun subcultuur zullen worden verkend. In het vervolg van het seminar zullen een aantal case-studies worden behandeld door inleiders vanuit de politie en het bestuur. Ook is voorzien in een case-study uit Duitsland. Het seminar beperkt zich niet tot louter beschrijvingen. Nadrukkelijk zal worden ingegaan op vragen over de aanpak van het fenomeen en welke instrumenten de overheid daarbij ter beschikking staan en welke mogelijk ontbreken. De opbouw van een informatiepositie binnen en rond de OMG vormt het laatste onderdeel van het seminar. Beoogd wordt om de leeropbrengst van dit seminar vast te leggen in een gezamenlijk artikel dat ter publicatie zal worden aangeboden aan een politievakblad. ‘

    Het is een bekende taktiek van de (internationaal opererende) politieagenten. Een probleemstelling als vaststaand feit presenteren en daar dan ‘oplossingen’ bij aandragen. Zowel in de gepubliceerde politierapportages in Nederland alsook in het Handboek Outlawbikers dat is bestemd voor politieagenten is er sprake van het langdurig bespreken van de situatie in het buitenland. Zo ook hier. De IPA gaat nog een stapje verder, want voor de Nederlandse politieagenten die deelnemen aan het seminar wordt een zogenaamde ‘case-study’ gebruikt uit Duitsland. Komt dat omdat in Nederland geen goede voorbeelden zijn van criminaliteit en ordeverstoringen door OMG’s? Aan te nemen is dat de betreffende case-study niet zal gaan over motorclubs die deelnemen aan een Kika-run of het inzamelen van geld of speelgoed voor kinderen in het ziekenhuis. Er wordt dus bewust een negatief beeld geschapen.

    Maar wat is die IPA nu eigenlijk? Een bezoek aan de website van de IPA verteld ons dat deze organisatie een particuliere organisatie is voor politiepersoneel. In vele landen zijn afdelingen, zo ook in Nederland. Wat zegt nu IPA Nederland over zichzelf?

    ‘De IPA is de grootste politievereniging ter wereld met in 2014 ruim 420.000 leden in 63 landen. Alle politiemensen uit democratische rechtsorden kunnen lid worden. Godsdienst, politieke overtuiging, rang, ras, geslacht spelen hierbij geen rol. De IPA vormt een bron van waardevolle contacten over de gehele wereld. De vereniging is gebaseerd op idealisme en vrijwilligheid en biedt hulp in normale- en noodsituaties. De IPA staat voor internationale vriendschap zonder onderscheid. De Nederlandse sectie heeft ruim 6300 leden.’

    Dat de IPA niet heel erg secuur is bewijst wel het bericht over het aantal Nederlandse leden. Op een andere pagina van dezelfde website staat namelijk: ‘De IPA heeft momenteel wereldwijd meer dan 413.158 leden in meer dan 63 landen. Ons land heeft ruim 7500 leden.’

    Een nogal fors verschil in het aantal leden.

    Maar goed wij stappen naar het bericht op de website over de deelnemende landen. ‘Alle politiemensen uit democratische rechtsorden kunnen lid worden.’, bericht de site. En dat is mooi. Even verder vertelt de website ons welke landen lid zijn van de IPA. Naast een aantal redelijk onverdachte landen zien wij ook: Argentinië, Armenië, Brazilië, Kazakhstan, Kenia, Mexico, Mozambique, Pakistan, Peru, Sri Lanka, Swaziland, Turkije en Oekraïne.

    Om de lezer duidelijk te maken of deze landen wel democratisch zijn en de mensenrechten worden geëerbiedigd, vlogen wij even over het internet en vonden enige markante rapportages en uitspraken:

    Over de mensenrechten in Argentinië zei Brigitte Adriaensen van de Radboud Universiteit op 14 maart 2016: ‘Mensenrechten gaan hard achteruit onder beleid van Mauricio Macri (de nieuwe president)’.

    “Mensenrechten dagelijks geschonden in Armenië” volgens de website van de School voor Journalistiek op 11-12-2012.

    ‘Brazilië schendt mensenrechten bij voorbereiding WK en Spelen’ in Ravage (27-5-2013).

    ‘Marteling nog steeds wijdverbreid in Kazachstan’. Amnesty International op 11-7-2013.

    ‘Mensenrechtenactivisten worden regelmatig lastig gevallen door de politie en zonder een rechtmatig proces vastgehouden, gechanteerd en blootgesteld aan geweld’. Peace Brigades in een artikel uit 2008 www.peacebrigades.nl

    ‘Vandaag de dag is Mexico een gevaarlijk land voor verdedigers van de mensenrechten. Door het verrichten van hun werk krijgen ze regelmatig te maken met onwettige arrestatie, opsluiting onder valse voorwendselen, fysieke aanvallen, intimidatie en zelfs moord. In sommige gevallen zijn de Mexicaanse autoriteiten verantwoordelijk voor het vervolgen van mensenrechtenverdedigers en in andere gevallen zijn het onbekenden, waarbij de regionale en de federale autoriteiten door politieke onwil verzaken om op te treden tegen de daders.’ www.peacebrigades.nl

    ‘Mozambique: Duizenden vast onder slechte omstandigheden’. Amnesty International 23-11-2012.

    ‘Mensenrechten: ‘We maken kleine stapjes, maar de agenda is nog niet af’,volgens Jeannette Seppen, de Nederlandse ambassadrice in Pakistan vorig jaar op de website van het Ministerie van Buitenlandse Zaken.

    ‘Mensenrechten zijn ondergeschikt aan de economische belangen van bedrijven en Peruaanse staat.’ Mondiaal Nieuws op 1 oktober 2014.

    ‘Mensenrechten in Sri Lanka verslechterd’ De Telegraaf 20 mei 2013.

    Swaziland: aanvallen op vakbondsactivisten worden opgevoerd. De laatste absolute monarchie van Afrika heeft zijn aanvallen op vakbonden en activisten geintensiveerd. Politieke partijen in Swaziland zijn verboden en oppositieleider Mario Maseku (PUDEMO) en jeugdleider Maxwell Dlamini zijn slachtoffer van willekuerige detentie. Mensenrechtenadvocaat Thulani Maseko en journalist Bheki Makhubu zijn veroordeeld tot 2 jaar cel omdat ze aan de kaak hadden gesteld dat de rechtspraak niet onafhankelijk is.’ In een artikel van vakbond FNV op Mondiaal FNV Noord 29-3-2015.

    ‘EU gealarmeerd over schendingen mensenrechten in Turkije’ (Nu.nl op 10 november 2015).

    ‘VN signaleert schendingen mensenrechten in Oekraïne’.(nu.nl op 15 april 2014)

    In een aantal van de genoemde landen is ook het Nederlandse Ministerie van Buitenlandse Zaken actief om de mensenrechten te bevorderen door kleinschalige projecten te financieren. Een andere indicatie dat het met de mensenrechten en de ‘democratische rechtsorde’ in deze landen niet bepaald meevalt.

    Duidelijk is dat wanneer overheden betrokken zijn bij mensenrechtenschendingen de politie en het leger daaraan deelnemen. Dat de contacten verder gaan dan alleen het noemen van een aantal landen op internet bewijst wel het bezoek dat een Turkse delegatie bracht op 19 februari van dit jaar en die werd ontvangen door IPA-bestuursleden Taal en Korsel. De foto die hiervan werd gemaakt en op Facebook werd geplaatst, werd meteen ‘geliked’ door PvdA-er Wim Cornelis.

    De volgende vraag is natuurlijk wie er in het bestuur van IPA Nederland zitten. Enkele opmerkelijke vondsten: Vice-voorzitter Wim Cornelis is oud-burgemeester van Gouda voor de PvdA en is Ridder in de Orde van Oranje Nassau. In 2010 raakte hij ernstig in opspraak na het bouwen van een huis in het buitenland en verliet een jaar later zijn burgemeesterspost. Penningmeester Bert van der Wal is oud-politieman en ook al Ridder in de Orde van Oranje Nassau. Bestuurslid Beleid Wim Olieman is manager Bureauplanning van de Apeldoornse Politieacademie. Om er maar een paar te noemen.

    De seminarleiding is in handen van Patrick Reinerink, Albert Roskam en Michiel Holtackers. Patrick Reinerink is politieagent in actieve dienst in Vriezenveen, Albert Roskam werkt bij politie Twente en Michiel Holtackers zit namens het CDA in de Tweede Kamer en was werkzaam als docent op de Politie Academie.

    Op het seminar worden lezingen gegeven door een uitgelezen gezelschap: professor Cyril Fijnaut van de Universiteit van Tilburg, Henk Waarsing, in actieve dienst bij politie-eenheid Oost-Nederland, Rianne Verwijs die in dienst is als projectleider OMG bij het LIEC, Lian van Sinten die werkt als eenheidscoördinator OMG in de politieregio Oost-Brabant en George Kroese die werkt als strategisch analist taakaccent OMG bij de politie-eenheid Limburg.

    We zetten even een aantal zaken op een rijtje voor u. Een particuliere organisatie waarvan 7500 Nederlandse politiemensen en oud-politiemensen lid zijn die gezeteld is in meer dan 14 landen waar de democratische rechtsorde een lachertje is, die zelfstandig met een probleemstelling komt over Nederlandse motorrijdende burgers die zij vervolgens willen gaan oplossen, waarbij Nederlandse politiemensen en politie-officieren met vertrouwensfuncties namens de Nederlandse politie en een Nederlands parlementariër van het CDA hun verregaande medewerking mogen geven. In het bestuur van deze organisatie die dus blijkbaar vindt dat de ‘democratische rechtsorde’ in de bovengenoemde landen wel in orde is, zitten gepensioneerde politie-officieren, docenten en managers van Nederlandse politieacademies, een gesjeesde PvdA-politicus en van belangenverstrengeling beschuldigde burgemeester en maar liefst twee koninklijk onderscheiden Ridders in de Orde van Oranje Nassau. Op foto’s van IPA-bijeenkomsten is te zien hoe de straatarme politieambtenaren in dienstkleding moeten rondlopen om hun eigen kleding niet te verslijten. Overigens geeft IPA Nederland specifiek aan dat leden van de AIVD (Algemene Inlichtingen- en Veiligheids Dienst) ook lid mogen worden.

    Het seminar kost 200 euro per persoon, maar het IPA vindt het zo belangrijk dat Nederlandse deelnemers (alleen politiemensen) gratis mogen deelnemen. Krijgen ze hiervoor subsidie van de Nederlandse overheid? Lijkt dit op beïnvloeding of niet? Heeft de IPA-Nederland voorrechten in Nederland? Krijgen zij gratis zaaltjes, materiaal, gratis de beschikking over in dienst zijnd politiepersoneel? Op welke wijze worden zij nog meer gefaciliteerd?

    Het IPA wil graag onderlinge banden tussen politieagenten in verschillende landen aanhalen en informeel informatie uitwisselen. Komt er nu informatie die wordt verzameld door verdachte staandehoudingen in Nederland via een niet-aangemelde politiedatabank over ‘Outlawbikers’ terecht in landen waar eigenlijk helemaal geen mensenrechten zijn? En welke ander informatie van de politie komt op deze manier in het verdachte buitenland terecht? Komt er ook informatie terecht bij de Nederlandse politie op deze manier?

    Dupont berichtte enkele dagen geleden in zijn blog over de ‘appende’ politieagenten bij een grensovergang na de terroristische aanslagen in België. Blijkbaar besteedt de politie liever aandacht aan motorrijders en motorclubs waarvan er tot op heden geen enkele verboden is.

    Verbaast het de lezer dat de IPA ook zijn eigen motorclub heeft? Dit is de IPA MC. Hier de reactie van de politiemotorbende Blue Knights MC Nederland op hun website: ‘In 1989 waaide het enthousiasme voor politiemotorclubs over naar Europa, nadat enkele collega’s via de International Police Association (IPA) contact hadden opgenomen met collega’s uit de U.S.A.’

    Een rechtstreekse aanval op onze vrijheid

    Vorig jaar December deed een rechter de volgende uitspraak: ‘Verkeerscontroles hebben een ander doel dan het doen van opsporingsactiviteiten.’ We mogen er van uitgaan dat de Nederlandse politie zich houdt aan een rechterlijke uitspraak. Of toch niet?

    Leden van motorclubs weten dat de politie zogenaamde ‘Algemene Verkeerscontroles’ houdt zodra een politieagent ziet dat er leden van een motorclub rijden op de motor of in de auto. Deze bikers worden staande gehouden zonder dat er sprake is van strafbare feiten. Wat wil de politie nu precies met dat staande houden bereiken? Wat zijn de gegevens die zij verzamelen en waarom?

    Politieagenten zijn in het bezit van een speciaal handboek met richtlijnen over motorclubs. Dit is het ‘Handboek Nederlandse 1%-motorclubs (ongedateerd). Wij hebben via een WOB-verzoek geprobeerd in bezit te komen van dit handboek. Dit is maar ten dele gelukt. Alleen delen van het handboek zijn opgestuurd. Wij kwamen echter toch in het bezit van het volledige handboek. Het is samengesteld door Politie Nederland in samenwerking met Europol. In dit handboek wordt specifiek opgeroepen om leden van motorclubs te controleren:

    Al op bladzijde 4 van het handboek staat wat de doelstellingen zijn: ‘Het doel van dit handboek is tweeledig: het bieden van een basisrichtlijn voor politieambtenaren (surveillanten en/of rechercheurs) die niet direct betrokken zijn bij MC-zaken, maar wel werken in een omgeving waar MC’s aanwezig zijn. Het document biedt hen basiskennis over de organisatie en activiteiten van MC’s en brengt ze op de hoogte van de bestaande kanalen voor het uitwisselen van informatie over dit fenomeen; het creëren van bewustzijn omtrent 1%-motorclubs en hun leden onder al het handhavingspersoneel en het beiden van een bredere kijk op de werkwijze van deze groepen en de reikwijdte van hun activiteiten.’

    Op bladzijde 14 staat ‘Het is belangrijk dat politieambtenaren weten hoe ze een motor kunnen identificeren en hem kunnen checken in de verschillende databases.’ Welke databases? Wij komen daar later nog op terug.

    Op bladzijde 15 staat: ‘Belangrijk. Als je een MC-lid met een motor controleert, is het belangrijk aandacht aan deze controle te besteden en alle informatie over het voertuig te noteren, evenals de persoonsgegevens van de gebruiker. Stuur die gegevens vervolgens naar de op dit gebied gespecialiseerde eenheid, zodat deze verder actie kan ondernemen.’

    Op bladzijde 19 staan onder het kopje ‘MC-specifiek beleid’ richtlijnen voor alle politieagenten: ken je pappenheimers: kijk op intranet naar de foto’s van de (bekende) leden van de MC’s binnen je district; weet wie de belangrijkste leden zijn en waar de clubhuizen/hangplekken zich bevinden! Meld contact met MC-leden altijd bij de meldkamer en geef locatie, tijdstip en kenteken door; spreek waar mogelijk de hoogste in rang aan van de groep die je tegenkomt, al dan niet via de woordvoerder. Vraag hier duidelijk naar; laat je niet verleiden tot ‘vriendelijke foto’s/ filmmateriaal van jezelf met leden van de MC’s; probeer bij het signaleren van (leden van) MC’s zoveel mogelijk informatie te verzamelen en te registreren. Denk daarbij aan je ( lokale) inwinplan. Let daarbij op: personalia, uiterlijke kenmerken, patches op de colours, aanwezige personen/voertuigen, kenmerken/kenteken van voertuig, mogelijk sociaal CV (hobby’s, verblijfplaatsen en dergelijke), probeer waar mogelijk (on)opvallend video- of fotomateriaal te verzamelen, let op mogelijke voertuigen ter plaatse, het is bekend dat er in veel gevallen supportauto’s zijn die mogelijk wapens e.d. vervoeren.’

    Samenvattend stellen wij vast dat enerzijds de politieagenten basiskennis over motorclubs wordt bijgebracht en anderzijds wordt opgeroepen informatie te verzamelen en door te geven via ‘de bestaande kanalen voor het uitwisselen van informatie over dit fenomeen’. Voor dat doorgeven van informatie zijn er dus ‘bestaande kanalen’. Er is dus een databank en het verzamelen van informatie is geïnstitutionaliseerd, want er zijn ‘bestaande kanalen’ om die informatie door te geven.

    De politieagenten die niet direct betrokken zijn bij MC-zaken worden aangezet informatie te verzamelen en daarvoor dus controles te houden. Om ze dat te laten doen, wordt door het handboek ‘bewustzijn gecreëerd’. Hoe worden de politieagenten bewust gemaakt van die bikers? Op verschillende bladzijden komen wij uitspraken tegen die de politieagent bewust moeten maken. Zo staat er bijvoorbeeld op bladzijde 19 dat ‘er in veel gevallen supportauto’s zijn die mogelijk wapens e.d. vervoeren’. Erg gevaarlijk dus eigenlijk voor de controlerende agent. Op bladzijde 20 zien wij: ‘Kortom, de MC’s kunnen met recht betiteld worden als organisaties waar criminelen lid van zijn.’ Er wordt dus doelbewust door een officieel handboek stemming gemaakt tegen motorclubs en hun leden. Want, ook leden van voetbalclubs kunnen crimineel zijn, of leden van de VVD (zoals wij in een eerder blog al aantoonden).

    De agent wordt dus niet alleen ‘bewust’ gemaakt, maar ook bang. Criminelen die zich misschien wel laten volgen door auto’s met wapens e.d. erin. En dit allemaal om de agent, die verder niets te maken heeft met motorclubs, duidelijk te maken hoe belangrijk het is dat hij hoe dan ook informatie verzamelt en doorgeeft. Bovendien wordt de agent aangespoord ook op andere manieren informatie tot zich te nemen en door te geven. Fotograferen, stiekem filmen.

    Hoe is nu dit handboek tot stand gekomen? Het boekje heeft 24 bladzijden. Op veel van die bladzijden staat informatie afkomstig uit het buitenland. Het boekje spreekt verschillende malen van ‘de literatuur’ over motorclubs. Wij kijken dus maar eens naar de bronnen die zijn gebruikt voor het handboek. Aan het eind van het handboek worden negentien bronnen genoemd waaruit de informatie in het handboek is gedestilleerd. Twee van die bronnen zijn publicaties van Europol, twee andere zijn afkomstig van de KLPD, er zijn twee Nederlandse boeken (waarvan één van oud-politieman John van den Heuvel), één verslag van de Nederlandse parlementaire enquete geschreven door prof. Fijnaut waarin ook wordt gesproken over motorclubs, één Duitse en negen Amerikaanse boeken. Van de negentien bronnen zijn er dus maar liefst twaalf afkomstig uit het buitenland. Vooral de Amerikaanse ‘literatuur’ zijn gewoon boeken die in de boekhandel verkocht worden. Bovendien zijn een aantal van die bronnen vrij gedateerd, één bron is zelfs uit 1966, en hebben sommigen een zeker ‘Arendsoog-gehalte’.

    ‘Een organisatie moet elke verwerking van persoonsgegevens melden, bijvoorbeeld wanneer de organisatie persoonlijke gegevens opvraagt, gebruikt of verspreidt. De meldingen van de verwerking van persoonlijke gegevens zijn openbaar, dit is geregeld in de Wet bescherming persoonsgegevens (WBP).’(www.rijksoverheid.nl) Deze melding moet worden gedaan bij de Autoriteit Persoonsgegevens. Dit is wat de Rijksoverheid op zijn eigen site zegt over het bestaan van databanken. Databanken moeten niet alleen worden aangemeld, degenen waarover in die databank informatie wordt vastgelegd moeten ook op de hoogte worden gesteld en zij moeten in staat worden gesteld om die informatie te rectificeren. Wie garandeert dat de informatie over leden van motorclubs in de databank correct is? Dus de databank is niet alleen niet aangemeld, de personen in die databank worden ook niet op de hoogte gesteld.

    Samenvattend:

    1. Politiemensen lopen rond met een bikerhandboek waarin stemming wordt gemaakt over misdaad en wapens, zodat een politieagent flink nerveus kan worden bij het zien van leden van motorclubs.
    2. Agenten die niet zijn betrokken bij bikers of MC’s worden aangezet om toch informatie te verzamelen over bikers voor een niet-aangemelde databank.
    3. De bronnen van het bikerhandboek zijn deels gedateerd, hebben alleen betrekking op het buitenland of hebben een ‘Arendsoog-gehalte’.
    4. Het handboek zelf gaat voor een gedeelte over motorclubs in het buitenland. Ook de informatie van Europol is afkomstig uit het buitenland en gaat niet over de situatie in Nederland.
    5. Verkeerswetgeving wordt gebruikt voor doeleinden die niets te maken hebben met verkeersveiligheid. Er is daarover een rechterlijke uitspraak.

    De vraag is nu wat er wordt gedaan met alle informatie die door de politie zo nauwgezet wordt verzameld. Tot op heden is nooit gebleken dat die informatie wordt getoetst door de bikers zelf in kennis te stellen. Er is nog geen enkele motorclub verboden door een rechter. Waarom dus wel informatie verzamelen? Wat gebeurt er met de informatie?

    Uit tal van uitspraken van de politie zelf blijkt dat informatie wordt gedeeld met de FIOD, de belastingdienst, de gemeentelijke basisadministratie of zelfs de douane. Het is bijna onmogelijk voor leden van Nederlandse motorclubs om een visum te krijgen voor de Verenigde Staten. Hoe weet men daar wie er lid is van een MC? Informatie over MC-lidmaatschap wordt gedeeld met Interpol en Europol. In Nederland kunnen leden van MC’s heel moeilijk aan een pas komen om beveiligingswerk of portierswerk te verrichten. Leden van MC’s kunnen niet in dienst komen bij de overheid en wanneer zij er al werken levert dat problemen op en worden zij onophoudelijk onder druk gezet. Leden van motorclubs krijgen geen Verklaring omtrent gedrag (VOG). Wijkagenten gaan thuis langs bij leden van motorclubs om ze te laten weten dat de politie weet dat ze lid zijn van een MC. Politieagenten gaan langs bij werkgevers om ze te wijzen op het feit dat een personeelslid lid is van een MC. Agenten gaan langs bij instellingen waar leden van MC’s met een bijstandsuitkering vrijwilligerswerk verrichten om ze op de situatie te wijzen. Huiseigenaren die panden verhuren aan motorclubs worden gewezen op het gevaar van de motorclub in hun pand. Eigenaren van feestzalen worden onder druk gezet met informatie uit de politiedatabank. Agenten houden leden van motorclub staande, ‘omdat ze in de landelijke databank zitten’. Het wordt dus een cirkel.

    Er wordt door de politie informatie verzameld over organisaties die niet zijn verboden. De informatie wordt niet getoetst. De databank is niet aangemeld. De informatie wordt gebruikt voor doeleinden die helemaal niet relevant zijn voor enige opsporing. Duidelijk blijkt namelijk dat verkeerscontroles worden ingezet om informatie te verzamelen. Er is dus helemaal geen sprake van strafbare feiten of verdenking daarvan. Informatie wordt wel gebruikt om leden van motorclubs ernstig te hinderen. Niet te hinderen bij het plegen van strafbare feiten, maar te hinderen bij het gewoon deelnemen aan de maatschappij. Werk, vrije tijd, hobbies, vakantie, woonsituatie en familie worden door de politie betrokken bij het bestrijden en lastig vallen van mensen die niet de wet overtreden, maar dat misschien volgens de politie op een dag wel zouden kunnen doen. Daarvoor beroept de politie zich op bronnen uit het buitenland die gedateerd zijn en soms onbetrouwbaar en worden door de rechter verboden technieken gebruikt om gegevens vast te leggen in een niet-aangemelde databank.

    Saillant detail is dat motorbendes van politieagenten nergens worden genoemd in het handboek. Er is blijkbaar geen enkele noodzaak leden van Blue Knights MC, LEMC Marshalls of Lex Legio MC staande te houden voor registratie van kentekens, persoonlijke gegevens of voertuigkenmerken. Dat deze politiemotorbendes rondrijden met exact dezelfde kenmerken als de echte MC’s en het gedrag van de echte MC’s kopieëren heeft daarop blijkbaar geen effect. Voor hen geldt: ouwe jongens krentenbrood!

    Na de recente aanslagen in Frankrijk en België sprak premier Rutte van een rechtstreekse aanval op onze vrijheid.

    Welke vrijheid?

     

    (Voor de fans: http://1percent.nl/PDF/Handboek1percentMCsInNederland.pdf)