• Buro Jansen & Janssen is een onderzoeksburo dat politie, justitie, inlichtingendiensten, de overheid in Nederland en Europa kritisch volgt. Een grond-rechten kollektief dat al 30 jaar publiceert over uitbreiding van repressieve wetgeving, publiek-private samenwerking, bevoegdheden, overheids-optreden en andere staatsaangelegenheden.
    Buro Jansen & Janssen Postbus 10591, 1001EN Amsterdam, 020-6123202, 06-34339533, signal +31684065516, info@burojansen.nl (pgp)
    Steun Buro Jansen & Janssen. Word donateur, NL43 ASNB 0856 9868 52 of NL56 INGB 0000 6039 04 ten name van Stichting Res Publica, Postbus 11556, 1001 GN Amsterdam.

  • Categorieën

  • De linkerhand van de duivel

    De Nederlandse media wijzen in hun artikelen graag naar motorclubs. Bekend zijn mensen als Mick van Wely, Gerlof Leistra en John van den Heuvel. De bekendheid van de meeste ‘misdaadverslaggevers’ berust vooral op hun onbekendheid met het onderwerp waarover zij schrijven. Maar het is ook waar dat wanneer je te veel weet, je lot minder benijdenswaardig kan zijn. Dat ondervond Martin Kok. Om toch te kunnen schrijven over de zogenaamde misdaad bij motorclubs worden veel aannames en ex-leden van clubs ten tonele gevoerd. Een ex-lid doet dit, een ander ex-lid doet dat, een ex-vriend deed zus en een ex-vriendin deed zo. Iedereen heeft wel een ex, behalve Rutte, en zo blijven we schrijven.

    Wij kunnen dus rustig eens kijken wat een ex van ‘misdaadverslaggever’ John van den Heuvel doet en deed. Geen ex-vriendin of ex-vriend. Wel een ex-medewerker en ex-collega van John. Een ex-collega omdat hij net als John politieagent was en een ex-medewerker omdat hij samen met John meewerkte aan één van zijn ‘misdaadprogramma’s’. De ex van John heet tegenwoordig Peter van V. Dat heeft te maken met de zelfgekozen en vrijwillige privacy die verdachten wordt gegund door de media. Vroeger heette hij echter anders, toenw erd zijn achternaam namelijk voluit geschreven.

    Schrijft John zeer gaarne over exen van motorclubs en gaat hij ook graag op televisie en in zijn lijfkrant motorclubs te lijf, over zijn eigen exen heeft hij het liever niet. Wij laten dus maar Crimesite aan het woord en een artikel van twee jaar geleden van Dupont. Eens te meer blijkt dat Dupont ook gebruikt kan worden als naslagartikel.

    Op 19 juni 2017 lezen wij op Crimesite het volgende verontrustende nieuws: ‘Peter van V., privédetective en oud-medewerker van verschillende tv-programma’s, is opgepakt in Spanje. Hij wordt verdacht van betrokkenheid bij de afpersing van Dennis M. die 700.000 euro moest betalen. Peter van V. werkte voor de programma’s ‘Ontvoerd’ en ‘Gestalkt’. Dennis M. is ook geen onbekende van justitie. Hij is verdachte in de megafraudezaak rond Quality Investments. Peter van V. zou als tussenpersoon hebben gefungeerd tussen de afpersers en Dennis M. Dat meldt De Telegraaf.

    De afgelopen maanden is Dennis M. verschillende keren benaderd door Nederlandse personen, waaronder leden van een motorclub. Ze lieten foto’s van zijn kinderen zien en plaatsten ook een gps-tracker onder zijn auto. Na de bedreigingen stapte M., woonachtig in Marbella, naar de Spaanse politie. Die deed onderzoek en hield vorige week drie mannen aan, waaronder Peter van V., die medewerker was van het RTL-programma Ontvoerd en het SBS6-programma Gestalkt.

    Thijs Zeeman, presentator van Gestalkt, vertelt desgevraagd aan Crimesite:

    Hij deed voor ons locatie-beveiliging. Een aardige vent, maar er waren incidenten waardoor we hem niet meer wilde inhuren. Er deden vreemde verhalen over hem de ronde in de media. Zo bleek hij ineens een wapen bij zich te hebben en toen zei hij dat hij dat had afgepakt van iemand. Hij deed al niet veel voor ons maar toen hij in opspraak kwam vanwege strafbare feiten zijn we definitief met hem gestopt, net als Ontvoerd trouwens.

    Van V., die onder andere ook de beveiliging doet van enkele vermogende Nederlanders op Ibiza, is vorig jaar veroordeeld tot een taakstraf van 200 uur, wegens het uitlokken van het lekken van politiegegevens.’, aldus Crimesite deze week.

    In ‘De mol die eigenlijk een rat was’ op 20 oktober 2015 berichtte Dupont: ‘Op 19 oktober 2015 bericht rtlnieuws.nl : ‘Het Openbaar Ministerie heeft in Eindhoven vanochtend een agent aangehouden. Hij zou zich niet hebben gehouden aan zijn ambtsgeheim. Ook zijn er twee burgers aangehouden, een daarvan is een medewerker van het RTL4-programma Ontvoerd.’

    De aangehouden burger die voor RTL-4 werkte is Peter van Vugt, een oude bekende. Van Vugt begon zijn carrière bij de politie Brabant Zuid-Oost, waar hij lid was van een arrestatieteam. Na zijn politietijd werd hij directeur van de Spyshop Eindhoven en verkocht hij opname-apparatuur en volgapparatuur. Dit soort gadgets is ook zeer in trek bij criminelen. Nog vorige maand werd een andere directeur van een Spyshop, de Spyshop Nieuwegein, doodgeschoten bij zijn voordeur. Volgens Crimesite.nl op 17 oktober 2015 had deze Ronald Bakker apparatuur verkocht aan enkele criminelen die mogelijk liquidaties aan het voorbereiden waren. Een gevaarlijk beroep dus, directeur van een Spyshop. Peter van Vugt was tevens eigenaar van het bedrijf Quick Look Investigations en werkte al jaren nauw samen met de eveneens uit Eindhoven afkomstige oud-politieman John van den Heuvel. Op Ibiza verzorgde Peter van Vugt de beveiliging van enkele vermogende Nederlanders die daar woonden. Van Vugt wordt volgens De Telegraaf verdacht van vuurwapenbezit en het uitlokken van het lekken van politiegegevens.’

    Een medewerker van John van den Heuvel en een oud-politieagent actief in de misdaad. Waarom verbaast ons dit niet?

    Je suis Charlie!

    Ze stonden allemaal op de barricades na de aanslag op het Franse satirische blad Charlie Hebdo. Ze verdrongen elkaar zowat voor de camera’s. Staatshoofden, regeringsleiders, partizanen van het vrije woord. Vóór de camera’s waren het allemaal grote voorstanders van de vrijheid van de pers, van de democratie en van de vrijheid van meningsuiting. Je suis Charlie, riepen ze.

    Inmiddels bevinden we ons niet meer vóór, maar áchter de camera’s. En wat zien we daar? De grote vrijheidsstrijdster Merkel maakt de weg vrij voor de vervolging van de Duitse bespotter van de Turkse premier Erdogan. Minder dan een week later staat ze in de Zeeuwse metropool Middelburg om een hoge onderscheiding in ontvangst te nemen. Regeringsleider erbij, geen enkele kritiek, geen enkel protest. Ich bin der Charlie? Op-Merkel-ijk.

    Die kritiek op een vreemd staatshoofd doet ons in Nederland natuurlijk meteen denken aan de censuur in het Derde Rijk. Daarom is het zo vreemd dat er juist vanuit het kritische Nederland geen enkele kritiek komt. Vreemd? Of is er in Nederland ook geen echte persvrijheid?

    Waarschijnlijk is er in Nederland vooral sprake van zelfcensuur. Een soort zeer vergaande beleefdheid om problemen niet te benoemen of zelfs goed te praten. Tijdens de oorlogen die Nederland mee hielp voeren in Irak en Afghanistan was er al sprake van ’embedded’ journalistiek. Journalisten konden met het leger meereizen ‘voor hun eigen veiligheid’, maar schreven dan wel positief over de Nederlandse militaire bezigheden.

    Bijna alle journalisten deden mee met deze vorm van censuur. Eén van de zeer weinigen die weigerden zich te conformeren was Arnold Karskens. Karskens trok meestal alleen het land in en sprak met de mensen zelf. Terug in Nederland verscheen hij dan foeterend en blazend op televisie met nieuws over Nederlandse schuld bij dodelijke schietpartijen en bombardementen. En passant was hij ook nog op zoek naar oorlogsmisdadigers en oorlogsprofiteurs. Dankzij Karskens liepen zij tegen de lamp en werden in heel Nederland bekend.

    Het optreden van Karskens heeft tenminste als voordeel dat de burger niet in slaap valt en wordt geconfronteerd met nieuws dat andere media vaak niet of anders brengen. Karskens is niet te vatten, hij ligt dwars, evolueert volgens sommigen van linkse signatuur tot rechtse sympathieën, benoemt zichzelf tot held en experimenteert met crowd-funding. Lezen van zijn artikelen brengt de lezer op zijn minst tot de slotsom dat er ook ander nieuws is.

    Dupont schreef op 18 april in het artikel ‘Branche-organisaties’: ‘‘Dit terwijl twee jaar geleden werd afgesproken om die term in die context niet meer in de mond te nemen. Ze zegt dat het langdurig negatief publiceren over motorclubs uiteindelijk leidt tot een daling van de omzet van motorverkopers.’ Het ging hier over Gemma Warmerdam, secretaris van de afdeling Gemotoriseerde Tweewielers van de RAI. Warmerdam trok van leer tegen politiechef Paauw van Rotterdam, nadat deze had gesproken over het verbieden van motorclubs. En daar stak het Warmerdam, want, zo riep zij nijdig, er waren twee jaar geleden afspraken gemaakt om motorclubs ‘motorbendes’ te noemen wanneer het ging om ‘onepercenters’. Anders zou er schade optreden voor motorverkopers. Gemma riep politie, overheidsfunctionarissen en media op voorzichtig te zijn met de term ‘motorclub’.

    Er wordt hier dus door een lobbyiste van de Gemotoriseerde Tweewielers opgeroepen zich te houden aan afspraken gemaakt tussen politie, overheidsfunctionarissen en de media. Met als doel meer motorfietsen te verkopen. Afspraken? Wie hebben die afspraken gemaakt? Welke overheidsfunctionarissen? Welke politiemensen? Welke journalisten of kranten? Je suis Charlie?

    En nu het toch weer gaat over motorclubs, kijken we meteen even verder naar hoe er over die clubs geschreven wordt. Op 8 april 2016 schrijft Gerlof Leistra in Elsevier: ‘Mocht een verbod te ver gaan – ook bikers kunnen zich beroepen op de vrijheid van vereniging – dan kan hen in elk geval het leven zuur worden gemaakt. Bijvoorbeeld door ze geen vergunning te geven voor feesten en ook de vergunning voor hun clubhuis nog eens tegen het licht te houden. Louter hun aanwezigheid op straat is een gevaar voor de openbare orde. Alle strafdossiers leveren bij elkaar het beeld op van organisaties waarvan veel criminelen lid zijn. Het verschil met een criminele organisatie is louter juridisch.’

    Leistra geeft in dit artikel niet alleen zijn mening, hij fantaseert ook: ‘Leden van de clubs houden zich onder meer bezig met drugs- en wapenhandel, afpersing, prostitutie en protectie. Zodra ze in elkaars vaarwater belanden, is het meteen oorlog: kom niet aan ons geld!’

    Leistra is niet aan zijn proefstuk. Al jaren fulmineert de ‘misdaadverslaggever’ tegen motorclubs en pleit hij voor een verbod. In motorland is de brave Leistra echter totaal onbekend. Niemand heeft hem ooit gezien of gesproken. Alle informatie waarmee Leistra komt lijkt onmiddellijk afkomstig van de politie.

    Op het Facebookweblog ‘Discriminatie van motorclubs’ worden regelmatig journalisten aan de kaak gesteld die volgens de maker van het blog de feiten verdraaien of er op los fantaseren. Met name oud-politieman, nu journalist, John van den Heuvel, Bjorn Thimister en Mick van Wely van De Telegraaf krijgen het voor hun kiezen. Deze journalisten lijken volgens het blog partizanen van de overheid in plaats van het vrije woord. Ook het NOS Journaal moet er in het blog vaak aan geloven.

    Op 20 oktober 2015 schreef Dupont al in het artikel ‘De mol die eigenlijk een rat was’: De aangehouden burger die voor RTL-4 werkte is Peter van Vugt, een oude bekende. Van Vugt begon zijn carrière bij de politie Brabant Zuid-Oost, waar hij lid was van een arrestatieteam. Peter van Vugt was tevens eigenaar van het bedrijf Quick Look Investigations en werkte al jaren nauw samen met de eveneens uit Eindhoven afkomstige oud-politieman John van den Heuvel. Op Ibiza verzorgde Peter van Vugt de beveiliging van enkele vermogende Nederlanders die daar woonden. Van Vugt wordt volgens De Telegraaf verdacht van vuurwapenbezit en het uitlokken van het lekken van politiegegevens. Overigens heeft dat waarschijnlijk niets te maken met John van den Heuvel zelf of zijn programma.’

    In een artikel van The Post Online van 26 april 2016 zegt Arnold Karskens over de NOS: ‘Het NOS Journaal is, afgewogen tegen het budget, het slechtste journalistieke programma. Ver beneden de maat. Ze zijn doorgeefluik voor nieuws uit Den Haag, Brussel en Washington. Veel NOS’ers worden later voorlichter, ze likken zich in bij de macht. Niets ten nadele van sommige correspondenten, maar de redactie is niet goed. Daar zijn ze meer ambtenaar dan journalist.’

    Op dezelfde dag meldt Quotenet.nl enkele andere uitspraken van Karskens: ‘Nou je hebt natuurlijk pure corruptie, zoals een Telegraaf-journalist die voor geld slecht schrijft over een huurder die de huisbaas eruit wil hebben. Maar wat je vooral veel ziet is dat de commercie, de advertentie-afdeling zich met de inhoud bemoeit. Dan zijn er nog journalisten die al tijdens hun werk voorsorteren op een baan als woordvoerder ergens. Of journalisten die overstappen naar de politiek of adviseur worden bij een ministerie of partij, en daarna zelfs weer doodleuk terugkeren in de journalistiek. Mensen die niet gaan voor het onthullen en het openbaren, zoals ze zouden moeten doen, maar voor hun toekomst of pensioen. Wat ook opvallend is dat veel Nederlandse journalisten er helemaal geen moeite mee hebben samen te werken met de AIVD.’

    Het zijn zeer ernstige beschuldigingen van een man die al vele jaren meedraait in de journalistiek. Journalisten die zich laten omkopen, samenwerken met inlichtingendiensten, politieke belangen hebben of commerciële belangen van media die belangrijker zijn dan nieuwsgaring en publieksvoorlichting. Is het waar wat Karskens daar allemaal roept? Hij durft het in ieder geval te zeggen. Want het opnemen tegen een machtig concern als De Telegraaf doe je niet zomaar. Of de machtige staatsomroep NOS bekritiseren.

    Het verwijt van Karskens over journalisten in de politiek is in ieder geval zeker niet uit de lucht gegrepen. Rinke van de Brink werkt al jaren bij de staatsomroep NOS en zegt over zichzelf op over.nos.nl : ‘In al die jaren in de journalistiek zijn mijn drijfveren dezelfde gebleven: nieuwsgierigheid, het zoeken naar de feiten en het aandragen van informatie om die feiten te kunnen begrijpen.’ Van den Brink geeft op dezelfde pagina aan hoe hij zijn journalistieke carrière begon, maar verzwijgt dat hij vele jaren lang redacteur was van het communistische blad De Waarheid. In het boek ‘De schijn-élite van de valsemunters’ zegt auteur Martin Bosma dat Rinke redacteur was van het blad en lid van de CPN van mei 1977 tot september 1983. Nogal politiek gekleurd dus. Maar toch nog goed terecht gekomen, want de NOS betaald zijn medewerkers goed. Haast Kafkaesque zo’n ommeslag.

    Het Dagblad van het Noorden plaatste op 26 april 2016 een stuk van rechtbankjournalist Rob Zijlstra. ‘Organisaties proberen steeds nadrukkelijker grip te krijgen op de inhoud van journalistieke publicaties’, zegt hij. Zijlstra schiet uit zijn slof door een eerder artikel van hem over de politie in de noordelijke provincies. ‘De politie had het reeds gecorrigeerde artikel nogmaals voor publicatie willen inzien. Nog meer regie. Eigenlijk had het een heel ander artikel moeten zijn. Eigenlijk hadden ze het zelf willen schrijven. De teleurstelling, meldt de voorlichter, heeft ook gevolgen. Geen nieuwe afspraken.’

    ‘Journalisten die niet naar de pijpen dansen van de voorlichter van de politie kunnen het vergeten.’, is de conclusie van journalist Rob Zijlstra. En dat is zeer ernstig. De politie als bedwinger van het vrije woord.

    Een korte rondgang door het land van de ‘onafhankelijke pers’ levert dus al meteen iets op:

    Er worden afspraken gemaakt tussen de media en belangenorganisaties/brancheorganisaties.

    De politie wil alleen journalisten te woord staan die schrijven wat zij willen.

    Sommige journalisten of medewerkers van journalisten zijn oud-politiemensen en sommigen nemen het niet zo nauw met de wet.

    De krijgsmacht neemt ‘voor hun eigen veiligheid’ embedded-journalisten mee in oorlogsgebieden, waar zij eigenlijk onafhankelijk nieuws zouden moeten vergaren.

    Journalisten hebben een politiek extremistisch verleden en werken nu voor een staatsomroep die onder vuur ligt als eenzijdig.

    Journalisten of media hebben commerciële belangen bij onderwerpen waarover zij schrijven.

    Journalisten zijn over bepaalde onderwerpen totaal kritiekloos.

    Journalisten werken samen met inlichtingendiensten.

    Journalisten proberen hun eigen mening koste wat kost, ook door verdachtmakingen, aan de lezer op te dringen. Zelfs wanneer de feiten die zij presenteren helemaal niet bewezen zijn.

    Je suis Charlie? Ja, Charlie Chaplin!

     

     

     

    Het goede voorbeeld (2)

    Kiest de NOS zelf nogal vaak partij voor de overheid en is het nieuws dat deze staatszender brengt veelal eenzijdig, op Veteranendag 2015 maakte de NOS het wel weer heel bont. De Veteranendag werd live op televisie gepresenteerd door ‘militair historicus’ Christ Klep. Toen tijdens het veteranendéfilé de veteranenmotorrijders voorbij kwamen beschuldigde Klep dezen ervan eigenlijk verklede Veterans MC te zijn. Dat deze motorclub zo werd vervolgd door Justitie en de media was volgens Klep hun eigen schuld. Klep:’Ze hebben het over zichzelf afgeroepen.”Ze schurken aan tegen de beruchte clubs.’ De uitspraken van Klep vielen zo slecht bij de Veterans MC dat werd besloten een persbericht uit te laten gaan: ‘Afgelopen zaterdag vond de Nederlandse Veteranendag plaats. Heel Nederland heeft het commentaar kunnen horen van de NOS. Wederom werden we neergezet als “crimineel” en we zouden het aan ons zelf te wijten hebben. In ons kielzog werden vele veteranenmotorrijders eveneens door het slijk gehaald.’, aldus het persbericht. Extra triest is dat ‘historicus’ Klep beter weet. Hij zit namelijk in de redactieraad van het veteranentijdschrift ‘Checkpoint’. En uitgerekend dat blad berichtte afgelopen jaar uitvoerig over de problematiek rond Veteranendag en de Veterans MC.

    Het is niet voor het eerst dat Christ Klep uitspraken of beschuldigingen doet die voor veel veteranen onverteerbaar zijn. In november 2011 zondt de KRO een reportage uit waarin overste Karremans door zijn voormalige superieuren door het slijk werd gehaald. Ook Christ Klep bemoeide zich ermee. De website isgeschiedenis.nl meldt daarover: ‘Militair historicus Christ Klep beweert dat ‘alle Dutchbatters’ wisten dat de moslims vermoord zouden worden, dus ook Karremans. De ex-commandant loog hierdoor onder ede tegen het Joegoslavië Tribunaal en de parlementaire enquêtecommissie, toen hij zei dat hij dacht dat de mannen ongedeerd zouden blijven. Karremans blijft echter bij zijn eerdere woorden. Hij probeerde daarop tevergeefs de KRO-uitzending te laten verbieden.’ ‘Militair historicus’ Christ Klep beschuldigd dus overste Karremans van liegen onder ede, en dat hij en ‘alle’ Dutchbatters wisten dat de moslims vermoord zouden worden. Dit is een enorm gebrek aan respect voor de veteranen die betrokken waren Srebrenica.

    Het LIEC-RIEC staat voor Landelijk Informatie en Expertise Centrum-Regionaal Informatie en Expertise Centrum. Deze organisatie houdt zich bezig met de bestrijding van gezagsondermijnende activiteiten en de georganiseerde misdaad. Eén van de aandachtspunten van deze organisatie is de bestrijding van ‘motorbendes’. In Limburg is Wim Smits directeur van deze organisatie. Wim Smits kennen wij nog uit de Landlord-zaak. Dit was een enorme operatie tegen vastgoedhandelaar Joep Janssen uit Kerkrade waarbij 134 panden, auto’s, geld en oude munten in beslag werden genomen. Tijdens de rechtszaak werden de twee officieren van Justitie Wim Smits en Bas Janssen door de rechter beschuldigd van liegen. De zaak-Landlord liep daarmee totaal stuk en alle verdachten werden vrijgesproken.

    Gerlof Leistra is ‘misdaadverslaggever’ van het vroegere kwaliteitsblad Elsevier. Wij hebben het in onze artikelen verschillende malen over Leistra gehad. Leistra is feitelijk helemaal geen misdaadverslaggever, maar probeert door de artikelen die hij schrijft stemming te maken tegen wat hijzelf criminaliteit vindt. Zo zegt Gerlof op 17 september 2014 bij RTV Drente: ‘De gemeente Emmen moet zich zorgen maken over de komst van de Hells Angels naar Emmen. Misdaadjournalist Gerlof Leistra van Elsevier noemt de komst van de van oorsprong Amerikaanse motorclub onheilspellend. De clubs vinden Emmen een interessante plek, omdat het dichtbij Duitsland ligt en dat een belangrijke afzetmarkt is voor wiet. Leistra: ‘Ik denk dat de Hells Angels willen laten zien dat zij daar ook een vinger in de pap hebben.’ De misdaadjournalist denkt dat de gemeente Emmen moet kijken of de motorclubs een gevaar zijn voor de openbare orde. In dat geval zouden zij geen clubhuis mogen openen.’ Leistra denkt dat, Leistra vindt het onheilspellend, Leistra ziet dat Emmen vlakbij Duitsland ligt dus is er misdaad, Leistra waarschuwt de gemeente alvast voor het clubhuis. Er is geen enkel feit in zijn artikel, maar baserende op het artikel wordt wel de noodklok geluid. Wordt ongetwijfeld vervolgd.

    Robert Bas is de ‘misdaadverslaggever’ van de NOS. Een indicatie dat de NOS zelf ook wel behoefte heeft aan iets beter misdaadnieuws is de advertentie met de vacature voor misdaadverslaggever. Robert Bas komt in ieder geval over de motorclubs niet verder dan te roepen dat een Harley Davidson tussen de 60.000 en 70.000 euro kost en dat het lidmaatschapsgeld van motorclubs enkele tienduizenden euro’s per jaar kost. Daarom moet je volgens Robert Bas wel crimineel zijn als lid van zo’n club.

    Gerard Bouman is de eerste korpschef van de nieuwe Nationale Politie en tevens de eerste met de rang van hoofdcommissaris. Het bijzondere aan Bouman is zijn carrière. Bouman begon als 17-jarige als agent bij de Gemeentepolitie in Rotterdam, volgde in de avonduren een cursus rechten en stapte uiteindelijk over naar het Openbaar Ministerie waar hij hoofdofficier van justitie werd. Hij keerde daarna terug naar de politie en werd enige jaren later hoofd van de AIVD (Algemene Inlichtingen- en Veiligheids Dienst). Enige jaren later keerde hij opnieuw terug naar de politie en werd deze keer korpschef van de Nationale Politie. Bouman riep als korpschef van de Nationale Politie dat hij achter de door de rechter veroordeelde schietende agent bleef staan die door de rechter tot twee jaar cel was veroordeeld. Het is heel opmerkelijk dat meneer Bouman op deze manier redeneert en je kunt je wat dingen afvragen: Een oud-hoofdofficier van justitie die een oordeel van de rechter onacceptabel vindt. Een oud-hoofd van de AIVD, die een oordeel van de rechter onacceptabel vindt. Een korpschef van de Nationale Politie die een oordeel van de rechter onacceptabel vindt. Wat is dat voor een man die er zulke denkbeelden op na houdt in een democratische rechtsstaat? Wat zegt dit over de gang van zaken bij het Openbaar Ministerie? Wat zegt dit over de mentaliteit bij de AIVD? Gewoon je gang gaan en je zo weinig mogelijk aantrekken van de rechtsstaat? Meneer Bouman ging dit jaar voor een bespreking naar de Tweede Kamer en werd door de beveiliging gewezen op het feit dat hij zijn dienstpistool niet mee naar binnen mocht nemen. De reactie van meneer Bouman was veelzeggend en karakteriserend: hij zegde zijn afspraak af en ging weg. De wet geldt voor iedereen, behalve voor meneer Bouman. Deze man wil macht, maar geeft aan dat in een democratie zijn macht ongewenst is. Het laatste nieuws over boeman Bouman is dat hij volgend jaar afscheid neemt. Misschien heeft dit te maken met het debacle van de geldverslindende reorganisatie bij de politie.

    Rienk de Groot is regionaal recherchechef bij de politieregio Zeeland West-Brabant. Deze man is een hardliner en afkomstig van de Bijzondere Bijstands Eenheid (BBE) van de politie. Als plaatsvervangend BBE-commandant was hij betrokken bij de belegering van de Hofstadgroep in het Haagse Laakkwartier in 2004. Rienk doet uitspraken in de krant van 8 augustus 2015 (bndestem.nl) die niet kloppen met wat de politie elders verklaart. ‘De Groot zegt dat het aantal criminelen in de regio de afgelopen jaren ‘helemaal niet is toegenomen’: “Ze hebben alleen een hesje aangetrokken en zich bij een motorbende aangesloten. Het enige voordeel daarvan is wel dat ze voor ons nu duidelijk herkenbaar zijn.’ De Groot heeft het in het artikel alleen maar over No Surrender en Satudarah. Het artikel kopt dan ook spectaculair: ‘No Surrender en Satudarah zware bedreiging’, recherche Zeeland-West-Brabant waakt voor motorgangs.’ Volgens de voortgangsrapportages die de politie regelmatig opstelt en verspreid staat juist dat ook clubs als Hells Angels, Veterans, Demons of Red Devils criminele motorbendes zijn. Verder noemt Rienk de Groot een aantal van 1200 leden van Outlaw Motorcycle Gangs (OMG’s), waar de laatste voortgangsrapportage van de politie er juist 1800 noemt. Hij geeft wel weer aan dat 80% van die leden een strafblad heeft. Wat zijn nu de cijfers? 1800 of 1200 en wat is dan het percentage met een strafblad? Het lijkt er op dat de politie helemaal de juiste cijfers niet heeft.

    De invasie van Zeeland

    Omroep Zeeland komt vandaag met baanbrekend nieuws. Zeeuwse motorclubs extra in de gaten gehouden, kopt de krant. Gevolgd door een artikel: ‘De Zeeuwse chapters van Outlaw Motorcycle Gangs (OMG’s) worden extra in de gaten gehouden volgens het openbaar ministerie. Dit is onderdeel van een integrale aanpak tegen motorclubs in heel Nederland. Zeeland doet mee aan die aanpak omdat de provincie anders aantrekkelijk wordt voor OMG’s om hier naar toe te verhuizen. Het is nu rustig rond de Zeeuwse afdelingen of chapters van de OMG’s. Er zijn er op dit moment drie actief in onze provincie en de gemeenten waar ze zijn gevestigd geven aan dat er geen problemen zijn. In andere delen van het land, met name in Noord-Brabant en Limburg, zijn er wel problemen en is hard opgetreden tegen enkele OMG’s. Daarbij bestaat de angst dat deze groepen uitwijken naar gebieden waar er minder op ze gelet wordt, zoals België of Zeeland. En daarom houden gemeenten, politie en het openbaar ministerie samen de groepen en individuele leden goed in de gaten. Outlaw Motorcycle Gangs onderscheiden zich volgens justitie van normale motorclubs doordat de leden zich niet houden aan de regels en wetten van ons land. Justitie heeft in meerdere provincies vastgesteld dat OMG’s zich schuldig maken aan strafbare feiten en betrokken zijn bij het produceren van xtc en hennep.’

    Nu zijn wij misschien wat overbezorgd of zelfs gewoon veel te kritisch, maar wij hebben toch wel enige opmerkingen. Ten eerste vragen wij ons af of die motorclubs ook vandaag in de gaten worden gehouden. De politie heeft namelijk aangekondigd maandag niet uit te rukken voor zaken die niet spoedeisend zijn of waarbij letsel is betrokken. Verder vragen wij ons af hoe die clubs in de gaten worden gehouden. Staat er een politieagent voor de deur van het clubhuis? Of voor de woningen van de leden? Worden de telefoons van de leden getapt? Worden de leden gevolgd? Zit er een plaatsbepaler onder of in hun auto of motor? Wordt hun internetgedrag onderworpen aan extra controles? En wie is daarmee belast?

    Ja, u ziet het, er kunnen veel vraagtekens bij zo’n artikel worden gezet in plaats van dat het iets duidelijk maakt. Wij vragen ons dus nog veel meer af. Motorclubs die uitwijken naar Zeeland? Dat maakt ons benieuwd. Gaan die chapters van No Surrender, Satudarah en Hells Angels die nu nog in Emmen zitten naar Zeeland verhuizen? De grote ‘crimereporter’ Gerlof Leistra waarschuwde een jaar geleden al dat die clubs in Emmen goed in de gaten gehouden moesten worden. Daar heeft de politie vast naar geluisterd. Dus ja, nu zijn de rapen gaar daar in Zeeland. In de voortgangsrapportages van de politie over OMG’s staat dat er vele tientallen clubhuizen van motorclubs zijn gesloten. Gaan die nu allemaal naar Zeeland? Dat ziet er niet best uit.

    Het kan natuurlijk ook zijn dat het hele artikel de zoveelste non-story is van een journalist die geen enkele controle van zijn eindredacteur hoeft te verwachten. Gaan al die clubs naar Zeeland? En die leden dan? Verhuizen die dan mee? Of gaan die telkens honderden kilometers rijden om heen en weer te pendelen tussen hun huis en hun clubhuis? Om welke clubs gaat het eigenlijk? Zijn er al problemen in Zeeland met motorclubs? Of alleen maar met bezopen Duitse toeristen?

    Het mooiste vinden wij nog de beschuldiging dat OMG’s zich schuldig maken aan het produceren van hennep. Hennep? U bedoelt die legale grondstof voor touw? Het is hoog tijd dat Omroep Zeeland eens op bezoek gaat bij zo’n motorclub. Misschien worden zij wel heel goed ontvangen.

    Het hoofd koel houden

    Deze week kwam de politie veelvuldig in het nieuws. Er waren verschillende rechtszaken tegen schietende politiemannen en dat pakte niet altijd goed uit. Niet voor de slachtoffers, maar ook niet voor de politiemannen. En dat zorgde voor erg veel onstuimigheid bij de doorgaans zo rustige mannen. Het was ook wel een hard gelag.

    Eén politieman werd veroordeeld tot maar liefst twee jaar gevangenisstraf voor het neerschieten van de bijrijder van een man die ervandoor wilde gaan tijdens een mislukte aanhouding. Twee andere politiemannen moesten terecht staan voor het doodschieten van een onruststoker met een bijlachtig voorwerp. Opmerkelijk was dat de man in de rug werd geschoten. Beide slachtoffers wilden er dus vandoor gaan en hadden het niet per se gemunt op de politiemannen. Toch voelden dezen zich zeer bedreigd. Een soort verlatingsangst wellicht?

    Opmerkelijk ook dat het Openbaar Ministerie de agenten helemaal niet wilde vervolgen en ook vroeg om vrijspraak voor de angstigaards die met pruik in de Rotterdamse rechtszaal verschenen. Uiteindelijk volgde vervolging alleen doordat de ontstemde familie van het overleden slachtoffer dat had afgedwongen. Ja, het is vast niet eenvoudig deze dagen officier van justitie te zijn. Het vervolgen van gewone burgers voor simpeler feiten spreekt ze vast meer tot de verbeelding.

    Als een rots in de branding verscheen ook allergrootste opperhoofd van alle agenten in beeld. ‘Houd het hoofd koel en het verstand erbij!’, riep hij naar zijn ondergeschikten volgens de krant van wakker Nederland. ‘Dan moeten we eerst nog even naar huis!’, had het antwoord kunnen zijn. ‘Mijn collega’s en ik moeten oppassen voor de valkuil van emotionele ontboezemingen.’, zei de zeer hoge politiebaas ook nog. Blijkbaar verkeert de man in de veronderstelling dat zijn mannen gerecruteerd werden onder het neusje van de zalm van Neerlands kunstzinnig deel des volks.

    ‘Het is aan ons om escalatie te voorkomen door het hoofd koel en het gezond verstand erbij te houden.’, meldde meneer Bouman nog ten overvloede aan zijn trouwe volgelingen. Escalatie? Hoe bedoelt hij dat? Die agenten die nu met pijn en moeite toch nog worden vervolgd worden nogal van ernstige feiten verdacht. Escalatie? Wat dachten ze dan te gaan doen? Nog iemand neerschieten? Die fijnbesnaarde volgelingen van hopman Bouman moeten op de kermis gaan werken. Daar kunnen ze schieten wat ze willen.

    ‘Wij laten ons niet verleiden tot ongepaste bewoordingen in (sociale) media. Wij vermijden generalisaties over de rechtspraak in ons land. Zulke uitlatingen zijn onjuist, misplaatst en brengen ons niet verder’, voegde hopman Bouman er nog aan toe. Generalisaties vermijden over de rechtspraak in ons land? Hebben die emotionele lakeien van meneer Bouman daar een mening over dan? En wat denken ze dan? Laat me eens even raden. Er wordt te zacht opgetreden tegen burgers die de wet overtreden en te hard tegen politiemensen die de wet overtreden. Nou, dat is nogal wat. En meneer Bouman weet dat ze dat denken en roept ze nu op om dat niet meer op de sociale media te roepen. Volgens de korpschef spreken reacties van collega’s op internet boekdelen, meldt opnieuw De Telegraaf. Jaja, die politiemensen laten hun ware aard wel zien.

    Het is dan ook wel goed mis met de politie in Nederland. Na weken van berichten op sociale media heeft de politie er schoon genoeg van. Politieagenten die een jongetje schopten, een andere jongetje die werd vastgebonden aan een politiemotor en moest meerennen, een nekklemdode, talloze berichten over andere nekklemdoden die nog verder worden uitgezocht, berichten over afluisteren wat door de politie in Nederland al jaren relatief veel meer gebeurt dan in andere landen, berichten over een politie die vaker schiet dan in andere landen. En dan het ergste nog dat het nu wordt gemeld op sociale media en niet op de gewone media. Die gewone media kun je controleren en beïnvloeden, maar die sociale media niet.

    Wat al helemaal de zaak verergert is dat bijna iedereen een geheimzinnig apparaatje heeft waarmee je niet alleen kunt fotograferen, maar ook nog kunt telefoneren. Niets ontgaat de burger nog en ontkennen helpt niet langer.

    Volgens vooruitstrevende politiemensen moet de wet verandert worden om de bevoegdheden van de politie te verruimen. Zo kunnen bijvoorbeeld motorclubs makkelijker verboden worden, zegt politievakbondsgoeroe Gerrit van de Kamp. Van de Kamp wil ook dat agenten die schieten voortaan officieel verdachte zijn en geen getuige. Dan hebben zij meer rechten namelijk. Misschien is het ook een zeer goed idee om ingewikkelde apparaten voor burgers te verbieden. Dan kan niet meer worden gefilmd dat slachtoffers langzaam kreperen en geen hulp geboden wordt. Dan helpt ontkennen ook weer.

    Ik vrees echter dat de politie nog niet toe is aan dergelijk gedegen denkvermogen. Uit goede bron verneem ik dat momenteel in speciale trainingskampen politiehonden worden getraind om het goede nieuws te brengen. Allemaal deel van het nieuwe charme-offensief. En de hond die het hardste blaft is Gerlof Leistra.

     

     

     

     

     

     

    Boeman Bouman en zijn patriotten van de politiestaat

    Een prachtig verhaal over een politieman en hoe het gaat met vrijheid wanneer je eventjes niet goed oplet.

    De politieman is commissaris Bouman. Dat is er niet zomaar één. Commissaris Bouman is de grote baas van de Nederlandse politie. De allerhoogste chef. Vlak onder de minister van Justitie en Veiligheid. In een rechtsstaat is het zo geregeld dat de minister, als vertegenwoordiger des volks, de verantwoording heeft over het politieapparaat. Hij is dus de baas en hij is verantwoording schuldig aan het parlement. We zullen dus uitleggen wat een rechtsstaat eigenlijk is. Wikipedia zegt het volgende hierover:

    ‘Een rechtsstaat is een staat waarvan de macht gereguleerd en beperkt wordt door het recht. De rechtsstaatgedachte is ontwikkeld tegen de praktijk van absolute vorsten. De rechtsstaatgedachte wil willekeur voorkomen en rechtszekerheid en rechtsgelijkheid bevorderen. In een rechtsstaat worden burgers tegen de macht van de staat beschermd door wetten. Onafhankelijke rechters kunnen bij een conflict oordelen en worden geacht de wetten te volgen. Een rechter kan bij overtredingen sancties opleggen die wettelijk geregeld zijn. Als de rechters in een staat niet onafhankelijk zijn, mag die staat geen rechtsstaat genoemd worden.’

    De minister is de baas en de politie niet. De politie heeft voor goed functioneren natuurlijk zijn eigen hierarchie en een eigen baas. Maar die baas staat onder de minister en ook onder de wet. Er zijn wetten die de basis zijn voor het functioneren van de staat. Wanneer het omgekeerd zou zijn is er sprake van een politiestaat. Wikipedia zegt over de politiestaat het volgende:

    ‘Onder een politiestaat verstaat men een staat waar de sociale, economische en politieke macht door de leiders gehandhaafd wordt met behulp van (geheime) politie. Deze politie heeft in dit soort staten meer bevoegdheden dan gebruikelijk is in een liberale democratie. Politiestaten in de strikte betekenis van het woord worden meestal gekenmerkt door totalitarisme en een sterke sociale controle.

    Onder druk van een interne of externe bedreiging van de staatsveiligheid, al dan niet openlijk of bedekt gepromoot door media en overheden, bestaat het gevaar dat wetten doorgevoerd worden die burgerrechten inperken en stapsgewijs in de richting van een politiestaat leiden. Dikwijls wordt deze ‘bedreiging van de staatsveiligheid’ in scène gezet door degene die zich vervolgens als dictator ontpopt. Voorbeeld is nazi-Duitsland. Adolf Hitler kwam via verkiezingen op democratische wijze aan de macht. Vervolgens wist hij na de Rijksdagbrand, die hoogstwaarschijnlijk door de nazi’s zelf is voorbereid, grote bevoegdheden naar zich toe te trekken (uitroepen van de noodtoestand, etc) om ‘de orde te handhaven’. Met deze, in theorie tijdelijke, ‘ordehandhavingswetten’ schakelde hij in snel tempo alle politieke tegenstanders uit, werd de noodtoestand permanent, en werd het hele land aan zijn wil ondergeschikt gemaakt. Een recent voorbeeld van inperking van burgerrechten gebeurde na de aanslagen op 1 september 2011 in de VS. Ook hier werden sommige burgerrechten (in theorie tijdelijk) ingeperkt zoals het absolute recht op privacy. De regering Bush gaf aan dat dit in het kader was van de strijd tegen terrorisme en tegen drugs.’

    Is Nederland nu het één of het ander? Is Nederland een rechtsstaat, zoals de mensen denken, of is Nederland een politiestaat?

    Wij geven wat voorbeelden om de lezer aan het denken te zetten. In De Telegraaf van 4 maart 2015 zegt commissaris Bouman: ‘Er is een wetswijziging nodig om ervoor te zorgen dat agenten die noodgedwongen hun dienstwapen hebben moeten gebruiken, niet meer in hetzelfde juridische hokje terechtkomen als een burger of een crimineel.’ Dat zegt Bouman dus ruimschoots voor de dood van Mitch Henriques en de schietende agent uit Kerkrade.

    Het blijft daar niet bij. Op 17 juli 2015 bericht 1limburg.nl het volgende: ‘De politieagent uit Kerkrade die vrijdag veroordeeld werd tot twee jaar cel krijgt massaal steun van zijn collega’s. Ze zijn het oneens met de uitspraak. Ook de nationale politie heeft geen goed woord over voor het vonnis. In een persbericht stelt de organisatie ‘verbijsterd’ te zijn door de veroordeling van de agent. “Ik ben vreselijk teleurgesteld in het vonnis van de rechtbank”, reageert korpschef Gerard Bouman van de nationale politie. Hij heeft contact gehad met Gery Veldhuis, de chef van de eenheid Limburg. “Ik heb hem aangegeven dat deze collega alle steun van onze organisatie kan verwachten die hij nodig heeft”, zegt Bouman. “Wat mij betreft staat vast dat we dit vonnis gaan aanvechten tot aan de allerhoogste instantie.” ‘

    Korpschef Bouman, die ondergeschikte van de minister en daarmee dus onderworpen aan de rechtsstaat komt met twee zaken. Belangrijke zaken. Ten eerste wil hij de wet veranderen om schietende agenten niet zo snel te laten vervolgen. Ten tweede geeft hij aan de schietende en door de onafhankelijke rechter veroordeelde agent te steunen. De rechter veroordeelt de man dus en daarmee heeft die agent een strafblad. Hij is nu dus crimineel. Volgens de rechter. Maar niet volgens meneer Bouman. Wat ook al te denken geeft is de ‘massale steun’ van collega’s voor de veroordeelde agent. Die denken dus blijkbaar net over schieten als korpschef Bouman. Zeer opmerkelijk. En verontrustend.

    Maar wij gaan verder. De directe chef van de politieagent uit Kerkrade heeft aangegeven de politieagent niet te schorsen. Afgewacht wordt het hoger beroep. Ook de korpsbeheerder van het politiekorps in Kerkrade onderneemt geen actie tegen de veroordeelde schutter. Wie is nu deze korpsbeheerder? De korpsbeheerder is burgemeester Jos Som. Zeg maar de grote man achter de strijd tegen ‘motorbendes’. De ‘papa’ ook van Suze Som die volgens hem ernstig is bedreigd door Hells Angels. De man ook die het vakantiehuiske van Piet van Pol bezocht in Frankrijk. Piet van Pol de van corruptie verdachte vastgoedontwikkelaar die banden heeft met VolkerWessels en de veroordeelde Roermondse ex-VVD’er Jos van Rey.

    Wij gaan nu ietsje terug en komen terecht bij de Spaanse politieman luitenant-kolonel Antonio Molino Tejero die op 23 februari 1981 het Spaanse parlement binnendrong met zijn kornuiten, in de lucht schoot en riep: ‘Todos al suelo, y conho!’ Meneer Molino Tejero wist het beter dan de rechters en de parlementariërs.

    Waarom doet dat ons denken aan politievakbondsleider Gerrit van de Kamp? De wet moet veranderd worden om motorbendes te kunnen verbieden, zo vond deze man, die er zijn hand niet voor omdraait zijn mannetjes het Binnenhof te laten omsingelen. Met politiematerieel en wapens. Dezelfde Gerrit van de Kamp die zijn vriendin opdrong aan de Nationale Politie voor een goedbetaalde baan en zijn steun voor de vorming van de Nationale Politie opzegde toen zijn vriendin werd ontslagen.

    De hoogste politiebaas wil de wet veranderen en uit openlijk kritiek op een beslissing van een onafhankelijke rechter en de baas van de grootste politievakbond steunt hem door ook wetten te willen laten veranderen. ‘De politie is de baas op straat!’, hoorde je vroeger vaak roepen door agenten. Op straat of in de staat? Vanuit de politieorganisatie zelf horen wij nog geen tegengeluiden.

    In het Wikipedia-artikel over de politiestaat staat ook het volgende: ‘Onder druk van een interne of externe bedreiging van de staatsveiligheid, al dan niet openlijk of bedekt gepromoot door media en overheden, bestaat het gevaar dat wetten doorgevoerd worden die burgerrechten inperken en stapsgewijs in de richting van een politiestaat leiden.’

    Ook hier zien wij gelijkenissen met Nederland. Er wordt een vijandbeeld gecreeërd. Als externe bedreiging zou je kunnen zien de jihadstrijders in Irak en Syrië, die na terugkomst een interne bedreiging gaan vormen. Als interne bedreiging kun je ook de ‘motorbendes’ zien. Het is dan ook niet zozeer de rechtsstaat zelf die zich daarover zorgen maakt, maar het is de politie zelf die stemming maakt. Het is de politie die via de media en hun adviserende taak naar overheden toe bepaalt dat ‘motorbendes’ een groot gevaar zijn.

    Om deze strategie van maatschappelijke onrust een gezicht te geven, worden leden van motorclubs met naam en club genoemd door de politie aan de media. Het zogenaamde ‘name and shame’- beleid. De politie heeft dus een aantal mensen bij de media die daarvoor openstaan om het maar zachtjes uit te drukken. Deze mensen die openstaan zijn vaak zelfbenoemde ‘misdaadspecialisten’, zoals Robert Bas van de NOS die riep dat je welhaast crimineel moet zijn om het lidmaatschap van een motorclub te kunnen betalen en dat een Harley Davidson 60.000 á 70.000 euro kost. Of een Gerlof Leistra van Elsevier die niet alleen politie-informatie naar buiten brengt maar ook de politie ondersteunt in de wens tot het veranderen van wetten. Zo schrijft Leistra over de schietende politieman uit Kerkrade in Elsevier: ‘De verontwaardiging is terecht groot. Het valt niet goed uit te leggen dat een agent die tijdens de uitoefening van zijn soms levensgevaarlijke beroep een ernstige inschattingsfout maakt, dezelfde behandeling krijgt als de eerste de beste crimineel. Meer begrip was op zijn plaats geweest.’

    Heeft het effect, die artikelen in de pers? Volgens D66’er Gerard Schouw wel degelijk. Op 2 juli zegt hij: ‘Gerard Schouw van D66 heeft donderdag met een waarschuwing afscheid genomen van de Tweede Kamer. Hij was een kwart eeuw lang te vinden op het Binnenhof, onder meer als lid van de Eerste en later van de Tweede Kamer. ,,De overstap naar de Tweede Kamer was best wennen. In plaats van een stroom wetsvoorstellen dicteert de kop in de krant en het oog van de camera het ritme van de dag”, schreef hij in zijn afscheidsbrief. ,,Het is geen groot geheim dat de aandacht voor actuele politieke incidenten en de lange termijn onderwerpen zo af en toe wat uit balans raakt. Dat is een reëel risico voor de democratische werking van onze huidige parlementaire democratie. Daardoor gaan dingen mis. Meebewegen of juist tegenwicht bieden, dat is de vraag waar de Kamer wel wat vaker bij stil mag staan”, aldus Schouw.’

    Het heeft dus wel degelijk effect. De kop in de krant dicteert het ritme van de dag in de Tweede Kamer. Volgens iemand die het kan weten na 25 jaar politiek. En de koppen uit die krant zijn afkomstig van de politie. Dezelfde politie die wetten wil veranderen en mensen en clubs aanwijst als vijand. En daar dus de media voor misbruikt. Met ‘name and shame’. Maar ook met ‘voortgangsrapportages’. Wij hebben al gezien in eerdere blogs van Dupont op ‘Justitie en Veiligheid’ dat de politie niet schroomt valse informatie in die rapportages te stoppen. De raketwerpers van de Bandidos MC bijvoorbeeld. Wij zeiden al dat die niet van de Bandidos waren. Commissaris Piem Miltenburg, net als Gerard Bouman een geduchte hardliner, zei al dat het niet helemaal zeker was. Maar een dag later stond het wel als vaststaand feit in de voortgangsrapportage van juni. De advocaat van de Bandidos kwam vorige week in het nieuws met hetzelfde verhaal. De wapens werden niet eens in de dagvaarding vermeld, maar wel werden de Bandidos nog even vastgehouden voor nader onderzoek. Zo komen die wapens nog eens goed van pas.

    De advocaat van de Bandidos MC onthulde nog een andere taktiek. Zo stuurden Limburgse burgemeesters brieven naar horeca-gelegenheden om te waarschuwen dat de vergunningen zouden worden ingetrokken van horecazaken die Bandidos toelieten in hun zaak. Dat is heel opmerkelijk. Welk wetsartikel wordt daarbij gebruikt?

    Al jaren gaan verhalen in de motorclubwereld dat de politie stiekeme acties uitvoert om motorclubs of leden daarvan te benadelen. Zo worden horeca-ondernemers niet alleen bedreigd om MC’s buiten de deur te houden, ze worden ook bezocht om informatie over bezoekers los te peuteren. Ze worden bang gemaakt met de vraag of ze worden afgeperst, of rekeningen wel netjes worden betaald. Werkgevers van motorclubleden worden benaderd en bang gemaakt. Zakenpartners van motorclubleden die een eigen zaak hebben worden door de politie ‘gewaarschuwd’. Buren van clubhuizen worden benaderd en om informatie gevraagd of om aangifte te doen van welke vorm van overlast dan ook. Gemeentelijke overheden worden ‘ingelicht’ door de politie, die een unieke informatiepositie heeft, en vervolgens worden evenementen niet toegestaan of verboden terwijl ze al in een vergevorderd stadium verkeren, clubhuizen worden gesloten door informatie van de politie. De politie is opzichtig aanwezig bij bruiloften, familiefeesten waar ook motorclubleden bij aanwezig zijn en probeert soms verhuurders van feestzalen bang te maken hun zaal niet te verhuren, omdat er ook een paar leden van een motorclub komen.

    De vraag is hoe deze politie-acties zich verhouden tot de wet. De wet, basis van de rechtsstaat. Een wet die ondergeschikt is alleen in een politiestaat.

    Vaak is te horen hoe bestuurders of politiemensen in de media verklaren dat motorclubs leden die zich misdragen of de wet overtreden uit de club moeten gooien. Motorclubs doen dat al lang. Maar uit bovenstaande blijkt dat het bij de politie andersom is. De politieman die de wet overtreedt met, potentieel, dodelijk geweld, wordt niet zomaar ontslagen. Neen, men gaat er alles aan doen hem binnenboord te houden en betaalt soms zelfs zijn boetes.

    Zijn leden van motorclubs de laatste Robin Hoods? Zijn zij een soort vrijheidsstrijders? Nee, dat zijn zij niet. Maar meneren als commissaris Bouman of commissaris Miltenburg zijn het zeker ook niet. Wanneer wij onze vrijheid in stand willen houden, wanneer wij niet willen dat wij door onze eigen landgenoten worden bezet, wanneer wij niet willen dat ons land een politiestaat wordt, of blijft, dan zullen wij veel kritischer moeten zijn naar degenen toe die onze vrijheden afnemen. Elke dag een stukje. Elke dag een beetje. Elke dag iets. Want wanneer het te laat is, is het te laat.

    Journalisten of overheidswoordvoerders?

    In onze goed georganiseerde maatschappij heb je misdadigers en dus ook misdaadspecialisten. De eerste groep pleegt misdaden en de tweede groep heeft er alleen verstand van. De eerste groep werkt voor zichzelf, de tweede groep is verbonden aan een krant of een omroeporganisatie. Beide groepen zijn bekenden van de politie.

    Hoewel het beter zou zijn voor het waarheidsgehalte van de artikelen die zij schrijven om de rollen eens om te draaien, gebeurt dat niet. De echte misdadigers zouden het publiek veel kunnen vertellen over misdaad en de misdaadspecialisten zouden eigenlijk eens flink gestraft moeten worden voor hun grote domheid en vooringenomenheid.

    Een ‘misdaadverslaggever’ die de kroon spant, is de misdaadspecialist van Elsevier. Deze Gerlof Leistra is in kringen van motorclubs nog nooit gezien, maar toch geniet hij daar grote bekendheid door de artikelen die hij in elkaar knutselt en de verhalen die hij vertelt. Zo was Gerlof vorig jaar op 17 september nog te horen bij RTV Drente. Er was namelijk enige ophef ontstaan over een nieuwe chapter van de Hells Angels die zich in de stad Emmen had gevestigd. Dat het Drentse journaille nu pas wakker werd snapt niemand, want die chapter was toen al meer dan een jaar oud. Gerlof Leistra wist meteen hoe het zat. Hij keek op de landkaart van Nederland en verklaarde het volgende: ‘Motorclubs Hells Angels, Satudarah, No Surrender en de Outsiders zijn volgens Leistra geen criminele organisaties, maar hebben we relatief veel criminelen als lid. De clubs vinden Emmen een interessante plek, omdat het dichtbij Duitsland ligt en dat een belangrijke afzetmarkt is voor wiet. Leistra: ‘Ik denk dat de Hells Angels willen laten zien dat zij daar ook een vinger in de pap hebben.’

    De grote specialist vond ook dat de gemeente Emmen moest kijken of de motorclubs een gevaar zijn voor de openbare orde. In dat geval zouden zij geen clubhuis mogen openen. Gerlof viel hier een beetje door de mand, want wat is hij nu? Journalist of politicus?

    De grote verdienste van Gerlof is natuurlijk dat hij gezien heeft dat Emmen vlakbij Duitsland ligt. Dan ligt misdaad natuurlijk wel op de loer.

    Enige weken geleden was Gerlof opnieuw op de radio te horen. Hij vertelde aan de geschrokken interviewer hoe hij ooit het clubhuis van de Hells Angels bezocht in Amsterdam. Volgens Gerlof heeft hij daar zelfs nog gesproken met Sam Klepper. Het moet allemaal wel heel lang geleden zijn, want Sam Klepper werd al geliquideerd vijftien jaar geleden. Gelukkig had Gerlof een erg goed geheugen. Hij vertelde dat hij had gepraat met Sam en enkele anderen over liquidaties in Amsterdam en het verdelen van de drugsmarkt. Ook had hij een Hells Angel gezien met een nek zo breed als een stier. Wij gaan er gemakshalve maar van uit dat de heren Gerlof niet konden weerstaan en hem alles hebben opgebiecht.

    Elsevier een misdaadspecialist? Dan wij ook, zal staatsomroep en publieksvoorlichtingsorganisatie NOS hebben gemeend. Aangewezen werd oud-ANP’er en journalist van het Algemeen Dagblad Robbert Bas. Of de NOS gewoon het publiek voor de gek wil houden of er kwadere bedoelingen mee heeft, weet ik niet, maar het lijkt wel of je naar Bananasplit zit te kijken wanneer je voor de buis kruipt voor het nieuws. Zo kwam Robbert met enige verschrikkelijke onthullingen. ‘Je moet haast wel crimineel zijn om lid te zijn van een motorclub, want het contributiegeld bedraagt tienduizenden euro’s per jaar.’ Veterans MC-lid Joseph Raaijmakers verklaarde onmiddellijk dat hij nog nooit een club had meegemaakt waar het lidmaatschap hoger was dan ongeveer 50 euro per maand. Robbert ging echter gewoon door en kwam met een nieuwe onthulling:’Een Harley Davidson motor kost ongeveer tussen de 60.000 en 70.000 euro!’ Daar moet een onderzoek aan voorafgegaan zijn! Waar heeft Robbert die informatie vandaan? Op Marktplaats staan massa’s Harleys vanaf 5-6 duizend euro. In ieder geval werd er na Robberts onthullingen feest gevierd op Facebook, waar tal van motorrijders verklaarden dat hun motor getaxeerd was door de NOS en nu 60.000 euro waard was.

    Het lijkt er veel op dat meneren als Robbert Bas en Gerlof Leistra vooral veel lezen over de misdaad en af en toe eens een rechtszaakje bezoeken. Verder luisteren ze heel goed naar de voorlichters van de politie. Met onderzoek heeft dat niet te maken. In de ogen kijken van een echte crimineel is heel iets anders en blijkbaar hebben de heren daar moeite mee. Dat hoeft ook niet wanneer het gaat om motorclubs, want dat zijn geen criminele organisaties maar clubs van motorrijdende anarchisten.

    Gerlof en Robbert zou je nog weg kunnen zetten als een komisch duo, al zijn hun bedoelingen kwaadaardiger. Helaas is het echter zo dat de kwaliteit van de journalistiek in heel Nederland te wensen overlaat. De dingen die worden gemeld over motorclubs zijn de grootse onzin en kunnen alleen maar ten doel hebben een probleem te creeëren dat er niet is, om het vervolgens door de staat te laten oplossen.

    Zo komen in de berichtgevingen telkens bepaalde sleutelwoorden en –uitspraken naar voren. Motorbendes in plaats van motorclubs, handel in drugs, wapens en mensensmokkel, de dichtbijheid van een grens, bekende criminelen die banden zouden hebben met een bepaalde motorclub, witwassen, afpersing. Ook zijn leden van motorclubs volgens de media telkens ‘verdachten’, of ‘bekenden van politie’. Gezien de aard van het nieuws dat de grote misdaadspecialisten brengen, kan ook van hen rustig gezegd worden dat het allemaal erg verdacht is en dat zij bekenden van de politie zijn.